Binnenland.
dientengevolge vluggeren handel profiteered
Maar niet bij kunstmatige opdrijving omdat
de. ondervinding spoedig zon loeren met welk
bedrag de prijzen der producten blijvend zou
den zijn verhoogd en een kind kan begrij
pen, dat die blijvende verbooging al heel
gauw zou terecht komen in de zakken der
grondeigenaren.
Nu mogen de grondeigenaren zijn eigen-
geërfde boeren of wat anders, een feit blijkt
bet, dat zij in hoofdzaak zijn personen, wier
bevoordeeling van Staatswege tengevolge zon
hebben oen terugkeer tot vroegere toestan
den, volgens welke de bezittende klasse zich
ten koste van de niet bezittende klasse ver
rijkte. En dit gevolg kunnen alleen aan
vaarden zij, die uitsluitend het oog op hun
eigen beurs gevestigd houden.
In 't algemeen is protectie voor den graan-
veibouwenden boerenstand onnoodig, als maar
inheemsoh wordt den onvolprezen ^kleinen
eigendom", gelijk dat reeds is uiteengezet in
het artikel over den boerenstand, geplaatst
in bet nummer van dit blad, waarmee de at-
geloopen jaarkring werd besloten. Als het
getij verloopt, moeten de bakens verzet wor
den.
De dagen van tegenspoed zijn noodzakelijk,
omdat enkel voorspoed uitloopt op verslap
ping van kracht, die ten slotte de maat
schappij onoverkomelijke slagen zou teweeg
brengen.
Ik sta in dit mijn beweren niet alleen.
De heer Van den Broek te Mid del harnis ont
kent in het Sociaal Weekblad een kwijning
van het landbouw^,y/W// en zegt dat die
kwijning veel dreigender was, juist in die
gulle jaren, toen het land bij //de sleehtste
/behandeling toch grid inbracht, toen de
(/grofste knoeierij van het bedrijf schijnbaar
^ongestraft gedreven werd. Nooit werd slech-
z/ter gebouwd, nooit werd meer geprutst dan
z/in die jaren van onverdienden bloei."
z/Er is geen kwijning in den landbouw.
Integendeel. Het bedrijf wordt met meer
ykennis, grooter volharding, juister inzicht,
^scherper beheer gevoerd dan in de roeke-
ylooze tijden, die nu als de gouden eeuw ge-
//bukligd worden. Het kwam er in de 70'er
z/jaren niet op aan hoe en wat men teelde.
//Geld kwam er toch. Nu komt het niet
//zonder zuinigheid en overleg."
Zal men nu aan het meest vermogende
deel van den landbouwersstand door middel
van protectie ontnemen den prikkel voor die.
zuinigheid en dat overleg, zal men nu den
welgestelden boer hel leven gemakkelijker
maken, hem in staat stellen wat minder zijne
beste krachten in te spannen. Bovendien
hem dat alles geven ten koste in de eerste
plaats van den werkman, die er zoo vaak
met de grootste inspanning niet komen kan?
Genoeg om te doen inzien, dat men hier
het paard achter den wagen wenseht te span
nen, genoeg om te doen uitkomen, dat pro
tectie veeleer moet worden beschouwd ais
een middel om den landbouw in zijne ont
wikkeling tegen te werken dan tc bevorde
ren.
Zoo min als de pachtboer zal de ar bei dei-
door graanrechten worden geholpen. Men
meent wel, dat door hoogere graanprijzen
de loonen kunnen worden verhoogd, maar
daarmee is het nog niet geschied. En het
zal ook niet geschieden, omdat het loon van
don arbeider met den stand der graanprijzen
in geenerlei verband staat.
(leef den arbeider zijn bescheiden stukje
grond oui liet zelf tc bebouwen en hij zal
er wel bij varen.
Ook genoemde Heer v. d. Broek is deze
meening toegedaan hij drukt liet nog ster
ker uit en schrijft//(leef aan die menschen
hun eigen hoekje grond en ge zult zien dat
ze er wonderen op verrichten".
Betaalt hij (de arbeider) nu het drievou
dige van de gewone pacht om zijne aardap
pelen en groenten te teelen, dan heeft hij
hetzelfde belang als de pachtboer en vraagt
hij evenals deze vermindering van pacht.
