BUITENLAND. BINNENLAND. Van onze Eilanden. dom, weder voor dit jaar, d. i. tot aan de 40-daagsehe Vasten van het volgend jaar, dispensatie in de onthoudingswet op alle Zaterdagen, uitgenomen die Zater dagen welke geboden Vastendagen zijn. Echter vermanen wij U, om door aal moezen en andere goede werken aan te vullen wat door het gebruik maken van de verschillende dispensation aan uwe boetedoening ontbreekt. En zal dit ons herderlijk schrijven op den Zondag Quinquagesi m a in alle tot ons Bisdom behoorende kerken, als mede in kapellen waarover een Rector is aangesteld, op de gebruikelijke wijze worden voorgelezen. Gegeven te Haarlem, den 21sten Febr. 1905. f Augustinus Josephus, Bisschop van Haarlem. Op last van Z. 1). Hoogwaardigheid, M. P. J. M 11 m a n n, secretaris. RUSLAND. Te Loegansk is de staking algemeen. De magazijnen zijn gesloten, de arbei ders in de staatspatronenfabriek kregen Maandag gedaan. De groote meerderheid van de arbeiders loopt leegofschoon alles rustig is, is de stemming verontrustend. Morgen begint de staking van de ambte naren van den Eersten Katharina-spoorweg. Men verwacht dat het verkeer dan stil zal staan. Te Lodz zijn opnieuw ernstige onlusten uitgebroken. Een deel der werklieden van de katoenspinnerij van Poznancki hebben den arbeid neergelegd en de nog werken den willen dwingen, meè te doen. Toen is de politie verwittigd en de kozakken hebben de werklui met geweld uiteen ge jaagd. Er moeten eenige menschen gekwetst zijn. De Petersburgsche correspondent van de Lokal-Anzeiger meldt: Teekende zich bij het lezen van het keizerlijk mani fest op alle gezichten diepe teleurstelling af, die zich in woorden van onverholen ontevredenheid uitte, thans is de toestand weer veranderd, na het rescript aan den minister van binnenland- sche zaken, waarin de Tsaar de waar digste, besle, gekozen mannen uit het volk, die met deszelfs vertrouwen bekleed zijn, tot beoordeeling van wetsontwerpen wil laten medewerken. Men is den Rubicon over en den 4den dezer, den ge- denkwaardigen 44sten verjaardag van de afschaffing van de lijfeigenschap, be gon Nikolaas het groote werk, om zijne onderdanen in staatsburgers te verande ren. Nieuwe hoop is gekomen in de harten, men verwacht dat de stakingsbeweging thans zal ophouden, dat de gesloten deu ren van de hoogescholen opnieuw open zullen gaan. Toch ontmoet men ook nu nog twijfelaars, die tusschen woorden en daden nog een heele kloof zien, en in het licht stellen dat het prestige van de regeering, hetwelk in den laatsten tijd zoo gedaald is, niet gemakkelijk te herstel len is. Te Parijs is uit revolutionaire kringen in Rusland bericht ontvangen dat de aan voerders van een beraamden op stand over een aantal „uitgelezen bom menwerpers" beschikken. De geheime be waarplaatsen van wapens zijn veilig. Men Raoul onthutst, „Ja, mijn huwelijk werd op Tortuga door den pater Jesuiet Charlevoix inge zegend." „En dat zonder mijne toeslemming," liet de vader er streng op volgen. „Ook dat, vader, moet gij uwer dochler vergeven!" „Ja, maar gij zult toch dien onwaardige moeten verlaten, Anne! Men weet wie hij isvogelvrij verklaarde door Spanje, zijn al de drossaarts en baljuws van deze landen op het oogenblik (e been, om de hand op hem te leggen. Binnen een uur zullen zij hier zijn om hunnen buit in triomf naar Brussel, en verder naar Ma drid over te voeren!" „Mijn echtgenoot is een man, veroor deeld door diegenen welke hij bestrijdt, door die welke hem benijden; hij is ech ter een dapper zeeman, met wien ik lief en leed heb gedeeld en dien ik zeker in dezen hachelijken loesland niet ver laten zou." „Maar de gevangenis en de vernede ring worden zijn deel, en uw naam zal met den zijnen geschandvlekt worden 1" „Zijn naam is de mijne." „Ongelukkig kind I Altijd nog eigen zinnig 1" „Men heeft overigens de hand nog niet op hem gelegd! Neen, neen, men houdt Lorenzillo niet aan gelijk een lam!" riep de jonge vrouw op uitdagenden toon. „Men is met. twintig!" 