Katholiek Orgaan voor de Zeeuwsche Eilanden. No. 118. Zaterdag October 1905. Eerste Jaargang. FEUTLLETOKr BUITENLAND, Verschijnt eiken MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND, Hereenigd. Katholieke Sociale Actie. UIT DE PERS, BINNENLAND. NIEUWE ZEEUWSCHE COUP Een en ander dit blad betreffende te zenden: wat aangaat de Redactie a. d. Redacteur; al het overige a. d. Uitgevers. Abonnementsprijs: per 3 maanden —.95 Voor het buitenland verhoogd met de meerdere porto's. Afzonderlijke nommers (bij vooruitbetaling)—.05 Drukkers-Uitgevers: OOSTERBAAN LE COINTRE, G O E S. Adtferfenfiën: van i—6 regels —.60; iedere regel meer 10 ets. Qrootere letters of cliché's worden naar plaatsruimte berekend. Eenzelfde advertentie driemaal geplaatst, wordt tweemaal berekend. Bij een groot aantal regels of bij abonnement speciale prijs. Dienstaanbiedingen: 25 ets. per advertentie van hoogstens 5 regels. Reclame-berichten: 25 ets. per regel. V Vanwaar? Onlangs werd hier (er plaatse een le zing gehouden over de Faustsage. In het verslag daarvan in de „G. C." trof ons de volgende zinsnede „De philisofen van alle tijden hebben zich opgemaakt het ontstaan en de oorzaak van de wereld te onderzoeken, maar steeds is het resultaat geweest, dat het waarom onbekend bleef en de wetenschap heeft nooit anders kunnen geven daji be grip van feiten, waar de oorzaak een on begrepen iets bleef". Het ontstaan en de oorzaak der wereld door de filosofen a'ler tijden niet begre pen, is het wonder? Hiertoe moest de verklarende kracht der materialistische wijsgeeren te kort schie ten, terwijl voor een denkend mensch aan stonds in het oog moest springen de onmo gelijkheid dat de wereld haar ontslaan zou te danken hebben louter uit de stof. Wat al pogingen zijn aangewend om het ontstaan der wereld uit de stof te kunnen bewijzen en daarmee het Godsbestaan te loochenen Men sprak van wisselwerking van dam pen en gassen, van oerlagen, zuren, enz. enz., maar hoe oer-geleerd men ook ware, telkens drong zich weer met ijzingwek kende logica de vraag naar voren, waar die gassen, dampen, stoften, luchtlagen vandaan kwamen. Vanwaar? En mocht men ook al meenen daarvan de oplossing gevonden te hebben, door analyse tot kennis der samenstelling dier stoften meenen gekomen te zijn, zoo rees ten opzichte dier deelen dezelfde vraag, die zich in cirkelronde zal her halen: vanwaar? Aangezien nu geen menschelijk wezeh de macht bezit iets nit niets te maken, te scheppen, en wijl het eerste atoom, dat, zoo men wil, de oorzaak werd der evolutie, noodwendig geschapen zijn moet, komt men daardoor tot het klare bewijs, dat er een Schepper bestaat, die God is, en dat het ontstaan der wereld niet te begrijpen valt voor de materialis- 63) „Ik heb het goed bekeken," zeide zij, „maar ik blijf er bij, dat er nooit papier van dit soort in mijn huis is geweest". „Wat denkt ge er nu van?" fluisterde Gryce mij in 'toor, terwijl hij de beken tenis uit mijn hand nam. „Vindt ge 'tnu nog waarschijnlijk dat Hanna dit fraaie stuk geschreven heeft?" Ik schudde ontkennend het hoofd, ein delijk overtuigd dat hij gelijk had. Tegelijk echter fluisterde ik hem toe: „Maar als Hanna het niet heeft geschreven, wie heeft 'tdan wel gedaan? „Én hoe kwam het op de plaats, waar ik het gevonden heb?" „Dat is 't juist wat wij nu moeten uit- vorschen", zeide hij. En van voren aan beginnende, deed hij vraag op vraag betref fende het overleden meisje en haar ver blijf aldaar, maar de antwoorden die hij ontving, strekten allen slechts om te dui delijker te doen uitkomen, dat zij de beken tenis niet medegebracht, en nog veel min der die ontvangen kon hebben van een geheimen boodschapper. Tenzij wij moes ten twijfelen aan de waarheid van juf frouw Belden's woorden, was en bleef het een onoplosbaar reedscl, en ik begon reeds te wanhopen of wij in dezen wel iets verder zou komen, toen Gryce, met tisch aangelegde menschen, wel te ver klaren door het bestaan van den almach- tigen en scheppenden God. Katholieke Sociale Actie is een zaak, die aan de lezers zeker bij name bekend is. Er is in den laatsten tijd zeer dikwijls over gesproken en in vele van onze Zeeuw sche plaatsen