Katholiek Orgaan voor de £eeuwsche Eilanden.
No. 130.
Zaterdag J November 1905.
Eerste Jaargang.
FEUILLETON.
BINNENLAND.
Verschijnt eiken MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND,
OOSTERBAAN LE COINTRE,
G O E S. 4-
Brieven van een Oud-Journalist.
Kinderliefde.
Van onze Eilanden
Een en ander dit blad betreffende te zenden:
wat aangaat de Redactie a. d. Redacteur; al het overige a. d. Uitgevers.
jH>Onnementspri)s: per 3 maanden
Voor het buitenland verhoogd met de meerdere porto's.
Afzonderlijke nommers (bij vooruitbetaling)
—.95
-.05
Drukkers-Uitgevers:
ftdvertentiën: van 1—6 regels —.60; iedere regel meer 10 ets.
Orootere letters of cliché's worden naar plaatsruimte berekend.
Eenzelfde advertentie driemaal geplaatst, wordt tweemaal berejeend.
Bij een groot aantal regels of bij abonnement speciale prijs.
Dienstaanbiedingen: 25 ets. per advertentie van hoogstens 5 regels.
Reclame-berichten: 25 ets. per regel.
Voor het op te richten Kerkje te
Barjer-Compascuum.
N. N. Uit dankbaarheid en om nieuwen
zegen, ter eere van den gelukzaligen
GerarduS Majellaf 3.50.
Naar aanleiding van eene opmerking in
een mijner voorgaande brieven, hebt gij,
geachte redacteur, mij gevraagd, of ik voor
algemeen kiesrecht was. Zie hier mijn be
reidwillig antwoord, eenigszlns toegelicht,
maarzoo kort mogelijk, want 5k
erken gaarne de gegrondheid der aanmer
kingen van „uw abonné", onlangs geuit
in uw blad.
Ik heb in bedoelden Brief zoo ter loops
alleen gezegd, dat ik van algemeen kies
recht, nat.:ur.ijk alt'jd e n'geimate beperkt,
niet afkeerig hen, waarmede ik te
kennen willen geven dat, wanneer te
avond of morgen tot deze hervorming defi
nitief werd besloten, de schrik mij nog
niet op het lijf zou vallen. Ik wil er bij
voegen, dat het huismanskies-
r e c h t, een .algemeen kiesrecht van ge
zinshoofden, onder alle beperkingen mijne
voorkeur hebben zou. Indien er dus van
liefde voor 't algemeen kiesrecht bij mij
sprake wezen kan, dan is zij voorzeker
van weinig minder platonischen aard dan
die van de antirevolutionaire partij, welker
proeve van huismanskiesrecht dit zij
er bij gevoegd naar aanleiding eener aan
merking van „De Zeeuw" zoo lang
commissoriaal blijft. Ik moet ook beken
nen, dat ik van den beginne zeer nieuws
gierig ben geweest, tot welken leeftijd die
proeve zou afdalen en of zij 't kiesrecht
ook verleenen zou aan het vrouwelijk ge
zinshoofd, 'wel te Verstaan 'weduwe, niet
de echtgenoote, van wie ter kenschetsing
van hare onhebbelijkheid wel eens gezegd
wordt, dat zij zeker mannelijk kleedingstuk
draagt.
Hierbij wil ik echter nog opmerken, dat
het vrouwelijk kiesrecht, hetwelk reeds
bestaat in Nieuw-Zeeland, in sommige Sta
ten der Noord-Amerikaansche Republiek
en zelfs in eenige districten van Rusland
en waar „het zoo goed gaat", in 't alge-
Op zekeren avond staarde vrouw Ka-
doc, aan den haard gezeten, meewarig
naar haar zoon, die even droef te moede
was geworden als zij zelve.
„Je waart zoo edelmoedig, Jean, om,
in plaats van met de andere jongens uit
te gaan, bij mij te blijven," sprak ze.
