voor ZEEUW SCH-VLA ANDEREN. NIEUW LEVEN. Sajaaisstoimen, No. 29. Zaterdag 16 April 1892. le jaargang FEUILLETON. H. BRAM. ABONNEMENTSPRIJS: Per 8 maanden 40 ets; franco per post 45 ets. Voor Amerika f 2.90 per jaar bij vooruitbeta ling. Abonnementen worden aangenomen bij alle Boekh., Brievong. en J. Tak Jr. te Seboondijke. ADVERTENTIE P R IJ S Van 1 tot en met 4 regels 25 ets.; elke regel meer 5 ets. Groote letters worden naar plaats ruimte berekend. Advertentiën worden ingewacht tot Vrijdagnamiddag 5 uur bij den Uitgever. Deze Courant verschijnt eiken Vrijdagavond bij den Uitgever C. DIELEMAN, te Groede. By dit nummer behoort een bijvoegsel. De gansclie Christenheid staat aan den voor avond van een harer hooge feesten. Even als kort te voren de blijde boodschap gebracht werd op het eenige, heerlijke Kerstfeest, zoo zal nu de Paaschgroet weerklinken. Heldere klokketonen weergalmen door de hel dere, blauwe lucht en straks trekt een groote schare tempelwaarts. Oud en jong, rijk en arm, aanzienlijk en gering, geleerden en eenvoudigen zullen hooreu van den Man, die in reinheid van wandel voorbeeldig, in zelfopoffering weer galoos, in liefde tot zijn beginsel onovertroffen was; die zijn leer predikte met kloeken moed en van zijn geest wilde overstorten in de har ten zijner tijdgenootcn en die zijn prediking met zijn bloed bezegelde. Zij zullen liooren van de bittere ervaring, welke hij opdeedhoe de leu gen een hardnekkigen strijd voert met de waar heid, hoe de duisternis kampt met het licht; hoe schijnbaar de leugen overwint en de duis ternis zegeviert hoe de waarheid voor een oo- genblik onderdrukt, het licht in dikke neve len wordt gehuld maar ook, hoe uit den dood het leven wordt geboren en de waarheid ten laatste zich te krachtiger deed hooren en het licht te helderder straalde. Zijn arbeid was dus niet te vergeefs geweest, en de triomf was te schooner, naarmate de strijd heviger was. Een nieuwe toestand werd gebo ren, de maatschappij in al hare deelen hervormd; nieuw leven werd gewekt, en het licht, dat lang onder de koornmaat verborgen was, werd op den kandelaar geplaatst. Van daar die melodieuse klanken, die blijde hymnen, die liederen van triomf en victorie. „Toen ik om zeven uur belde, weigerden Bur- meister, Brandt en Meinicke aan het werk te gaan. Zij zeiden, dat zij voor het tegenwoordi ge loon niet meer blijven, maar eerst weten wil den, of het nog de moeite waard was om te be ginnen. Voor het bedelgeld, zooals tot nu toe, roer den zij geen vinger meer. En toen ik hun be val zich rustig te houden en aan het werk te gaan, daar het mijne zaak niet was, om daar over met hen te twisten, begonnen ze op te spe len en wilden mij te lijf. Maar ik kan mij ge lukkig zulke onbeschaamde knapen, die pas uit het ei gekropen zijn, nog van het lijf houden. Toen liepen ze naar de groote machinekamer, riepen de anderen naar buiten, scholden en schreeuwden, dat men hen als honden behan delde, die men ook wcgranselt, wanneer ze zich De oude Germanen vierden het verjongings- feest van de natuur op denzelfden tijd, waarop wij ons Paasclifeest vieren. De Israëliet viert zijn Paasclifeest ter herinnering aan de verlos sing uit het Egyptische diensthuis. Eigenaardige overeenstemming Opwekking, nieuw leven zijn de grondtonen van de gebeurtenissen, die in deze dagen wor den herdacht. Gegroet, heerlijk PaasclifeestGij zijt ook ons 't symbool van opstanding uit den slaap des doods, van nieuw leven. Gij doet de harten der menschen kloppen van dankbare vreugde bij heerlijken zonneschijn na donkere dagen, bij helderen hemel na bewolkte lucht. Want gelijk op 't Paasclifeest de hooge bo gen der domkerken weergalmen van de lofzan gen der geloovigen, en in de nederige, dorps kerk liefelijke tonen ruischen, zoo is 't, ook in „die kerk van ongekorven hout", daar buiten in boscli en veld. Of is bij de komst der Lente, bij het ver- jongingsfeest der schoone natuur, het gelaat des aardrijks niet als veranderd Erkennen we niet een hoogere macht, die zich openbaart in al 't ge schapene, in 'tkleine en in 'tgroote; in 'tbe ven van den droppel, die daar hangt aan een blad, in 't bruisen van de zee, die daar beukt op