Buitenland. Binnenland. bondenheid in liet oog springt. Wil men per sd eene oplossing van deze kwestie dan wagen we 't, op gevaar af, dal men ons wijsneu zig zal noemen, het navolgende on der de aandacht van autoriteiten te brengen. Er zijn drie booten die, behou dens uitzonderingen dat ze schoon gemaakt moeten worden, geregeld 0111 de bturt kunnen varen. Het schoonmaken schijnt echter nog al tijd in beslag te nemen, doch in elk geval is voor elke boot eene volledige bemanning. Wanneer de dienst werkelijk veel te lang is, en ook de vacantie veel korter zijude, meer wenschelijk was, dan zou een meer evenredige dienst en een korte afwisseling van vrijheid weldadig op het geheel moeten werken. We veronderstellen dat deze regeling te treffen zou zijn, indien van de drie equipages om beurte ieder éen dag gtheel vrij was, ter wijl de beide overigen dan de wederkeerige diensten op Breskens en Ter Neuzen waarnamen. Dan zou de dienst in geen geval afmattend genoemd worden en de langdurige vacantie evenmin tot lediggang doemen. 't Is mogelijk dat hieraan be zwareu verbonden zijn, die wij niet kennen en eene zoodanige regeling onmogelijk maken. Ook geven we onze meening gaarne voor beter, doch in elk geval geven wc onze gedachte ter overweging aan de commissie van toezicht. Indien bovendien de oplossing aldus kon geschikt worden, dan zou o. i. daaraan de eisch moeten verbonden worden, dat de Zondags dienst geheel evenredig zij aan die in de week. Want hoe loffelijk het ook moge genoemd worden dat d6 commissie een open oog heelt voor het perso neel ten opzichte van den Zondag, de beperkte dienst komt ons voor meer geregeld te zijn overeenkom stig de gemakkelijke aansluiting van de Belgen dan van de ingezetenen van de beide Zeeuwsch-Vlaanderens. Ditzelfde geldt ook aangaande de gewijzigde regeling van de boot van 3.15 u. van Vlissingen. Immers de heer Van Koinpu heeft duidelijk gezegd, liever te zien dat de aansluiting te I uur naar Holland wordt gehaald dan voor het gelaat en mompelde Constance, Constance, gij hebt mij nameloos ongelukkig ge maakt. Meent gij Zeg liever, dat gij het zelf gedaan hebt. Zij legde hare hand op zijn schouder en voegde er bij Totii uwe moeder mijn hart verbrijzelde, kwam geen enkel woord van klacht over mijne lippen bespaar gij mij dus het armzalig schouwspel van een man, die niet in staat is, het lot te dragen, dat hij zich zeiven geschapen heelt. Toon ten minste, dat gij liet ka rakter van een man bezit, al zijt gij dan een man zonder waarachtig gevoel van eer. Constance maakte eene diepe buiging voor de gravin, waarna zij het vertrek verliet. Toen zij weg was, vloog Ivar op en riep op heiligen toon uit O, moeder, gij liadt mij niet moeten dwingen, mij te gedra.en als een man, die iedere edeie vrouw het recht heeft te verachten. tWordt vervolgd.) die naar Breskens. We nemen de vrijheid hieraan toe tc voegen dat, als de redenee ring van den heer Van Bompu steekhoudend met de bewering dat er toch nog een late boot (te G.fO) gaat, men er evengoed op kan wijzen dat de correspondentie naar Holland met üie zelfde late buot van uit Breskens nog even goed te halen is. In de onrust, die zoowel de oorlog in Zuid-Afrika als de toe stand in China teweegbracht is een kleine verademing gekomen, door het bericht dat de Engelsehen in de onmiddellijke huurt van Pretoria belangrijk klop hebben gehad. Na etn gansche dag te hebben gevochten hebben de Boeren Ni- tralsnek met het garnizoen over meesterd en gevangen genomen. Roberts vreest, dat de verliezen voor de Engclschen ernstig zijn. Nu als ze er zoo rond voor uit komen, dan behoeft men er zeker niet aan te twijfelen. De toestand in China wordt hoe langer hoe onzekerder. Het wordt nu zoo, dat men op de berichten niet meer