Katholiek Orgaan voor de Zeeuwsche Eilanden.
'ringmachine,
es,
No. 4.
Dinsdag 10 Januari 1905.
Eerste Jaargang.
BRÜIJNE.
pouwerij „De Gans".
es
stoppen.
ederen
hting,
DE VLIJT",
Verschijnt eiken fflAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND.
Een valsche profeet.
d Beurs, Middelburg,
Anne Dieu-le-Veut.
BUITENLAND.
n Syndicaat.
van 50 Kilo.
50
Pleesclimeel,
iiiwkalk.
izen en landerijen en
den dag, thans 99i/3
Goes.
'k naaiwerk.
snd in een winkel
?an weinig waarde
54-355.
ZEZENVEEN,
baar b ij
Hulst
Tholen
Aardenburg
VEN Ter Neuzen
IJzendijke
oskade.
bij abonnement.
BIERFNS Fz.
HE IEEÜWSCHE tOükflKT
Een en ander dit blad betreffende te zenden:
wat aangaat de Redactie a. d. Redacteur; al het overige a. d. Uitgevers.
Abonnementsprijs: per 3 maanden —.95
Voor het buitenland verhoogd met de meerdere porto's.
Afzonderlijke nommers (bij vooruitbetaling)—.05
Drukkers-Uitgevers:
OOSTERBAAN LE COINTRE,
o GOES, b
Adverfenfiën: van 1—6 regels —.60; iedere regel meer 10 ets.
Grootere letters of cliché's worden naar plaatsruimte berekend.
Eenzelfde advertentie driemaal geplaatst, wordt tweemaal berekend.
Bij een groot aantal regels of bij abonnement speciale prijs.
Dienstaanbiedingen: 25 ets. per advertentie van hoogstens 5 regels.
Reclame-berichten: 25 ets. per regel.
Wij achten het onzen plicht voor onze
lezers een treurige zaak te moeten be
spreken.
Een treurige zaak, omdat wij hen ten
ernstigste moeten waarschuwen tegen de
dwalende gaschriften van iemand onder
hunne eigen geloofsgenooten, van iemand
die zelfs vroeger behoorde onder de ge
zalfden des Heeren.
Er is een priester opgestaan in het
bisdom Breda, Dr. J. van den Brink, die
zich gekeerd heeft tegen zijne eigene
moederkerk en zich geschaard onder de
Iroode banier, onder welker sombere scha-
duw hij propageert voor de zaak der
-socialisten.
Dat die priester is geschorst behoeft
geen betoog.
Voor de Katholieken in hooge mate ge-
"jvaarlijk zijn zijne geschriften, wijl hij op
het titelblad zijn naam doet prijken met
de bijvoeging „R. K. Priester".
En dubbel verderfelijk, wijl de schrijver
voorgeeft wel degelijk rekening te houden
met Gods Wet, en hij het doet voorkomen,
alsof een socialistische toekomststaat over-
eenkomstig Gods Wil zou zijn.
Door de socialisten wordt deze onge
lukkig verdwaalde begrijpelijkerwijze op
de handen gedragen, en zijne geschriften
worden overal verspreid,
j In deze zaak kunnen wij feitelijk het
socialisme als economisch stelsel
volkomen laten rusten,
Wij willen meer bijzonder aantoonen,
dat de Katholieke godsdienst totaal onver-
eenigbaar is met het socialisme en daar
door trachten te voorkomen, dat oner-
varenen in den valstrik zouden worden
gelokt.
De vader van het wetenschappelijk socia-
•j lisme is de Duitsche wijsgeer Karl Mars.
Het stelsel van Marx berust op eene
materialistische geschiedbeschouwing.
Nu is een materialist iemand, die in de
wereld niets liet dan de stof, die geen
leel en groot gemak,
schaffen eener
aar werktuig is in het
gezin.
ructie, alle andere in den
ide, op proef, en daarbij
'BETALING.
