Katholiek Orgaan voor de Zeeuwsche Eilanden.
No 27.
Zaterdag 4 Maart 1905.
Eerste Jaargang.
Bij (lit Nr. behoort een Bijvoegsel.
Brieven van een Oud-Journalist.
FEUILLETON.
BUITENLAND.
Verschijnt eiken MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND.
Drukkers-llifjevers:
OOSTERBAAJi LE COINTRE,
5 G O E S. o—
Anne Dieu-le-Veut.
NIH ZEEUWS» COUP
Een en ander dit blad betreffende te zenden:
wat aangaat de Redactie a. d. Redacteur; al het overige a. d. Uitgevers.
Abonnementsprijs: per 3 maanden—.95
Voor het buitenland verhoogd met de meerdere porto's.
Afzonderlijke nommers (bij vooruitbetaling)—.05
Advertentlën: van 1—6 regels —.60; iedere regel meer 10 ets.
Qrootere letters of cliché's worden naar plaatsruimte berekend.
Eenzelfde advertentie driemaal geplaatst, wordt tweemaal berekend.
Bij een groot aantal regels of bij abonnement speciale prijs.
Dienstaanbiedingen: 25 ets. per advertentie van hoogstens 5 regels.
Reclame-berichten: 25 ets. per regel.
VII.
Ik herinner mij op dit oogenblik niet,
of gij het verkiezingsmanifest der z.g. oud-
liberale partij in uw blad hebt medege
deeld. Zoo niet, dan hebben er uwe lezers
ook niets er bij verloren, wil ik denken.
Vraagt gij, welken indruk het op mij
gemaakt heeft, dan moet ik eerlijk be
kennen, dat het voor mij iets dufs en mufs
had, als zoo pas gehaald van een ouden
rommelzolder, waar het onder stof be
dolven lag, terwijl het tevens een gevoel
van meewarigheid bij mij wekte, omdat
het voor mijn geest een stuk geschiedenis
Ie voorschijn riep uit een ver verleden
(wij leven snel in onzen tijd, ook onder
politiek opzicht) een stuk geschiedenis,
hetwelk tot titel of motto dragen kan
Sic transit gloria in u n d i.
Want de oud-liberale partij, als welker
schimmen de onderteekenaars van het
manifest voor mijn oogen verschijnen,
hoeft hare dagen en jaren van glorie en
grootheid gehad, van invloed en macht.
Het was in den tijd, toen ook in ons land
behoefte bestond aan breeder vrijheid,
meerder recht, grooter rechtstreekschen in
vloed op 's lands bestier, en de liberale
partij onder die leuzen allen aantrok, die
goed dachten, rechtvaardig gevoelden en
bezield waren met nobele aspiraties. Denk
maar eens terug aan de jaren vóór en na
de grondwetsherziening' van 1848, grooten-
deels haar werk; aan het herstel der kerke
lijke Hiërarchie, waarvoor zij in de bres
sprong.
Het was in den tijd, toen zij de eenige
partij was, die over eene uitgebreide, goed
georganiseerde, bekwame periodieke en
Een] verhaal uit de XVIIe eeuw.
26)
„Mij eerst zult gij doodenl" zeide zij
met nadruk. Zij wist echter wel, dat
Laurens reeds langs het venster op den
wal, het huis verlaten had; doch zij wilde
hem tijd doen winnen om te vluchten;
zij had daarenboven nog een ander geheim
in haar huis, dat voor het volk moest
verborgen blijven: immers, boven op het
enge kamertje in den gevel was, voor
- eenige dagen, een man verscholen, waar
op de godsdiensthaat zeer gaarne zijne
wrok zou gekoeld hebben, tenminste in
dien hij geweten had welke bediening
hij uitoefendehet was de pastoor der
kleine en in Zeeland door de wet streng
verboden katholieke gemeente.
Steenen. werden geworpen, stokken vie
len kneuzend en beukend neer; messen
en daggen blonken boven het hoofd; het
grauw moest bloed hebben.
En het bloed stroomde!
De arme weduwe zakte, door een zwa-
ren steen of slag aan het hoofd getrof
fen, met een ijselijken gil ten gronde, en
haar onder de lompe voetzolen en klom
pen vertrappende, ijlde het opgewonden
volk binnen; doch ter zelfder tijd borrelde
het eensklaps, bang huilend, achteruit
en als hadden de eerste indringers den
duivel gezien, werkten zij zich naar buiten.
Twee schoten, in het huis gelost, deden
dagbladpers beschikte, die haar prestige
hoog hield en nooit moede werd, haar voor
te stellen als de partij van vooruitgang,
ontwikkeling en beschaving, zoodat spoe
dig de intellectueelen en de welgestelde
klassen onzer natie voor het grootste deel
zich onder het liberale vaandel schaarden.
