Katholiek Orgaan voor de £eeuwsche
No. 137.
Dinsdag 21 November 1905.
Eerste Jaargaug.
FEU ILL ET OH.
BUITENLAND
Verschijnt eiken f(\AANDAG-. WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND.
OOSTERBAAN LE COINTRE,
Het genootschap „De Roode Hand".
UIT DE PERS.
Een en ander dit blad betreffende te zenden:
wat aangaat de Redactie a. d. Redacteur; al het overige a. d. Uitgevers.
Abonnementsprijs: per 3 maanden
Voor het buitenland verhoogd met de meerdere porto's.
Afzonderlijke nommers (bij vooruitbetaling)
-.95
-.05
Drukkers-Uitgevers:
-o G O E S. o-
Advertenfiënvail 1—6 regels .60; iedere regel meer 10 ets.
Grootere letters of cliché's worden naar plaatsruimte berekend.
Eenzelfde advertentie driemaal geplaatst, wordt tweemaal berekend.
Bij een groot aantal regels of bij abonnement speciale prijs., - -
Dienstaanbiedingen: 25 ets. per advertentie van hoogstens 5 regels.
Reclame-berichten: 25 ets. per regel.
*.„s Troonopvolging.
Nu de regoering grondwetherziening
aan <lo orde hoeft gestold ten believe fei
telijk van het beruchte blanco-artikel en
daarbij de. slimmigheid heeft gehad een
staatscommissie te benoemen voor verdere
wijzigingen in de grondwet, mag wel do
aandacht eons gevestigd op onze troon
opvolging.
Mocht onze Koningin kinderloos over
lijden, zoo is de laatste loot van den
Oranjestam gestorven on zal de Kroon
overgaan op een vorst uit een naburig
rijk, dat velen bij voorkeur betitelen als
„het moffenland".
Het hveede hoofdstuk der gromhvel han
delt over de troonopvolging en niettegen
staande die uiteenzetting zijn de geleerden
het er nog niet over eens, wie in zekere
gevallen bv. hij weigering der naaste
rechthebbenden den Nederlandschen
troon beklimmen moet.
Volgens art, 13 der grondwet zou de
groothertog van Saksen-Weimar de troon
opvolger zijn, maar het zon te bezien zijn,
of deze vorst afstand doen zou van zijn
groothertogdom terwille van de kroon van
een land, voor hetwelk hij nooit een blijk
van sympathie heeft beloond.
Na hem zouden de prinsen van Heuss
aanspraken kunnen doen gelden, maar
juist over de wettigheid dier aanspraken
bestaat geen zekerheid.
Dit mag niet zoo blijven.
Het Nederlandsche volk moot met ze
kerheid weten, wie den scepter voeren
zal over het rijk, wanneer de tegenwoor
dige Souvoreine kinderloos mocht over
lijden.
Hot. zou gevaarlijk kunnen worden do
regeling uit te stelten, tot het oogenblik
van de quaestie der troonopvolging aan
brak.
Daargelaten de mogelijkheid, dat bij twij
fel een sterke mogendheid grooten in
vloed kan uitoefenen en den man naar
zijn hart de kroon op het hoofd zetten
(Slot.)
Ik stond versteend, want ik had 't on
mogelijk gedacht, dat men mij ontdekken
zou, zoo behoedzaam was alles geregeld.
Mijn denkbeeld was verlamd. Ik kon
slechts aan die droevige maar vaste stem
van den jongen man gehoorzamen.
Toen wij in mijne kamers waren terug
gekeerd zei mijn metgezel
„Mijnheer Egerton, ik zal openhartig te
gen u zijn. Ik ben uw medelid vau de
gehate „Roode Hand" en was tegenwoor
dig op den noodloltigen 3en Mei, ofschoon
niet in deze vermomming,,.
„Ha! ge herkent me, nul .Ia, ik hen
werkelijk Leila Gendt".
„Die zoo to mijnen gunste sprak. Ik
kan u nimmer dankbaar genoeg zijn."
„Ach! Kon ik u nog helpen. Maar wij
zijn beiden werktuigen in de handen van
't genootschap. Ik kan niets doen, noch
voor mij nocli voor u. Wij leven om sleohls
Ie gehoorzamen.