de rotsen, in 't. schitteren van glimwormen en in 't gloeicu van zonnen Begeven we ons naar buiten en laat ons op merken hoe de golieele natuur ons predikt opwekking en nieuw leven De boomen vor men knoppen en botten uit; sommigen begin nen zich tc tooien met hun schoonste kleed, rozerood en sneeuwwit. De bloemen der weide kijken uit de aardehet liefelijkst groen begint het oog te streeleu. Wat in kluisters en boei- niet met een afgeknaagd been willen tevreden stellen, en haalden de anderen over met hen ge- meene zaak te maken." „Ja, Möller heeft gelijk riepen een paar stemmen van de rechterzijde van het plein, waar een troep oudere mannen uit het dorp stond, „Burmeister is begonnen." „Burmeistcr, Brandt en Meinicke treedt voor?" beval Reimann. Een dof gemor liep door de rijen der werklieden toen trad een jong mensch voor, over wiens ruw gelaal een schaam teloos lachje zweefde. „Nu, waar zijt ge dan bang voor lachte hij, zich tot zijne makkers keerend, „komt maar Mijnheer Reimann heeft immers geroepen en nu moeten we wel dansen 1" Nu voegden zich nog twee mannen bij den spreker, terwijl de kring van de anderen zich dichter sloot. Duidelijk kon nu de fabrikant den toestand overzien. Een groot gedeelte der arbeiders scheen eene afwachtende houding te willen aannemenmaar geheel vooraan bemerkte hij eene oproerige groep, die den drie rustver stoorders den rug dekte, en besloten scheen hen, indien het noodig was, bij te staan. Tegelijk zag hij echter ook, hoe eene kleine schaar zich afzonderde en zich voegde bij de groep, die aan en geslagen was wordt vrij, en allerwege klinkt het feestgeschal, ter eere van de Lente. Hoor hoe de vogels tjilpen op de nu nog naakte takken en opstijgen naar den heerlijken, blauwen hemel. Alles- de groenende aarde, de stille hemel, de koesterende zon- alles predikt ons nieuw le ven. Nieuw leven Is het ook bij ons gewekt Hebben wij /.6ó geleefd en gewerkt en gestreden, dat bij ons geen vernieuwing, geen verandering en verbete ring noodig is Zou het na ernstig onderzoek van ons eigen hart niet noodig bevonden worden in sommige opzichten een nieuw leven te beginnen Als ons eigen ik te veel op den voorgrond tradals een koud egoïsme ons door zijn killen adem versteende, dan toch behoorden we bij tijds dien weg te verlaten, en in dit opzicht zeker een nieuw leven en streven te beginnen. Als liefdeloosheid ons belicerschte, als de haat in ons binnenste zetelde, is het dan geen tijd om in dien toestand verandering te brengen ten goe de Hebben we 't goede niet verloochend, de waar heid niet verkracht en 't soms driest en stout uitgesproken Ik ken u niet Hebben we niet de leugen vrij gelaten en de waarheid gevangen gegeven Hebben we niet anderen een kruis op de schouders gelegd door onze handelingen 't Zijn vragen, die der overweging wel waard zijn, en indien we ons aan 't een of ander schul dig rekenen, is 't dan geen tijd een ander, een nieuw leven te beginnen Wie heeft niet de treurige ervaring opge daan, dat zijn beste bedoelingen werden mis- de rechterzijde stond. „Is het waar, wat de opzichter mij gezegd heeft F' vraagde Reimann op strengen toon. „Waarom zou het niet," antwoordde Burmeis ter brutaal, „wij hebben niets te loochenen en niets te verbergen. Wij willen alleen maar ons recht, dat ons niet gegeven wordt. Wanneer de lieeren door de tegenwoordig goede zaken hunne zakken vullen, dan willen wij, die het geld verdienen, er ook wel wat van hebben. Dat willen we, niet waar, kameraads F' „Ja, dat willen we „Burmeister heeft ge lijk „Loonsverhooging minder werkuren „Wij laten ons niet meer uitzuigen zoo klonk het van alle kanten door elkander. Op Reimanns voorhoofd vertoonde zich eene donkere wolk, zijne gestalte verhief zich en zij ne oogen zagen dreigend op de oproerige me nigte neer. „Stilte 1" riep hij met eene donderende stem. „Niemand is geroepen te spreken. Ik heb met u voorloopig niets te maken, wel met dezen hier wacht, tot de beurt aan u komt l" Deze besliste woorden misten hunne uitwer king niettenminste voor dit oogenblik was het oproer bedwongen.

Krantenbank Zeeland

Nieuwsblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1892 | | pagina 1