Jaren lang heeft onder ons volk de mee
ning geheerscht, dat alleen de liberale
partij regierungsfahig was.
Op wetgevend gebied viel veel te doen.
Wat er ook op de vruchten van haar
legislatieven arbeid aan te merken is, het
kan niet ontkend, dat zij ten deze eene
verbazende werkzaamheid heeft aan den
dag gelegd. Het ontbrak haar daarvoor
niet aan de noodige theoretisch en prak
tisch onderlegde elementen. Wie iets wilde
schijnen, zijn of worden, was liberaal. De
meeste rijks-, provinciale- en gemeente
betrekkingen werden door hare volgelingen
bezet en ook het. professorendom onzer uni
versiteiten en de leeraren tier gymnasia
waren hare steunpilaren, kweekers van
nieuwe volgelingen.
Het trof, dat bij het toenemen van haar
invloed en macht, ook de voornaamste
takken van 's lands welvaart en rijkdom
meer en meer bloeiden en als gevolg daar
van ruimer baten in 's rijks schatkist
vloeiden. Dit stelde haar in staat, zonder
verzwaring van belastingdruk, openbare
werken ten algemeenen nutte uit te voeren.
En voegt jnen hier nu bij eene kieswet,
die het stemrecht juist beperkte tot die
klassen van burgers, welke van den eco-
nomischen vooruitgang het eerst en het
meest profiteerden, dan heeft men gege
vens genoeg om in te zien, dat de oud-libe
rale partij haar goeden tijd heeft gehad,
jaren van glorie en grootheid. Jaren van
eene partijweelde, die haar in het hoofd
is geslagen; tot hoogmoed bracht, die tot
zelfoverschatting voerden; lot den hoog
het uitwerksel alsof gansch de woning
krakend en berstend in de lucht vloog,
en het vuur, dat in het donker ontsprong,
maakte van de deur en 't venster een
oogenbltik twee vurige oogen van een
dreigend monster.
Op den ontruimden dorpel verscheen
de lange sterke gestalte van een man:
het was Laurens, die, op den wal het aan
groeiend gedruisch hoorende en zijne moe
der in gevaar wanende, op zijne schreden
terugkeerde, langs het venster weer bin
nen sprong, maar helaas I te laat.
Terwijl het grauw huilend de vlucht
nam, beurde Laurens zijne arme moeder
op; het bloed stroomde uit de wonden
van het ijselijk vertrapt en vermorzeld
hoofd.
Alles vergetende droeg de piraat zijno
moeder binnen en legde haar op de
legerstee.
„Moeder, moeder!" riep hij kennend
uit, het bebloedde gelaat kussende, „moe
der, uw Laurens roept u!"
De weduwe antwoordde niet meer.
Eensklaps was het kamertje verlicht;
het blikken lampje brandde; naast Lau
rens stond een oud man als werkman
gekleed, maar met zoo'n fijn en onder
scheiden wezen, met zulke sneeuwwitte
haren, dat gewis het kleed met den stand
niet overeenkomen moest; zijne handen
beefden en zijne stem was diep ontroerd.
„Gij hier, mijnheer pastoor!' riep
Laurens.
,Stil, zoon, stil I Laat ons voor uwe
moeder
zorgen
De priester trad met het licht nader
en den ijselijken bloedstroom ziende,
riep hij weenend uit:
moed, die komt voor den val.
Want het is een feit, dat zij het eerste
van de door haar beleden beginselen van
1789, de volkssouvereiniteit te eng ging
opvatten, zich zelve vereenzelvigde met
het pays légal en heerschte en regeer
de naar het staatkundig begrip van Lode-
wijk XIV: „1' état c' est moi". Allen,
die in haar partijverband niet opgingen,
werden door haar niet geteld, als waren
zij een nul in 't cijfer. Alles, wat buiten
de getrokken lijnen van staatszorg stond,
werd geïgnoreerd. Zij erkende geen andere
rechten, belangen en behoeften dan die,
welke met de hare overeenstemden. En
zoo kwam haar eminentste Staatsman,
Thorbecke er toe, Groen v. Prinsterer in
de Tweede Kamer vragenderwijs toe te
roepen„Moeten dan die minderheden
regeeren"
Wij, anti-liberalen, erkennen in de
volkssouvereiniteit een v i t i u m o r i g i-
n i s der moderne staatkunde en liberale
partij, een even wankelbaren, verganke
lijken grondslag van het gezag als in de
dezer dagen door prof. Krabbe ter vervan
ging aanbevolen souvereiniteil des rechts,
waarvan hét begrip en de oorsprong alleen
in het volk zouden aanwezig zijn.