IV'.
Zij liet mij alleen en ik dacht bij mij
zelf, niet aan mijne ellende, maar aan
do hleeke schoonheid van haar gelaat en
dc droevige muziek barer stem.
Verscheidene weken later deed ik toch
een nieuwe poging om te ontsnappen,
thans slaagde ik er in Berlijn te berei-
de Nederlanders zouden in hun natio-
naliteitgevoel getroffen worden, indien er
slechts strijd ontbranden moest over de
troonopvolging.
Wij, Nederlanders, zijn ordelievend en
constitutioneel; maar hoe zou 'Lgaan,;
wanneer slechts de gedachte ingang vond,
dat bij 'tzich voordoen van meerdere
pretendenten, de Duitsche keizer bv.
een luitenant van Heuss met 't brevet van
koning naar 'I paleis in het Noordeinde
zond
Ter wille der openbare orde en rust
moet er zekerheid bestaan over de troon
opvolging.
En zou het noodig zijn, men zou in de
erfopvolging verandering kunnen brengen.
Bij de vorige grondwetherziening
schreef minister Heemskerk: „De troon
van Nederland is geen majoraat, ingesteld
hij contract of testament. Een verkregen
recht, op erfopvolging beslaat, niet. Om
hooge redenen van staatsbelang kan men
die erfopvolging veranderen".
Laat ons intusschen hopen, dat een
kwestie van opvolging zich nimmer voor
doe en dat. na lange jaren onze nieuwe
vorst zij een forsche toot van den Oranje
stam, een kloeke prins uil het huis van
Oranje-Mecklenburg.
Nederland en België.
Het vraagstuk begint meer en meer de
belangstelling te wekken.
Zelfs dr. Bronsveld acht hel noodig,
er zijn opinie eens over te doen hooren.
Wie dezen dominé kent cn daarbij in
aanmerking neemt, dat België een overwe
gend Katholieke bevolking heeft, behoeft
niet verder te lezen als hij in de „Stem
men voor Waarheid en Vrede" een artikel
vindt, waarin de kwestie der veelbesproken
„.toenadering", welke niet meer of minder
zou moeten zijn dan een economisch en
militair verhond, wordt behandeld.
Als er iets a priori is uit te maken,
dan zeker dit: dr. Bronsveld zal hier een
heslist „veto" doen hooren. Wij, verlichte
Hollanders, passen niet bij dat bijgeloovige
volk. En zijn anti-papisme speell dominé
ken. Maar toen ik daar zegevierend uit
mijn coupé staple, voelde ik opnieuw dien
hekenden greep aan mijn arm, terwijl in
mijn oor werd gefluisterd: Denk aan Stro-
ginshoff 1"
Het was de man met den loenschen
blik.
Door wanhoop overstelpt, bevond ik mij
weer te Petersburg. 'tWas nutteloos te
gen 't noodlot te strijden. De laatste dagen,
die mij nog overbleven, vlogen snel heen.
Het was den 31sten October en den 3den
November moest ik mijn opdracht vol
brengen.
Om een uur afleiding te hebben ging ik
een Casino binnen. Ik wist, dat ik ge
volgd werd door een spion, doch ik brak
er mijn hoofd niet mede, gewoonte is een
tweede natuur.
Een glaasje likeur werd mij voorgezet,
en ik sluimerde in. Een tik op den schou
der deed mij ontwaken. Opziende, zag ik
een bekende.
„Gij hier, Leila!" zei ik.
„Een landgenoot van u wordt afgezet.
Kunt u niets voor hem doen?"
Zij leidde mij een vertrek binnen, waar
mannen zaten te dobbelen en to drinken.
Een hunner halfdronken was een
Engelschman; de anderen waren Russen
ruwe kerels. Ik sprak mijn landgenoot
aan en was binnen eenige minuten in
slaat hem van zijne plaats te leiden, al
hoewel met verbitterde woorden en nog
meer verbitterde blikken van de kerels,
die hem bijna de zakken geledigd hadden.
Ik had een ouden Londenschen vriend
gevonden, een man, die buitensporig was
geweest en in schulden was geraakt. Om
zulke parten, dat hij in do toekomst al
weer de toestanden van vóór 1830 ziet
teruggekeerd. Zijn Eerwaarde snapt niets
van de bedoeling der unievoorstanders.