De vervulling van dezen wenscli is hun bei
den moer waard dan protectie, omdat zij
door beschermende rechten niet beschermd
worden.
Dit artikel maakt geen aanspraak op vol
ledigheid, waar het geldt de bezwaren op te
sommen, die de invoering van beschermen
de rechten in den weg staan.
Ik heb alleen willen aantoonen, dat pro
tectie niet alleen andere gevolgen na zich
zal sleepen dan die men zich er van voor
stelt, maar tevens dat met een vrijzinnige
politiek wettelijke maatregelen in dien geest
geheel in strijd zijn.
Moet "bij velen het denkbeeld van protec
tie zich plaatsen tusschen hun beurs en hun
staatkundig geloof, hopen we dan dat bij
hen, die onder financieelen zorg niet te zwaar
gebukt gaan, de oplossing van deze moei
lijkheid veilig is.
Stelt men het eigenbelang niet op den
voorgrond, dan begrijp ik niet, hoe uit een
vrijzinnig oogpunt graanrechten te verdedigen
zijn, want hoe men de zaak ook wendt en
keert, ik voor mij zie er zooveel kwade kan
ten aan, dat de lichtzijde overschaduwd wordt.
Bevreemding kan het niet wekken dat on
der de gegeven omstandigheden aan eiken
candidaat voor het kamerlidmaatschap ge
vraagd moet worden hoe hij over bescher
ming denkt.
Elke kiezer heeft recht te weten wat van
den man zijner keuze in dit opzicht is te
wachten.
Nu de politieke partijen deze zaak voorop
stellen, liet vóór of tegen zelfs in hare vaan
dels schrijven, verklare zich iedere candidaat
zonder omwegen ten aanzien van protectie.:
vóór of tegen.
d. J.
n i 11 it 1111| il11] t l| u n i 41|,
Du gespannen verhouding in het Oosten,
die reeds geruim en tijd de aandacht van heel
Europa tot zich heeft getrokken, is tot eene
uitbarsting gekomendoordat Turkije den
oorlog aan Griekenland, uit hoofde de Grie
ken op een vijftal plaatsen in Turkije een
inval hadden gedaan, heeft verklaard.
De strijd, van weerszijden met kracht be
gonnen, wordt nu reeds bijna een week met
kracht voortgezet, en aan beide zijden vallen
veie krijgers, of worden velen voor hun leven
verminkt.
01' het resultaat van dezen strijd zal zijn
wat men reeds lang heeft gehoopt van de
oplossing der Oostersche kwestie, zal nog te
bezien staan.
Of de talrjjke berichten van de overwin
ningen en verliezen der beide legers be
trouwbaar zijn, valt eonigszins te betwijfelen,
daar de partijdigheid ook op het oorlogsveld
eene groote en, niet van sterke overdrijving
vrij te pleiten, rol speelt.
Onze ruimte gedoogt niet om al het ge
beurde op het oorlogsveld op te nemen.
Het laat zich aanzien, dat, ondanks de
voordeeien die de Grieken hebben behaald,
zij op den duur het onderspit zullen moeten
delven, daar de Turken veel beter geoefend zijn
en in veel grooter getale opkomen.
Of de oorzaak van den oorlog is te wij
ten aan Griekenland, of aan Turkije of aan
de Mogendheden, is voor liet oogenblik
moeilijk uit te maken.
Vreemd spel is in elk geval in de gehoe-
le Krcta-goschiedenis gespeeld, en de rol
der Mogendheden daarin is herhaaldelijk door
de groote pers gegispt geworden.
Over liet algemeen is het bericht van het
uitbreken van den oorlog vrij kalm opgeno
men.
Te Parijs heeft de. gebeurtenis, alhoewel
elk oogenblik verwacht, veel indruk gemaakt.
In een gehouden ministerraad is besloten,
dal er niets bijzonders behoefde te gebeuren.
De Russische pers is eenigszins veront
waardigd op Turkije dat het den oorlog heeft
verklaard, maar vindt dat Rusland zich er
buiten moet houden, daar tusschenkoiust van
vreemden of onbillijk of ongeschikt zbu zijn.
