voor ZEEUWSCII-VLAANDEREN»
No. 8.
Zaterdag 21 November 1891.
1' jaargang.
J
FEUILLETON.
De holle hoorn
Binnenland.
A 15 O N A F, M E N 'J'S P K IJ S
Per 3 maanden 40 c-tsfranco per post 15 ets.
Abonnementen «orden aangenomen bij Boekhan
delaren, Brievengaarders en bij de Agenten A. J»
'oitnelis, te Breskons, J. T\k .Ir. te Sehoondijke.
A D V E R T K N T I E P R IJ S
Van 1 tot en met 4 regels 25 ets.; elke regel
meer 5 ets. Groote letters worden naar plaats
ruimte berekend. Advertentien worden ingewacht
tot Vrijdagnamiddag 3 uur bij den Uitgever.
Deze Courant verschijnt eiken Vrijdagavond bij den Uitgever C. DlELEMAN, te Groede
POLITIEK OVERZICHT.
Finaneieele catustrophen zijn in Duitsehland
aan de orde van den dag. Meldden wij de vo
rige weck twee kolossale bankfaillisSementen te
Berlijn, thans heeft te Charlottenburg iets der
gelijks plaats gehad. Verregaande achteloosheid
en de zeer verkwistende levenswijze van den
bankier Eduard Maas was oorzaak van dit bank
roet. lie man heeft een aantal hem toever
trouwde kapitalen en kapitaaltjes verduisterd ett
tot eigen gebruik aangewend. Be fondsen van
een paar liefdadige gestichten en die van een
weeshuis zijn geheel verloren gegaan, terwijl 150
kleii.e kapitalisten hun geld reddeloos kwijt zijn.
lie bankier heeft zich te Berlijn vrijwillig in
arrest komen begeven, maar met dat al zijn de
lui, die hem vertrouwden, hun geld kwijt.
11e Keizer van Oostenrijk, Frans Jozef, heeft
in zijn antwoord op de toespraak van den voor
zitter der Ilongaarsche afgevaardigden, welke
■met de Oostenrijksche delagaticn bij den keizer
zijn toegelaten, te kennen gegeven dat de be
trekkingen tot alle Mogendheden goed en die
■der verbondenen zeer vriendschappelijk waren.
De Regeering, aldus verzekerde deze monarch,
is er van doordrongen dat het behoud van den
vrede de beste waarborg is voor het geluk en
de welvaart der volken. Niettegenstaande de
staatkundige toestand gevaren blijft opleveren
en men zich overal wapent, is de behoefte aan
vrede algemeen, liet zou 's Keizers vurigsten
wensch zijn aan zijne volkeren ten slotte te kun
nen verklaren, dat de gevaren, welke den vre
de bedreigden, voor goed waren afgewend.
Bij die gelegenheid betuigde de genoemde
voorzitter, Graaf Zichy, zijn dankbaarheid daar
voor dat de internationale geschillen sedert liet
Vorige jaar niet scherper waren geworden.
Hij drong aan op een beleidvol en vastbera
den optreden tegen het beroerend streven van
novelle van
A. PALM.
IV ij gingen verscheidene zeer ruime en schoo
ne vertrekken door, on terwijl de huishoudster
eenige vensters opende, trad ik eene rommel
kamer binnen. Hier zag ik verscheidene boe
ken, en plotseling werd mijne aandacht getrok
ken door eene schilderij, die omgekeerd tegen
den muur stoiid. Ik keerde ze om en mijn oog
viel op een verrukkend schoon, jong meisjesge
laat met groote, treurige, blauwe oogen een
gelaat, frisch als een pas ontloken roos. Bet
goudblonde haar hing in eene golvende tnassa
over den blanken hals en de schoon gevormde
schouders. De lippen vormden zich tot eert
glimlach, maar in de oogen zag men eene die
pe schaduw van leed, eene uitdrukking, die mert
vaak ziet bij dezulken, die jong sterven. Deze
treurig glimlachende sc roonheid boeide mij met
onweerstaanbare krachthare oogen schenen eert
pijnlijk geheim te verraden.
hen, die van de moeilijkheden op sociaal gebied
partij zochten te trekken.
