voor Zeen wsch-Vlaanderen. Vrede op aarde. PETRA, M fissclersiisie. No. 326. Zaterdag 25 December 1897. 7* jaargang. fiiGUwjaarsadvertentiën FEUILLETON. HET NIEUWSBLAD ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden 40 cents franco per post 45 cents. Voor Amerika ƒ2.90 per jaar bij vooruitbetaling. Abonnementen worden aangenomen bij alle Boekhandelaren, Brievengaarders en den Uitgever. A D V E R T E N T I E P R IJ S Van 1 tot en met 4 regels 25 cents; elke regel meer 5 cents. Bij abonnement aanmerkelijk vermin derd tarief. Groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën worden ingewacht tot Vrijdagnam. 1 ure. Deze Courant verschijnt eiken Zaterdag bij den Uitgever C. DIELEMAN, te Breskms. 12 E M I C II T. Evenals vorige jaren bestaat er voor belang hebbenden gelegenheid om in het nummer van dit blad dat op 1 Januari a. s. zal verschij nen, op te nemen ik ƒ0.35, bij eene plaatsruimte van ten hoogste 7 regels. Breskens, 17 Dec. 1897. DB UITGEVER. Weder staan we voor de zooveelste maal aan den vooravond van het feest, waardoor de Christenheid de geboorte van haren Zalig maker herdenkt. En weder ook klinkt ons het aloude her derslied in de ooren, dat door de open lucht weergalmde bij het vernemen van de heilige boodschap van Christus' komst op aarde. Alom wordt het plechtig trio «Eere zij God in de hoogste hemelen, Vrede op aarde, In menschen een welbehagen" gepredikt als een heerlijk Evangelie. Op tal van plaatsen wordt gewezen op het heil, der menschheid aangebracht door de be- DOOR B. BJÖRNSON. Waar ben ik ook gebleven Vischvangst, visschersmeisje, ha, hadat past bij elkaar dus ik betaal, gij arrangeert, zij wordt inijn vrouw, en dan Verder kwam hij niethij had onder dat gebabbel geen oogenblik op Ocdegaard acht ge slagen, die doodsbleek was opgestaan, en nu met een fijn, spaanschriet op hem toeschoot De verbazing van Yngve Bold is niet te schil deren hij weerde den eersten slag af; pas op, sis ge mij slaatriep hij. Ja, ik zal u slaan, ziet ge, spaansch spaanschriet dat past dok te zamen en de slagen vielen met verdubbelde woede over de schouders, armen, handen en gelaat van Yng ve Bold. Deze vloog de kamer rond, steeds roepend sijt go gek hebt ge uw verstand verloren teekenis van dit heugelijk feit. En toch is de werkelijkheid met die god delijke uitspraak vaak in strijd. Er moest wel vrede zijn, maar, helaas, ze is zoo zeldzaam. Waar op verschillend gebied zooveel onte vredenheid heerscht, waar afgunst en wangunst, haat en nijd, afwisselend het menschelijk hart omsingelen en bestormen, zoolang zal het on vrede zijn op dit aardrond. Vrede op aarde Hoe zoetklinkend is dat woord Hoe bitter de werkelijkheid. Er is geen vrede op aarde, als er geen vrede in het hart is. Want gelijk het hart de natuurlijke levensbron van het menschelijk lichaam is, zoo is de mensch het hart der maatschappij. En als nu het menschenhart onvrede heeft met zich zeiven, hoe is er dan vrede in het maatschappelijk leven te wachten. Het ontevreden en onrustig Adamshart is het broeinest van ondeugden, die, zich voort plantende in de samenleving, de bron worden voor vele maatschappelijke kwalen. De mensch, die uit de aarde aardsch is, kan wel is waar onmogelijk vrede met zich zeiven hebben, omdat er te veel is dat in opstand komt met datgene wat hij zijn moest en waar toe hij geschapen is. Toch kan men zich te veel aan zich zeiven overlaten, en bij de vele hervormingen, waar over men vaak spreekt eene hervorming van zich zeiven onbeproefd laten. Zou men denken, dat er vrede is in brood- ik wil met haar trouwen, hoort ge, trou wen. Er uitschreeuwde Oedegaard, buiten adein, en de liohtharige vloog de deur uit, de trap af, vluchtende voor dieu krankzinnige spoedig stond hij op straat roepende om zijn lichten hoed, die hem uit het venster werd toe geworpen. Hierop werd alles stil. Kom binnen antwoordde Petra op het zachte tikken aan haar deur, en trad een paar schreden achteruit om haar liefste beter te kun nen zien bij het binnentreden. 