De fout van de oud-liberale partij, hel
begin van hare aftakeling en haar débacle
is geweest, dat zij zich niet heeft
kunnen indenken, dat de tijd niet stil
staat; dat er andere tijden komen zouden
met andere zeden, andere begrippen, an
dere behoeften en andere eischen; dat er
op het stuk van volkssouvereiniteit nood
wendig eene evolutie moest plaats .rij
pen dat zich daarop breedere denkbeelden
zouden ontwikkelen; dat elke openbaring
dezer evolutie iets meer was dan een
voorbijgaand verschijnsel, een oogenblik-
kelijke hysterische aandoening van een te
warm geloopen politiek leven; dat er uit
„Arme Martha, zij hebben haar gedood
„Dood!" antwoordde Laurens op jam
merenden toon. „O, ik zal mij wreken,
wreken tot den bloedel"
„Bedaar, zoon, bedaar! Wat vermoogt
gij tegen die wilde menigte, welke terug-
keerend, tot duizenden zal aangegroeid
zijn
„Is mijne moeder dood?"
„Ja, zij is dood! Arme martelares, hei
lige vrouw, engel van liefde en geloof
op deze wereld, onbekend en vergeten
hier beneden voor die, welke niet van de
onzen waren, maar lusschen deze groot
en heilig als eene figuur uit de eerste
dagen des Kristendoms! Martha, edele,
heilige Martha!
De oude man snikte en hield biddend
de hand voor de oogen. Na een poos
hervatte hij:
„En nu, Laurens, want ik ken u nog
wel en heb gansch het gesprek met uwe
moeder beluisterd, ga nu heen! Het
grauw komt terug en het zou zijne
wraak tegen u uitwerken en u doen aan
houden. Ga, ik bid u er om I"
„Maar gij,mijnheer?"
„Wees niet bevreesd; weinigen of lie
ver geenen kennen mij, al heb ik jaren
lang hier en in den omtrek gezworven.
Ik zal eene vreemdeling zijn, die, bij
toeval langs het huis komende, de arme
doode heb opgenomen."
„Maar het lijk mijner moeder?" zeide
Laurens weenend.
„Ik zal er wel zorg voor dragen."
„Zij zullen het nog meer schenden en
verminken
„Neen, de moed der lafaards is gekoeld
nu zij bloed hebben gezien."
haar midden geslachten zouden opkomen
met nieuwe gezichtspunten en denkbeel
den, nieuwe inzichten en strevingen
geslachten, die hare beginselen tot verdere
consequentiën zouden uitspinnen en willen
toepassen; die derhalve zich niet verdra
gen zouden met haar bekrompen opvatting
der volkssouvereiniteit; van eene volks
souvereiniteit, die zij had omgezet en be
lichaamd in de despotieke autocratie
eener kiezersmeerderheid van de helft plus
één uit een zeer beperkt aantal kiesge
rechtigden. Eene meerderheid grootendeels
nog door eene willekeurige kunstmatige
districten-indeeling aan haar zijde bijeen
gescharreld.
In haar individualistische begrippen als
versteend, was en bleef zij onverschillig,
koud voor den dwang naar maatschappe
lijke en economische hervormingen des
tijds. Zelfs voor de maatschappelijke be
roeringen, die zich nu en dan openbaar
den. Zij kon zich daarachter niet anders
denken dan een streven van enkele
heerschzuchtigen om haar den invloed en
de macht te betwisten.
Men spreekt naar aanleiding van dat
verkiezingsmanifest nog van eene oud-
liberale partij. Ten onrechte. De oud-libe
rale partij van vóór en na 1848 bestaat
niet meer. De mannen van dat manifest
zijn oud-liberale individuen, de laatst over
geblevenen eener partij, die eenmaal was
en niet meer is. Niets minder, maar ook
niets meer.
Vormden de mannen van het oud-libe
rale manifest eene partij, deze zou mij
misschien nog herinnerd hebben aan het
Ave Caesar, morituri te salu-
t a n t van de romeinsche gladiatoren.
Deze zwaardvechters waren mannen in de
volheid des levens, die ten minste door
hun forsche kracht en onverschrokken
moed de bewondering wekten van het
„Ik blijf, ik blijf!"
„Gij hebt ongelijk, zoon, gij kunt hier
niets meer uitrichten. Ga, verwijder u,
kom later weer! Ga, ik gebied het u!"
Het huilend grauw keerde terug; het
gedruisch naderde meer en meer de
woning.
Laurens boog zich over het lijk zijner
moeder; hij drukte zijne lippen op het
bebloedde wezen, dronk als het ware
het bloed der dierbare, en die man, welke
zooveel menschen in zijn leven had neer
geslagen, zooveel lijken onverschillig was
voorbij gegaan, wiens voet zoo dikwijls
tijdens den strijd, in het bloed was uitge-
slibberd die man was nu bleek van
aandoening, en tranen gudsten uit zjjne
mannelijke oogen.
