voor Zeeuwscli-Vkaiidereii.
DE ZANGERS.
No. 492.
Zaterdag 26 Mei 1900.
9e jaargang.
Abonnementsprijs:
Advertentieprijs:
Staatszorg cn Volks
welvaart.
It.
FEUILLETON.
HET NIEUWSBLAD
Per 3 maanden 50 centsfranco per post 55 cents.
Voor België ƒ0.625 en voor Amerika ƒ0.825.
Abonnementen worden aangenomen bij de Agenten,
alle Boekhandelaren, Brievengaarders en bij de
Administratie te Bresken s.
Van 1 tot en met 4 regels 20 centselke gewone
regel inecr 4 cents. Bij abonnement lager tarief.
Groote letters en vignetten naar hunne plaatsruimte.
Advertentiën worden franco ingewacht uiterlijk
Dinsdag- en Vrijdagnamiddag één ure.
Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond bij den Uitgever C. DIELEMAN, te Breskens.
i.
Onder bovenstaanden titel bevat
het door de firma M. Hijmans Jan.,
Stoomtabaksfabrikant te Culemburg
uitgegeven »Tabaksnieuws" een ar
tikel, waaruit we een gedeelte over
nemen, 't welk ons voorkomt in
deze dagen wel eens voorbij gezien
te «orden.
We lezen dan
Een jaar ot wat geleden, kwain
er een inspecteur van den arbeid
bij een sigarenfabrikant, wiens naam
we niet noemen willen. Ook dien
naam van den inspecteur niet.
De inrichting van de fabriek gaf
in ieder opzicht reden tot tevre
denheid, en de inspecteur verklaarde
dat hij wel wilde, dat overal de
werkgever zoo goed zorgde voor
lucht, licht, ventilatie en voor
zindelijkheid". Er werd nog wat
nagepraat.
En toen vroeg de inspecteur
h braaf en weltneenend man, zon -
der twijlelmaar 'n ambtenaar
iets ongehoords.
IJ K f't Is toch 'n centoonig werk,
dat sigarenmaken, zeide hij
<zoudt u ze af en toe niet eens
iets kunnen voorlezen I"
Dit is historicsch. Onze zegsman
14.
soa)
i»t
Acht dagen later was ik verloofd
en ik vond het heel prettig een
breeden gouden ring aan den wijs-
'inger van de linkerhand te dragen
en met mijn verloofde langs de
straten te wandelen. Het hinderde
mij intusschen, dat al mijne beken
den uit éénen mond verklaarden,
dat Anton schrikkelijk leelijk en
vervelend was.
Ik zocht mij daarmede te troos
ten, dat zijne innerlijke hoedanig
heden van des te groater waarde
waren en dat iedereen, die zoo goed
>ls ik met zijne ziel bekend was,
hein insgelijks beminnen zoude.
Deze troostredenen bleken echter
na eene verloving van twee maan
den niet sterk genoeg en ik betrap-
je mij zelve op de ontdekking, dat
ih zijne manieren onverbeterlijk
is geen farceur, maai 'n hoogst
ernstig iemand, aan wiens betrouw
baarheid niet tc twijfelen valt.
Daarom stellen we ons borgwe
staan voor dc waarheid in.
Wanneer zóó de opvattingen zijn,
van hen die dagelijks met industri-
eelen in aanraking komen, hoe
moet dan een derde zich een juist
oordeel vorinen over de taak, de
bevoegdheid en de bezigheden van
den werkgever
Want het is „khaki" tegenwoor
dig den werkman te verheffen tot
martelaar, en den werkgever te
doodverven als uilzuiger, zoo gene-
raliseerend weg. Heel wat adspi-
rantjes naar een wetgeversbaantje
die zonder een last van verant
woordelijkheid zich een oordeel
aanmatigen die zich partij stellen
met eene gemakkelijkheid, vrijwel
te vergelijken met de verontwaardi
ging van zooveel ultra-fatsoenlijke
jingo's over beweerde Transvaalsche
wreedheden.
Of daarom alle werkgevers enge
len zijn, en alle arbeiders reden
hebben tot tevredenheid Neen, bij
langena niet. Er valt véél, zéér
veel te verbeteren.
Maar niet langs den weg, die
wordt aangewezen door zoovele
amateur-toestandenkenners door
zoovele rechtdoeners die niet 't
minste begrip hebben van de zor
linksch en hem zelvcn meer dan
eentoonig vond.
Deze opmerkingen maakten mij
wrevelig, zoodat ik mij aanmerkin
gen veroorloofde, die ik wist, dat
hem hinderen zoudenop deze
wijze had er menig onaangenaam
tooneeltje plaats.
Toch liet Anton zich nooit toj
twist verleiden, maar war,neer mijne
spelde-pnkken te scherp werden,
steeg hem het bloed naar het hoofd
en dan antwoordde hij tamelijk bits,
maar zat vervolgens stom als een
visch, iets wat mij bijna razend
maakte.