vertrouwen kan. Immers alles wat Peking aan gaat, is voor de buitenwereld als gehuld in duisternis. De nieuwe berichten zijn nu weer treuriger dan ooit. De gezantschaps gebouwen in Peking moeten dooi de Boksers zijn ingenomen, terwijl alle. vreemdelingen gedood zijn. Omtrent den toestand te Tient sin luiden de laatsie berichten iels gunstiger. De stelling der Chineezen ten zuidwesten van de Kolonie werd Woensdagmorgen te 4 uur aange vallen. De Japanners dreven door een omtrekkende beweging, den vijand uit zijn stelling en namen 4- kanonnen. De cavalerie vervolgde den. vij and en deed hem in wanorde, wij ken, waarbij een groot aantal Chi- neesche soldaten en Bokseis gedood werden. De verbonden troepen beschoten en bezetten het westelijk arsenaal en maakten twee kanonnen buit. Daar de verbonden troepen niet in «taat waren hei arsenaal bezet te houden, werd liet in brand ge stoken. De Chineezrn verloren 350 man; de verliezen der verbondenen zijn gering. Ook in Engelsch-Indië is het voor de Engelschen niet erg zuiver. Niet alleen dat ze de opstand aan de Goudkust niet kunnen dem pen, maar thai,a wordt de stout moedige bergstam, de Alïidis on rustig. Reeds kort geleden hadden ze met deze 1 aidjes zooveel te stellen. Hebben ze voorloopig de Afgha- nen, de bondgenooten der Engel schen aangevallen, het laat zich aanzien, dat ze van de gelegenheid, dat Engeland in Transvaal de han den gebonden zijn, zullen willen profiteeren. In de zitting van de Provinciale Staten werd eene interpellatie aan gekondigd door den heer Pompo van Meerdervoort, nopens de voor waarden waaronder door Ged. Sta ten vergunning wordt verleend tot het beryden van de openbare we gen met motorrijtuigen. Aan deze voorwaarden wenschte de interpellant. nog toe te voegen de bepalingen, dat de velgen van bedoelde rijtuigen van caoutchouc- banden moeten voorzien zijn en dat liet verboden is te rijden over wegen die minder dan 7 meter breed zijn. Namens het Ged. college werd door den heer Siegers geadviseerd, dat er bezwaren bestaan om deze bepalingen aan die voorwaarden te verbinden. Ten eerste zijn de velgen van een motorrijtuig zoo algemeen van caoutcbouc-bunden voorzien, dat een dergelijke bepaling een komi- schen indruk moet maken en daar om overbodig mag geacht worden, terwijl het berijden van wegen die 7 of meer meter breedte hebben, werkelijk een algeheel verbod ten gevolge zou hebben. De heer Pouipe van Meerder voort zijne interpellatie toelichtende wees er op, dat, als werkelijk alle motorrijtuigen van zulke banden voorzien zijn er inderdaad geen gevaar is voor een dergelijke bepa ling, wijl het te veel in dit geval niet schaadt. Hij was tot het doen van dit voorstel gekomen, door de. berichten uit het noorden van ons land, dat dc wegen totaal stuk gereden waren door motor-rijtuigen. Ter voorko ming daarvan had hij als plicht gesteld caoutchouc-banden. Ten opzichte van de wegbreedte van 7 meter, gaf hij te kennen, dat niet de bedoeling is, die breed te te stellen voor den rijweg, maar voor den geheelen weg, dus ook met de zijkanten. Bovendien had bij er geen bezwaar legen, de breedte te stellen op meter. De i»eer Hom bach begon met te wijzen op dc omstandigheid, dat in ons land een viertal motorrijtuigen worden aangetroifen zonder caont- chaucbanden. Of het stuk rijden van wegen echter daaraan te wij - ten zou zijn, betwijfelde hij. Tin— mers de zwaarte van zoo'n rijtuig is zelis niet te vergelijken bij die van geladen wagens, inzonderheid die bestemd voor het vervoer van bieten. Hij deed eenige mededcelingmi van het gewicht van dergelijke geladen wagens in verschillende deelen der provincie, waaruit bleek dat sommigen een gewicht hebben van 2000—2500 KG. Sommige onzer wegen, kunnen niet aan de gestelde eischen van 