voor Zeeuwsch - Vlaanderen.
e Soutvester Yan liklust.
Zaterdag 15 April 1893.
2f jaargang.
FEUILLETON.
[7 O» 81,
Nieuwsblad
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden 40 centsfranco per post 45 cents.
YToor Amerika 2.90 per jaar bij vooruitbetaling.
Abonnementen worden aangenomen bij alle
Boekhandelaren, Brievengaarders en den Uitgever.
ADVERTENT IEP R IJ S
Van 1 tot en met 4 regels 25 cents; elke regel meer
5 cents. Bij abonnement aanmerkelijk vermin
derd tarief. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiëu worden ingewacht tot Vrijdagnani. 1 ure.
Deze Courant verschijnt eiken Vrijdagavond bij den Uitgever C. DIELEMAN, te lirvskms.
Het Koninklijk bezoek aan de
hoofdstad.
Wanneer de maand April in liet land
alt, dan ziet Amsterdam verlangend uit
ir het tijdstip, waarop het Koninklijk ge
ilet telken jare terugkcerend bezoek zal
iien brengen. Uit jaar was het bepaald
11 dezer, lleeds waren er toebereidselen
naakt om de koninginnen een waardige
tvaugst to bereiden.
In hoofd- en achterbuurten wapperde het
tiouale dundoek, dat niet het groen der
omen langs de grachten een prettige indruk
akte en een feestelijk aanzien gal'. Ue
gewone drukte in het cemtruin der stad
■raadde een niet alledaagsch feit,
Stadgenooten en vreemdelingen verzamelde
li te ungeveer 12 uur, op den Dam, die,
er gelaug (1e komst der koninginnen na—
•de, hoe langer hoe meer gevuld werd.
Bij de eerste saluutschoten, als bewijs
t de vorstinnen in aantocht waren, werden
balkons, daken en al wat maar uitzicht
het koninklijk rijtuig kon geven, bezet.
Ken halve cirkel voor het paleis werd door
litie-agenten opengehouden.
Des namiddags te 1.23 verlieten H. H.
II. per extra-trein van de Huil. IJzeren
eorweg-Maatschappij, de residentie, waar
van ai' December des vorigen jaars onaf-
iroken hadden vertoefd.
Tut hun gevolg behoorden de groot—olfi-
ren, dames en lieeren van het Koiiiuk-
Huis. De koninginnen werden ontvan—
i op het perron aan de ingang van den
NOVELLE VAN
Fr. ZIMMERMAN.
De donkere sluier van den Septembcmacht
nog over de aarde uitgespreid. De top-
i der met bosschen bedekte heuvelketens,
erste takken van het Kichtelgebergte, die
h hier in de vlakte voortschoven, waren
een dichten, grauwen nevel gehuld. In
stille woud werd geen geluid vernomen,
een eene vale lichtgrijze schemering in liet
ten en een scherpe, koude wind waardoor
loodzware ncvclmassa in beweging gebracht
gescheurd werd, kondigden den naderenden
rgen aan.
Door het. onherbergzame, koude en natte
ud stapte een jonge jager voort, Het geweer
t dubbelen loop droeg hij onder den arm,
weitaseh over den schouwder en zijne
'ene muts stond hem diep in de oogen.
koninklijken trein, door al de leden der hof
houding. Van wege de spoorwegmaatschappij
werd de trein begeleid door de lieeren N ier-
strasz, Lokhorst en van Swieten.
Op verlangen der Koningin-Regentes be
vonden zich ditmaal geeu autoriteiten tot
uitgi leide aan het station.
Van liet paleis tut aan het station te 's
Hagc, reilen de koninginnen langs eene tal
rijke menigte, die zich ter begroeting op
straat bewoog.
Van het station en de ijzergieterij "De
Prins van Oranje" wapperde de nationale
driekleur.
Omstreeks half-drie reed de koninklijke
trein het Centraal station binnen, toegejuicht
door de menschen die op ileu spoordijk en in
de goederenwagens op het perron een plaatsje
hadden gevonden.
