Binnenland.
chistrscho volkje van vroeger. NM liet anar
chisme in zijn slechte beteekenis wordt hier
bedoeld, maar da plattelandbewoner kan een
regeering eigcnljk wel missen, b^ heeft baai-
niet noodig. Hij ondewindt van liet staatsbe
stuur ook niets dan wat hem onaangenaam is.
Nergens geldt het «my house my eastlo'',
zoozeer als hier. Hij heelt met da buitenwereld
niets te maken, zijn kring is zijn wereld. En
au konat daar een veldwachter, die he.u aan
maant tot plichten waarvan hij het nut volstrekt
uiat inziet; of zijn zoon, hetzij «en der beste
werkkrachten, hetzjj diegene die het moeste
geld in buis brengt, moet onder dienst. 01' bij
moet belasting betalen voor het onderhoud van
rechters en dergelijke ambtenaren, waaraan hij
een hekel heelt; voor het utilitarisme, dat hij
vork wieling noemt, voor de politie, die hem een
plaag der inentcliheid toeschijnt, en dan wordt
er voor hem persoonlijk niets gedaan zijn ar
moede blijft armoede. Hoeveel zou er met al
dat gold niet in zijn eigen kring of belang ge
daan kunnen worden? Waar blijft al dat geld
toch als hij er volstrekt geen voordeel van trekt
liet wordt immers weggeworpen
Zon dat misschien de reden dier verbittering
zij» (Slot volgt.)
t——
Het oMddt-zoek naar de al ot niet geldigheid
van de henoom» lig tot lid der 2e kamer voor
lset Vie Atnsterdamsche kiesdistrict, ingesteld
door een commissie van leden der 2e kamer,
heeft tot uilslag gehad dat op mr. W. J. Qeert-
sema en mr. Th. Heemskerk elk 1223 stem
men zijn uitgebracht, en dat de heer Geertse-
ma als oudstte jaren, volgens art. 133 der kies
wet, de benoemde is.
De commissie concludeert 'mitsdien tot toe
lating van den benoemde,
Het nieuwe op do begrooting van Bin-
nenlandsche Zaken is dt concentratie van de
landbouwbemoeiingo» der regeering bjj dit de
partement.
Het beginsel der concentratie zal wel niet
veol tegenspraak uitlokken. In landbouwkrin-
gch wordt concentratie algemet» noodzakelijk
geaeht en versehilt men alleen, over den vorm.
De voordeele» eeuer csncentratie liggen voor
de lraud. Er zal voortaan één departement zijn,
dat bet geheel» gebied van den landbouw irver-
ziet. Niet langer gesplitst over verschillende
departementen, zullen bij de te nemen maatre
gelen alle landbouwbelangen op de sfchaal ge
legd wordsn. Zoo alleen zal bet mogelijk zijn
de gelden, die uit 's rijks schatkist ter bevur-
dcri»g van den landbouw beschikbaar kunnen
gestald worden, op de meest rationeele wijze te
besteden, eenzijdigheid te vermijden, hel incest
urgente ook het spoedigst tot. zijn recht te doen
komen, het noodigc verband tisschen de te
nemen maatregelen te leggen en tc handhaven.
Dat van verschillende doelen der landbouw
belangen het eejte meer punten van aanraking
beeft met liet eene departement, het andere
inet een andor, is niet tegen te spreken. Dit
was dan ook de rede», waarom die versehiNeude
dselen tot nog toe ook ter behartiging aan
verschillende ministers werden toevertrouwd.
Maar die overweging moet wijken voor de
wenschclijdte eenheid, die het grootste gewicht
in de schaal legt. Dat het verband met ande
re zaken, die bij andere departementen worden
behandeld, daaronder niet behoeft te lijden,
daarvoor kan gezorgd worden, door aan h»t
hoefd der nieuwe landbouwafdeeling «en man
te plaatsen, vechijdig genoeg ontwikkeld, oin
o«k op do punten van aanraking van het land
bouwgebied met dat van andere belangen te
letten bij het ontwerpen van verschillende maat
regelen.
Waar nu tusschen de landbouwbelangen en
andere, welke door verschillende doparteiuenten
behartigd worden, dergelijke punten van aan
raking bestaan, daar moet de opdracht van de
behartiging van alle landbouwbelangen gedaan
worden aan het departement, dat daarvoor het
meest in aanmerking komt. En wij zijn liet
met de regeering eens, dat daarvoor hst de
partement van binncnlandsebe zaken is aange
wezen. Reed» thans toch beeft dat departe
ment liet leeuwendeel in de landboiiwbe moei-
ingen der regeering. Het geheele landbouwon
derwijs en de veterinaire politi», de belangen
van den veestapel en van de paardenfokkerij,
beèonren tot zijne zorgen. Vooral de band
tusschen liet landbouwonderwijs en bet overige
ouderwijs, il«t onder binnenlandsche zaken res
sorteert, is op sommige punten zeer nauw.