Over het algemeen had hij, sinds
hij mijn verloofde was, geen behoefte
tot spreken hij kon geheele uren
aan mijne zijde zitten, zuchtende
en mijne hand in de zijne houden
de, zonder een woord te uiten.
In het begin kon dit passeeren,
maar weldra werd dit mij tamelijk
eentoonig en wanneer hij wilde, dat
wij daar zwijgende het geluk van
ons samenzijn zouden genieten,
gen en de inspanning van den
werkgever om zich te handhaven.
Want er is kennis noodig, zeer
veelzijdige kennis, tot het besturen
van een bedrijf en veel werkkracht:
een werkkracht van twéémaal acht
uren daags.
Wat een Stork en een P. W.
Janssen, en een Scheffer en een
Scholten en meer anderen
voor ons land gedaan hebben, dat
is moeilijk in cijfers te brengen.
't Zijn namen, die velen onzer
lezers onbekend zijnnamen die
men niet noemen hoort.
Een ambtenaar met zééveel jari
gen dienst, een middelmatigheid ot
een nul op welk gebied éék, die
zijn jubilaeum viert van volgehou
den onbeduidendheid, hij wordt ge
prezen en gelauwerdmen geeft
hem een armstoel, om te rusten na
de beslommeringrn van 't ledig zijn,
en een lintje
Maar wien zou 't invallen den
voortreffelijken burger te eeren, den
man die honderden en duizenden
een bestaan gat en de middelen om
te voorzien in de behoeften van
zoovele anderen
Wie laat zich gelegen liggen aan
de verdiensten van den man van
de daad, die regeert door de kracht
van zijn intellect en zijn vernufl,
die ondernemingsgeest besteedt tot
gevoelde ik grooten lust tot schert
sen, zingen, lachen en praten.
Wanneer het mij niet mogelijk
was, hem in gelijke stemming met
mij te brengen, begon ik schimp
scheuten te doenik zeide hem
dan, dat hij niet wist hoe hij zich
in gezelschappen gedragen moest,
dat hij te achteloos in zijne klee
ding was, dat zijne stijfheid mij
hinderde, enz. Ik dreef mijne aan
merkingen tot het onredelijke.
Somtijds ging dit zooverie, dat
hij zijn hoed nam en zich verwij
derde en dan had ik berouw over
mijn gedrag en verlangde ik, dat
hij terugkwam, maar wanneer dit
gebeurde, dan zuchtte hij als naar
gewoonte, ging in een hoek zitten
en zweeg en weg was mijn goede
luim.
Zoo, Emma, waren zes maanden
verloopen, toen het dubbelkwartet
te X. arriveerde en daarmede begon
de belangrijkste periode in mijn
leven.
Hu, beate Emma, komt het ergste
vruchtbaar handelen
Men hoort van hem, wanneer hij
toevalligerwijze deed aan kunst, of
aan liefdadigheid. Dan zullen
na zijn dood die verdiensten
herdacht worden in lijkrede en
krantenberichten dau zal men
welen hoe een groot man verdiens
telijk wasin 't kleine I
Maar niemand zal ooit hooren
van zijn rusteloos streven, van zijn
energie en zijne kennis, van zoove
le voortreffelijke eigenschappen die
hem ten zegen deden zijn aan zoo-
velen, die zonder hem tot armoede,
tot bedelen zouden voorbeschikt
zijn. Eu niemand, die denken zal
aan de welvaart van geheele streken,
een gevolg van de uitnemende ga
ven en de groote werkzaamheid
van één man.
Zonder een Janssen en een Nien-
huijs, de Delimannen, zouden er
jaarlijks geen millioenen guldens in
't land komen die honderden en
honderden een middel van bestaan
verzrkeren zonder een Stork
en nog anderen zou er geen
welvarend Twenthe zijn, en zouden
daar geen werklieden zijn opgeleid
die tot de bekwaamste in den lan
de mogen gerekend worden.
Zonder een Scheffer, die met van
Ilouten's cacao de wereld verovert
en kapitalen na kapitalen onttrekt
aan het buitenland, zou er in Weesp
van hetgeen ik u te zeggen heb.
Gij herinnert u zeker het eerste
concert
Al leefde ik nog honderd jaar,
dan zou ik h<-t niet vergeten.
Wij zaten, zooals gij weet, op
eene vau de voorste banken. Anton
had zijne plaats aan mijne linker
zijde en was compleet aschgrauw in
het aangezicht, hij zuchtte en snoof
meer dan gewoonlijk.
Ik heb altijd een afkeer van zijn
snuiven gehadnu hinderde het
uiij zoo, dat mij allerlei pikante
aanmerkingen ontvielen.
Dit was de proloog van het
concert.
Daar traden de acht zangers op,
Gunnar het eerst. Ik kan niet be
schrijven, wat ik et voer bij den
aanblik van zijn frisch, mannelijk
voorkomen. Nooit had ik een schoo
ner gelaat aanschouwd, nimmer zou
ik deze trekken kunnen vergeten.
Wat kwam inij Anton op dit oogen-
blik verschrikkelijk leelijk voor.
De zatig begon.