Gemengd Nieuws.
rijen, die door landbouwers in het andere
land rechtstreeks geëxploiteerd worden.
Overigens is het een belangrijk punt, dat
de vergunningen tot invoer kosteloos zullen
worden verstrekt en dat de verplichte keu
ringen voor rijksrekening zullen plaats hebben.
Iu een Znid-Bevelandsch dorp werden
een paar stroopers door deu veldwachter
achterna gezeten, die hopende op een goede
vangst, zijn weg nam over een zoogenaamde
weel, doch het ijs was niet sterk genoeg
meer en hij zakte tot aan den hals in 't
water. Op zijn geroep keerden de achter
volgden terug en boden den drenkeling hun
bijstand, indien hij tegen hen geen proces
verbaal zoude opmaken.
D« veldwachter stemde hierin toe, waarna
hij zich weldra weer op het droge berond.
Op de meest vriendschappelijke wijze namen
daarop beide partijen afscheid van elkander.
1IKK8KBIYS, 1 Maart 1S9Ó.
Evenals te IJzendijke het geval nu reeds
is, zal ook de volgende week hier een ex-
port-varkensslagerij in werking worden ge
steld.
Met het oog op het verbod van invoer
van varkens in België en de daarmee ge
paard gaande lage prijzen, kan er nu hoogst
waarschijnlijk wel iets meer bedongen worden.
Oostliurg. Mej. A. M. Bronswijk, onder
wijzeres aan de upeibare school in deze ge
meente, is als zoodanig benoemd te Nieu-
wendara (bij Amsterdam.)
Oostburg. Op 1 Januari 1894 was de
bevolking 924 m 1029 vr. totaal 1958
zielen. Zjj vermeerderde door geboorte met
20 in., 30 vr. tot. 50 eu door vestiging met
100 in., 93 vr. tot. 198 samen met 249; doch
verminderde door overlijden met 20 m., 21
vr. samen 41 en door vertiek met 91 in.,
80 vr. totaal 171, samen 212 zoodat op 1
Januari 1895 de bevolking 939 m. en 1051
vr. samen 1990 zielen bedroeg. In 1894
werden 13 huwelijken gesloten.
Middelburg. Naar we vernemen is de heer
.T. F. 1. Buteux, lid der Gedep. Staten van
Zeeland sedert eauige dagen zeer ernstig on
gesteld.
Middelburg. De heer A. J. de Nood,
thans le klerk ter Prov. Griffie van Zeeland
is bevorderd tot adjunct-commies 2e klasse.
verwarring van stemmen het onderhoud van
het eenr paar niet tot de ooren van het an
dere doordrong. Luitgard meende alleen te
ontdekken, dat hare zuster in een veel on
derhoudender gesprek gewikkeld was dan zij-
zelve want Elvira had geen tijd om maar
een enkelen blik met hare zuster te wisse
len, en zag er nu eens zoo stralend, dan weer
zoo nadenkend uit, dat in de jongere eene
kleine vlaag van afgunst opkwam. Dokter
Reinwald was niet half zoo schoon als ba
ron Sohlabrendorf, maar wanneer mon hem
zag spreken, dan werden zijne gelaatstrekken
zoo bezield, dal de uitdrukking van zijn ge
laat deed vergeten, wat aan de regelmatig
heid der vormen ontbrak. Elvira echeen in
zijne nabijheid nog meer te vergeten, bij
voorbeeld haren buurman rechts, en eveneens
ging het den dokter met zijne buurvrouw
links.
Met opzet had Elvira het beroep van den
arts op het tapijt gebrachtReinwald echter
vermeed halsstarrig van zijn eigen persoon
en van zijne plannen in de toekomst te spre
ken hij schilderde veel meer den invloed,
dien mijnheer v. Ingermann aan de hooge-
school te Dorpat uitgeoefend had, hetgeen
het jonge meisje tot nog toe slechts geheel
oppervlakkig was bekend geweest, evenals zij
nu ook voor het eerst hoorde, dat de staats-
raad eigenlijk den titel van «Zijne Excellen
tie" voerde, doch zich in Duitschland niet
zoo liet noou.en, daar hij verre verheven was
boven dien zucht om titels te voeren, en ook
meende, dat er zooveel Excellentie's waren,
die volstrekt nog geene uitmuntende man
nen wareu.