Ons dierbaar Vaderland wordt bedreigd
met een overrompeling van het Roomsehe
spook, denkt hij.
Wij hebben bisschoppen genoeg, en
kloosters genoeg, en geestelijke broe
ders en zusters genoeg, en willen gaarne
van die menigte er eenige honderden
aan België overdoen.
Wat dit geraaskal te maken heeft met
een post-unie of een tarief-verdrag of een
defensief verbond tusschen do beide naties,
zal dominé wel zelf niet weten.
Als het mogelijk nog eens zoover komt,
dat onze Regeering vertegenwoordigers zal
gaan benoemen voor de interparlementaire
conferentie, hopen we, dat ze dominé
Bronsveld niet vergele. (Msb.)
RUSLAND.
Engclsche dagbladcorrespondenten te
Petersburg zeggen dal Witte's beroep op
de werklieden het tegenovergestelde van
de bedoeling heeft uitgewerkt: hel aan
tal stakers is vermeerderd.
Volgens den correspondent van de Stan
dard hebben de intellectueelen de leiding
niet meer in handende liberalen vol
gen de werklieden gewillig, en de gema
tigden zitten stil. Alleen de reactionai
ren zijn werkzamer dan ooit; zij streven
naar een dictatorschap van grootvorst Ni-
kolaas Nikolajewitsj indien do werksta
kingen Maandag niet geëindigd zijn; Wit
te zou slechts in naam eerste minister
blijven.
De toestand in Finland blijft onrust
barend. Het Russische bewind heeft daar
feitelijk opgehouden te bestaan, en het
is door geen ander vervangen. Paspoor
ten worden niet langer gevraagd. lede
ren dag brengen de stoombooten grootc
hoeveelheid wapens ongehinderd in het
land.
FRANKRIJK.
Zoo zij n er meer. Charruyer, een
of ander obscure afgevaardigde, een echte
Combes, die alle anti-clericale maatrege
len van Combes cn Waldeck met hart
en ziel steunde, werd ziek. Hij moest een
operatie ondergaan en daartoe naar een
zijn val te verbergen was hij zeeman
geworden. Dien avond moest hij aan
boord zijn van zijn schip, de „Vixen",
dat voor anker lag. Ik wilde, dat hij1 den
nacht hij mij zou doorbrengen, doch hij
zeide, dit niet te kunnen. Ik vergezelde
hem dus tot aan de kade en zei hem
vaarwel. Een boot wachtte hem met een
grootere bemanning dan mij noodig scheen
onder welke mannen, naar ik meende,
een der dobbelaars in 't casino zich be
vond. Mijn hart brak toon de vriendelijke
stem van mijn vriend mij over de donkere
wateren 't „vaarwel" toeriep. Ik had on-
dertusschen mijn eigen ellende vergeten;
doch spoedig stond mij alles weer voor
den geest. De 3de November naderde met
de snelheid des bliksems. Op den 2en
ontwaakte ik, ongesteld en koorlsacht.ig.
Gevoelende dat ik iets noodig had om
mijne zenuwen nieuwe krachten te schen
ken, besloot ik een wandeling te maken
langs de kust.
Ik bereikte een groep rotsen en op een
verhevenheid staande, keek ik zeewaarts,
land- en stadwaarts. Een stoomboot lag
in de rivier voor anker, mogelijk de boot
van mijn vriend, de „Vixen".
Vermoeid door mijne wandeling, ging
ik zitten en mijne oogen op meer nabij
gelegen voorwerpen vestigend, bemerkte
ik op een paar meter afstand een licht
gekleurd iets, tusschen het zeewier.
Ik trad naderbij, 't Was een menschclijk
wezen, welks gelaat block was als de
dood. Een tweede blik toonde mij, dat
't mijn ongelukkige vriend, de zeeman,
was. Was zijn boot omgeslagen, ol' was
er een misdaad gepleegd? Wie zal het
ziekenhuis worden overgebracht. Hij koos
er eendoor liefdezusters bestuurd.