Te Berlijn hoopt men dat Turkije maar
spoedig zal winnen, aangezien zoo een eind
zal komen aan de verwarring. Als de Grie
ken wonnen, zou het gevaarlijker zijn, vindt,
men, daar dan de oorlog zich wel verder zou
kunnen uitbreiden, als de Slavische Balkan-
staten ook een woordje mee wilden spreken.
Men weet echter dat Bulgarije althans van
plan is, zich er buiten te houden.
In Engeland wordt de oorlogsverklaring
doodkalm opgenomen, als een feit waaraan
nu eenmaal niets te veranderen valt. Ook
het publiek is er nogal koel onder.
Te Weencn vindt men dat men de twee
partijen eerst maar eens een poosje moet la
ten vechten dan zullen de Grieken het, wel
verliezen en toegeven.
Te Rome denkt men dat de oorlog over
een dag of tien wel uit zal wezen, „tenzij
er zich complicntiën voordoen op het Bal
kan-schiereiland". Verder kan men daar,
op grond van ingewonnen inlichtingen, ver
zekeren dat de. eendracht van de mogendhe
den nog altoos volmaakt is.
De gewone jaarlijksche Aprilreis der Ko
ninginnen naar Amsterdam, is bepaald op
heden Zaterdag, nadat fill. MM. nog eerst
even een bezoek zullen gebracht, hebben aan
Gouda.
Tot lid van de Tweede Kamer voor
het district Alkmaar is gekozen de heer nir.
E. Kokker te Middelburg, met S53 stemmen.
Op den heer mr. W. van der Kaay, mi
nister van justitie, waren 802 stemmen uit
gebracht.
Deze uitslag teekentmr. Fokker een on
bekende in 't district, mr. van der Kaay
oud afgevaardigde voor Alkmaar. Beiden zijn
liberaal, de een geavanceerd, (mr Fokker is
bestuurslid der Liberale Unie), de ander niet.
Waar dils persoonlijke inspiraties bij den
gekozene niet den doorslag hebben kunnen
geven, terwijl de tegeu-candidaat te dien op
zichte veel op mr. Fokker voor had, moet
de stembus strijd over beginselen geloopen
hebben, waarin de vooruitstrevende hebben
gezegevierd.
BRES KENS, 34 April 1897.
Wij verwijzen onze lezers naar de op de
aohter-pagina van dit no. voorkomende dienst
regeling van den Prov. Stoombootdienst op
de Westerschelde, voor den zomerdienst van
dit jaar.
Behoudens enkele wijzigingen in de af-
vaarturen komen daarin voor het traject
Vlissingen-Breskeiis twee booten per dag meer
voor.
Een in den vó<5r- en een in den namid-
dag.
Zou deze uitbreiding van den dienst in
verband staan met de mogelijkheid, dat we
eene derde „nieuwe" boot in de vaart krij
gen
SollOüihlijkr. Door den gemeente-veld
wachter alhier is, op last vau den Officier
van justitie, proces-verbaal opgemaakt tegen
de IJzendijksche stoomtramweg-mij omdat de
laatste wijziging der dienstregeling wel in de
couranten is aangekondigd, maar niet is mee
gedeeld.
22 April. Hedenvoormiddag is alhier
ten behoeve der erven C. A. Mullie, geveild
een woonhuis en gevolge met schuur in het
dorp, waarvan kooper werd de heer J. A.
Neeteson alhier voor ƒ2375 en ƒ25 voor
overname.
Tusschen peilraai 44 en 46 van den
calamiteusen Hoofdplaatpolder ontstond Zon
dagmorgen 18 April jl. een oeveratschuiving
lang 90 M. breed 40 M.
Dinsdag 20 April jl. ontstond ten oosten
dezer afschuiving bij vernieuwing een oever-
afschuiving, weike een lengte verkreeg van
140 M. hij een breedte van 105 M. De
rand der afschuivingen bleef nog 70 Meters
va a den dijk verwijderd en 65 Meters van
den Westhavendijk van Hoofdplaat. Op de
laagwaterrand van Maart jl. wordt nu 15
M. diepte beneden laagwater gepeild.
Een rijshoofd werd over 80 Meter lengte
inede in de dieple gevoerd. Gevaar voarile
zeewering bestaal niet.