„Zonder jou, Jean, zou ik zeker van smart
en ellende zijn omgekomen. Maar ik be
grijp, hoe zwaar je kinderlijke liefde nu
op je weegt, en ik gevoel, dat de teeder-
heid van een oude moeder, verteerd door
verdriet van het verleden, je jong hart,
vervuld van hoop voor de toekomst, niet
meer kan voldoen."
„Beklaag mij niet, moeder, want ik voel
me gelukkig, dat u hij me bent. Als ik
soms zucht en mijmer, meen dan niet,
dat gij mij tot last zijt; integendeel, mijn
eenig leed is, dat vader niet meer leeft,
om ons leed te deelen. Ik zou de kracht
hebben en hij de ervaring: alles hier zou
zooveel beter wezen. En ik zou genoeg
moed en rechtschapenheid toonen, om u
beiden trotsch op me te doen zijn. En
dan ook, nu er geen gebrek is in huis,
zou ik, u onder vaders bescherming la
tende, met de andere jonge kerels optrek
ken tegen de roovers in het bosch, die
meen beschouwd geen uitvinding is van
onzen modernen lijd. Want uit de ge
schiedenis kunnen wij weten, dat. het reeds
bestond in de Middeneeuwen voor dorps-
en stedelijke belangen.
En om nu (ge ziet weer, dat oude men-
schen voor 't geen zij te zeggen hebben
zoo maar niet met de deur in huis kunnen
vallen) om nu op mijn a propos te komen,
ik koester geen vrees voor algemeen kies
recht, wel te verstaan beperkt
omdat ik in landen, waar '1 inge
voerd is, daarvan geen zóó nadeelige ge
volgen bespeur, om er voor terug te
schrikken. In België waren in 1892 van
de 6069'32 inwoners slechts 136777 kie
zers. Na de invoering van 't algemeen kies
recht, kwamen r op de 6,693 810 inwoners
1.472.988. Hier zij herinnerd, dat alle par
tijen, de socialistische niet uitgezonderd,
tot het meervoudig stemrecht hebben
medegewerkt. Deze kiesrechtuitbreiding
kwam bij' de eerstvolgende verkiezing ten
voordeele van de Katholieke partij, ten
nadeele van de liberale: de eerste ver
wierf 112 zetels, de liberale behield er
slechts 12. De socialistische veroverde 32
zetels. Bij de verkiezingen in 1900 daalde
't aantal Katholieke Kamerleden tot 86,
en behield de Kath. partij nog eene meer
derheid van 20 stemmen. Zij heeft zich
deze vermindering best getroost op grond,
dat eene parlementaire meerheid ook te
groot wezen kan. In Zwitserland hebben
de socialisten 1.1. Zondag een flinke ne
derlaag geleden en vele zetels verloren.
In Duitschland, wel is waar, zijn stemmen
in de laatste jaren opgegaan, om het af
te schaffen; het Kath. Centrum wil hier
niets van weten.
In Baden, waar het pas is ingevoerd,
heeft het bij eerstvolgende verkiezingen
in dit jaar de Kath. partij bij de eerste
stemmingen reeds een paar zetels doen
winnen en geeft het voor de herstemmin
gen geen gering uitzicht op andere nog. In
Hongarije wordt 't door de regeering voor
bereid ook als een middel om de overheer-
sching van het magnatendom te kunnen
fnuiken.
Men zal wellicht willen wijzen op de
eiken dag vermeteler worden."
Moeder Kadoc verbleekte en sidderde.
„Jij moet niet gaan vechten tegen de
roovers in het bosch, mijn zoon," sprak
ze op zonderling ernstigen toon. „God mo
ge dat toelaten aan anderen, aan jou ver
biedt. Hij het."
„Gij schertst, moeder," zei de jonkman;
„waarom zou God mij verbieden, wat Hij
aan anderen veroorlooft? Zoo ik, evenals
zij, nog mijn vader had, om u en ons
eigendom te beschermen, dan zou ik mij
al bij hen hebben gevoegd. Maar maak u
niet bezorgd, moeder: omdat ik geen va
der meer heb, zal ik u niet verlaten."