3 „Wij zijn met twee, of liever hij is alleen I" Ilij is daarenboven vergezeld van een schurk, die zich, mijn jager zijnde in het kasteel, aan de gruwelijkste misdaden zou goed op weg zijn, om Petersburg te isoleeron, daar het spoorweg- en telegraaf personeel voor een staking gewonnen zou zijn. De leiders moeien nauwkeurig op de hoogte zijn van hel officieele verdedi gingsplan van Petersburg en daarnaar hunne maatregelen hebben genomen. In kantoren en kazernes worden opruiende geschriften binnengesmokkeld, o. a. een met het gepariodeerde refrein van de Keizer-hymne„God begravo den Tsaar". OORLOG. De slag bij Moekden. Tsjang-tan, dat, volgens een Reuter- bericht, na een hevig gevecht door de Japanners ingenomen is, ligt op den rech teroever van den Hoen-ho, 20 KM. vlak zuidwestelijk van Moekden. De Japanners hebben dus ook op den westelijken vleugel een succes behaald, dat bewijst hoe ook hunne omtrekkende beweging van den Russischen rechtervleugel althans voorloo- pig succes heeft. Tsjang-tan ligt nog ten noorden van Sandepoe en Heikoetai, om welker bezit in Januari zoo bloedig ge vochten is. De rechteroever van de Hoen-ho was daarna, hoezeer Gripen berg's troepen teruggeslagen waren, in het bezit van de Russen gebleven; nu hebben de Japanners hier een gewichtige plaats veroverd, waar de wegen uit het zuidwesten en naar Hsin- ming-ting bijeenkomen. Voegt men hierbij bet belangrijke succes, met de verovering der Talingpassen op den oostelijken vleugel behaald door het leger van Koeroki, en voorts de waar schijnlijkheid dat het Japansche belegerings geschut de Russische stelling in het cen trum den Poetilofberg en bij de brug over de Sjaho onhoudbaar zal maken, dan is er inderdaad alle reden om te ver wachten dat in den grooten slag die nu eigenlijk pas wordt voorbereid, de schaal voor de zooveelste maal ten gunste van de Japanners zal overslaan. En wat zal daarvan 't gevolg zijn voor het Russische leger? Die gevolgen zijn nog onbereken baar, maar het ziet er naar uit of ze on gelijk veel ernstiger voor Koeropatkin zouden zijn dan al zijn vroegere tegenslagen. Reuters correspondent in Okoe's kamp seint: De Japanners hebben de loopgraven van Lapatai genomen na een wanhopige charge met de bajonet op een grooter aantal Russen. Okoe's leger heeft er 2000 man bij verlorende verliezen van de Russen zijn grooter. Het bombardement langs den spoorweg duurt onder een he- vigen sneeuwstorm voort. Koeropatkin meldde den Tsaar dd. 4 Maart. Onze afdeeling op den linkervleugel is vandaag driemaal aangevallenom negen uur, drie uur en vijf uur; vooral de laatste aanval was zeer hevig, het kwam tot een strijd met de bajonet, waarbij de Japanners met groot verlies teruggeslagen werden. De chef van de staf der 71e divisie, luite- nant.kolonel Chiostizki, is gewond maar bleef in het gevecht. De verliezen van de Japansche troepen die den linkervleugel aanvielen zijn zoo groot, dat de lijken een borstwering vormden. De Petersburgsche correspondent van het Berliner Tageblatt meldt, dat de uit vaardiging van het keizerlijk resciipt aan den minister van binnenlandsche zaken, dat bijeenroeping eener volksvertegenwoor diging op 't oog heeft, een gevolg is van zeer ongunstige berichten van het oorlogs terrein. Koeropatkin zou in cijferschrift geseind hebben, dat 260,000 Japanners door zijn linkervleugel heengebroken zijn, zoodat deze afgesneden is van het overige leger; de Japanners zouden naar Moekden op rukken, de toestand zou uiterst hachelijk zijn. In regeeringskringen te Petersburg vreest men, dat Koeropatkin geheel ver slagen, en zijn leger gedeeltelijk verstrooid zal worden. De Japanners beschieten de versterkste schuldig maakte, en die zich nu weer door vergif van eeno arme boheemster heeft willen ontslaan." „Taurel 1" mompelde de jonge vrouw, als tot zich zelve, „ja, Taurel is een