't Was alsof een koud stortbad haar over viel, alsof de grond onder hare voeten wegzonk, toen zij zijn gelaat zag. Zij tuimelde terug en greep een stijl van haar ledikant. Dit behoedde haar voor vallenmaar, voor haren geest open de zich afgrond na afgrond In minder dan een seconde, voelde zij zich van de gelukkigste brnid, de grootste zondares. Zij las in een oogwenk haar lot hij zou haar in eeuwigheid niet vergeven 1 Ik zie hetgij zijt schuldig, fluisterde hij nauwelijks hoorbaar, terwijl hij tegen de deur leunde, als kon hij zonder dien steun niet dronkenheid, of in liederlijke en schetterende taal, die daarbij soms wordt uitgebraakt Is er vrede bij het botvieren van de harts tochten om elkander op alle mogelijke wijzen het leven te verbitteren Kan men oprecht vergenoegd zijn bij be drog en eerroof, bij verzaking van waarheids liefde en bij verdrukking Zoudt ge nieenen, dat een glimlach over het leed anderen aangedaan, de weerklank is van een vredegalm Het is niet denkbaar, al schijnt het zoo, of al spiegelt men het soms zich zelve voor. Uit eene onvredige bro» welt geen vrede op- Is het dan wonder dat de groote ontevre denheid, die allerwege heerscht, zoo lang op eene oplossing wacht. Neen immers Zoolang de mensch alleen bedacht is op de schijnbare bevrediging van zijn eigen ik, zoo lang zal het duren dat der maatschappij kwa len blijven aankleven. Immers als eenerzijds een grief wordt uit den weg geruimd, dagen er aan den anderen kant weer nieuwe op. Want als de mensch geen vrede met zich zelve heeft, hoe kan hij dan vrede hebben met een ander, en hoe kan hij er dan aan denken om zjjn evenmensch te verheften, wan neer hij zelve zich door zijn onvrede verne dert. Niet in den tegenovergestelden zin, waar hoogmoedigheid als een ondeugd is aan te merken, maar daarin, dat hij zich lager stelt dan hij zjjn moest. blijven staan. Zijn stem beefde, tranen rolden hem over de wangen. Weet ge wat gij gedaan hebt? Zij boog haar hoofdje onder zijn vernietigenden blik. Zij gaf geen antwoord, zij was als verlamd door een gevoel van hopelooze ellende. Jaren geleden, sprak Oedegaard, gaf ik geheel mijn ziel aan den vriend die door mijne schuld is gestorven. Ik kon mijn smart en wroeging niet te boven kotnen, tot ik U ont moette. Yoor de tweede maal, gaf ik mijn ziel helaas, tot mijn onherstelbaar ongeluk. Huichelaarster, gij hebt den tempel van mijn geluk, dien ik zoo zorgvuldig had opgebouwd, met dén wreeden slag verwoest. Kind, begrijpt ge wat ge gedaan hebt Hij beproefde zijn smart te bedwingen. Neen, gij zijt te jong, om dat te begrij pen, hernam hij, gij weet niet, wat gij gedaan hebt. Maar, dat ge mij bedrogen hebt, inoet ge toch begrijpen. Zeg mij, wat heb ik u gedaan, dat gij tot zoo iets gruwzaams in staat waart Kind, kind, had ge het mij gisteren nog maar gezegd. Waarom, waarom hebt gij zoo vreesel'jk gelogen Er ontging haar geen woord van heigeen hij Vrede op aarde Hoe kan er vrede op aarde zjjn, als »r soms nog geen vrede in het huisgezin is, in dien beperkten kring van menschen, waar banden van liefde en gehechtheid zjjn aange legd. Hoe vaak heerscht er niet een vrede, di* de voorbode is van een storm, waarin ulle S- olen van verborgen toorn, gekrenkte trote ea wat dies meer zg, worden uitgeworpen. Hoe menig ouderhert bloedt niet h$ kei zien van kinderen, die öf door een verkeerde opvoeding, öf door verkeerd begrepen denk beelden van ouderlijke gehoorzaamheid schand vlekken der familie Worden. Waar die kleine, uigebekenda maatschappij niet zelden het toonbeeld ii ran can vuur spuwende berg, wat bljjft dun orar vna da kracht, die van een huisgezin voor de samen leving moet uitgaan. Zijn tal van huiselijke tooneelen niet in ta- granten strijd met het zoetklinkende >Yrede op aarde" Vrede op aarde En in schier elke gemeente der aarde vindt men van die brandende vraagstukken, meeat personeele, waarbij sommigen zich ala tot de tanden wapenen, en in hunnen ondorlingen strjjd menigeen meevoeren. Teekent het vrede, wanneer groote belan gen op het spel worden gezet om eigen trots te doen zegevieren Is er vrede, waar de politieke hartstochten de tegenover zich staanden in den grond trach ten te boren sprak het was alles waar. Hij was naar een stoel gewankeld die bij het venster stond, en legde als door smart overweldigd, zijn hoofd op de tafel. Een oogenblik later stond hij weer op, zette zich andermaal neder en mom pelde in zich zei ven En ik, die niet braaf ge noeg ben om mijn ouden vader te helpen, ik kan niet, ik heb er geen roeping voor. Daar om zeker kan niemand mij helpen, alles, alles is voor mij verloren. Hij kon niet meer. Zijn hoofd lag in zijn rechterhand. De linker hing slap langs zijn lichaamhij zag er uit alsof hij zich niet be wegen konhij sprak niet meer. Opeens be roerde Petra's warme adem zijn neerhangende hand zij lag met gebogen hootd, op haar knieën voor hemnu vouwde zij de handen, en zag met een blik waaruit een innige bede om barm hartigheid sprak, tot hem op. Hij zag op haar neder. Lang staarden zij eikander aan. Plot seling maakte hij een afwerende beweging. 't Was of hij de stem niet wilde hooren die in zijn binnenste zacht pleitte voor vergeving en barmhartigheid. Eensklaps sprong hij op, greep zijn hoed en ijlde naar de deur. (Wordt Tsxrolgd.)

Krantenbank Zeeland

Nieuwsblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1897 | | pagina 1