voor Zeenwseh-Vlaanderen.
Overwonnen.
Buitenland.
FEUILLETON.
Binnenland.
\o. 505.
ZATEBDAO 14 J1JLI 1900.
9e Jaargang.
HET NIEUWSBLAD
Abonnementsprijs:
Per 8 maanden 50 centsfranco per post 55 cents.
Voor België ƒ0.625 en voor Amerika ƒ0.825.
Abonnementen worden aangenomen bij de Agenten,
alle Boekhandelaren, Brievengaarders en bij de
Administratie te Breskens.
Advertentieprijs:
Van 1 tot en met 4 regels 20 centselke gewone
regel meer 4 cents. Bij abonnement lager tarief.
Qroote letters en vignetten naar hunne plaatsruimte.
Advertentiën worden franco ingewacht uiterlijk
Dinsdag- en Vrijdagnamiddag één ure.
Bit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond bij den uitgever C. BIEEEMAV te Breskens.
Heeft men eenigen tijd tusschen
hoop en vrees geleefd, dat de
vreemdelingen in Peking zooveel
mogelijk gespaard gebleven zijn,
beschermd door de regeeriugstroe-
pen, toch spreekt de Britsche
Consul-generaal te Shangai als zijn
stellige meening uit, dat te Peking
etne algemeene slachting onder de
vreemdelingen heeft plaats gehad.
In een Brusselsch blad wordt
meegedeeld, dat een vereenigde
Russische en Japansche troepen
macht op weg naar Peking is, en
de Chineezcn zouden hebben aan
gevallen, die daarbij een 1000
dooden hadden.
Uit Tientsin luiden de berichten
alles behalve gunstig. Naar beweerd
wordt missen de verbonden mogend
heden een aanvoerder. Deze macht
een 10000 man sterk worden heftig
beschoten door Chineesche scherp
schutters, die zioh verschuilen in
de bouwvallen der buitenlandsche
handelskantoren. Ze hebben een
paar batterpen krapkanonnen opge
richt, die ze geducht laten werken.
Van alle kanten komen er ver
sterkingen opdagen, waardoor de
overmacht zoo groot wordt, dat de
verbonden mogendheden zelfs zou
den besloten hebben om de stad te
ontruimen.
Uit de oude hoofdstad van China,
Mukden, komen eveneens jobstijdin
gen.
Er worden van daar akelige
M».
Deze denkbeelden vervulden de
tiel van Constance, terwijl zij on
der het danseu tegenover Ivar en
Alma stond. Wat Alma dacht we
ten wij nietmaar zij droeg het
hoofd nog hooger dan anders en
haar blik werd nog koeler, toen
deze zich op het regelmatige, schoo-
ne en levendige gelaat van Con
stance vestigde.
Zoo groot is de macht van
uiterlijke bevalligheden en zoo zwak
rijn de mannen tegenover de macht
der schoonheid, dat Constance wel
dra, niettegenstaande de aanwezig
heid van de rijke Alma, de reine
du bal was.
Ivar bewees Alma den ganschen
«vond eè'ne in het oogloopende
oplettendheidmaar er lag iets
berichten van moorden en brand
stichtingen.
Vooral op de zendelingen is het
gemunt. De bisschop en eenige
priesters zijn vermoord, terwijl drie
mannen levend verbrand werden.
Verschillende huizen werden in
brand gestoken.
In het district Kanton waar de
welbekende Li-Hung-Tsjang onder
koning is, is het voor alsnog
rustig, doch toch schijnen de on
lusten moeielijk tegen te houden te
zijn.
Deze worden bovendien nog aan
gewakkerd door de natuur.
Door de geweldige slagregens zijn
tal van theetuinen en rijstvelden
vernield, waardoor alle teekenen
wijzen op een gedeeltelijke honger
snood, zoodat het volk, dat daarmée
wordt bedreigd, zich vermoedelijk
bij de opstandelingen zal aanslui
ten.
De oude kwestie van de onte
vredenheid tusschen de mogendhe
den komt wêer op het tapijt.
Japan zou gemakkelijk een vol
doende legermacht naar China
kannen zenden, waartegen Rusland,
Frankrijk en Duitschland zich ver
zetten, uit vrees dat Engeland
achter Japan staat en dat het
minder te doen is om de orde te
herstellen, dan wel oin Rusland te
verdringen.
Allemaal vruchten van de heb
zucht, waarvan de christelijkheid
dc grondslag is.
De toestand is in de laatste
dagen eer verergerd dan verbelerd.
onrustigs, iets verstrooids en droef
geestigs in zijn geheele wezen, dat
al te zeer in tegenspraak was met
de vriendelijke woorden en de ge
kunstelde levendigheid, die hij aan
zijne rijke nicht verkwistte.
Alma had een al te scherpen
blik, om niet de tegenstelling op
te merken, die in zijne woorden en
gelaatsuitdrukkingen gelegen was.
Ook zij zag zeer goed, dat zijne
oogen onophoudelijk alle bewegin
gen van Constance volgden. Terwijl
hij met Alma sprak, luisterde hij
met meer oplettendheid naar het
geen Constance zeide dan naar de
woorden van Alma.