schurk; doch in de laalsle dagen heefl hij ons inderdaad diensten bewezen. Ik begrijp nu echter zijne woorden aangaan de die arme landloopster IHa, hij heeft die ongelukkige willen vermoorden, om te beletten dat zij ons volgen zou 1 Dat is afschuwelijk!" en do jonge vrouw wendde het hoofd af. „En in zoodanig gezelschap zou zich de dochter van graaf Raoul Dieu-le-Veut bevinden?" riep de vader. „Lorenzillo is onschuldig aan de wan daden van den Roodeti Duivel; hij weet zelf niet dat deze bestaan." „Zeer mogelijk, maar hij zelf heeft meer dan eene misdaad op het geweten." „Volgens Spanje, javolgens de Ver- eenigde-Republiek, ja; volgens Engeland, ja; maar niet, graaf Raoul, niet volgens de meening van Frankrijk, in wiens dienst mijn echtgenoot sedert lang getreden is. Graaf Raoul, gij zijt Franschman, en kunt de schitterende diensten niet mis kennen, die Lorenzillo aan uw land be wezen heeft 1" „En die Zijne Majesteit, koning Bode wijk XIV, op eene a.1 te welwillende wijze heeft willen erkennen 1" zeide eene man nelijke stem in de opening der deur. Lorenzillo stond op den dorpelde schoone, krachtvolle gestalte van den jon gen man reikte schier tot aan het hoogste der deur. Er lag in dat wezen een mannc- lijken ernst, eene bewonderenswaardige kalmte, eene overtuiging van bewustheid stellingen op de Russische linkerflank op geweldige wijze met zwaar belegeringsge schut. Het schijnt onmogelijk dat de vijand lang weerstand kan bieden aan projectielen van zulk een gewicht. Zij hebben een glansrijke overwinning behaald ten N. van de Hoenho, waar zij, een voor een, twee divisies van het 16de legercorps, dat onlangs uit Europa was aan gekomen, hebben verslagen. Zij richtten een groote slachting aan en hebben ontzag lijke hoeveelheden schietvoorraad buitge maakt. De val van Moekden wordt als ophanden beschouwd. Nogi heeft een afdeeling afge sneden, bestaande uit vier sotniën kozakken met 26 kanonnen, die trachtten naar Moek den terug te keeren. Hij dreef ze op de vlucht en noodzaakte ze in de richting van Tiëling terug te trekken. Andere Russische vooruitgeschoven posten die teruggeroepen werden, om Moekden te versterken, zijn met zware verliezen verstrooid en hebben last gekregen, op Tiëling terug te trekken. Volgens de laatste berichten, zjjn de Russen bezig het station van Moekden te verbran den, ter voorbereiding van hun terugtocht. Ojama zet zijn groote opdrijvende bewe gingen om de twee Russische flanken heen, voort. Zijn front vormt thans een uitge- breiden boog met zijn steunpunt aan de Sjaho. Het rechterleger heeft een puntten O. van Foesjoen bereikt, het linkerleger strekt zich uit tot een punt ten W. van Moekden. Hij haalt gestadig het groote cordon nauwer aan. Koeropatkin doet wan hopige moeite, om den opmarsch te stuiten en den aandrang op zijne flanken te keeren. Middelerwijl beukt hij op het Japansche centrum. Het telegraafagentschap maakt het vol gende telegram uit Moekden van 4 dezer zes uur 's ochtends openbaar. Gisteren hebben de Japanners de be storming van onze stellingen ten westen van Moekden voortgezet. In het centrum werd tot den avond slechts een artillerie gevecht geleverd. Daarna bestormden de Japanners Sachepoe, en kwamen tot aan de draadversperringen, maar werden terug geslagen. De Japansche garde heeft onzen linkervleugel bjj Kandalisan bestormd. Van ochtend om vier uur is hun tiende storm loop afgeslagen. Aan den Ivaotoelinpas zijn alle aanvallen van de Japanners tot gister avond afgeslagen. De Japanners leden overal zware verliezen. Vandaag woedt het artilleriegevecht op den rechtervleugel. Sedert den vroegen ochtend duurt het artilleriegevecht ten westen van Moekden voort. De linie der Japansche voorposten strekt zich uit tot op 9 K.M. van Moek den, evenwijdig met den spoorweg De Japansche projectielen ontploften ongeveer 4 K.M. van de keizerlijke graven, aller meest worden de uitgestrekte Chineesclie