ATirrtt vervolgd.)
Üostburg, 22 Febr. Hedennamiddag hield
de gemeenteraad zijne eersto vergadering in
dit jaar, waarbij alle leden tegenwoordig wa
ren.
Na opening der vergadering en lezing en
goedkeuring der notulen werd mededeeling
gedaan van de ingekomen stukken, welke
bestonden in eenige ontvingen Staats- en
Prov. Bladen, en een tweetal missives, hou
dende goedkeuring van raadsbesluiten tot af-
en overschrijving van posten op de begroo
ting voor 1894 en tot wijziging van de be
grooting, welke alle den gewonen weg pas
seerden, nl. voor kennisgeving aangenomen
te worden.
Wederom moest de goedkeuring van den
raad gevraagd worden om eenige posten af-
en over te schrijven, want bij de ontvangst
van verschillende mandaten over 1894 bleek
dat enkele sommen op die begrooting uitge
trokken niet toereikend waren.
Zoo kwam op het onderhoud van het post
kantoor ƒ29.915 te kort, de pompen ver-
eischten ƒ9.37 ineer dan geraamd was, de
straatverlichting beliep door het plaatsen van
eene nieuwe lantaarn ƒ24.54 hooger, de
brandweer vorderde 7.85 meer, de genees
kundige dienst moest met ƒ90 worden ver
hoogd, advertentiekosten hadden den post
«boek-, druk- en bindwerk" met ƒ14,50 over
schreden, buitengewone kiesverrichtingen gin
gen het geraamde bedrag met ƒ35.183 te
boven eu het ichoonaiaken van gemeeutege-
bouwen had ƒ7,123 ineer gekost, zoodat een
totale overschrijding van ƒ226.483 moest af
geschreven worden, waarvoor een gedeelte
kan overgeschreven worden uit den post «Bij
drage Telegraafkantoor* en de rest uit de
«onvoorziene uitgaven".
Wijl alle uitgaven voldoende gemotiveerd
waren, had de raad geen bezwaar zijne goed
keuring aan het voorstel van Burg. eu YVeth.
te hechten.
Op een verzoek van P. L. van Overbee-
ke c. s. om in hunne buurt een lantaarn te
plaatsen werd vooralsnog geen besluit geno
men ten einde van de noodzakelijkheid van
de plaatsing meer overtuigd te zijn, zou bij
avond een onderzoek in loco ingesteld wor
den het seizoen is nu toch te ver gevor
derd om voor dezen winter nog aan de uit
voering te kunnen denken.
Naar aanleiding van dit besluit vroeg de
heer Le Nobel als die toestemming tot plaat
sing er eenmaal was, of dan ook niet een
tijd kon bepaald worden wanneer er uitvoe
ring aan het besluit zoude gegeven worden
ganomen in de zitting van 5 October jl. tot
plaatsing van een lantaarn aan Scherpbier,
wijl er nu bijna 5 maanden verloopes zijn,
waarop de voorzitter antwoordde er met den
Burgemeester van Groede over gesproken
hebbende, deze hem aanried zich met een
verzoek tot den raad te wenden, zoodat die
zaak nu nog in onderhandeling is.
De heer Le Nobel verzocht daarop dit un
oen weinig te bespoedigen.
Door den landbouwer Cornelis Hol eu 47
anderen, zoo landbouwers als graankooplieden,
was een verzoek ingediend tot vergrooting
en verlichting van het beursgebouw.
Do voorzitter moest erkennen, dat op som
mige dagen de beurs te klein, en bij don
ker weer niet licht genoeg was
Hij meende eehter, dat het verzoek niet
van dien aard was om daarop maar direct
in te gaan en beval den leden aan om eens
een grondig onderzoek in te stellen of er
mogelijkheid tot tegemoetkoming aan het
verzoek bestond, en zoo ja, op welke wijze.
De eenige mogelijkheid tot verruiming was
te vinden in de achter het gebouw gelegen
grond, thans aan den Burgemeester behoo-
rende. 7.Ed. gaf de verzekering dat hij wel
te vinden zoude zijn om eene schikking te
treffen.
De lieer Le Nobel vroeg of dit geen abuis
was, daar hij meende dat de aanvraag was
uitgegaan van den heer P. Steenhart, voor
zitter der afd. Oostburg van de Landbouw-Mij.
