voor Zt'ciiwscli-ViiuiiKkieii.
DE ZANGERS.
Afgestemd.
FEUILLETON.
Transvaal»
Jl'o. 495.
ZATERDAG 9 JIM 1900.
9e Jaargang.
ET NIEUWSBLAD
Abonnementsprijs:
Per 8 maanden 50 centsfranco per post 55 cents.
Voor België ƒ0.625 en voor Amerika ƒ0.825.
Abonnementen worden aangenomen bij de Agenten,
alle Boekhandelaren, Brievengaarders en bij de
Administratie te Breskens.
Advertentieprijs:
Van 1 tot en met 4 regels 20 centselke gewone
regel meer 4 cents. Bij abonnement lager tarief.
Groote letters en vignetten naar hunne plaatsruimte.
Advertentiën worden franco ingewacht uiterlijk
Dinsdag- en Vrijdagnamiddag één ure.
Bit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond bij den uitgever C. DIELEMAV te Breskens.
De ongevallenwet, is door de
ierste Kamer verworpen zie daar
iet groote feit op politiek gebied
ons land.
Ben dergelijk conflict tusschen de
ierste en de Tweede Kamer is in
onze geschiedenis weinig bekend.
Want alhoewel de minister van
Waterstaat, Handel en Nijverheid
iet eerst bij de afstemming betrok-
ien is, toch is ook dc Ketste Ka-
ner met de Tweede in botsing
jekomen, wijl de laatste met een
liet onaanzienlijke meerderheid dit
uitwerp had aangenomen, zoodat
uren parlementairen arbeid te de
len opzichte te niet is gedaan.
Er is grond te verwachten, dat
le regeering, en speciaal de voor-
loeuido Minister in dit votum toch
peil reden zal zien om zijne porte-
enille neer te leggen.
Daar zoowel deze minister inliet
lijzonder, als de heer Pierson als
lootd van het kabinet in het alge
meen bij de behandeling van dit
ontwerp heeft mêegedeeld, zulks
naar aanleiding van gegeven wenken,
dat men van deze regeering een
nieuw ontwerp niet moest ver-
vachten, is dus de verzekering op
dit gebied in de gegeven omstan
digheden voor goed van de baan.
De afstemming wordt dan ook
ran verschillende zijden betreurd
en de Eerste Kamer verantwoorde
lijk gesteld voor de belemmering
op sociaal gebied, ja zelfs zal wor-
den aangestuurd op grondwetsher
ziening om het stelsel der Eerste
Kamer af te schaffen.
We zullen het voor velen onzer
lezers als bekend veronderstellen,
dat de Eerste Kamer de door de
Tweede Kamer aangenomen wets
ontwerpen eenvoudig mag goedkeu
ren of verwerpen.
Zij bezit niet het recht van amen
dement, dat wil zeggen in de haar
aangeboden wetsontwerpen inag zij
geene verandering brengen. Kan zij
zich met het voorgestelde niet
vereenigen, dan verwerpt zij het.
In hef. gegeven geval heeft zij
aldus gehandeld.
We uemen aan, dat de Staten-
Gcneraal een wetsontwerp nu maar
niet te hooi en te gras aannemen
of verwerpen. Hoezeer wel eens
gesmaald wordt op de langdradig
heid waardoor de parlementaire
werkzaamheden zich kenmerken,
valt het toch niet te ontkennen,
dat er alleszins gelegenheid bestaat
om goed op de hoogte te komen,
alvorens de wetsontwerpen aan een
eindstemming worden onderworpen.
Hetzelfde geldt evengoed voor de
Eerste als voor de Tweede Kamer.
Er wordt alzoo niet overy ld
gehandeld.
De Eerste Kamer heeft geen
termen kunnen doen gelden om de
ongevallenwet aan te nemen, on
danks de talrijke adressen met ver
zoek deze wet goed te keuren.
Dat deze Kamer overbodig is als
immer alle voorstellen worden goed
gekeurd, als nimmer conflcten tus-
Magister Ek, een man van meer
dan zestig jaren, wien de tijd zijner
eigene jeugd ontgaan was, schilder
de Arvid als een verloren zoon, die
op weg was door zijn overmoed en
«eesten aard een „mauvais sujet"
te worden.
Tante had geweend, zoo dat ze
een steenen hart had moeten trei
len maar het gaat zoo gemakke
lijk niet een magister van zestig
jaar te verteederen, die, zonder
huisgezin, de laatste heltt van zijn
leeftijd alleen ouder zijne boeken
heeft doorgebracht. Bij zijn vertrek
«as zij dan ook zoo diep bedroefd,
Jat Harald en Gunnar, toen zij,
n> zich onder haar gesprek met
den magister verwijderd te hebben,
terugkwamen, met schrik hare 011-
•teltenis aanschouwden.
Harald en Gunnar deden, wat zij
konden, om haar te troosten en
hare droefheid te verzachten, Harald
trachtte haar over te halen, eens
de groote kerk te bezoeken maar
tante zeide, dat zij die reeds zoo
veelmalen gezien had en dat zij
liefst alleen wilde zijn.
Het is van daag bevestiging
van lidmaten, zeide Harald, dus
eene groote plechtigheid. Hij praatte
zoo lang, dat zij toestemde, hen te
volgen.
