ïg 366. HA, bet Menisje. Zaterdag' 1 October 1898. 8e jaargang. FEUILLETON. HET NIEUWSBLAD voor Zeenwsdi-f laanderen. Abonnementsprijs: Per 3 maanden 40 cents franco per post 45 cents. Voor Amerika /2.90 per jaar bij vooruitbetaling. Abonnementen worden aangenomen bij alle Boekhandelaren, Brievengaarders en den Uitgever. A dv er t e 111 i e p r ij s Van 1 tot en met 4regels 25 cents; elke regel meer 5 cents. Bij abonement aanmerkelijk vermin derd tarief. Grote letters naar plaatsruimte. Advertentiën worden ngewacht tot Vrijdagnam. 1 ure. Deze Courant verschijnt eiken Zaterdag bij en Uitgever C. DIELEMAïs, teBrèkens. Tolgeldliefflng'. heffiig van tolgelden dateert van af den at d< in sommige jaartijden onbruikbare of ardewegen van eene keibestrating ndbeekking werden voorzien, meedere uitgaven der lichamen welke e wgsverbeteringen overgingen, vorder- ene nieuwe bron van inkomsten, om aan :hoflijk onderhoud van die nieuwe we- 3 vldoen. 3 gng toen uit van het groote beginsel, g, ie de lusten hebben ook de lasten rdo te dragen. bginsel mocht destijds als billijk wor- lageruerkt, in de huidige, veranderde mtandigheden wordt het uitvloeisel van riicipe als eene belemmerende maatregel ht vrij verkeer beschouwd. 3* alleen uit tltrfc oogpunt, maar ook met ling tot de onregelmatigheid en de oit- ;hid is dit verouderd systeem van belas- oibillijk. ods het met vele zaken gaat, is het ook in met de heffing van tolgelden, .nvankelijk was men, door de ongekend e virbetering der wegen zoo in de wol dat geen offer te groot scheen om op iltnnr der dankbaarheid te plengen. De e centen, die bij eiken tol geëischt wer- was een zoo luttel bedrag in vergelijking ie namelooze moeilijkheid om sommige u te berijden, dat men in geen enkel meer naar de oudtijdsche wegen terug gde. Bovendien moest men er toen ook dook B. BJÖRNSON. f«eft een oud, eerwaardig dicipel van 'h priester Joh. Matheus, opgeschreven 'I?!! 8°neenteleden verteld van den preek- y ..bad, dat dit hen allen tot leering zijn, laftt ons het zelfde I e n I Lieve vrienden, sprak de predikant op- lti wij zullen hei y0or van daag hier bij De bezoekers stolen op. Hier is ophelderend woord gesproken; moge God ten zegen doen zijn. Dank voor dit on- ïd, mijn vrienden. Deze dag heeft ook mij feu dingen een helderder inzicht gesebon- dij gaf hen allen de handen zelfs de jon- n beantwoordde vriendelijk den groet des raans, zonder hem evenwel aan te zien. Gij neemt zeker den weg over den berg. aat kunt gij thuis zijn vroeg de predi niet zoo op zien. De tijden zijn veranderd en met hen ook de levens-omstandigheden. Er is eene malaise ingetreden in verschillende takken van nijver heid, en niet het minst in het landbouw-be- drijf. Bij achteruitgang door vermindering der graanprijzen, is naar nieuwe bronnen van inkomsten gezocht. Deels zijn ze gevonden. Het verkeer is meer levendig geworden. En naar mate dat verkeer is toegenomen, is tevens het bewustzijn geboren, dat ook de bo ;r eischen kon gaan stellen. Openbaarden d 'ie zich aanvankelijk in de klachten over de belemmering van het vrij verkeer en werden zij in een zeer beperkten kring vernomen, langzamerhand echter werdeu zij luider en gingen er stemmen op, die eindelijk tot een openlijk protest waren aangegroeid. De tollen worden belemmerend genoemd en al geeft mén nu deze belasting dien naam, daarmede is nog niet uitgemaakt, dat zij dien verdient. In wijder kringen werden de grieven tegen de tollen besproken en de resultaten zijn niet uitgebleven. Immers in de jongste troonrede, ter opening van de zitting van de Staten-Generaal, is eene afschaffing van de rijkstollen aangekondigd. Laat ons eens nagaan op welken grond eene afschaffing billijk kan genoemd worden. Allereerst dienen we het beginsel, waaraan de tolheffing ten grondslag ligt, te ontzenu wen. »Wie de lusten heeft, moet ook de lasten dragen", zegt het principe. kant, toen zij zich zouden verwijderen. O, nog dezen nacht, antwoordde Lars, er ligt overal sneeuw, en waar zij door den wind weggeblazen is, zijn de velden nog met ijs be dekt. Nu vrienden, ik hoop dat gij een goede reis zult hebben, dat de tocht zonder ongeluk ken mag afloopen. Erik antwoordde: Langs bergen en langs dalen, Ja, overal is God. Dat is waar Erik, voor ditmaal hebt gij het getroffen. Wacht nog even, sprak Oedegaard, toen ze wilden heengaan. Het verwondert mij niet, dat ge mij niet kent, maar er moet toch veel familie van mij in Oenygarne wonen. Allen wendden zich tot hem, zelfs de predi kant, die het wel wist, maar er niet jaan had gedacht. Ik heet Hans Oedegaard, en ben een zoon van Knud Hans Oedegaard, de predikant, die eens uw dorp verliet met een ransel op den rug. Daar klonk het uit de doeken: Hecro God, dat is mijn broeder! Zij waren allen blijven stam, maar niemand was iu staat iets te autwoorden. Eindelijk vroeg De lusten, waarvan deze grondstelling f- waagt, zijn die, welke bestaan in een gemc- kelijker