dorpen beschoten, welke bijna het eenige standpunt vormen in de vlakte zonder dek king. Den ganschen dag wedijveren onze veldbatterijen om het hardst met de Ja pansche. Aan weerszijden overstelpt men elkander met granaatkartetsen. Af en toe is de geheele gezichteinder ten gevolge van het springen der projectielen met rook wolken bedekt. Het weder is helder. Een telegram van Koeropatkin dd. 1 dezer bericht: De Japanners hebben onze stelling bij Oebenepoesa aangevallende onzen hebben de stelling behouden. Hij den Toensjinholinpas is tol 's avonds gevochten. Vandaag zijn wij weder offen sief opgetreden. Hel vuur van het geschut duurt over het geheele front van het tweede en liet derde leger voort. Een telegram van den 2en meldt: Onze afdeeling hij Oebenepoesa heeft na strijd de stelling behouden. De chef van den generalen staf der voorhoede, Nojeiko, is gesneuveld. De Japanners die het leger van <len rechtervleugel aangrepen, zijn met groote verliezen teruggeslagen. Bij van marhl, gemengd met eene kinderlij ke welwillendheid, welke genegenheid en tevens ontzag inboezemde, en den graaf trof. De man, dien hij voor zich zag, droeg den stempel der onderscheiding. Voor waar, hij moest iets moer zijn dan de eerste de besle! „Vader," zeide Anne, „ik stel u mijn echtgenoot voor." „Uw dienaar, heer graaf Dieu-le-Veut 1" antwoordde de jonge man gul en hoffelijk. De aangesprokene maakte een tamelijk koele beweging; de binnengetredene scheen er geen acht op te geven, en zich tot den gezandschaps-secretaris wonden de, stak hij dezen de hand toe, er bij voegende „Goeden dag, heer markies d'Ambrelle; ik had niet gedacht de eer nog le zullen hebben u te ontmoeten." „Graaf de Vertigneul." „Ik weet niet," zeide d' Ambrelle eenigs- zins verlegen, „ik weet niet met welken titel of naam u te benaderen." „Inderdaad op hef oogenblik van den grooten sprong te wagen," antwoordde de piraat gulweg, „denk ik geene onbeschei denheid te begaan met voor u beiden een hoekje van het masker, dal mij be dekt, op te lichlen, voor u beiden, mijn- heeren 1 wnnl gij zijl Franschen zooals ikgij beiden sedert eeuwen, ik slechts van voor eenige maanden. Zijne Majesteit de koning heeft mij eigenhandig de natu ralisatie-brieven geschonken." „Hoe?" riep graaf Raoul. hooge onderscheiding verwonderd; doch, zooals gij ziet, oordeelf Zijne Majesteit gansch verschillend over mij dan wel hel Toinagoesjan is een, de geheele vlakte be- lieerschende heuvel, len slotte door de Russen genomen. Ook de rechter Japan sche vleugel bij Kandaligaloe is terugge slagen. Een op den Poetilofheuvel geda- neji aanval hebben de Russen mede afge slagen. De Russische verliezen zijn gis teren onbeteekenend geweest. Het offen sief optreden aan de Liao-ho duurt voort. Maatregelen tegen omsingeling zijn ge nomen. Op den linkervleugel is hevig door ge vochten. Sedert den ochtend van den 3en woedt de strijd met de omtrekkingsko- lonnes van do Japanners hij Sja-Iin-poe, (23 K.M. vlak ten W. van Moekden). Naar dien kant hoort men de artillerie vuren. Het gevecht neemt langs het geheele front steeds meer het karakter van een beslissenden slag aan. ZUID-AFRIKA. Volgens een Reuter-telegram uit Pretoria heeft generaal Botha aan een verslaggever, die zijn oordeel over de benoeming van Lord Selborne vroeg, gezegd, dat hij er geen bepaalde meening over kon zeggen, en dat de Boeren-voormannen niet door voorbarige uitspraken het oordeel van den nieuwen hoogen commissaris onzuiver wilden maken. Maar de partij is bereid tot samenwerking met al wie met ruimen blik de algemeene belangen van de blanken wil bevorderen. ZWEDEN. Sedert het afbreken der onderhandelin gen tusschen Zweden en Noorwegen be trekkelijk de consulaatskwestie, heerscht er in Noorwegen groote opgewondenheid, welke met den dag schijnt toe te nemen. Het ontslag van den Noonveegschen mi nister van financiën, en van Schöning, Noorweegsch lid van den