voor Zeeuwsch-Vlaanderen.
PETRA, liet Tissclersieisie.
No. 348.
Zaterdag 28 Mei 1898.
7e jaargang.
Sb iiaat en de iamenleving.
feuilleton.
Abonnementsprijs:
Per 3 maanden 40 cents franco per post 45 cents.
Voor Amerika /2.90 per jaar bij vooruitbetaling.
Abonnementen worden aangenomen bij alle
Boekhandelaren, Brievengaarders en den Uitgever.
A (1 v c r t e n t i c p r ij s
Van 1 tot en met 4 regels 25 cents; elke regel meer
5 cents. Bij abonnement aanmerkelijk vermin
derd tarief. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertcntiën worden ingewacht tot Vrijdagnam. 1 ure.
Deze Courant verschijnt eiken Zaterdag bij den Uitgever C. DIELEMAN, te Bres kens.
IX.
Dat ministerie had zich o. m. ten taak ge
steld om de kiesbevoegdheid van het Neder-
landsche volk nog meer uit te breiden, ingevolge
den weusch van velen in den lande.
De geschiedenis is bekend genoeg, om haar
niet in haar geheel onzen lezers voor te houden.
De toegevendheid van den heer Tak van
Poortvliet die toenmaals minister van binncn-
landsche zaken was, kon de Tweede Kamer niet
voldoen en koos partij tegen de wijze van diens
plannen om de kiesbevoegdheid uit te breiden.
Door een votum dat tegen het beginsel der
wet was gericht, werd het ontwerp ingetrokken
en daar de regeering haar taak tegenover de
natie niet geëindigd zag, werd do Kamer ont
bonden, om ook de kiezers uitspraak te laten
doen, of zij vóór of tegen het ontwerp was dat
door den heer Tak was ingediend.
De kiezers wilden een anderen weg uit, en
de meerderheid der toen gekozenen, was tegen
het ontwerp-Tak gericht.
Daardoor achtte die regeering zich van hare
taak ontslagen en is opgevolgd door het minis
terie, dat onder leiding van den heer Mr. van
Houten ecne nieuwe kieswet deed geboren wor
den waaronder we nu leven en waaraan we pas
een beetje eigen beginnen te worden.
In die wet ligt een groot Staatkundig be
ginsel opgesloten, nl, dat der macht van de
üiesvereenigingen.
4o.
B. BJORNSON.
Dat verandert alles, sprak nu de predikant
vriendelijk hij begreep, dat hij hier misschien
als vriend zou kunnen helpen blijf hier
voorloopig, mijn kind 1 Petra zag op, zag den blik
waarmee Signe haren vader dankte. Dit deed
haar onuitsprekelijk weldadig aan. Zij nam
Signe's beide handen tusschen de hare, en zeide
bedeesd Ik zal u alles zeggen, zooira wij al
leen zijn.
Een nur later kende Signe, Petra's geschie
denis, en zij haastte zich deze aan haren vader
te vertellen.
Op zijn raad schreef Signe nog dienzelfden
avond aan Oedegaard, en zij deed dit vervol
gens eiken dag, zoolang Petra bij lien in huis
woonde.
Toen Petra zich dien avond ter ruste vleide,
in een zacht, donsen bed, in een vriendelijk
vertrek, met knetterende beukenblokken op den
Men weet dat in do thans geldende kieswet
het systeem van de candidaatstelling is opge-
noinrn.
.Vis men op den voor cene verkiezing bepaal
den dag bij den burgemeester, die is voorzitter
van het stembureau ol van het hoofd-stembureau
een persoon voordraagt, dan is die persoon de
officieële candidaat, mits die voordracht is on
derteekend door zoovele kiezers als bij de wet
gevorderd worden.
Dat is de officieële candidaatstelling.
En daarin zit nu juist de groote kracht voor
de kiesvereenigingen.
Immers eene verecniging van kiezers, met
een zeker Staatkundig nl politiek doel, telt al
licht 4.050 leden. Nu is het voor het gros
der leden van zoo'n kiesvereeniging gemakke
lijker om het voorbeeld van de bestuurders
en dus van de leiders van zoo'n vereeniging
te volgen, dan dat een 40-tal kiezers bijeenge
bracht moeten worden om een candidaatstelling
van kracht te doen zijn.