Een verhaal uit de XVIle eeuw.
II.
I Driftige menschen, Driftige
paarden.
Op den dag dat wij den graaf en de
gravin de Vertigneul op de bekende wan
delplaats ontmoetten, hadden beiden ge-
i dineerd ten huize van een der graven
de Berlaymont, die dan ook met zooveel
geestdrift voor de beide vreemdelingen
was ingenomen, dat hij zijne welbezette
stallingen ten hunne dienste stelde, en
menige vroolijke partij ter hunner eere
in ontwerp had.
I Gedurende den maaltijd had de jonge
gravin eene wonderlijke mengeling van
hooge onderscheiding en tevens van bui
tengewone onafhankelijkheid aan den dag
gelegd; zij had soms zelfs een toon van
gezag aangenomen, zonder dat men zeg
gen kon dat deze haar niet eigen was.
3Ien schreef echter dien geest van onaf-
hankelijkheid, die plotselinge opwellingen,
j dien hoogen toon toe aan de verschillende
i. omstandigheden waarin zij geleefd, aan
het zwervende leven, dat zij geleid had,
aan de personen met welke zij verkeerde,
1 aan de hooge bedieningen van haar
echtgenoot.
ziel, geen vrijen wil, geen God erkent.
Daarom beweert dan ook Marx, dat het
slechts stoffelijke factoren zijn, die invloed
kunnen uitoefenen op den gang der ge
schiedenis.
De klassenstrijd heeft zich ontwikkeld
nit die factoren, van welke de voornaamste
de economische verhoudingen zijn.
In het stelsel van Marx kan geen sprake
zijn van godsdienst, omdat er volgens hem
niets buiten de stof bestaat.
Wanneer het dus waar is, zegt Victor
Cathrein, de auteur van het bekende
werk tegen het socialisme wat ons de
socialistische kopstukken altijd door her
halen, dat de materialistische geschiedenis
opvatting een wezenlijke grondslag van
het wetenschappelijk socialisme is, en
wanneer het eveneens waar is, dat deze
materialistische geschiedenis-opvatting in
haar innerlijkste wezen met iederen waren
godsdienst onvereenigbaar, of veel meer
de loochening van iederen godsdienst is,
dan zal daarmede de houding van het
socialisme ten opzichte van den godsdienst
voor ieder denkend menseh voldoende ge
kenschetst zijn.
Voor een doelbewust socialist, die de
leer, welke hij belijdt, ook werkelijk be
grepen heeft, moet het naïef toeschijnen,
als men hem bewijzen wil, dat het socialisme
met den godsdienst onvereenigbaar is. Zulks
weet hij van zelf.
Een geloovig aanhanger der materia
listische geschiedenis-opvatting kin geen
godsdienst meer hebben, en werden alle
mensehen socialisten, dan zou de godsdienst
vanzelf wegsterven, zonder dat zijn af
schaffing noodig was.
Socialisme en godsdienst zijn onvereenig
baar; zij sluiten elkander uit.
Dr. Pranz Heiner, hoogïeeraar te Prei
burg zegt dan ook, dat de sociale quaestie
pas in de tweede plaats eene economi
sche is.
Het gaat niet eerst om stoffelijke ver
betering, maar om eene nieuwe levens
beschouwing.
De sociaal-democratie echter let uitslui
Met eene onmiskenbare bevalligheid
was zij echter de eetzaal binnengetreden,
en had wel getoond dat het salet haar
eigen was; met eene zekere ongedwon
genheid bevochtigde zij, vóór het diner,
hare fijne vingeren in het zilveren lampet
met rozewater gevuld, en beantwoordde
met onderscheiding de hoffelijkheid van
den heer des huizes; doch later zag men
een zweem van minachting op hare lip
pen, als zij jonkers en joffers van de
mode hoorde spreken, van poeder en
reukwerken, van strikken en linten.