Staatsraad voor het Vereenigd Koninkrijk wijst op een begin van verbrokkeling der regeering, in gevolge die kwestie. Men weet dat Noorwegen zijne eigene buitenlandsche consuls eischt; de tegen woordige regeering was van oordeel, dat de onderhandelingen met Zweden moesten hernomen worden, om aldus op vreed zame wijze tot eene oplossing te geraken, maar het volk, of ten minste een aantal leiders, eischen de omniddelijke oplossing dier kwestie, zoodal eene ministerieële crisis is uitgebroken. Van alle kanton worden door geïmprovi seerde politieke leiders vergaderingen be legd om voor de eene of andere oplossing stemming te maken. Vooral rumoerig zijn de radikalen en er is geen gebrek aan hef tige uitvallen tegen de Zweden, op die vergaderingen en in de pers. Nochtans dient erkend dat vele bladen van alle richtingen dit optreden afkeuren. Gezien de ernst van den toestand heeft de kroonprins-regent eenen brief geschre ven aan Prebensen, den voorzitter van de Storthingscommissie. in dien brief verklaart hij de gevoelens van het Noor- sche volk te begrijpen en te gelooven dat de leden der commisie het beste voor hebben met hun land. Do kroonprins meent zonder aarzelen te mogen zeggen dat het beste voor Noor wegen is, met Zweden vereenigd te blij ven, en hij uit de hoop dat men geen weg zal inslaan die moet leiden tot een breuk tusschen de beide natiën. „Veree nigd hebben wij een zekere macht en een zeker gewicht onder de rijken van Europa, maar van hoeveel minder belang zal hel woord Noorwegen of Zweden zijn als ze elk op zichzelf staan. Mogen deze twee volkeren, die door de natuur voor bestemd zijn om zich met elkaar te ver eenigen, dat ook in de toekomst blijven doen. Met diepe smart zie ik de toestand aan, waarin wij geraakt zijn, en de drei gende wending welke de zaak nu schijnt te zullen nemen." publiek, dat mij of mijne daden niet in volle waarheid kent." „In waarheid, mijnheer," antwoordde graaf Raoul, „die hooge gunst van onzen genadigen koning, moet in mijn oog als eene rechtvaardiging gelden." „Heer graaf Raoul Dieu-le-Veut, „de oudste en fierste edelman van mijn gansch rijk," zeide Zijne Majesteit hoer graaf, wilt gij de hand drukken van hem wien de koning eens de hand toeslak en hem noemde: graaf Lorenzillo, majoor in hel koninklijk leger en gouverneur van het eiland Lavache?" De oude man greep de hem toegereikte hand vaslhij staarde dien schoonen, sterken man, die zich als het ware mei tooverkracht van zijn gemoed meester maakte, verwonderd iu hel aangezicht en zeide gansch onthutst: „Vergeef mij, ik had u slecht be oordeeld 1" De edelman herwon allengs zijne ma jesteit, die, hel was misschien de eerste openlijke zwakheid van zijn leven, hem een oogenblik verlaten had. „Zijne Majesteit noemde u graaf Loren zillo," zeide de oude man, „majoor in zijn leger en gouverneur in 's fconings West-Indische bezittingenik, graaf Raoul Dieu-le-Veut, ik noem u mijn zoon. Kom omhels mij 1" De omhelzing was innig. Henry d' Ambrelle trad nader, drukte den piraat de hand en wenschte hem ge luk met de hooge onderscheiding, hem door den koning toegedacht. „Alzoo," hervatte graaf Raoul, „in- „Graaf Dieu-le-Veut schijnt over die dien Zijne Majesteit gesproken heefl en Over hel eigenlijke geschilpunt zegt dc kroonprins „Een bepaalde voorwaarde voor dc ver vulling van den wensch dien men in Noorwegen koestert ten aanzien van een eigen consulaatwezen, is deze, dat de ver houding van dal consulaatwezen tol hel gemeenschappelijke ministerie van bui tenlandsche zaken op eene wijze worde vastgesteld die geen schade doet aan de hechtheid van de Unie, en dat over de aangelegenheden eerst heslist zal worden nadat ze overeenkomstig artikel 5 der Rijks-akte behandeld is. Wel is reeds een poging tot gedeeltelijke hervorming ge daan, die mislukt is, maar thans moeten nieuwe onderhandelingen met Zweden aangevangen worden, op een breederen grondslag en