Daaruit volgt van zelf dat elke kiesvereeni-
ging voor een zeker deel is de beheerscheres
van de politiek.
Maar om nu te voorkomen dat de politieke
actie van een kiesvereeniging te groot wordt,
is het noodig, dat öf die kiesvereeniging wor
de versterkt met elementen, die de wrijving der
gedachten gaande maken, of zij die oin die
redenen niet aangesloten kunnen blij/en of
worden, dienen zich te conoentrccren, en zelve
huns weegs te gaan.
Daartoe heeft natuurlijk ieder het recht, en
het is daarom zeer onbillijk als dat recht in
haard, het nieuwe testament tusschen twee lich
ten in, op eene witte nachttafel dankte zij,
terwijl zij het boek greep, haren God, innig
voor het goede zoowel als voor het kwade.
Signe's vader was in zijn jeugd begaafd met
ecne vurigen geest en een welsprekendheid die
hem het priesterambt leerde beschouwen als
zijne roeping.
Zijne vermogende ouders hadden liever gezien
dat hij iets gekozen had, wat zij eene onaf
hankelijke positie noemdenmaar hun tegen
stand versterkte slechts zijn begeerte. Toen hij
zijn studie had geëindigd, begat hij zich nog
ecnige jaren naar het buitenland, om meerdere
kennis op te doen. Tijdens zijn verblijf in
Denemarken ontmoette hij dikwijls eene dame,
die naar zijne ineening, niet streng genoeg was
in hare opvattmg van het leven en het geloof,
en die hij meende te moeten bekccren.
Maar de wijz3 waarop zij hem bij die pogin
gen aanzag, en hein somtijds tot zwijnen bracht,
bleef hem bij, toen hij Denemarken had verla
ten. Bij zijn terugkomst zocht hij haar dade
lijk op. Zij waren veel te zamen, en hunne
genegenheid groeide bij den dag. Zij verloofden
zich, en trouwden korten tijd daarna. Al spoe
dig werd het duidelijk, dat beiden nevenge-
ecn bespottelijk daglicht wordt gesteld, onbil
lijker nog als zulks geschiedt door hen, van
wien men verwachten mag, dat zij weten, dat
dit recht bestaat, en dat in do meeste gevallen
de politiek is een volgou van personen in plaats
van beginselen.
We laten hel echter voor het oogenblik bij
deze beschouwing.
Waar echter de verdediging van dit recht
tegenover deszelfs verkrachting, lag op den weg
van dit punt, konden we het niet passeeren,
zonder er even onze aandacht aan te schenken.
Is bet duidelijk geworden welke groote macht
bij de natie berust in de wijze waarop zij op
wetgevend gebied geregeerd wordt, er zijn ook
aan de Kamer, dus aan de vertegenwoordigers
des volks, rechter, geschonken, behoudens dat
van de samenstelling van wetten en besluiten.
We bedoelen het reelit van enquête, dat vau
initiatief, van interpellatie en van amendement.
Het recht van enquête ot van onderzoek is
dat betreffende het onderzoek naar die punten,
welker belangen dienstbaar kunnen zijn voor
den Staat, of ook voor die, welke schadelijk
zouden kunnen werken voor het algemeen of
voor sommige takken van nijverheid of bestuur.
Met bet recht van initiatief wordt bedoeld
dat welke de Kamer bezit tot het indienen van
wetsvoorstellen uit d n boezem der Kamer.
Terwijl onder het recht van interpellatie ver
staan wordt, dat tot het vragen van inlichtingen
omtrent die zaken, waarvan de Kamer niet
voldoende op de hoogte is.
Zoodoende kan licht ontstoken worden over
punten, die de regeering meende voor zich te
dachten hadden gekoesterd. Ilij had zich voor
genomen, door hare genegenheid, haar te neigen
tot zijne ernstige leer zij, had er kinderlijk
zeker op vertrouwd, dat ze zijne kracht en wel
sprekendheid nog eens zoude zegenen als een
aanwinst voor haar geloof.