zijn van die Katholieke So ciale Actie plaatselijke comité's opgericht. Het is niet gemakkelijk om in weinige woorden het doel van die organisatie, die thans over geheel Nederland is tot stand, gekomen, uiteen te zetten. Wanneer ik dit toch wil beproeven, dan kan ik, dunkt mij, dat niet beter doen, dan met de woor den van onzen Opperherder Pius X. In zijn Encycliek aan do Bisschoppen van Italië, zegt de Paus: Het gebied der ka tholieke actie is zeer uitgebreid. Door ha- fen aard sluit deze niets hoegenaamd uit, dat op eenigerlei wijze, hetzij middellijk of onmiddellijk, behoort tot de goddelijke zending der kerk. De noo dz"akel'ij k- h e i d v a n i e d e r s p e r s o o n 1 ij k e m -e- dewerking zal gemakkelijk worden in gezien, waar het een werk geldt, zoo be langrijk, niet alleen tot heiliging onzer zie len, maar ook om het Rijk Gods te ver breiden en steeds meer tot ontwikkeling te brengen hij de afzonderlijke personen, in de gezinnen en in de maatschappij, door dat ieder, overeenkomstig zijne krach ten, tracht he't welzijn le bevorderen van den naaste, door de verspreiding van de geopenbaarde waarheid, de beoefening van de Christelijke deugden en de werken van naastenliefde, zoowel geestelijke als stof felijke." Zoo opgevat is het duidelijk „welk een hulp aan de Kerk wordt verschaft door die keurbenden van Katholieken, die zich juist ten doel stellen om door al le rechtvaardige en wettige m i d d e 1 e n de an ti-c h r is te I ij ke be schaving te bestrijden; op aller lei wijzen de zeer ernstige misstanden, die uit die anti-christelijke beschaving voort vloeien, uit den weg te ruimen; Jezus een veelbeteekenenden blik naar mij, zich tot juffrouw Belden wendde met de vraag: „Ge hebt gisteren, naar ik hoor, een brief ontvangen van miss Marie Leaven worth „Ja, meneer". „Kimt ge dan ook zeggen, of er iets anders in het couvert was, dan het aan u gerichte schrijven? Was er niet een brief voor Hanna. bij ingesloten?" „Neen, mijnheer", antwoordde zij met veel nadruk, „er was niets voor haar inge sloten; maar zij heeft gisteren zelf een brief ontvangen, die met dezelfde post is aangekomen als de mijne". „Heeft Hanna een brief ontvangen!" rie pen wij in één adem uit. „Ja; het adres was niet aan haar gericht, maar aan mij", hernam 'zij, mij een blik vol wanhoop toewerpende. „Door een geheim teeken in een der hoeken van het couvert wist ik echter „Hemelsche goedheid!" riep ik uit, „waar is die brief? Waarom hebt ge niet vroeger daarvan gesproken? Welke reden kunt ge hebben om ons in 't duister le laten rondtasten, terwijl een enkele blik in dien brief ons ineens op de hoogte kon brengen?" „Ik heb op 't oogenblik er eerst aan ge dacht en wist niet, dat het van zooveel gewicht was. Ik „Juffrouw Belden", riep ik uit, mij1 niet langer kunnende bedwingejn, „waar is die brief, hebt, ge hem in uw bezit?" Christus wederom terug te voeren in het huisgezin, in de school in de samenle ving; het beginsel te herstellen: dat het menschelijk gezag het goddelijk g_zag ver tegenwoordigt de belangen van het volk en meer b ij zonder van de arbeidersklasse en de land bouwbevolking zoo ernstig m o- gelijk ter harte te nemen, door niet alleen in aller gemoed de godsdien stige beginselen, als eenige ware bron van troost in te prenten, maar ook door zich moeite te geven hun leed te verzachten, hun oeconomischen toestand dcor doel treffende maatregelen te verbeteren. Het geheel van al deze werken, is het wat men pleegt te noemen: Katholieke Actie." Zulk een georganiseerde Katholieke So ciale Actie is in ons klein Nederland, on der de hooge goedkeuring van hét Door luchtig Episcopaat tot stand gekomen, en wel in eene mate als geen Katholiek volk ter wereld nog kan aanwijzen. „Daarom ook kan het niet uitblijven zoo lezen wij in Vlugschrift no. 1 of alom in den lande zal warme sympathie ontstaan voor de Katholieke Sociale Ac.ie, vooral omdat de zuiver politieke Actie is uit gesloten. De sympathie, dat instemmen met het doel, zal zich uitspreken door de op richting in nog grooter aanlal van plaatselijke comité's, zal zich uitspre ken ook door daadwerkelijken en financi- eelen steun van alle Katholieken. Want