En toen de oude vrouw daardoor was
gerustgesteld, hernam Jean zacht:
„Al lang heb ik er naar verlangd, te
weten hoe vader stierf. Ik was destijds,
ofschoon nog heel jong, in betrekking in
di stad, toen u mij schreef, dat vader
dood was. Van dien dag af heb ik nooit
iets naders van vader vernomen. Ik heb
nooit u of iemand anders durven onder
vragen, uit vrees van een pas gesloten
wonde weer te openen. Maar nu zijn er
al heel wat jaren verloopen, en als het
u niet te pijnlijk valt, vertel me dan eens,
moeder, hoe mijn arme vader gestorven
is."
De oude Vendeesche werd nog bleeker
dan ze al was, en haar sidderen duurde
langer. Zij aarzelde nog. Evenwel haar
treurige toestanden in sommige landen
met algemeen kiesrecht, bijv. Spanje,
Frankrijk en de Vereenigde Staten. Ik ant
woord, dat 't niet voldoende is te consta-
teeron, dat twee verschijnselen tegelij
kertijd bestaan, maar dat tevens 'teftu-
saal-verband tusschen die verschijnselen
moet aangetoond, tusschen alg. kiesrecht
en de politieke, sociale of moreele cor
ruptie. Zou, als ik vragen mag, bijv. in
Frankrijk de politieke toestand bij een be
perkt. census-kiesrecht beter zijn Of in
de Vereenigde Staten, indien de laagste
klasse der tegenwoordige stemgerechtigden
't kiesrecht verloren, terwijl de stemmen-
koopers en dito makelaars bleven?
Wij, ouderen van dagen, hebben poli
tiek bederf gekend in landen en tijden,
toen 't kiesrecht nog zeer beperkt was.
Onder het zeer beperkt kiesrecht heeft
:men in Engeland eene wet tegen corrup
tie moeten maken.
Het bestaan van Staatkundig bederf of
van socialen achteruitgang in een land
met alg. kiesrecht bewijst hoogstens dit:
dal 'talg. kiesrecht niet een algencesmid-
del is tegen alle mogelijke kwalen. Doch
welk ernstig mensch beweert zulks? En
bij 't opsporen van de oorzaken of bron
nen van Staatkundige en maatschappelijke
kwalen, zal men zijn onderzoek in den
regel moeten beginnen in die klassen,
welke ook bij 't meest beperkt kiesrecht
een overwegenden invloed op 's lands be
stuur kunnen uitoefenen. Politieke en so
ciale kwalen ontstaan boven in 't Staat
kundig en maatschappelijk gebouw. Hier
gaat niets van af.
Maar het socialistisch gevaar dan?
Heusch, ik geloof niet, dat men 't socia
lisme met goed gevolg kan bestrijden,
door zijn vertegenwoordigers de gelegen
heid te benemen, zich in 't Parlement te
doen hooren. En is 't niet in verschil
lende landen, ook in ons vaderland geble
ken, dat 't parlementaire socialisme
scheuring in de partij verwekt en deze
alzoo verzwakt? Is ook niet in landen
met alg. kiesrecht 't aantal socialistische
parlementsleden in 'teene verminderd, in
het andere stationair gebleven in de laat-
volwassen zoon aanziende, begreep ze, ein
delijk hem de waarheid te moeten open
baren. En zij deed dit met door ontroering
gebroken stem
„Terwijl je in dienst waart in de stad,
Jean, verwelkte mijn schoonheid in ver
driet, en ons geld glipte weg tusschen de
vingers van je vader. Ten slotte heeft
Kadoc me verlaten. Langen tijd heeft hij
zich misdragen en rondgezworven, en toen
verspreidde ik het gerucht over zijn dood,
ten einde me niet meer te behoeven te
schamen, als ik van hem sprak. Maar je
vader is niet dood, arme JeanIn de streek
teruggekeerd, heeft hij zich aangesloten
bij de roovers in het bosch. Men beweert
zelfs, dat hij die t.uehtelooze lieden tracht
te verzamelen en er het bevel over wil
voeren. Daarom verbiedt God aan jou,
mijn jongen, mee op te trekken tegen die
booswichten. Want. dan zou je een strijd
aangaan met je vader!"