Het scheen dat zij vluchtig den neus
optrok voor de confituren, marmeladen
en zoetigheden; doch zij liet zich het
wildbraad en den wijn in ijs gekoeld,
voortreffelijk smaken.
Wat aan mevrouw dan toch wel bekoor
de? had men gevraagd.
Gewis, Brussel was Parijs niet: maar
Parijs was toch wel het paradijs der aarde.
En alsof de verlangens en de wenschen
van mevrouw de Vertigneul geruimen tijd
met geweld onderdrukt waren gebleven,
en eindelijk eensklaps ontploften, zeide
zij op hartstochtelijken toon:
„Wat mij aantrekt 't Zijn niet de prach
tige steden op het vasteland, neen! Ik
wil leven in de maagdelijke bosschen,
in de savanna's ter jacht gaan; leven
in Gods vrije en grootsche natuur, op
de bruisende zee; op het land de lans
drillen, de pistool hanteeren.
Twintig kreten van verwondering had
tend op het stoffelijke. Het is een stelsel,
dat niets met God, noch met belooning of
straf na den dood wil te maken hebben,
een stelsel, dat los van elk Christendom,
het levensdoel der menschen enkel en
uitsluitend in het bezit en het genot van
aardsche goederen ziet.
De godsdienst van het socialisme
kan teruggebracht worden tot de volgende
elementen: God, dat is de democratische
staat, het laatste doel is het aardsch genot,
de geboden Gods zijn de rechten van den
menseh.
De leider der Fransche socialisten J a u r s
verklaarde in de Kamer van Afgevaardig
den, dat de godsdienst was een oud afge
zaagd liedje, een gewoonte en geen geloof.
En aan den anderen kant van den Rijn
sprak Bebel in het Duitsche Parlement
het koude woord: „Op stuk van godsdienst
zijn wij atheïst!"
Met Heine laten beide leiders den hemel
over aan de engelen en de musschen.
Zij beweren, dat de hemel hier op aarde
is, en sterven gelijkluidend met in het niet
verzinken.
Sohaffle heeft de socialistische leer
teruggevoerd tot deze drie dogma's
atheïsme in godsdienst, democratisch
republicanisme in den staat en collecti
visme in de staathuishoudkunde.
Als socialisten, sprak Fontaine te
Gent, willen wij de vernietiging van den
geheelen godsdienst en der geheele kerk.
C h o I e i n riep uitwij moeten beslist
God omverstooten, zoo wij de menschheid
willen opheffen.
En de „Travailleur Beige" (de Belgische
werkman) schreef: de idéé van God is
onzedelijk, het katholicisme moet vallen
Men moet het papisme in het slijk smoren 1
De oorlog verklaard aan God, daarin steekt
de vooruitgang!
Wij willen de ooren onzer lezers niet
langer kwetsen met deze monsterachtige
taal, en daarom enkel nog aanhalen wat
een landgenoot, de socialist van Kol schreef
Aussiehtslosigkeit der Socialdemokratie.
den elkander opgevolgddoch graaf de
Vertigneul was bij die driftige taal zijner
vrouw eenigszins bleek geworden; uit
zijn blauw oog, door de gefronste wenk
brauwen verdonkerd, schoot als een straal
vuur.
De graaf trachtte den oogslag zijner
vrouw te ontmoeten, gewis om haar zijn
misnoegen over haar driftigen uitval te
doen kennen.
Toen hij daarin echter niet gelukte, nam
hij plotseling een gekscherenden toon aan
en gaf weldra een andere wending aan het
gesprek.
Na den maaltijd waren de twee gasten
te paard gestegen en mevrouw vooral
had de bewondering van allen, in het
berijden van het fiere paard des heeren
de Berlaymont opgewekt, zooais zij dit
nu andermaal deed.