uitgaande van de gelijk stelling der beide landen. De hoofdinspecteur van de volksgezond heid heeft een onderzoek ingesteld naar de toepassing van het westrumiet op de wegen en op de openbare speelplaatsen der scholen in Zuidholland en Zeeland en hierover het advies ingewonnen van verschillende ge meentebesturen. Het onderzoek breidt zich ook uit over de toepassing van andere stofbindende middelen. GOES. Door den heer M. D. Dekker is ontslag aangevraagd als generale-brand- meester. Ongeveer 46 jaren is de heer Dekker bij de brandweer in deze gemeente geplaatst geweest. Tengevolge het verleend eervol ontslag aan den heer M. D. Dekker als generale brandmeester, is als zoodanig door Burg. en Wetli. dezer gemeente benoemd, de heer Joh. de Jonge Azn thans adjunct- generale-brandmeester, terwijl in laatstge noemde betrekking i9 benoemd de heer J. W. van de Weert Wzn., brandmeester van spuit III. GOES. Een jongen van even 16 jaar werd wegens openbare dronkenschap be keurd, terwijl een zekere de V., wegens overtreding van het Prov. Reglement werd bekeurd wegens het rijden met honden zon der dat die voorzien waren van een muil korf. GOES. In de commissie voor de in 1905 te houden examens in den telegraafdienst voor adspirant-commiezen en surnumerairs heeft ook zitting de heer J. R. van Beek, directeur van het telegraafkantoor alhier. MIDDELBURG. De St. Joseph-kring gaf j.l. Vrijdagavond voor de jongelui en hunne ouders en gisteren, Zondagavond, voor de donateurs dezer vereeniging zijne tweede tooneel-uitvoering in dit seizoen. Het programma ving aan met een lied voor vierstemmig mannenkoor, waarna twee kluchtspelen „Joseph de Vondeling" en „Die verwenschte Eerepostjes" door de jongelui voorliet voetlicht werden gebracht. Na de pauze werd gegeven het kluchtspel „Het testament van den kapitein of een woeligen Maandagmorgen", waarbij de lach spieren der toehoorders herhaaldelijk in werking werden gesteld. Dit werd vooraf gegaan en gevolgd door een lied voor vier stemmig mannenkoor. Een woord van hulde mag voorzeker ge bracht worden aan de jongelui die de ver schillende nommers op zeer verdienstelijke wijze uitvoerden. Dat hun spel had voldaan, genoegh,ke oogenblikken had verschaften op prijs wordt gesteld, bewees het applaus dat op elk nommer volgde. Ieder die deze en vroegere uitvoeringen bijwoonde, zal zeer zeker overtuigd zijn van het groote nut der St. Joseph-kring en zien hoe door u naar zijne West-Indische bezittingen terugzend, moet de vader zwijgen. Ver trek, zoon, ik geef u en mijne dochter, met éénen voel reeds in hel graf mijnen zegen!" en de oude man legde Anne's hand in die van graaf Lorenzillo. „Ik dank u, o mijn God! nu, nu kan ik go- rust sterven 1" „Mag ik opmerken, dal het tijd is aan heengaan te denken?" wierp de markies d'Ambrelle op; „ik moei graaf Loren zillo aankondigen, dat zijne vervolgers hem op de hielen zitten, en dat wij, on gelukkig genoeg, de grooie oorzaak van die nieuwe moeilijkheden zijn." „Eene lichte moeilijkheid 1" zeide Lo renzillo glimlachend, „gevolgen van het tweegevecht met den bezemstok 1" „Iets onbeduidends na de vele ande re moeilijkheden, die wij reeds beleefd hebben," voegde de gravin er bij. „Met welk inzicht hebt gij u toch in de Spaansche-Nederlandeii en op liet. grond gebied der republiek gewaagd?" vroeg de graaf. „Familieplicht," antwoordde Lorenzillo, en bij dat woord dreef er een droevig waas over zijn wezen; want het bloedige drama, waarvan zijne moeder hel slacht offer geworden was, lag daar, in zijne levendige verbeelding, weer voor hem! Een hevig gedruisch van hoefgetrappel en mensehenstemmen Hel zich in de straal hooreude markies verbleekte, de oude man beefde, de graaf en de gravin behiel den hunne kalmle. „Daar zijn ze!" stamelde graaf Raoul. „Vlucht, vlucht, en God zij met u 1" (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Nieuwe Zeeuwsche Courant | 1905 | | pagina 2