Die onthulling, welke de moeder diep
smartte, bracht bij haar zoon een buiten
gewone vreugde teweeg.
„O, moeder, lieve moeder 1" riep Jean
opgetogen uit, „als vader nog leeft, dan
wil ik vader ook terugzien I Ik zal hem
gaan opzoeken in het bosch, ik zal hem
spreken van u, van mij, en ik zal hem
zooveel goede en treffende dingen zeggen,
dat hij zijn bandieten zal verlaten, om
weer bij ons te komen."
ste jaren? In Zwitserland zijn den soci
alisten wederom zetels ontvallen. En in
dien zij er maar één minder zal
verliezen, zal 't hieraan toe te schrijven
zijn, dat in een district de katholieken
haar steunen, evenals dat onlangs in Ba
den is geschied ien vroeger hieT, te Lochem,
toen de katholieken den socialist Helsdin-
gen verkozen, om den liberaal Hesselink
v. Suchtelen het voetje te lichten. Daar
enboven verwacht ik vast, dat in ons va
derland 't socialistisch gevaar door de uit
breiding en onder den invloed der Christe
lijke Actie, niet weinig nog zal afnemen.
Ten slotte verklaar ik, dat 't mijne be
doeling niet is geweest, met dit schrij
ven propaganda te maken voor 't alge
meen kiesrecht; dat ik zelfs om redenen,
die ik later misschien zal ontwikkelen,
de invoering er van in den eerstkomendon
tijd allerminst wenschelijk acht. Ik heb al
leen willen toelichten, waarom het, o p
zichzelf beschouwd, en afgezien
van zekere omstandigheden, mij geen
vrees inboezemt. Evenwel deze kwestie
is door de tegenwoordige regeering nu
eenmaal aan de orde gesteld en ook in
de politiek weet men vaak niet., hoe een
dubbeltje rollen kan. Ik ben het volko
men eens met hetgeen „Hel Centrum"
van 9 Sept. 1903 in een hoofdartikel te
lezen heeft gegeven:
„De Kieswet-van Houten, later technisch
herzien door Borgesius, geeft den een te
veel, den ander te weinig en laat in elk
geval te menigen wensch onbevredigd, om
ons ten aanzien van dit vraagstuk voor
geruimen tijd rust te schenken. De vigee-
rende wet is dan ook onder meer dan
een opzicht zoo inconsequent, willekeu
rig en bizar, dat men er zich over zou
moeten verwonderen, indien het anders
ware. Aanneming van het ontwerp-Tak in
1894 zou wellicht gunstiger uitkomsten
hebben opgeleverd. Nu blijft het sukkelen
en zeuren
Onmogelijk acht ik het niet, dat spoe
diger dan mij alsnog wenschelijk voorkomt,
aan dat „sukkelen en zeuren" een
einde wordt gemaakt door de definitieve
oplossing van 't algemeen kiesrecht.
„Wat 'n dwaasheid, mijn kindHij zal
niet naar je luisteren, hij zal je zelfs niet
kunnen herkennen, na zooveel jaren van
scheiding
Jean wilde niet toegeven.
„Ik zal me noemen," herhaalde, hij koort-
sigdruk, „ik zal hem overreden, ik zal
hem verloederen en hem berouwvol bij
u terugbrengen. Met hem zal het geluk
in onze woning weer binnentreden. Laat
mij begaanik heb het volste vertrouwen,
ik voel, dat ik slagen zal. En wees niet
bang, moeder, dat ik toegevend aan den
drang van mijn jeugd, of aan het voor
beeld van anderen, met de anderen zal
gaan vechten, want ik neem noch mijn
jachtgeweer, noch mijn groote zeis, noch
zelfs mijn gewonen knuppel mee in het
bosch."
En in spijt van de beden en smee
kingen van zijne moeder, het hart vol
van vreugde en hoop, begaf Jean den
volgenden dag bij het krieken van den
dageraad zich op weg.