De heer Meijer sloot zich hierbij aan, daar
de heer Steenhart met het adres had ge
circuleerd, doch da voorzitter merkte op,
dat Hol de eerste onderteekenaar is, en deze
daarom beschouwd wordt als de persoon van
wien het uitgaat.
Nog was men van oordeel dat eene infor
matie naar de kosten l.iet ondienstig was.
Dientengevolge werd het adres aangehouden
tot eene volgende zitting, waarin men dan
de zaak nader ouder de oogen kon zien.
Nog bad de raad zich met een derde re
quest bezig te houden, nl. een van de wed.
F. B. du Pnij, De Pauw en Versprille, over
de moeilijkheid waarin zij door de algomce-
ne polilie-verordening gekomen waren met
hunne waterloozing.
Deze zaak werd in den breede besproken
maatregelen tot eene bahoorlijke loozing wer
den aangegeven, als le door den voorz. om
nabij de schuur van Steijaard buizen te leg
gen, 2e door den hoer Le Nobel om een
zinkput van ®|i M. te maken schuins loopend
met buizen, waarvan het eerste zoowel om de
hooge kosten als om de ondoelmatige oplos
sing der kwestie van de baan werd gescho
ven, en het tweede alleen door den heer
Plankeel bestreden werd, als te zijn practisch
onuitvoerbaar.
Ten slotte werd het voorslel-Le Nobel
aangenomen met 6 stemmen alleen de heer
Plankeel stemde tegen.
Daarna sloot de voorz. de vergadering.
Het Tram-ongeluk.
Solioondijke, 27 Februari. lieden mid
dag omstreeks half drie uur is er op een
half uur afstand dezer gemeente een verschrik
kelijk ongeluk voorgevallen niet den tram
van Schoondijke-IJzendijka. Toen de tram
even den tol was gepasseerd en goed en wel
door den booht was is de machine ontspoord
en dwars over den weg gevallen met hst
zeer treurige gevolg dat de machinist J.
Hoogerwcrflf onder de machine geraakte en
letterlijk daardoor in tweeën is gedrukt. Hij
was onmiddellijk dood. Eerst omstreeks vijf
uur is het lijk van onder de machine ge
haald kunnen worden. Gelukkig voor de
vier passagier» dat de personenwagen ook
ontspoordewaut anders was er veel kans
geweest dat die wagen in elkander was ge
drukt. Nu zijn ze allen met den schrik vrij
gekomen. De oorzaak is niet met zekerheid
te melden. De tram is uit Schoondijke on
geveer 20 minuten te laat vertrokken vol
gens verklaring der passagiers werd er niet
bijzonder hard gereden, dus dit kan de oor
zaak niet zijn. Volgens gezegde van een
van het dienstdoend personeel van die maat
schappij schijnt het aan den toestand van
den weg te liggenvolgens anderen aan
een defect aan de machine. Dit is zeker H.
heeft op Schoondijke aan deu rem gewerkt,
daar die niet in orde was. Het is te ho
pen dat naar de oorzaak dezer ramp door
de bevoegde autoriteiten een streng onder
zoek zal ingesteld worden, opdat de veilig
heid van het reizend publiek zooveel moge
lijk gewaarborgd worde.
Hoogst wenschelijk ware het dat de tram
maatschappijen besloten enkel machinisten te
plaatsen eu geen personen, die alleen als
machinedrijvers bekend staan, en dat er op
iedere locomotief minstens twee personen
aanwesig zijn. Onder de passagiers behoor
de ook de postbode Michielsen, en als be
wijs hoe doordrongen deze oude bode is van
zijn dienstplicht valt op te merken, dat zoo
dra de machine omver lag, hij zoo spoedig
mogelijk zijn postzakken bij elkaar scharrelde
en zonder iets te zeggen te voet naar IJ
zendijke liep.
Nader meldt men ons van 1 Maart
De locomotief is gisteren tegen den avond
overeind gekomen en zal heden op de rails
geplaatst zijn. Wauueer de dienst hervat
wordt, is niet met zekerheid te zeggen.
De directie schijnt niet noodig te vinden,
dit bekend te maken.
Uzendykf, Maandag had ten verzoeke
van den heer F. X. de Sinet en ten over
staan van den notaris le Nobel te Oostburg
en de deurw. Hcndrikse alhier, de veiling
plaats van de herberg «de Vier Emmers",
waarvan koopcr werd, de heer Felix de Wit
te voor ƒ3900, onverminderd ƒ100 voor
overname.