Tusschen een der dansen, toen
Ivar hij Alma's stoel stond en
en Constance op een kleinen afstand
van daar zat, zeide de jonge gravin
eensklaps, toen Ivar een onzaraen-
hangend antwoord gegeven had
Waarom gaat gij niet met
Constance praten Qij zijt toch inet
uwe geheele ziel bij haar. Ik out-
sla u van den zwaren plicht, mij
Zoo is te Tientsin een zeer ver
woed gevecht geleverd, waarhij na
zes uur strijdens het arsenaal door
den Chineeschen generaal Ma is
hernomen, en aan de verdedigers
zware jrerliezen zijn toegebracht.
De Russen hadden alleen 200
dooden.
De kanonnen der Chineezen zijn
zoo verdekt opgesteld, dat de ver
bonden troepen moeilijk de plaats
er van kunnen bepalen.
H. M. de Koningin heeft de
leerplichtwet bekrachtigd.
In de gisteren voortgezette
zitting der Provinciale Staten van
Zeeland, werd nh goedkeuring der
geloofsbrieven van het voor Mid
delburg nieuw gekozen lid Wisboom
Verstegen, tot diens toelating be
sloten.
Als buitengewoon lid van Ged.
Staten werd het aftredend lid J.
M. Kakebeeke herbenoemd met 35
stemmen. Eene stem was uitgebracht
op de hoeren Van der Meer, Vader
van 's Gravenpolder en Hennequin.
Overeenkomstig het voorstel van
Ged. Staten werd o. m. besloten
een pensioen van ƒ182 te verlee-
nen aan N. M. Harte te Terneu-
zen eervol ontslagen besteller van
den Prov. Stoombootdienst.
Bij de behandeling van het
voorstel tot wijziging van het re
glement van politie voor de polders,
gezelschap te houden.
Ivar bloosde, maar antwoordde
Gij vergist u, Almaer is
niemand, wiens gezelschap ik boven
het uwe verkies.
Alma zag hem scherp aan, trok
de schouders op en verwijderde
zich.
Het bal was geëindigd. De gas
ten waren vertrokken en in het
nog verlichte salon bevonden zich
nu slechts drie personen gravin
Ridderhjerta, Constance en Ivar.
Op het gelaat dezer menschen
waren geheel verschillende gewaar
wordingen te lezen. De kleine, ten
gere gestalte van Constance scheen
grooter geworden, zooveel trots lag
er in haar geheele wezen. Zij stond
vóór de gravin, die in een leuning
stoel zat en hare jeugdige bloed
verwant met een hoogst misnoeg
den en vrees aanjagenden blik aan
zag. Ivar leunde tegen den schoor
steen en bad het oog op zijne nicht
gericht, als wilde hij met zijne
strekkende tot verplichting van
den polder om buizen en kokers
aan te brengen tot afvoer van
hooger gelegen water uit andere
polders, werd door den heer Kake
beeke een amendement voorgesteld
die verplichting over te brengen op
den polder voor wien die huizen of
kokers worden aangelegd.
De heer Fokker kon noch met
het voorstel, noch met het amen
dement meegaan, doch brak een
lans voor een herziening van dit
reglement.
De heer Lucasse (Gedeputeerde)
stelde in het licht dat eene regle
mentsherziening ntf niet ter hand
kon genomen wordenbovendien
hebben Ged. Staten geen bezwaar
het amendement over te nemen
waardoor aan het door den heer
Fokker geopperde tegemoet geko
men wordt.
Het aldus geamendeerde voorstel
werd aangenomen met 26 tegen 17
etemmen.
Het voorstel tot afwijzing van
het verzoek van de IJzcndijksclie
Stoomtramweg Maatschappij, ter
verlenging van het prov. subsidie
werd met het oog op een nader
ingekomen adres aangehouden tot
de najaarszitting.
Dat tot het verleeneti van een
subsidie aan het comité tot aanleg
van een tram DomburgMiddel
burg, werd zoowel om financiëele
als materiëele redenen bestreden
door den heer Siegers.
Het verzoek werd door de hee-
ren Van Teylingeir en Van Leyn-
blikken een lang en treurig afscheid
nemen van haar en van zijn le
vensgeluk.
Gy hebt, vóór wij scheidden,
verlangd, mij en Ivar eenige woor
den te zeggen en ik heb reeds een
gernimen tijd gewacht, om te ver
nemen wat het is, dat niet tot
morgen kun uitgesteld Worden. De
gravin zeide dit op eenigszins scher
pen toon.
Wat ik u heb mede te dee-
len, zal u niet lang ophouden tan
te het is van dien aard, dat het
u een rustigen slaap bezorgen en
u met blijde hoop voor de toe
komst vervullen kan. Gij beschouwt
immers den rijkdom als een omnia
baar appendix van onzen rang
Ja, Constance, dat heb ik u
van daag nog gezegd, toen wij er
over spraken, dat het noodzakelijk
was voor Ivar.
Zijne verbindtenis met mij te
verbreken, de beloften, die hij mij
in den roes van een dwazen harts*
tocht gegeven heelt, met voeten t«