Dadelijk na den middag begaven
tante, Harald en Gunnar zich naar
de kerk, nadat de eerste weer een
bezoek gebracht had aan Arvid,
dien zij ditmaal verergerd vond.
Ter nedergeslagen en trenrig
wandelde zij met de beide jonge
lingen voort. Op eenigen afstand
van de kerk wist Gunnar zich on
der eenig voorwendsel van hen te
verwijderen.
Harald en tante volgden langzaam
en dewijl Gunnar niet terugkwam,
deed de eerste den voorslag, de
schen de regeering en de Tweede
Kamer voorkomen, kunnen we
aannemen. Maar dat een Staatsli
chaam moet worden afgeschaft om
dat dit nu juist ten opzichte van
een of ander punt van meening
verschilt met een ander lichaam, is
wel wal haastig geoordeeld. Op
denzelfden weg voortgaande zou elk
opklimmend college dat de beslui
ten ot beschikkingen van een lager
college moet goedkeuren om hieraan
kracht te geven, overbodig zijn.
Neen, kan men daartegen aanvoeren,
want zulke colleges zijn als 't ware
de controleurs over die lagere, en
de controle is een waarborg voor
den goeden gang van zaken.
We kunnen ons van de constitu
tioneel instelling van de Eerste
Kamer bezwaarlijk een andere voor
stelling maken dan van een contro
leerend lichaam, zonder eenige
andere macht dan die van goed- of
atkeuring.
Is hare bestemming blijkbaar
die van een controleerend college,
ook de wijze waarop ze wordt sa
mengesteld duidt aan, dat ze niet
direct op éene lijn kan gesleld wor
den met de Tweede Kamer, die
lijnrecht door het volk wordt ge
kozen.
Dat de Eerste Kamer vooral om
het feit der afstemming uit onzen
grondwettelijken regeeringsvonn zou
de moeten verdwijnen, komt ons
wel wat onlogisch voor, te meer
nu ze teekenen van zelfstandigheid
geeft. Voor deze wenschelijkheid
zou, zeggen we nog eens, meer en
kerk binnen te gaan.
De deuren waren open, maar de
kerk geheel ledig. Tante en Harald
gingen naar het koor, maar toen
zij aan het kruipad kwamen, klonk
van het Gustaviaansch gratkoor een
heerlijk gezang, welks toonen met
gedempt geluid, gelijk dat, hetwelk
door den demper aan een viool
wordt voortgebracht! door het ge
barsten altaar haar tegCistroomden.
Het was Geijer's »Avondbesc'iou-
wing."
Het waren studenten, Emma, die
door deze verrassing de moeder van
een harer makkers de smart wilden
doen vergeten, die haar beheerschte.
Tante verhaalde, dat zij diep
getroffen was geweest, niet alleen
door het achoone gezang, maar ook
door het bewijs van hartelijke deel
neming, dat er voor haar in gelegen
was.
Zij beweerde zelfs, dat zij nooit
door de muziek zoo was aangegre
pen als door het gezang, dal zij
toen hoorde.
gegrondere redenen kunnen gelden,
indien haar bestaan zich immer
voortbewoog langs den te verlooche
nen weg der goedkeuring.
Immers dan eerst is controle
overbodig wanneer zich zonder haar
evenmin incidenten voordoen uls
met haar, wanneer het onwankel
baar vertrouwen in de juiste behar
tiging vaststaat.
Of een andere wijze van samen
stelling der Eerste Kamer, of zelfs
een uitbreiding harer macht niet
gewenscht ware, is een andere zaak.
Indien ze meer was een rechtstreek-
sche vertegenwoordiging der natie,
dan zou men wellicht tot andere
resultaten komen, maar daarom
behoort hare afschaffing nog niet
zoo op den voorgrond te treden.
Met dit idee kunnen we ons
thans aanvankelijk niet vereenigen.
Pretoria is in handen der En-
gelschen De hoofdstad van Trans
vaal is bezet door de vijandelijke
troepen 1
Indertijd heeft lord Roberts ver
klaard dat hij niet zou rusten,
voordat de Eugelsche vlag wapperde
te Pretoria.
In Eugelsche bladen zijn prijzen
uitgeloofd voor dengene, die het
naastbij den datum wist te bepalen,
waarop de Eugelsche troepen Preto
ria zouden binnentrekken.
Uit dit alles en nog veel meer
moest men vroeger wel opmaken,
Terwijl de toonen hare ooren
streelden, zweeg de droefheid in
haar gemoed en hoop en troost
vervingen de plaats der vroegere
moedeloosheid.
Nu, Emma, was dat niet mooi
gedaan van Harald en Gunnar,
die haar deze verrassing bezorgd
hadden Gij zult moeten erkennen,
dat de studenten van Upsala, men
inoge nog zoo slecht van hen spre
ken, jongelingen inet warme harten
zijn.
Bedenk daarbij, dat dit voor
Arvid's moeder gedaan werd en de
onderscheiding, die zij haar bewe
zen, kwam dus uit eer. geheel an
der gevoel voort dan dat, hetwelk
hen bezielt, wanneer zij hoffelijk
jegens ons, meisjes, zijn.
Gedurende al den tijd, dien tante
in Upsala geweest is, hebben Gunnar
en Harald haar telkens in hunne
vrije uren bezocht en met haar
gewandeldzij hebben in den bo-
tauischen tuin voor haar gezongen
en haar menigen avond door eene