Het is tc hopen en, naar wij geloovim, ook
te verwachten, dat zij, die meer wenschten, die
in plaats van eene landbouwafdeeling aan ê&n
departement een afzonderlijk ministerie van land
bouw voorstonden, inet bet thans gedane voor
stel zullou medegaan. Terecht tóch wijst de
regeering hier op twee punten vooreerst op
den omvaug der regeeringsbemoeiingen met den
landbouw, die niet van dien aard is, dat daar
door een afzonderlijk ministerie wordt gewet
tigd en in verlmnd daarmede op het niet toe
laatbare van de» eisch, dat voor eiken tak van
stafdienst een minister zou moeten aangewe
zen worden, die daarvan eene speciale studie
heeft geinfiakteeu eisch, die tot aanzienlijke
uitbreiding van het aantal departementen zou
moeten leiden.
Niettegenstaande België voor den invoer
van Nederlandsch fokvee gesloten is, gaat toch
nog al menig stuk vee voor de slachtbank over
de grenzen. Bangs de grensstations ftozendaal-
Essehen werden in de laatste vier weken ruim
7000 stuks vee uit Nederland naar België ver
zonden, voor «ene aangegeven waarde van ru*n
vier ton.
Het Hollandsch vee blijft in België nog het
meest in trek.
Uit liet Noordwesten van Noord-Brabant
sohrijft men aan de N. R. Crt.
Zag men de laatste, jaren op dezen tijd op
de terreinen der verschillende suikerfabriek»
reeds bergen van beetwortelen opgestapeld en
de fabrieken r»eds eenige dagen in werking,
dit jaar gaat het niet zoo vlug. Hoewel de
aanvoer der bieten uit de verschillende «orden
des lands is begonnen en thans in de meeste
fabrieken de vuren zijn aangelegd, geschiedt toch
die aanvoer niet met die voortvarendheid waar
door h| zi«h in vorige jaren kenmerkte. Hoofd
zakelijk zal dit wel zijn toe te schrijven aan 't
besluit der fabrikanten, om v»or vroege leve
ring geene pnnnie meer te betalen.
Algemeen wordt de opbrengst der beetwor
telen op minstens een vierde mindrr geschat
daa verleden jaar; het gehalte der bieten valt
niet tegen, na wisselt af van 14 tot 16 a 17
percent.
Niettegenstaande de campagne drie weken
later is hegomien dan vorig jaar, zal zij voor
Nieuwjaar geëindigd zijn. Voornamelijk ligt de
oorzaak daarvan in de groote verbeteringen dor
machineriën, waardoor het naogclijk is in nog
koctar tijd dan vroeger meer beetwortelen te
verwerken.
ltltE.SkE.K8, S October 1897.
ftraede. Met ingang van 16 Oet. wordt de
siwnumerair der posterijen en telegiafie W.
Sehoo verplaatst van bet spoorwegpostkantoor
No. 2 standplaats Rotterdam naar Zaandam,
met intrekking van zijne verplaatsing naar Ze
venbergen.
A arden burg. De commissie tot oprichting
•ener roomboterfabriek alhier beeft aan alle be
langstellenden een schrijven gezonden, waarin
zij oen kort verslag uitbrengt van hare bevin
dingen wi van db resultaten van hare onder
linge besprekingen, dat hierop neerkouR .-
De commissie heeft een bezoek gebracht aan
de boherfabrieken te Sluis, te 's Heer Arends-
korke en te Axelzij heeft, dus de inrichting
van dergelijke fabrieken door eigen aanschou
wing leeren kennen en van de deelnemers vol
ledige inlichtingen ontvangen omtrent de gel
delijke en andere resultaten van de onderne
ming.
Met volle overtuiging dnrlt de commissie, na
alles wat zij gezien en vernomen heeft, thans
de oprichting eener roomboterfabriek te Aarden
burg aanbevelen.