De dames en lieeren van het gevolg schaar
den zich terstond voor het salon-rijtuig van
HH. MM., die vriendelijk groetend uitstapten,
verwelkomd door den burgemeester, uir. S.
A. Vening Mcinesz, en door de lieeren inr.
F. 'I'll. Westerwoudt, voorzitter, mr. W. van
der Vliet, lid vail den ltaad van administra
tie, en A. K. P. F. R. van Hasselt, admi
nistrateur der Holl. IJz. Spoorwegmij.
Het jonge Koninginnetje, als altijd eenvou
dig vlug gekleed, thans in een Jacoba-kleu-
rig manteltje met bonten kraag, gaf onzen
burgemeester heel hartelijk het kleine handje,
waarop zij met haar mama, gevolgd door den
hofstoet, het vorstelijk paviljoen binnentrad.
Recht elegant waren die salons gemeubeld
door de firma Pander, en mej. Horsing had
Hooge, tot aan de knie reikende kaplaarzeu
beschermden hem tegen de vochtigheid van
den met mos begroeiden grond, terwijl hij
zijne handen zoo diep mogelijk in de zakken
van zijn jas gestoken had.
Te oordeelen naar het jeugdige, door de
zon verbrande gelaat inet het nog weinig
ontwikkelde zwarte kneveltje was het jong-
mcn5ch ongeveer itric- h vierentwintig jaar
oud, hoewel een sterk sprekende trek van
vastberadenheid, de gesloten lippen en de
kin, die van wilskracht getuigde, aan het
jeugdige frissche gelaat eene uitdrukking gaven
van ernst, die hem op het eerste gezicht
ouder deed schijnen, dan hij was.
Terwijl de jager met snelle schreden langs
de helling var. een heuvelrug voortstapte,
hield hij het hoofd een weinig gebogen en
de oogen op den grond gericht, alsof hij een
spoor volgde of vervuld was met gedachten
die hem de buitenwereld geheel deed vergeten.
Dat dit laatste echter niet het geval was,
bleek uit de aandacht, die hij aan een schoo-
non patrijshond schonk, die, met den neus
langs den grond, eenige schreden voor hem
uit liep.
Nu en dan beteugelde hij door een half—
gezorgd voor een weclderigen tooi van va
rens en palmen, die prachtig stonden, vooral
in de vestibule naast de breede marmeren
trappen.
Slechts korten tijd hielden de vorstinnen
ri h hier op. HH. MM. ontvingen van de
kleinkinderen van den heer Westerwoudt
bouqiietten, en daarop namen zij en onder
de hoera's der menschen, die mooi konden
zién over liet afgezette stationsplein, plaats
in het rijtuig met den roeden hok, waarnaast
de ordonnatiee-officier, dc le-luitenanf, graal'
Sehimmelpenninck reed.
In gestrekten draf ging het toen langs
het Damrak, waar het niet zoo vol was als
anders, naar den Dam, voorafgegaan door den
hoofd—commissaris van politic, den lieer Steen-
kamp, en de burgemeester, gevolgd door de
kranige bereden politie, die den trein sloot.
Twee mannen, naar men zegt colporteurs
van Itecht voor Allen", trachtten op het
Damrak een paar exemplaren van dit blad
in het koninklijk rijtuig te werpen. Ken
agent belette hun dit, waaiop de mannen,
te midden van een morrende volksmenigte
naar het bureau werden gebracht. Uit de
drukkerij wExelsior" werden eenige honder
den roodgekleurde exemplaren van „Recht
voor Allen" verspreid. Verder colpoiteerden
eenige jongens met het Vrijheidslied en met
andere socialistische geschriften.
Op velschillende plaatsen juichte het pu
bliek de vorstinnen toe, die steeds knikkend
groetten. Zoodra de stoet zichtbaar werd
op den Dam steeg een gejuich op, eenigszins
getemperd door den konden wind, die zelfs
luid gesproken woord den ijver van den hond
of wees hein, als het verstandige dier bleef
staan en zijn heer vragend aanzag, met eene
lichte handbeweging de richting aan, die hij
moest inslaan.