6 meter breedte voldoen het zou dus een globaal verbod worden. Er zijn zélfs wegen die meer dan 0 meter breed zijn, doch op andere punten 5 en nog minder. De angst voor het gebruik dez- r rijtuigen spruit dan ook meer voort uit onbekendheid. Als men zi«l dat met zulke rijtuigen in de grootste steden met hunne veeltijds nauwe doch nrukke straten op onberispelijke, wijze gemanoeuvreerd wordt, ja zelfs dat ze dkar verkie selijker zijn, dan paarden, rijst- de vraag ot liet niet meer dan onge hoord zou zijn, indien hier eene bepaling werd gemaakt, die het gebruik op vaak eenzame wegen onmogelijk zou maken. Hij zou wel gaarne zien, dit de bepalingen nog meer verscherpt werden, door er o. a. aan* toe te voegen, dat niemand een motor rijtuig uiocht besturen, zonder een afgelegd bewijs daarmee volkomen vertrouwd te zijn, doch hoopte stel lig dat de vergadering niet zou mêewerken om op zulk eene wijze het rijtuig der toekomst in onze provincie den pas af te snijden. De heer Pompo van Meerder voort kon door de rede van den lieer Hombach zich niet anders dan versterkt achten in zijn idee. Diens mededeeling, dat er inder daad motor-rijtuigen zonder caout- chouc-banden zijn, maakte de aan vulling van de voorwaarden met die bepaling nog meer aannemelijk. De druk die motor rijtuigen op de wegen uitoefenen, in tegenstel ling met boerenwagens, die naar boven getrokken worden, pleit al mede voor die bepaling. liet tweede, punt betreffende de breedte van den weg, handhaaft hij ten sterkste. Indien de Staten zijne meening n et deelen, dan heeft hij voor zicii toch het bewustzijn zijn plicht te hebben gedaan en acht zich niet verantwoordelijk voor mogelijke on gevallen, waarvan het gevolg wel eens zou kunnen zijn dat men dan de put ging dempen, nadat het kalt verdronken was. Het eerste punt van zijn voorstel werd verworpen met IS tegen 17 stemmen en het tweede met 21 tegen 13 stemmen. BRESKC.V*, 17 Juli 11)00. Nadat reeds enkele dagen dc thermometer een hoog cijfer had aangewezen en het gisteren snik heet was, barstte tegen een uur of half zes een kort doch zeer zwaar onweder los vooralgegaan door een hevige wervelwind en vergezeld van een slagregen. Op de weide van den landbou wer M. Manneke moesten enkele, boomen het ontgelden, terwijl .in het dak van de Cons sloriekamtr een gat waaide en in het dak van het achterhuis van den heer N. Valk ontstond door dc geweldige wind eveneens een opening. Op het Drngonderdijkje is de bliksem in een boom geslagen die gedeeltelijk uitbrandde. Ook sloeg hij in de woning van den landbou wer E. V. de Milliano te Groede, alwaar wel weinig schade aange richt werd, doch waarbij de vrou.v en een der kinderen even werden aangeraakt. De schuur van den landbouwer P. 3. Modde te Schoondijke werJ door het hemelvuur totaal in de asch gelegd, waarbij een zeug en drie biggen en enkel hooi verbrand den. Eenige vlast rekkers, die in de schnur schuilden, hadden deze even voor het uitbreken van den brand verlaten. Het blusscliingswerk schijnt uiél bijzonder vlug gegaan te zijn. Bij den landbouwer Haartscn woei de schoorsteen van liet hu» al. Ook dc schuur van den land bouwer J. de Keuninck te Cadzand werd door den bliksem getroffen en brandde eveneens geheel af. Ken loods van oen der kotters tc Vlissingen op de Schelde zijnde werd blind geslagen. Aan het station aldaar sloeg een telegraafdraad al. Door het postkantoor Breskens werd gedurende de le helft der maand Juli de navolgende on be-1 stelbare brief verzonden Van Breskens Comelis Maas te Rotterdam. In den toestand der werksta king van de bootwerkers te Rot terdam is nog geene verandering gekomen. In eene gisteren gehouden vei F

Krantenbank Zeeland

Nieuwsblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1900 | | pagina 2