II.
Eene ontmoeting met de andere jonge
lieden van het dorp vermijdend, hield Ka-
doe's zoon zich niet op om te eten of
te drinken, noch zelfs om een oogenblik
uit te blazen. Niet voordat hij het kreupel
hout van het bosch was binnengegaan,
vertraagde hij zijn stap. En daar, in al
De Haagsche briefschrijver van de „N.
G. Ct." geefl de verzekering, dat de finan-
cieele plannen van minister De Meester
reeds een vrij vasten vorm hebben aan
genomen en dat nog in t' loopend zitting
jaar van den minister van Justitie en van
zijn ambtgenoot voor Nijverheid zeer ge
wichtige voorstellen kunnen worden tege
moet gezien op het gebied der verbete
ring van ons burgerlijk recht en van de
arbeidersverzekering, zoomede met betrek
king tot hel openbaar verkeerswezen. De'
schr. verneemt nog, dat alle gegeyens zijn
verzameld en bewerkt voor een eventuéile
wetsvoordracht tot naasting van alle
spoorwegen door den 'Slaat. Misschien zal
deswege hij de aanstaande hegrootings-
debatten reeds volledige zekerheid worden
verkregen.
In den Militieraad van Zeeland is
tot voorzitter benoemd de heer Heyse, tot
plaatsvervanger de heer De Bats, beiden
leden der Staten; tot lïd de heer L. K.
van der Harst, en tot plaatsvervanger de
heer B'ogaert, leden van den raad te Mid
delburg.
Bar baarse h, al b het waar is.
In een correspondentie uit Singapore,
opgenomen in een der Indische bladen
wordt als resultaat van een onderzoek
medegedeeld, dat de autoriteiten ep Banka
de gewoonte schijnen te hebben, de in de
tinmijnen werkende vrije koelies van een
I randmerk op den linker schouder te voor
zien, indien zij finaal worden afgekeurd,
ter vergemakkelijking van de controle op
nieuw aangenomeu koelies.
Men bevestigt, dat de naam van het
Ministerie van waterstaat, handel en nij
verheid binnenkort zal worden veranderd
in Ministerie van Verkeerswegen.
De Koninklijke stall en, De
Haagsche briefschrijver van de „N G. Ct."
verneemt van welingelichte zijde, dat de
veelbesproken post voor den bouw der
nieuwe stallen bij het Kon. domein het Loo
bij nota van wijziging van het Hoofdstuk^
I zal worden teruggenomen. H. M. de
Koningin zou zelve daartoe het verlangen
hebben te kennen gegeven
GOES. Door den 12-jaiigen P. Brouwer
werd Maandag een llesch brandewijn van.
de opgewondenheid van een eenvoudige,
naïeve ziel, kon Jean zich niet weerhouden
uit te roepen:
„O, dicht woud, waar verbergt gij mijn
vader? Gij houtduif, die over mijn hoofd
heenvliegl, boodschap mijn vader, dat zijn
zoon hem zoekt! En gij, klein hért, door
mijn verschijning' opgejaagd, geleid mij,
in plaats van in doodsangst te vluchten,
tot aan de schuilplaats van Kadoc!"
In een soort van bedwelming bereikte
hij het hooge geboomte. Alle hazelaren
echter hadden daar evenveel oogen als
nootjes, en de eiken hadden er evenveel
ooren als eikels.
Kadoc, die, in de schaduw van een
breeden pijnboom op een rots gezeten,"
geroofden appelwijn dronk uit denz.lfden
beker als zijn rotsgezellen, en zijn mes
stak in hetzelfde gestroopte wild, werd
weldra door de verkenners van zijn bende
kennis gegeven, dat een ongewapende boer
waarschijnlijk een spion hel bosch
was binnengedrongen. Reeds ziende, hoe
de woeste bandieten blikken van wan
trouwen met elkander wisselden, gebood
hij hun zich in nederlaag te leggen, den
men te bespieden, den hoer te overvallen
en hem levend vóór hun aanvoerder te
brengen.
(Slot volgt.)