aan niemand mag de gelegenheid worden onthouden om tot het groote doel mede te werken; en daarom zegt art. 14 van het Reglement der plaatselijke comité's „Donateurs van het plaatselijk comité zijn zij, die minstens 50 cents per jaar bij dragen (1 cent per week). Aldus zegt het reeds gemelde Vlugschrift mogen wij er veilig op rekenen, dat geen beurs zal gesloten blijven, omdat deze Kathol. Sociale Actie, onder Gods zegen, aan ge heel ons volk zal ten goede komen. Ieder steune daarom door gave, woord en werk de Katholieke Sociale Actie. G. v. L.pr, „Neen", antwoordde zij. „Ik heb hem gisteren aan Hanna gegeven tjn sedert heb ik hem niet meer gezien". „Dan moet hij boven liggen. Laten wij nog maar eens gaan zien", zeide ik, mij haastig naar de deur begevende. „Gij zult niets vinden", zeide Gryce, mij bij den arm terughoudende, „ik heb ge keken. Er is niets ais een hoop verbrand papier in een der hoeken. Dat is waar ook, wat kan dat geweest zijn?" vroeg hij aan juffrouw Belden. „Ik weet het niet, mijnheer. Zij had niets dat zij1 z'ou kunnen verbrand hebben, als den brief". „Dan zullen wij toch eens zien", zeide ik half tot mijzelven, en naar boven gaan de, haalde ik de waschkom met hetgeen er in was. „Wanneer het de brief was dien u gisteren in de handen hadt, dan was hij in een geel couvert". „Ja, mijnheer". „De asch van geel papier ziet er an ders uit als van wit papier. Ik geloof dat ik zal kunnen uilmaken of het de asch is van eene gele enveloppe, als ik haar zie. Ah, de brief is verbrand hiér is een stuk van het couvert". Dit zeggende haal de ik uit het hoopje verbrand en ver schroeid papier een stukje, dat minder verbrand was dan de rest. „Dan baat 't. ook niet of wij al zoeken ts weten te komen, wat de brief behelsde", zeide Gryce, „wij zullen da.t moeten vra gen aan juffrouw Belden". De S t o r m b a 1. Aangaande de jongste gebeurtenissen ia de Tweede-Kamerzitting van verleden week Dinsdag schrijft „Het Vaderland" „Volgens het „Utrechtsch Dagblad" is bij het Adresdebat in de Tweede Kamer de heer Van Karnebeek als leider der oud-liberalen opgetreden. - Inderdaad, het lijkt er naar. Hij was de eenige van deze groep, die sprak, en hij verklaarde mede namens andere le den der linkerzijde te spreken. Die ande ren zullen natuurlijk oud-liberalen zijn ge weest; onzeker is alleen, of het alle oud liberalen waren. Nog het voiig jaar was dit anders; toen was, na de ziekte van dr. Mees, mr. Tyde- man aan den rechtervleugel der linkerzijde de aangewezen leider en stemde, gelijk vroeger reeds, de heer Van Karnebeek her haaldelijk met rechts tegen links. Mocht thans de heer Tydeman hebben geabdiceerd en de heer Van Karnebeek in zijn plaats zijn gelreden, dan zou deze persoonsverwisseling voor de rechterzijde een reden tot verheugenis zijn, voor het overig deel der linkerzijde echter het uit hangen van den stormbal." Alle teekenen zijn er inderdaad, welke aanduiden, dat er. noodweer op komst is in de politiek. ITALIË. Voor eenige dagen heeft Z. II. Pius X een groep van 400 Fransche werklieden in audiëntie ontvangen. Door den Paus werd daarbij in het ltaliaansch een toespraak gehouden, die wij, nu zij volledig bekend is, aan onze lezers mededeelen- Zij luidde aldus „Ik wensch u geluk met de gevoelens van levendig geloof, 'die ii bezielen. Een bewijs van dat geloof levert gij jaarlijks door naar het middenpunt van het Ka tholicisme te gaan, u bij de graven van de II. Apostelen te versterken en uwe eerbiedsbetuigingen te brengen aan den Plaatsbekleeder van Jezus Christus. „Bij mijn gelukwenschen voeg ik mijn dankbetuiging. Ik dank u voor de ver troosting, die gij mij schenkt, want in waarheid zeg ik het u, ik bemin Frank rijk, ik wil het goede van alle Franschen. „lederen morgen is mijn eerste gebed een verzoek lot God, Hat de kinderen van „lk kan 'tu waarlijk niet zeggen", ant woordde zij. „De brief was wel is waar aan mij: geadresseerd, maar toen ik begon Hanna te leeren schrijven, heeft zij mij gezegd dat zij een zoodanigen brief wach tende was, en daarom heb ik hem niet geopend, maar dadelijk aan haar gegeven". „Maar gij hebt er toch bijgestaan toen zij hem gelezen