voor ZEEUW SCH-VLA ANDEREN. No. 46. Zaterdag1 13 Augustus 1892. le jaargang. Belastingen. FEUILLETON. lajaarsstormcn, NIEUWSBLAD ABONNEMENTSPRIJS: Per 8 maanden 40 ets; franco per post 45 ets. Voor Amerika 2.90 per jaar bij vooruitbeta ling. Abonnementen worden aangenomen bij alle Boekh., Brieveng. en J. Tak Jr. te Schoondijke. ADVERTENTIEPRIJS Van 1 tot en met 4 regels 25 ets.; elke regel meer 5 ets. Groote letters worden naar plaats ruimte berekend. Advcrtentiëu worden ingewacht tot Vrijdagnamiddag 1 uur bij den Uitgever. Deze Courant verschijnt eiken Vrijdagavond bij den Uitgever C. DIELEMAN, te Breskens. II. Onder directe verstaan we die belasting, welke door de schatkist rechtstreeks en onmiddellijk gevorderd wordt van den belastingschuldige, 't zij dan van zijn persoon, 't zij van zijn vermogen of van een deel daar van. In directe belasting wordt geheven van een bepaal de zaak, zonder aanmerking van den persoon, die haar betaalt, zoodat zij doorgaans voorgeschoten wordt door een persoon, die haar in den regel van een anderen als den waren belastingschuldige terug ontvangt. Niet de diensten, die ieder burger van den staat geniet, moeten de maatstaf zijn, waarnaar een ieder moet betalen, maar wel de middelen, waarover ieder burger te beschikken heeft. Indien dit beginsel een maal bij allen vast stond, en het cijfer van ieders vermogen was bekend, of althans te berekenen, dan zou er geen bezwaar wezen om als eenige belasting een belasting op het vermogen in te voeren. Maar juist dat berekenen en vaststellen van ieders vermogen is een hoogst moeilijke zaak. Op kleiue schaal, tot bestrijding van gemeentelijke huishoudings- kosteu, is zij min of meer zuiver onder de belastin gen opgenomen, maar velen keuren haar voor de be hoeften van Staathuishouding, af. Daarbij komt nog de vraag *1$ zij een proportioneele of een progres sieve In 't eerste geval betaalt ieder in evenre digheid van zijn bezittingen, niet meerin het twee de wordt de arme en geringe burger geheel vrijgela ten, en de vermogende en aanzienlijke met steeds klim mende druk belast. Hoe grooter het vermogen, des te grooter het deel dat de bezitter ten behoeve van den Staat moet afstaan, liet laatste stelsel verdient volgens sommigen afkeu ring, omdat er in belastingzaken geen voorrecht mag bestaangeen startd toch mag zwaarder gedrukt wor den ten voordeele van een ander, die dan geheel of door II. «RAUV. Weder legde zij haar voorhoofd tegen do ruiten. Niets was te herkennen in de dichte duisternis dan de zware takken der linden, die als schaduwen in den storm zich heen en weer bewogen. Al verder en ver der ging de wijzer van de klokmaar zoo langzaam, ach, zoo eindeloos langzaam. Daar werd opeens zóó hard aan do bel getrokken, dat de schrille klank door het geheide huis weerklonk. Emma sprong op. Wie kon het zijn Ferdinand in geen gevalhij kwam niet te voet en vooral niet, als hij uit de stad kwam. Misschien een bode Maar vanwaar En als het een bode was, wat kon dan zijn haastig komen op dit uur anders beteekenen dan een ongeluk Bij die gedachte kromp haar hart ineen. In den gang klonken luide stemmen, alsof de be diende aan iemand den toegang weigerde. Emma leg de den knaap in den stoel en ijlde, over geheel haar lichaam bevend, naar de deur. gedeeltelijk van dien druk ontheven wordt. Heelt ook de geringere geen genot van de diensten, die tic Staat aan de maatschappij bewijst, en kan dan ook van hem niet met recht zijn deel in de vergoeding voor dat genot gevraagd worden Op die w ijze zou er een premie worden gesteld op niet sparen de ver kwisting zou er door aangemoedigd worden. Maar toch is er aan den anderen kant veel te zeggen voor den maatregel, dat hij, die een zeer beperkt inkomen heeft, die juist genoeg heeft tot de voldoening der meest noodzakelijke levensbehoeften, ontheven wor de van de betaling van belastingen, omdat de ontne ming van een deel van dat vermogen zijn bestaan zou aantasten. Wij zeiden straks, dat liet bedrag der belasting nimmer hooger gesteld worde dan voldoende is voor de bevrediging van de behoeften van den Staat. De maatstaf voor die berekening zij vast, duidelijk en juist, 't Bedrag moet in den regel zoo hoog gesteld wezen, dat de belasting kan gerekend worden zonder bezwaar het meeste op te brengen. Daarvoor toch voorkomt men al te groote verscheidenheid van belasting, wel ke oui de omslachtigheid in het beheeren, groote kos ten van inning noodzakelijk maakt. Een belasting moet daarbij nooit den voortbrengenden arbeid der menschen belemmeren en hunne voortbrengende kracht aantasten. Dit bezwaar kan gelegen zijn zoowel in het wezen, als in den vorm der heffing van de belastiDg. I11- tusschen is dit een bezwaar, dat min of meer aan alle belastingen gemeen is. Immers een belasting op de levensmiddelen bijvoorbeeld, kan de menigte