Een anti-clericaal journalist, die van dat
besluit niets begreep, ging daarom de moe
der-overste van liet ziekenhuis intervie
wen. Hot volgende gesprek had plaats:
De zieke, waarvan gij mij spreekt, zeide
de zuster lot den journalist, wordt uit
stekend verzorgd. De zware operatie is
uitstekend gelukt. Met een dag of 14 zal
Charruyeï weer hersleld zijn, op het oogen
blik is hij te vermoeid, om iemand te
ontvangen.
Maar, zuster, weet gij, wat uw zieke
zieke gedaan heeft? Met zijn politieke
vrienden heeft hij' een heftigen krijg ge
voerd tegen alle religieuze orden
Mijnheer, zoo antwoordde de zusier, hier
kennen wij slechts lieden, die lijden en
die behoefte hebben aan onze zorg. Wij
schenken die overvloedig om hun tijden te
verminderen, op hel. overige letten wij
niet!
Als de nood maar aan don man komt,
dan zijn er wel meer van hel, slag van
Charruyer I
BELGIË.
1) c graaf van V1 a a n d e r e n. De
troonopvolger van België, Philippe, graaf
van Vlaanderen, de 67-jarige broeder van
koning Leopold, is aan een ontsteking van
de luchtpijpen gestorven.
Nog oen doodstijding uit Luxemburg.
Daar overleed in de hoofdstad van dit
groothertogdom Adolpti Wilhelm Karl Au
gust Friedrich, hertog van Nassau, Paltz-
graaf van den Rijn, enz. De groother
tog, die den Luxemburgschen Iroon he
klom na het overlijden van koning Wil
lem III der Nederlanden (in November
1890) was geboren te Biebrich op den
24 Juli 1817 en bereikte dus den Imo
gen leeftijd van 88 jaren.
ENGELAND.
Koningin Alexandra heeft een zeer wijze
daad gedaan, die niet alleen getuigt voor
haar edel hart, maar ook voor haar wijs
beleid. Men weet hoe door de werkloos
heid vooral in Londen een 50.000-tal men-
schen in ellende zijn gedompeld. Leniging
in den nood langs wetgevenden weg scheen
onmogelijk. Nu heeft de koningin zelf het
initiatief daartoe genomen. Zij heeft, aan
do pers een oproeping gezonden van den
volgenden inhoud:
„Ik doe een beroep op alle liefdadige
Kngelschen, mannen en vrouwen, opdat
zeggen
Droevig keerde ik van de plek terug,
toen een figuur mij' van achter de rotsen
tegemoet kwam. 'tWas Leila.
Zij herkende mijn vriend terstond.
„Maar gij' zelf!" rie pzij, op opgewonden
toon uit, „gij' zelfHebt ge nog geen plan?
Ik vertelde haar, dat ik van plan was
de autoriteiten van- het complot in ken
nis te stellen.
„Nutteloos!" riep zij uit. „Zij konden
werkelijk eenigen onzer leden gevangen ne
men en ter dood brengen, doch uw eigen
dood zou zeker volgen".
„In dat geval", antwoordde ik, „moet
ik mijn lot met gelatenheid afwachten.
Ik ben geen moordenaar".
Plotseling helderde Leila's gelaal op.
„Ik heb 't.gevonden!" riep zij uit. „Deze
doode landgenoot van u hij heeft uw
F.ngelsche kin hij'heeft uw mooie baard
en snor. Waarom zoudt gij niet gestorven
zijn en hij nog leven Laat mijnheer Eger
ton verdronken zijn en gij kunt dan zoo
lang als 'I: noodig is leven op uw vriends
naam. Zij lachte zenuwachtig.
Eensklaps begreep ik haar bedoeling. Dc
overledene, ongeveer van mijne grootte, en
die in persoonlijk uiterlijk wel wat met
mij' overeen kwam, kon door een vreemde
ling gemakkelijk voor mij gehouden
worden.
Ik legde het lijk achter eenige rotsen
en ofschoon de taak verre van aangenaam
was, verwisselde ik mol. don doode van
kleederen.
Leila, wier oogen schitterden als dia
manten, lachte lievelijk, toen zij mij in
zeemanscos tuum zag terugkeeren.
zij mij helpen den toestand te verbeteren
van de ,arme "werkloozen, die dezen winter
van koude en honger"zullen te lijden-heb
ben. Alle inzendingen kunnen gezonden
worden aan graaf Grey, schatmeester."