■Sluis. Door den Burgemeester dezer ge.
meente daartoe uitgenoodigd kwamen Dins
dag jl. een tiental ingezetenen bijeen toj
vorming eener commissie om gelden in o
zamelen ten behoeve van het nationaal hal.
deblijk aan II. M. Koningin-reg. Door 8t
bijeengekomenen, zijnde raadsleden en ande-
re ingezetenen werden de heeren J. H. Hen.
nequin, Koksma, Borghsteijn en F. J. Noest
achtereenvolgens lot voorzitter, vice-voorzit-
ter, secretaris en penningmeester gekozen.
Het verdient zeer zeker opmerking dat
overal elders bij de vorming dier commissiei
niet wordt aangewend die wijze, welke, in
den aanvang van het jaar een paar maal be.
sproken en aangeprezen werd in het Week
blad voor Z. VI. W. D. en waarbij dan nota
bene tusschen de regels door wordt aange
spoord om geen bijdragen te schenken aan
een commissie als boven gevormd.
Oostbur»'. De Kamer van Rhetorika „On
derlinge vriendschap" onder de zinspreuk
„Bendracht maakt Macht" vierde den 20
April jl. haar twintigjarig bestaan door hel
geven van een tooneel- en avondfeest, opge
luisterd door muziek. Opgevoerd werden „Een
klap op zijn neus" kluchtspel in drie be
drijven en „Wie brengt de pan terug?"
kluchtspel in één bedrijf.
De aanvang van het beschavings
werk voor de belasting op bedrijfs- en an
dere inkomsten voor het dienstjaar 1897-8
in de onderscheidene gemeenten dezer pro
vincie is door den commissaris der Konin
gin bepaald op Zaterdag 8 Mei 1897.
Het werk der commissiën van aanslag
moet op 1 October zijn afgeloopen.
Hoofdplaat.. Maandagmiddag is het 2-
jarig kind van den tolgaarder Rijckaert, on
der de gemeente Biervliet nabij deze ge
meente, in een sloot achter de woning ver
dronken.
Liberale Kiesvereeniging in "hei
Distriet Oostburg.
Op Zondag den 18en April hield deze
vereeniging te Oostburg hare gewone jaar
lijksche vergadering.
Tegenwoordig waren 38 leden.
De heer de Bruijne-de Die nam het voor
zitterschap waar, daar de heer van Oyen
als zoodanig bedankt had. Hij opende
de vergadering met een hartelijk woord van
dank aan den afgetreden voorzitter voorde
onpartijdige leiding dezer vergaderingen en
voor het vele goede, dat hij als voorzitter
dezer vereeniging heeft gedaan. Het be
stuur hoopt op denzelfden weg voort te
gaan.
De rekening over 1896 werd goedge
keurd met een batig saldo van ƒ68.04® en
de begrooting werd vastgesteld tot een be
drag van ƒ153.045 in ontvang en uitgaaf.
De aftredende bestuursleden, de heeren
van Oyen en Borghstyn, werden resp. met
27 en 28 stemmen herkozen.
Een aandeel in de geldleening wend uit
geloot.
Daarna kwam in behandeling het voor
stel van den heer Neeteson tot losmaking
dezer vereeniging van de Liberale Unie.
Dhr. Neeteson zeide in de eerste plaats
dank te moeten zeggen aan den heer van
Oyen, afgetreden voorzitter en aan het be
stuur om zijn verzoek in te willigen om
reeds thans zjjn voorstel in behandeling te
nemen en niet, zooals in de vorige verga
dering besloten is, dit uit te stellen tot us
de verkiezingen. Hij ligt verder het voor
stel nader toe, waaruit bleek, dat hij di'
voorstel deed, omdat deze vereeniging toch
geen werkzaam deel nam aan datgene, wat
van de Unie uitging.
De heer Sanderse merkte op, dat de Uuie
in den laatsten tijd veel veranderd is e"
vindt het wenschelijk, dat deze vereenigbtë