En voorwaar, de mode-jonkers die daar
hadden plaats genomen, waren zeker wel
kenners
De gepluimde hoeden, kleurige kleed
sels, sneeuwwitte kragen, kostbare de
gens en wandelstokken, gouden of zilve
ren sporen kortom, geheel hun uiterlijk
zeide, dat die heeren de toongevers van
de baan waren.
De stoute oogslag die zij in het ronde
wierpen, het soms wat al te luidruchtige
gelach, de hooge toon, dien zij aangaande
minderen aannamen, de kennis, waarmee
zij over de voorbijdravende paarden, koet
sen, vrouwen en rennende hazewinden
„Wjj gelooven aan den vooruitgang, al
verwerpen wij de leer, dat een Hooger
Wezen alles regelt en beheerscht".
En verder„de kerk moet ten slotte
bezwijken voor de stoommachine, wier stem
krachtiger is dan Gods Woord."
Bij dergelijke uitlatingen behoeft geen
commentaar.
Die verschrikkelijke dwalingen vinden
hun oorzaak in de stofvergoding.
En toch, hoevelen worden door het
socialisme verleid 1
Alles wordt hun zoo mooi voorgespiegeld,
immersde gemeenschapsstaat zal de
regeering zijn der zuivere vrijheid
Elke verdrukking zal streng gebannen
zijn
Er zullen geen patroons, geen meesters
meer zijn
Het gezag zal vervangen worden door
de oontraetueele vrijheid
Maar, ja maar.... de werkelijkheid
is, dat in den gemeenschapsstaat het individu
geen andere rechten bezit dan die, welke
de gemeenschap hem belieft toe te kennen.
De waarheid is, dat de gemeenschap
gewapend is met een willekeurige macht
over het individu, van wien zij vóór alles
opeischt zijn diensten voor het productiewerk.
In den grond verschilt het socialistisch
hervormingsideaal weinig met dwangarbeid.
Maar aan de deur van den slavenkerker
moet men ook nog alle hoop achterlaten,
omdat men afstand moet doen van zijn
Godsdienst
Daarom, katholieke werklieden, wacht u
voor den wolf in schapenvacht, wacht u
voor valsehe profeten.
De socialisten, ze zijn altijd in de weer
ze zullen tot u komen, u door schoonschij
nende voorstellingen en beloften trachten
te overreden.
Ze zullen u geschriften in de hand stoppen
als van dien verdwaalden gewezen priester.
Maar hoort niet naar hen, die u het geloof
uwer vaderen trachten te ontnemen en u
ook maatschappelijk ten verderve voeren
zullen.
Luistert naar de verschillende Pauselijke
spraken, zou dit overigens wel bewezen
hebben, zelfs hunne kleeding daargelaten.
De mode-jonkers lieten een gansche rij
van uitroepingsteekens hooren, toen de
schoone gravin de Vertigneul voorbijreed.
In plaats dat do rijderes echter de twee
de laan zou oprijden, waar haar nieuwe
bewonderaars zouden opwachten, zette
zij haar paard in slerken draf en vervolgde
haren weg.
Toen de graaf en de gravin eindelijk
buiten het gewoel gekomen ,ren, keten
zij hunne paarden den vrijefi teugel. Als
de wind vlogen beiden onder de boomen
en langs de Antwerpsche vaart voort, en
verdwenen weldra in een stofwolk voor
aller oogen.
De wandelaars waren den groenen stads
wal opgesneld en zagen van deze hoogte
den onstuimigen, wilden en fantastischen
galop; bij de jongeren draaiden de hoof
den nog meer dan te voren en de gra
vin de Vertigneul verspreidde eene nieuwe
aureool rondom zich; bij de onderen van
dagen deed die wildzang een bedaard
hoofdschudden ontstaan.
De wandelplaats, welke door het op
treden der gravin dien dag eene buiten
gewone aantrekkelijkheid bekomen had,
was nu voor de jonkheid ook zoo droevig
als een begrafenis.
Pratend keerde de groep jongelingen,
die wij straks opmerkten, naar de stad
terug.