Sluis. Maandag had het 9-jarig zoont
van R., de onvoorzichtigheid om zich o
het brooze ijs in het kanaal te wagen, m
het gevolg dat hij er door zakte en in c
diepte verdween. Door inmiddels toegesne
de hulp slaagde men er in den drenkelin
op het droge te brongen, waar hij spoedi
bijkwam.
Middelburg. Ten vervolge op zijne circi
laire van 9 Febr. jl. heeft de Commissar
der Koningin in Zeeland aan de Burgemeei
ters der grensgemeenten in Zeeawich-Vlaai
deren eenige bladen gezonden van het regit
ter, bedoeld in art. 11 der bij genoemd
circulaire, gevoegde «Regelen betreffende d
beweiding en bemesting van grenslanderijei
onder opmerking dat bij dagelijkschcn terug
voer van het vee naar Nederland de belang
hebbeude zich, evenals dit tot nu toe plaat
vond door hunne tusschenkomst tot hem za
kunnen wenden om »ene vergunningwi
hij gebruik maken van dc bepalingen verva
iu de artikelen 11 en volgende der genoem
de «Regelen" ens., dan verwacht dc Com
missaris der Koningin, in verband met arli
kei 14, van de Burgemeesters, daartoe eem
aanvrage.
Te Ierseke is eene dienstbode overle
den tengevolge van bloedvergiftiging. Dooi
de koude waren hare handen in erge mat<
gesprongen en vermoedelijk is eene vergifti
ge stof in de open wonde gekomen, al than:
hand en arm zweiden op en geneeskundig!
hulp mocht niet baten.
De ridder van het Kruis van Chris
tus, die enkele dagen lang Amsterdam ii
spanning hield over den waren naam vat
den Purtugeeschen drenkeling, is helaas ont
maskard.
De consul-generaal van Portugal, de heei
Rosenthal, wiens naain in het verhaal dei
merkwaardige redding was betrokken, hac
zich de zaak aangetrokken. Eene oonferen-
tie van dezen met den gewaanden riddei
zeiveii er. diens patroon is intusschen over
tuigd, dat de ridder van zeven dagen niet
ten volle toerekenbaar kan worden geacht
indien inen hem zijne zonderlinge houding
ernstig mocht willen aanrekenen. Van al
de schoonheden van het verhaal is dus ter
slotte noch de heldendaad, noch de smake
lijke «lunch" bij den consul, noch hetgroo
te en het kleine kruis der Christusorde over
gebleven.
De 79-jarige C Kommers, wonende
aan de Roode Vaart bij Moerdijk, werd
Maandagochtend iu deerniswasrdigen toestand
door zijnen zoon gevonden. Het schijnt dat
de oude man bij de kachel hout had ge
zaagd, waarbij zijne kleeding met het vuur
in aanraking is gekomen, en dat hij toen
de deur heeft trachten te bereiken. Daar
vond men hem met brandwonden overdekt.
De ongelukkige etierf kort daarna.
Een vijftal ajouwerlieden brachten de
Wilhelminakade te Rotterdam in rep en
roer. Zij hadden op geen eerlijke wijze je
never bemachtigd en waren in verregaauden
staat van dronkenschap gekomen. Toen de
politie verscheen om hun een plaatsje tot
uitslapen te verschaffen aan de Nassaukade,
verzetten zij zich hevig, terwijl ook het pu
bliek een dreigende houding begon aan te
nemen. Door het beleidvol optreden der
agenten werden groote ongelukken voorko-'
men en de beschonkenen voor eigen veilig
heid naar het bureau gebracht. Twee hun»
ner waren gevallen en aan het hoofd verwond;
zij werden door de politie verbonden.
In de laatste dagen wordt Arnhem
herhaaldelijk bezocht door eenige kooplieden
uit Amsterdam, die op de volgende wijz»
goedgeloovige lieden bedriegen.
Een van hen komt een koffiehuis binnen
met een stuk goed van slechte kwaliteit en
terwijl hij daar zit, verschijnen een paar an
dere, die hem een som geld er voor bieden,
doch aan wie hij het niet wil verkoopen,
daar hij met hen geen handel wil drijven.
Deze laatsten verzoeken den kastelein of een