Voorzeker met dezen maatregel alleen zal tnen
niet kunnen zeggen, dat de boerenstand gered
is, maar zonder tegenspraak te vreezen, kan als
gevolg wordsn genoemd
lo. dat in het algeineejj, een hongere prijs
voor de boter zal worden gemaakt
2o. dat in vele boerenbedrijven een lastig en
veel tijd vorderend werk, zoowel als de nood
zakelijkheid van het houden eener vrouwelijke
dienstbode zal vervallen
3o. dat de boer maandelijks in gereed geld
d» opbrengst zijner koeien in kas krijgt, terwijl
hij nu meestal niet weet, wat zijne koeien hem
opbrengen
4o. dat dé gedwongen winkelnering in var-
band met de levering der boter ophoudt.
Tegen 16 October te 6 ure, worden alle be
langstellenden ton huize van A. Blondeel an
dermaal ter nadere bespreking van deze zaak
opgeroepen.
Jl. Dinsdag is de cerw. heer A. N. do
Weert plechtig en leestelijk als pastoor der R.
K. gemeente te Oostburg. Bij vele katholieke
ingezeten was de vlag uitgestoken, terwijl in
do buurt der kerk de straat eenigszins versierd
was. Des avonds bracht liet fanfaren-gezelschap
don benoemde eene serenade.
Ds. G. Hofstede, pred. bij de Doopsge
zinde gemeente te Aardenburg heeft voor het
op hem uitgebrachte, beroep naar Up bedankt.
De beer G. van Dis, cand. te Fijnaart
heeft het beroep naar de Ned. Herv. gem. te
Znidzande aangenomen.
Scliooildijke Zaterdagmorgen jl. werd door
eigen onvoorzichtigheid een jongen door een
wagen, geladen met suikerbieten, overreden.
Hij trachtte op het achterschof te klimmen
en geraakte met een been tusschen. het wiel
zoodat dit gebroken isbovendien bekwam hij
nog eenige kneuzingen.
IJzeilllijke. In eene algemeene vergadering
van aandeelhouders van de Naamlooze Vennoot
schap der Maatschappij van den straatweg van
IJzendijke naar de Belgische grens, is in de
vacatures in bet bestuur voorzien door de be
noeming van de heeren Hyp. Lippens, oud-
burgeineester van Gent tot president, P. Zijl
stra, Notaris, en Ch. van Hijfte, particulier,
beiden alhier tot commissarissen, met bestendi
ging van den heer J. F. Carpreau als commis
saris-thesaurier
Hoofdplaat. Jl. Maandag kwam in de raads
zitting de bekends missive van Ged. Staten be
trekkelijk de verhooging der jaarwedden van
den burgemeester en den secretaris ter tafel.
Dit veorstel, strekkende om die salarissen te
brengen van ƒ425 op ƒ565, vond bij den
Raad een gunstig onthaal, zoodat deze regeling
werd goedgevonden.
Minder gunstig is de slemnfing over het feit
dat, vermoedelijk met 1 Nov. a. s., de burge
meester van hier naar Breskens zal vertrekken.
Alleszins wordt het moeilijke daarvan voor en
door de ingezetenen besproken, terwijl de reden
dier verhuizing natuurlijk het onderwerp van
veler gesprekken is.
Zoo langzamerhand heeft de bietendrukte de
haven een ander aanzien gegeven. Als het we
der zoo goed blijft en de kwantiteit over het
algemeen mocht zijn zooals die van den heer
Baars alhier, die van 3 gemeten lands 67000
kilogram peeën botte, dan zou menige land
bouwer zich Je handen wrijven en de bieten
cultuur de middelmatige graanoogst tot een niet
zoo onbelangrijk jaar maken.
Een staaltje van dierenwraak werd de vorige
week door een paard geleverd, dat we ter waar
schuwing voor anderen, hieraan willen toevoe
gen.
Toen de voerman K. van Biervliet op de
kade alhier den oprit wilde bereiken, weigerde
het paard beslist de achter hem aangespannen
wagen voort te trekken, ondanks alle daartoe
aangewende pogingen. Eenige toeschouwers be
gaan met de moeilijkheden des voerinans, stel
den dezen voor het paard te ontspannen en het
daarna eens flink af te ranselen. Nauwelijks
was hierop toestemming verkregen of aan het
besluit werd op weerzinwekkende wijze uitvoe
ring gegeven. Vervolgens werd het paard weer
aangespannen, do»h hierbij kreeg een der kwel
duivels een zoodanige handdruk van het ge
plaagde di»r, dat zijn middelste vinger hevig
verwond werd en geneeskundige hulp moest in
geroepen worden.
(Zouden hierbij geen termen aanwezig zijn om
uit hoofde van dierenmishandeling proces-ver
baal op te maken Rid.)