Zoo gingen beiden nog eene wijle voort,
toen de hond plotseling bleef staan, naar zijn
lieer omkeek en de sehoone hangende ooren
betcekenisvol heen en weer bewoog. Eene
kudde reeën trok uit het woud naar een klein
dal, dat nog geheel in neve' lag, terwijl het
op den bergrug reeds begon te lichten.
„Ge hebt gelijk, l'luto 1" zeide de jager, de
kudde nauwkeurig nagaande en den kop van
den hond streelende, „ge zij*, een flinke kerel."
Hierop wenkte de jager hem met de hand
achter te blijven, en begaf zich toen voor
zichtig naar het kleine dal, terwijl Pluto ge
hoorzaam zijne voetstappen volgde.
Na weinige minuten was de zoom van het
woud bereikt. De jager zette zich neder
achter die ite hazelnotenstruiken opeen rots
blok, legde het geweer op de knieën en keek
met aandacht over de met gras begroeide
vlakte, d lorsueden van eene murmelende
woudhe k. De nevel was reeds zoo ver op
getrokken, dat men het terein kon overzien.
den hoed met witte veer van de jeugdige
Koningin een «ogenblik in gevaar bracht,
liet gure weer wa» zeker ook de oorzaak,
dat dc majesteiten zich sleeuts een «ogenblik
op het balkon vertoonden. Daarna werd het
publiek toegestaan zich aan de „kh ine stern
tjes" te scharen en vandaar kon men de
Koningin eeu tijdlang voor liet raam aan den
rechtervleugel van het Paleis waarnemen.
au de dubbele ramen werd' er een geopend,
en mot den zakdoek wuivend bleef zij een
poos naar de drukte kijken. De muziek deed
zich oudertussehen voor het paleis houten.
L)en geheeleu middag bleef het druk op den
Dam. De koninklijke standaard werd per on
geluk verkeerd in den toren geheschen. De
vergissing iverd echter spoedig heisteld.
Des middags te half zeven was hot diner
van acht en twintig converts in de Mozrs—
zaal ten paleize. Hier zaten onderanderen
aan de commissaris derKoningin m de provin
cie Noord—Holland, de burgemeester der hoofd
stad, de wethouders, leden van de Gedupeerde
Staten, en militaire autoriteiten, waaronder
de getieraal-majoor commandant der stelling
Amsterdam, en de vice-admiraal, commandant
der marine werf.
H. M. de Koningin-Regentes hield woens
dagmorgen audiënte ten Paleize.
Tegen negen uur al rolden de rijtuigen aan
en steeds ging dit door, totdat een file was
ontstaan van het poortje achter het Paleis
tot op het Spui.
Als altijd stonden weer vele nieuwsgierigen
op den Voorburgwal, om al die mooie uni
formen te bewoniugen.
De weidegrond was nauwelijks eenige hon
derden schreden breed. Rechts sloten ue
bergen zoo dicht aaneen, dat alleen- de beek
over rotsblokkeu en aardhoupen springend er
zich een weg kon lianen, links -daarentegen
werd het dal iets breeder, de bergen traden
aan beide zijden terug en openden liet uit
zicht op de. bebouwde vlakte, waar de berg
beek zich in snellen loop heenspoedde.
In de richting van het dal stond eene kudde
reeën, waaraan de jager echter niet veel aan
dacht schonk. Zijne oogen volgden den loop
(jer beek tot aan den donkeren berghoek.
Daar verschenen ook, nog half in den nevel
gehuld, de vormen der slanke dieren. Lang
zamerhand kon hij ze beter onderscheiden;
de kudde, niet zoo sterk als die van liet be-
nedendal, trok zich, nu het liohter begon
te worden, langzamerhand terug naar de diclj-
-tere plekken van het woud. De jager knikte
bevredigend met het hoofd.
Zooals hij daar stond, met zijne donkere
oogen scherp rechtuit turend, kTeeg rijn ge
laat een onderzoekende, vermetelde uitdruk
king, die het krachtige zijner trekken nog
verhoogde.
Met onwrikbaar geduld wachtte de jonge