verkeer op de harde verwegen. Dat daarvan enkel de landbouwer of ie dan ook, profiteert, die met een paard :n voertuig over den weg rijdt, is hoogst tw- felaclitig. Want als de weg in zoo'n stit is, dat hij als onberijdbaar wordt gekwafi- ceerd, dan heeft wel iedereen, die van cn weg gebruik moet maken, en dus ook voi- gaugèrs, belang bij ceu goeden weg. Wa al zoo ook een voetganger, of iemand met en kruiwagen of handkar, die hij zelf voortl- weegt, vrij gesteld is, mist het hoofdmoe voor een tolgeldhelliug allen grond. Er zijn tollen, waar ook door voetgangri moet betaald worden, en in zoover komt li feit het algemeene beginsel nabij. Doch op rijks- en onze provinciale wg< treft men deze toepassing niet aan, en bik we dus te dien aanzien bet principe afkei» Gaat men uit van de veronderstelling, 1 zij, die door liet berijden van de wegenf' onderhoud veroorzaken, en mitsdien belie" bij te dragen in de kosten van dat onderaf dan is men geneigd om het billijk K'l' dezer belasting te aanvaarden. Doclf0^ daarop valt bij nadere beschouwing w te dingen. Het tolrecht is verschuldigd bij het,see" ren van het tolhuis of ook wel van (bar rières, zooals men dat noemt. Het komt voor, ja zelfs veelvnb dat voertuigen zeer veel gebruik maken 1 een weg, waarop een tol is geplaatst, zc<r dat die tol moet worden gepasseerd. M('e '>o- Oedegaard Het was dus bij a, 'k een" maal gelogeerd heb, toen ik als tciifa'J" va der vergezelde naar zijn gebooiepl5? Ja, dat was bij mij. En ook bij mij zijt gij ,'ewf, sprak Lars; uw vader en ik zijn nven. Randi sprak weemoedig: -■ Zoizijt gij die kleine Ilans Ja, de tijd vkgt. Hoe gaat het met E1-', vrt Oedegaard? Dal is Else, antwocjde -'tdi, op de blonde vrouw wijzende. Zijt gij Else? riepOede^d uit. Gij gingt toen gebukt onder lefde'g, gij waart verliefd op den stads spdmai Zijt gij met hem getrouwd? Niemand antwoordde Ofsfati het reeds schemerig was in het /trek zag Oedegaard toch, dat Else bloosde dafle mannen hun ne oogen nedersloegeile' uitzondering van deji jongen man, e C zijne niet van Else afwendde. Oedegad bireep, dat hij on willekeurig een mindepassde vraag had ge daan. De predikant km fa ter hulp. Neen, sprak d!> Ins Spillemand is nog ongetrouwd. Elsituw* een zoon van Lars, maar zij is sedert eigen ijd weduwe. Een gloeiende blo^eaog het gelaat der venvermelde onderstelling voor oogen, is tol geld verschuldigd omdat voor een deel het noodzakelijk onderhoud wordt veroorzaakt. Maar daar de boomen niet worden aangedaan is men vrij. Het logische der onderstelling val dus weer weg. Nog kunnen gevallen zich voordoen, dat voor het oversteken van een verharden weg een tolhuis in de richting ligt, dut niet vrij geloopen kan worden. In dat geval is het volle tolgeld verschuldigd, al is voor slechts een afstand van bijv. 50 meters van dien weg gebruik gemaakt. Hetzij over den aan tolrecht onderworpen weg wagens met vrachten van duizende kilo's gewicht gaan, hetzij lichte vierwielige voer tuigen haar berijden, hetzelfde tolloon wordt vereischt, en toch kan niet ontkend worden, dat de weg onder de eerstgenoemde voertui gen oneindig meer te lijden heeft dan 'inder het verkeer der laatst bedoelde. Daaruit volgt dat eene billijk tarief niet te maken is en deze soort van belasting onre gelmatig en ongelijk werkt. Zou op deze gronden de afschaffing der tollen reeds billijk kunnen genoemd worden, er is nog meer dat tegen haar voortbestaan getuigt. Wij bedoelen de ongemotiveerde verpachting der tollen. De onderstelling als waarvan de tolheffing heet uit te gaan, rechtvaardigt dit vermomde hazardspel niet. Integendeel is dit eene niet onbelangrijke grief. Heeft de tolbelasting eene evenredige by drage in de kosten van het onderhoud tot uitgangspunt, dan springt het onlogische daar- jonge man die dit zag, lachte weduwe. De verachtelijk. Nu, gij zijt wel vooruitgegaan, aldus brak Randi dit minder aangename gesprek af. Gij hebt veel geleerd naar ik merk. Ja, tot hiertoe heb ik gestudeerd of ge reisd, maar nu wil ik mij ergens vestigen, en mij nuttig trachten te maken. Ja, heerlijk wie dit kan! meende de blon de vrouw, sommigen reizen en ontwikkelen zich op die wijze gemakkelijk, anderen moeten blijven, waar zij geboren werden. En Lars voeg de er bij: Het is dikwijls zeer moeilijk sijn geboorteplaats te verlaten. I)e roeping der inenschen, sprak de pre dikant, is verschillend; ieder moet de zijne volgen. Zij namen nu arscheid. De predikant en Oe degaard zagen hen door het venster na. De jonge man sloot de rij. Oedegaard vernam nu, dat hij uit de stad was, en van alles had be proefd zonder ooit te slagen. Hij meende tot iets groots te zijn geroepen, voor het minst tot Apostel, maar toch was hij in Oenygarne blijven hangen, naar sommigen meenden, uit liefde voor Else. Zij werden nu op den berg zichtbaar. Zij

Krantenbank Zeeland

Nieuwsblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1898 | | pagina 1