Nog een kus nog een nog een,
en dan sprong hij de deur uit, welke
hij open liet, en verdween langs den wal,
op het oogenblik dat de schout met zijne
dienders voor het huis der vermoorde
weduwe stilhield. Het huilend volk volgde
den overheidspersoon op zekeren afstand,
en bleef hijgend van nieuwsgierigheid
op een twintigtal stappen van de deur
staan.
Men hoopte nu den vreeselijken zee-
roover geboeid te zien wegvoeren; het
bliksemsnel tooneel, waarvan men een
oogenblik te voren getuige was geweest,
was wel geschikt om aan dien Laurens
de Graaff een nog meer duivelsch ka
rakter te geven, en dé belangstelling in
hem te verhoogen.
De pastoor had gelijkde woede was
gestild, het bloed had de schurken met
doodschrik geslagen; de plichtige oprui
ers waren niet meer daar, zoo min als
romeinsche volk.
Het volk zou de souverein zgn voor de
oud-liberale partij. Is er echter bij onze na
tie wel een schijn van belangstelling, laat
staan van bewondering te speuren voor
deze laatst overgeblevene oud-liberale in
dividuen of voor hun manifest Of worden
zij niet veeleer met een kleinachtelid
medelijden aangezien en voorbijgegaan als
oud-liberale luidjes, bij wie de herinne
ring aan vroeger bezeten partijgrootheid
nog levendig is, die hun goeden ouden
tijd niet vergeten kunnen en aan wie het
te zwaar valt een tooneel te verlaten,
waar zij eertijds, de een meer daii de ander
op den 'voorgrond kwamen, doch nu slechts
een figurantenrol vermogen te vervullen?
De oud-liberale partij is niet meer. Zé
is dood, gestorven aan bloedarmoede, aiiti'
verval van krachten. De groóte' maaior
heeft in de laatste jaren hare rijen ge
dund, zonder dat die werden aangevuld.
De jongeren hebben haar verlaten en zijn'
gegaan huns weegs. Ze heeft zich opge
lost in drie nieuwe partijen, want ook de
socialistische is eene loot van den oud
liberalen stam.
Mocht ik naar aanleiding van het z.g.'
oud-liberale manifest niet spréken' van'
Sic transit gloria mundi?
Desniettemin acht ik het zeer mogeljjk,
waarschijnlijk zelf9, dat hier en daar een
oud-liberaal herkozen wordt. Evenwél nibt
om zijne politieke persoonlijkheid, oftéwèl
zijne oud-liberale gevoelens. Maar déze,
omdat hij zich een goeden parlementairen
naam heeft verworven; gene, omdat lij
eene z.g. districtspopulariteit is.
OORLOG.
De gevechten om Tsin tsjung moeten
verschrikkelijk geweest zijn. De gruwelen
die, welke de weduwe het hoofd inwierpen
of haar onder den voet vertrappelden.
De blonde man bereikte onbekend de
schuit; het was reeds donkeT. Moede
loos liet hij zich op de bank neerzakken;
de roeiers grepen de riemen en snel door
kliefde de kleine boot het water, om
weldra op de grachten buiten de stad te.
verdwijnen.
Op een uur afstand van de stad, in
de kamer eener herberg aan den "weg,
vinden wij den stouten blonden man
terug en wel in gezelschap van zjjne
vrouw, Anne Dieu-le-Veut, in reisgewaad.
Hoewel zij alleen waren in de kamer,
spraken de twee personen fluisterend en
daarenboven spaansch, gewis om geene
onbescheiden ooren met hunne gehei
men bekend te maken
Over beider gelaat lag een diepen trek
van mismoedigheid verspreid; in Laurens
vooral was niets meer van de vroegere
stoutheid en vermetelheid, van die kalmte
in de grootste gevaren op te merken,
welke zijne vrouw steeds bewonderd had.
Hij was nu gebroken onder het gewicht
van het lijden, en zelfs de gedachte
aan zijne toekomst, welke zoo schitterend
was als een dageraad in den zomer,
kon hem niet opbeurende dood zijner
moeder had hem diep getroffen.
„God heeft mij gestraft," zeide hij „om
dat ik haar zoolang vergeten had; hjj
heeft mij nu het herdenken aan haar met
bloedige letteren in de herinnering ge
drukt. Arme vrouw! Zij zoo nederig groot,
zoo heilig in haren eenvoud!"
„Wees gelukkig, Lorenzillo, dat gij haar
nog een hebt mogen zien!" liet er de
jonge vrouw op volgen.
d