Omtrent het ongeluk, Zondagavond bij
het Ned. loodswezen te Vlissingen voorgevallen
leest men in de Midd. Crt. hét volgende
Op den genoemden avond ongeveer te half
tien, werd het wachthebbend personeel van het
loodswezen gewaarschuwd, dat er een stoom
schip langs hel Oostgat naar binnenkwam, wat,
als naar gewoonte, het sein was voor beide
loodsweaens, om den vreedzainen strijd te wa
ter met elkander aan te gaan, wie het eerst
zijne dionsten zou kunnen aanbieden.
l)e sloepen, zoowel van het Nederlamlsch-
als van het Belgisch Loodswezen, bemand inet
schipper, zes roëiers en binnenloods, verlieten
de haven, ieder zijne beste krachten inspan
nende, om het binnenkomende stoomschip te
bereiken.
Het was goed, helder weder met een stijven
bries, en daar het den geheelen dag vrij hard
gewaaid had, was er op de reede nog al «rij
sterke deining, doch niet het minste gevaar voor
lieden wier dagelijksch werk het is heel wat
onstuimiger golven te trotseeren.
De Nederlandsehe loodssloep was v(5or en
spoedig langs zijde van het stoomschip «Rival",
bestemd naar Gent, doch, zooals niet zelden
gebeurt, de gezagvoerder wees den Nederland-
schen loods af en verlangde een Belgischen
binnenloods, zooals hij ook een Belgischen zee-
loods uit zee aan boord had. De Nederlandsehe
loodssloep verliet dus het stoomschip, om plaats
te maken voor de naderende Belgische. Ouder
die manoeuvre en terwijl dus de beide vaartuig
jes dicht bij elkander waren, wierp onverwachts
een hooge golfslag de Nederlandsehe sloep met
den boeg op den achtersteven der Belgische,
waardoor eerstgemelde, sterk overhellende, wa
ter schepteonwillekeurig richtten de man
schappen zich naar de andere zijde, waardoor
de sloep, ouk door den last van het ingekregen
water, audcunaal kantelde en omsloeg, waardoor
alle opvarenden in zee vielen, zelfs sommigen
onder de omgeslagen boot, die met den kiel
naar boven dreef, doch telkens ten speelbal der
golven om en om geworpen werd.
In dien hachelijken toestand kwam het er
slechts op aan wie zijne tegenwoordigheid van
geest behield en genoegzaam zwemmen kon,
om zieh zoolang boven water te houden, lot de
Belgische loodssloep, die kameraadschappelijk en
menschlievend dadelijk alle pogingen iu het
werk stelde om de manschappen te redden, na
derbij zou gekomen zijn. Moeilijk zou het zijn,
om van iederen drenkeling afzonderlijk te be
schrijven hoe dit gelikte. De omgeslagen boot
ot de daaruit gedreven rondhouten en nemen
te bereiken en zich daaraan in de doodsangst
vast te klampen, dat was voor ieder zaak.
Helaas 1 aan een drietal mocht dit niet ge
lukken en zij gingen verloren.
Schipper Van Hoepen had het geluk de kiel
der sloep te pakken te krijgen en hield zich,
steeds zwemmende, daaraan vasteen der roeiers
zag hij in het water verdwijnen en niet ineei
boven komen, naar gissing was dit Jilleba.
Ook bespeurde hij den binnenloods C. M.
Willemse, blijkbaar uitgeput en zich niet meer
boven kunnende houden, nog uitroepende 0
God 1 zal ik hier mijn leven moeten laten."
Van Hoepen, hoewel genoeg met zich,zelren
te doen hebbende, greep hem in zijn oliejas,
en riep hem toe „houd je goed Willemse, daar
komt de Belgische boot". Terwijl Willemse
door Van Hoepen steeds met all» macht boven
water werd gehouden, had hij nog juist kracht
en besef genoeg, om de roeispaan te grijpen,
die hem van de Belgische sloep werd toegesto
ken, en werd de min meer dood dan leiend
aar. boord getrokken. Hierna eerst liet schip
per Van Hoepen zich redden, en werden ook
achtereenvolgens de andere roeiers opgepikt.
Aanvankelijk bracht men de geredden aan
boord van de „Rival", otn nog te trachten de
drie ontbrekende mannen op te sporen, doch
toen dit in het donker vruchteloos bleek en
een particulier bootje op de plaats des onheils
verschenen was, om de taak der Belgische be
manning bij het redden over te nemen, werden
de vijf geredde personen van het stoomschip
door hen afgehaald en aan wal gebracht.
De toestand van den loods Willemse is niet
buiten gevaar. De overige geredden hebben
geen letsel bekomen.
Aan den oud-commissaris der koningin
in Zeeland, jhr. mr. W. M. de Brauw, is oen