heeft?" „Neen, mijnheer; daartoe had ik het op het oogenblik te druk. Mijnheer Raymond was juist gekomen, en ik had dus geen tijd onr veel aan Hanna en haar brief te denken; trouwens, de brief dien ik had ontvangen, baarde mij- al genoeg zorg". „Gij zult er haar evenwel later op den dag toch wel over gesproken hebben?" „Ja, mijnheer, dat heb ik ook, namelijk toen ik na het eten haar thee boven bracht, maar er was niets uit haar te krijgen. Wanneer zij wilde, kon zij bijzonder goed zwijgen. Zij wilde mij zelfs niets zeggen of hij van haar meesteres kwam, of niet". „Gij dacht dus, dat de brief wel van miss Leavenworth zou zijn?" „Ja, mijnheer, dat was natuurlijk, ik had immers hel geheime teeken gezien in den hoek. Hoewel, dat zou er ook op geplaatst kunnen zijn door den heer Clavering", voegde zij er nadenkend bij. „Gij zegt, dat Hanna gisteren opgeruimd was; bleet ze dat ook na het ontvangen van den brief?" „Voor zoover ik kon merken, ja, mijn heer. Ik bén trouwens niet lang hij haar Frankrijk aan hun katholiek geloof gehecht blijven. Dat gebed is vol hoop. Ja, hoe droevig de tegenwoord'ge omstandigheden zijn, ik heb vertrouwen in de goedheid en het medelijden van God. „Ik vraag u, uw gebeden met de mijne te vereenigen, ik vraag hét vooral aan u, mijn kinderen, die met het prie sterschap zijt bekleed. „Bidt en laat bidden, opdat het Katho liek geloof, dat Frankrijk gedurende 16 eeuwen groot heeft gemaakt, dat land al tijd doe bloeien en zijn kinderen gelukkig make. „Ik verzoek u dé tolken van mijn ge voelens te willen zijn, en mijn woorden aan uw broeders in Frankrijk over te brengen. Zeg hun, dat ik slechts één ding wil: de grootheid van Frankrijk en het geluk van zijn kinderen op deze aarde en in de andere wereld. „Dat de zegen van God nederdale over u en over uwe families, over allen, die u dierbaar zijn, over allen, die gij in uw geest en hart, draagt. „Dat hij nederdale over geheel Frank rijk, opdat. Frankrijk zich toone, wat zij altijd blijft de oudste dochter van de Kerk. „Dat die zegen u ten troost en bemoe diging zij. Ontvangt, als onderpand den Apostolischen zegen." FRANKRIJK. B a r b a r e n w e r k. Te Mantes-sur- Seine zijn 43 Benedictinessen gewapen derhand uit haar klooster gezet. Elf van haar waren van 70 tot 83 jaren oud, sommigen zwak en ziek. De oudste reli gieuze riep weenend' uit: „Men jaagt .mij uit mijn huis, terwijl ik op den drempel valn het graf sta Is er geen, reden om van Combistisch barbaren werk te spreken? Van bevoegde zijde ontvangen wij het bericht, dat de besturen der katholieke bijzondere scholen in het aartsbisdom U- trecht tijdig alle instructies zullen ontvan gen, welke zij behoeven naar aanleiding van liet in werking treden der herziene wet op het lager onderwijs voor het ma ken der contracten enz. Ook zal tijdig worden gezorgd voor de samenstelling der commissies van beroep. (Centr.) geweest; door de noodzakelijkheid gedron gen om de trommelmaar waarschijn lijk heeft u dat reeds vernomen van mijn heer Raymond!" Gryce knikte toestemmend tot. antwoord. „Het was den geheelen avond zulk een overspanning voor mij, dat ik in 't geheel niet aan Hanna gedacht heb, maar „Wacht een oogenblik", zei Gryce, en mij wenkende naar een hoek van het ver trek, fluisterde hij„Nu moeten wij een oogenblik rekening houden met hetgeen door N. is gezien. Terwijl gij naar buiten gaat, om juffrouw Belden te volgen, en voor dat zij1 weer bij Hanna terugkomt, beloert N. het meisje in haar kamer en ziet haar in een der hoeken over iets heen buigen, wat naar alle waarschijnlijkheid mag gehouden worden voor de waschkom, die door ons gevonden is. En hierna, ziet hij haar haastig iets innemen uit een pa piertje. Nog verder iets?" „Neen", zeide ik. „Welnu dan", sprak hij, zich opnieuw tot juffrouw Belden wendende, maar „Maar toen ik mij naar bed zou bege ven, kwam mij het meisje in de gedachte; opende ik, toen ik langs haar kamer ging even de deur". „Zonder iets te zeggen?" „Ja, mijnheer". „Hebt ge opgemerkt in welke houding zij in bed lag?" „Niet precies; ik denk 'op "haar rug". (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Nieuwe Zeeuwsche Courant | 1905 | | pagina 1