Onder hen bevond zich de markies
uitspraken van Leo XIII, die het socialisme
de pest der maatschappij noemde.
En gedenkt liefderijk in uwe gebeden
den man, die, schoon in het heiligdom tot
priester van den allerhoogsten God opge
kweekt, zijn kennis als wapen tegen de
moederkerk zelve richtte en het aanzien
zijner waardigheid misbruikte.
DE OORLOC.
De eerste uitvoerige, betrouwbaar uit
ziende beschrijving der capitulatie
van Port Arthur wordt gezonden
door den correspondent van de Standard
op het oorlogsterrein. Hij schrijft
De overgaaf van Port Arthur kwam als
een welkome verrassing op Nieuwjaarsdag,
die ook een Japansche feestdag is. Niemand
onder de belegeraars vermoedde, dat het
laatste bedrijf van het langdurig drama
afgespeeld was de donder van het geschut
werd nog weerkaatst door de heuVels, en
in het grijze licht van den winterdag zag
men de Japansche troepen nog de helling
van Wang-tai beklimmen. Het scheen alsof
een nieuwe phase van het beleg te wachten
stond, en het einde nog ver was.
Om vier uur, 's namiddags, kwam een
Rus met een witte vlag binnen de Japan
sche liniën. Zoo iets was in den laatsten
tijd meer voorgekomen, en het wekte slechts
een voorbijgaande belangstellingde krijgs
verrichtingen duurden voort totdat de duis
ternis inviel, en ook in den nacht bulderde
het geschut nog, en flikkerden de zoek
lichten spookachtig over de sombere hoogten.
Alleen generaal Nogi en zijn staf wisten
toen, dat generaal Stoessel eindelijk tot
het besef van het hopelooze van zijn toestónd
gekomen was.
De correspondent spreekt dan nog over
de mogelijke oorzaken van de plotselinge
ontmoediging der vei-dedigers, terwijl er
toch nog verscheiden forten in goeden staat
waren, en de plaats nog een tijd lang te
houden geweest zou zijn. Hij zal wel niet
mistasten, waar hij Stoessel's besluit vooral
toeschrijft aan de volslagen uitputting van
het garnizoen en voorts aan gebrek aan
munitie.
Dan beschrijft hij den toestand van de
laatst genomen forten. Alleen reeds de
aanblik van Sjoe-sjisjan, zegt hij, was hart
verscheurendde dapperste moest jjzen van
Henry d' Ambrelle, een Franschman van
ongeveer dertig jaar, die slechts sedert een
paar dagen in de hofstad was aangeko
men en voor de eerste maal op de wande
ling verscheen.
Hij was een flink jonkman, met scherp
geteekend gelaat, donker oog, zwart haar,
wiens kleeding wel aantoonde dat hij den
Brusselaar voor 't minst een jaar in de
grillige mode vooruit was; immers, hij
droeg een laken gesloten jas tot boven
geknoopt, een bos van kleurige linten
op den rechter schouder, een los geknoop-
ten das van kant, effenkleurige zijden
kousen en rijschoenen.
En 't stond hem wel, dat kleedsel, waar
aan slechts de pruik met afhangende krul
len ontbrak.
Henry d' Ambrelle was met een bijzon
der gezantschap, weinige dagen te voren
te Brussel aangekomen, en had in de
wereld der mode-jonkers, in het salet, op
de wandeling en in de verschillende ver-
eenigingen, wat men noemt, eene schitte
rende entrée gedaan.
Door zijne kalme, deftige en hoogst
onderscheiden manieren, had hij reeds in
den aanvang, de aandacht van. menige
schoone tot zich gelrokken.
Men mocht zeggen dat de gezantschap
secretaris juist de tegenvoeter was van de
gravin de Vertigneul; beiden deden zich
langs geheel met elkander in strijd zijnde
wegen opmerken. Er was slechts één
punt waarin beiden overeenkwamen: bei-