De koningin zelf heeft ingeschreven voor
£25.000. Een edel 'voorgaan!
SPANJE.
Koning Alphonsus is in eeji proces ge
wikkeld metjeên Tuahtreiziger, een zekeren
meneer Fernandez Duro. Duro. eischt van
don Koning 60.000 peseta's schadevergoe
ding.
Wat is er gebeuüd? Onlangs is er een
luchlbolwedslrijd gehouden hij Madrid--De
Koning was daar ook, en hij heeft er katte-
kwaad uitgevoerd. Alphonsus zag op een
sluk land een luchtbol gereed liggen, waar
niemand bij 'was om er op te passen. Z. M.
schijnt toen een onbedwinghareh lust in
zich te hebben voelen opkomen, om er
niet dien verlaten luchtbol van door te
gaan, tiet luchtruim, in. Hij ging in het
schuitje zitten en gaf aan lieden van zijn
gevolg last om de touwen los te maken.
Het had niet veel gescheeld of koning Al
phonsus was opgestegen, maar een der
officieren van zijn gevolg begreep de bedoe
lingen van zijn heer en bezorgd voor het
lijf des konings, bracht hij den luchtbol
zulk een wond toe, dat die verder onge
schikt was om aan zijn hooge roeping te
beantwoorden.
Do heer Duro is niet ingenomen met
dal spelen met zijn goed en hit lieeft den
koning voor den rechter gedaagd.
D UIT S C I-I L A N D.
Na het gebeurde met de redacteurs
van de Vorwarts, de geringeloorde arbei
ders in 'de bouwvakken die aan het socia
listische vereenigingsgebouw te Hamburg
werkten, en liet wegnegeren van dokters
hij sociaal-democratische ziekenfondsen,
vall alweer, in den tijd van enkele weken,
een nieuwe bijdrage tot. het hoofdstuk
sociaal-democraten als werkgevers te ver-
melden.
Naar de Berliner Volkszlg. meldt, heeft
te Landeshut wegens heling terecht ge
staan August Heinzel, vroeger beheerder
van de sociaal-democratische verbruiks-
vereeniging aldaar. De man bekende het
feit, maar voerde tot. zijn verdediging aan
dat hij door zijn ellendige bezoldiging tot
oneerlijkheid was gekomen. Hij kon niet
meer dan 14 pfennig in het uur verdk-
„Neem nu", beval zij, „uw zakboekje.
Schrijf op een der bladzijden deze woor
den: „Ik ben 't bestaan en de ellende
moede. Ik zoek vergetelheid. Beschuldig
niemand van mijn dood". Hebt ge dat?
Teeken 'tdan met uw naam, George Eger
ton, en steek 'tin den zak van den dooden
man. En nu, mijnheer Egerton vaarwel.
Ik zal uw dood verklaren, met behulp
van dit briefje, tot voldoening van 't ge
nootschap. Ga aanstonds aan boord van
'teen of andere schip. Er zullen zich geen
moeilijkheden voordoen. Ik alleen heb u.
heden gezien. Vaarwel; ik vrees, dat ik
u nimmer weer zal zien".
„Leila, Leila! riep ik koortsachtig uit,,
mijn bevrijdster! Gij hebt. mijn leven gered 1
Help me, om 't gelukkig door te brengen.
Kom, wanneer ik u schrijf, dat ik veilig
de plaats mijner bestemming heb bereikt".
Zij maakte mij den gelukkigsten man
dor wereld door haar antwoord en ik liet
haar bij' het lijk'staan, terwijl ik naar
de kade snelde om naar de stoomboot
geroeid te worden, die in den stroom lag.
Ik wachtte geen. oogenblik om Leila be
richt. te zenden toen ik Engeland bereikt
had, en, daar zij' geen opdracht had van
't genootschap en onder geen verdenking
slond, ondervond zij geene moeilijkheden
■op haar reis.
Uit do nieuwsbladen vernam ik, dat
generaal Gribanoff zes maanden nadat ik
Petersburg verliet, op gewelddadige en ge
heimzinnige manier den dood vond.
v. -V