er toe brengen, om, in plaats van deugdelijk voedsel te ge bruiken, zieli met minder kostbare, maar ook minder deugdelijke surrogaten te behelpen. Daardoor wordt de arbeidskracht verzwakt, de voortbrenging achter uitgezet en een gevolg is dat de producten minder en daardoor duurder zullen worden. Belemmeringen in 't bedrijf of in 't maatschappe lijk verkeer tot helling der belasting, kunnen allen „Wie is daar, Frans p" „Een meisje, mevrouw. Zij wil u spreken, maar ik weet niet, of „Laat haar binnen, gauw Emma ging verschrikt eeue schrede achteruit, toen een jong, haar geheel onbekend meisje zonder hoed en mantel, haastig de kamer binnentrad. De storm had hare haren in de war gebracht en de regen hare kleederen doorweekt. Zij was doodsbleek en door den snellen loop ging haar boezem stormachtig op en ne der. „Uw man ze willen hem vermoorden uitte zij, maar adem hijgend. Emma stond een oogenblik als versteend, maar met bewonderenswaardige kracht was zij zich zelve woder spoedig meester geworden. Thans, nu het gevaar na derde, nu het gold het in de oogen te zien, kwam er ecne rust en vastheid over haar, waarnaar zij den geheelen dag tevergeefs gestreefd had. „Wat zegt ge, meisje, verklaar u, spreek duidelij ker," zeide zij, „ga zitten, ge zijt uitgeput." Dc aangesprokene zonk krachteloos in een stoel ne der. Eenige seconden hoorde men in de kamer niets dan hevig ademhalen en het tikken der klok. Toen sprong de vreemde op. „Oin 's hemels wil er is geen oogenblik te ver liezen, ze zijn reeds -onderweg vooruitgang en ontwikkeling tot stilstand doemen-^ De kosten en formiliteiten van in- en uitvoer—belast tingen kunnen oorzaak zijn dat een belangrijke takA- vau den groothandel van de eene plaats naar de an ft9 dere wordt overgebracht, wanneer door die belemim■-C* ringen het snel en gemakkelijk verplaatsen der prot'6 ducten verhinderd wordt. Het eenig doel van elke belasting moet zijn onjl0 bijdragen te bezorgen aan de schatkist ter voorzie-»'1 ning in de behoeften van den algcinecnen dienst.19 Bijoogmerken van anderen aard, als het verbeteren lo der zedelijkheid of andere, moeten bij eene beoordee®1 ling harer waarde niet in aanmerking komen. Op» eeu andere wijze behoort dus de belasting niet in te grijpen in de bijzondere belangen der burgers, en het® valt niet te ontkennen, dat bij de heffing van dcu" personeele belasting daartegen wel eens gezondigd wordt. Om de betaling der belasting te voorkomen?- veranderen velen hun manier van leven, en ontzeggende zich al te vaak het genot van de onmisbaarste bron-111- nen van levenskracht en genot zooals lucht, licht, bo-lr hoorlijke warmte en zoo meer. rs -en ts- De vraag is niet onbelangrijk welke belastingen de r~ bc ste zijn, de directe of de indirectewant een eeui ge belasting, waarvan wij hoven spraken, (waarvoor11 dan natuurlijk de allerbeste b. v. een inkomstenbelas*n~ ting zou genomen worden) is tot dusver nog een ide1 aal gebleven. ,n" Die vraag is dan ook op verschillende wijzen beE° antwoord. 1:11 De voor- en tegenstanders van directe belasting heb 'e~ ben op dit punt zeer uiteenloopcnde meenjngen. Prijs de een de directe belastingen ten zeerste, aan, de an der verwerpt haar geheel om de indirecte als dc beste voor te stellen. J® 't Ligt niet op onzen weg en ons bestek gedoog !m liet ook niet die grondeu uitvoerig te bespreken ro~ We willen liever een en ander noemen met betrek-1 ink „Wie is onderweg spreek, verklaar n, meisje m nog weet ik niet, wat ik doen kan, om het gevaar waarvan ge spreekt, af te wenden." ;ar" „lk ben dc dochter van den herbergier uit den „Roo' den Haan" in de benedenstad," begon Anna, en n c sprak zij zoo snel mogelijk. „De "arbeiders uit d fabriek kwamen daar straks bij ons, om met elkande f11 te beraden, wat zo zouden doen. Ze waren woedenc ff omdat het hun niet gelukt was, de fabriek te doe stilstaan. De ergstcn van allen zaten in de kamet, van mijn vaderze wilden niets iueer van onderhal nd de tel- cel delingen weten en raasden en schreeuwden, dat me t en voorbeeld moest stellen otn de andere fabrikante len te waarschuwen en de zaak met geweld ten einde t'an brengen. Hoe meer ze dronken, des te wilder e" toorniger werden ze,- er waren er onder die voortdi 'r rend tic anderen opstookten. Mijn vader zij b< 'en dekte het gelaat met hare handen en een krampael r-a tig snikken deed hare borst zwoegen. J.lu „Vorder verder drong Emma bij haar aan me'1 bestorven lippen. 1 e „Ik was in mijne kamer zo ligt naast de acl'6"' terkainer „en kon ieder van de luid gesproken woorden lioorcn. Eenigeu meenden, dat men die Rcimann een pak slaag moest geven, dat hem zij leven Lang heugen zou. Als hij door liet werken was dc gcheele onderneming bedorven. Doodslaa f

Krantenbank Zeeland

Nieuwsblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1892 | | pagina 1