Een eerste poging haar te stemmen voor zijne
denkbeelden, werd beantwoord door een pogen
om hem te winnen voor de hare.
Ilij trok zich, teleurgesteld en wantrouwend
terug.
Dit ontging haar niet. Sedert dien dag
wachtten beiden op de hervatting van een po
gen, waartoe zij den moed schenen te hebben
verloren.
Heiden waren bang geworden. Hij voor zijn
hartstochtelijke natuur, zij, om door cene mis
lukte poging, eiken invloed hem te leiden, te
verliezen.
Toch gaf zij de hoop hiertoe niet ophet
was immers haar levensdoel. Nooit kwam het
tusschen hen tol eene uitbarsting; met hóar,
kou men niet twisten. Zijn krachtigen wil,
zijn ingehouden hartstocht, moest zich evenwel
op de een of andere wijs uiten zoo gebeurde
het, dat hij somwijlen van den preekstoel, lucht
gaf aan zijn verbitterd gemoed, niet zelden tot
ergernis zijner gemeenteleden.
houden.
Als nu in gegeven gevallen blijkt, dat de
mededeelingen, niet voldoende geacht worden
door hem of lien, die. ze vroegen, dan kan na
der aangedrongen worden op duidelijkheid.
Laat het daaraan dan nog te wenschen over,
dan heeft de Kamer het recht om in een mo
tie, dat is een uitvoerig voorstel, de handelwijze,
der regeering, of van den betrokken minister
at te keuren.
Slaat de motie van afkeuring of van wan
trouwen in het beleid der regeering op een
belangrijk punt, dan stelt bf de regeering, zoo
de afkeuring het algemeen beleid aanraakt, óf
do betrokken minister zijne portefeuille ter be
schikking van het Hoofd van den Staat.
Wordt na ingewonnen advies een ontslag
noodig geoordeeld, dan wordt een nieuwe mi
nister benoemd.
Ten slotte bezit de Kamer nog het recht van
amendement, met andere woorden, het recht
van wijziging in voorstellen door de Koningin
of door de regeering gedaan.
Als door de regeering een wet ontworpen
wordt, gaat deze tot vooronderzoek naar den
Raad van State, en vervolgens wordt deze naar
de Tweede Kamer gezonden.
Allereerst wrordt dit ontwerp in de afdeelin-
gen van de Tweede Kamer onderzocht.
De verschillende gedachtenwisselingcn wor
den in een rapport samengevoegd en naar den
minister, tot wiens werkkring het ontwerp be
hoort, gezonden.
Is dit noodig tengevolge van geopperde be
denkingen, dan zendt de minister een antwoord
Zij zag hoe zijne strenge woorden hen kwet
sten, en trachtte door weldadigheid, de wonden
te helen, die hij had geslagen.
Toen zij moeder geworden was, vond zij in
de opvoeding en verzorging van haar kind, een
nieuwen levenstaak. Wanneer zij het wichtje
koesterde aan haar borst, en in haar armen
wiegde, was hel haar, alsof zij in die liefko
zingen, tevens uiting gaf aan de liefde, die zij
haar strengen echtgenoot niet durfde bctooncn.
Al spoedig wist zij met vrouwelijkcn takt,
haar kind te onttrekken aan den invloed der
godsdienstige dankbeelden van den predikant.
Zij doortrok do jonge ziel, geheel met haar
milderen geest. Dit werd voor den vader een
bron van verdriet. Somtijds barstto hij van
den predikstoel inet groote bitterheid, en op
eene voor zijne echtgenootc verstaanbare wijze
los, over hetgeen hem als vader en godsdienst-
leeraar, krenkte en verdroot.
Maar, dan kwam zij na den dienst, hem met
nog grooter hartelijkheid tegemoet, en als bij
het naar jhuis gaan hun dochtertje aan zijn
arm hing en hem aanzag, met do oogen haror
moeder, dan was het hem onmogelijk boos te
zijn hij gevoelde den verzachtenden invloed
der liefde, en v.ord geneigd tot vrede en rust.
(Wordt vervolgd.)