Mogen al die vredelievende verzekeringen geen
ijdele klanken blijken te zijn, hoewel men hier
en daar diebeteekenis gewantrouwd heeft, wel
ken indruk de Miuistef-President Kalnoky heeft
trachten weg te nemen, toen hij in de Ilongaar
sche Delegatie het woord voerde.
Typhettse koortsen nemen in de noodlijdende
streken van Rusland onrustbarend toe. In de
gouvernementen Kasan en Orenburg is de ellen
de zoo groot, dat allerlei soort van afval wordt
verslonden. Een vrouw, die het lijden harer
kinderen niet langer kon aanzien, bracht hen
om het leven en sloeg daarna de handen aan
zich zeiven.
Drie voorname Protestanten, geestelijken, zijit
gevangen genomen en tot vijf jaar deportatie
veroordeeld.
Op last der politie te St Petersburg zijn alle
Protestantsche kerken, behalve de Lutersche, ge
sloten.
Ook omtrent do Jodenvervolging heerschen
bij de Regeering nog geen vredelievende voor
nemens.
De Gouverneur toch vah Odessa, zoo wordt
gemeld, hield onlangs een toespraak, waarin hij
de Joden opwekte zich op den landbouw toe te
leggen, in plaats van Rusland te verlaten. Hem
is echter aangezegd niet weder zulke gevoelens,
lijnrecht in strijd met die der Rcgcefing, te ver
kondigen.
Een bewijs boe treurig ook in dit opzicht de
toestand der Israëlieten in Rusland is, en hoe
weinig de Regeering in dezen geneigd is toe
te geven.
Be president der Brazilinansche Republiek, die
zulke scltoone beloften deed (zie ons vorig iir)
is ook de ware broeder niet. Althans naar luid
der berichten neemt het verzet tegen zijn ge
weldenarijen meer en ineer toe. In Rio Gran-
Daar kwam de huishoudster de kamer binnen.
Be vrouw verbleekte.
„O juffrouw Halm, als ik u bidden mag, kom
daar niet aaii, doe het weg1" zeide zij vol angst.
„Hoe onvoorzichtig van ndj u hier binnen te
laten! Zeg als 't belieft aan niemand, dat
gij het portret gezien hebt!"
„Dat beloof ik zeer stellig, als gij mij slechts
zeggen wilt, wie dat portret voorstelt."
Zij naderde mij ert zeide gejaagd, terwijl zij
het portret uit mijne handen Ham
„Het is het portret van juffrohw Yaleska
Bruhn. Zij was een pleegkind van onzen heer
en wanrteet gij zegt, dat gij deze schilderij ge
zien hebt, dan moet ik dit huis verlaten."
Ik gaf de gevraagde belofte zeer tegen mijn
zin. Toen gingen wij verder en kwamen in eene
rij kamers, welker vensters uitzageit op het groo
te halkon, dat in den zomer geheel met bloe -
men omgeven was. Ik trachtte de deur van de
volgende kamer te openen, hetgeen mij echter
niet gelukte Weder kwam de huishoudster in
haast op mij toe.
„Gij schijnt gaarne te doen, wat gij niet rnoogt
doen, juffrouw," zeide zij. „Dit is de gesloten
kamer. Gij kunt er niet in, en zij zal, zoolang
wij leven, niet weder geopend worden."
de is dat verzet met goeden uitslag bekroond.
En die beweging is niet zonder grond.
Zijn optreden heeft veel wog van een schrik
bewind. Zoo zijn op dit oogenblik te Rio Ja
neiro alle dagbladen, op drie na, welke de dic
tatuur goedkeuren, verboden.
Een aantal Congres-besluiten zijn bij decreet
vernietigd.
Keizer Pedro gewezen Keizer van Brazilië ziet
met smart de dreigende scheuring van het rijk
en is bereid, indien de natie zulks verlangt naar
Brazilië terug te, komen om aan den avond zijns
levens een laatste» dienst aan het vaderland te
bewijzen,
Gardarillo, Minister van financiën onder Balma-
seda is, naar uit Santiago in Chili gemeld wordt,
plotseling doodgebleven. Men meent te. moeten
denken aan zelfmoord.
De C'hineeSche regeering heeft nit 1000 pond
aan de nagelaten betrekkingen der slachtoffers
van de jongste ongeregeldheden Uitbetaald.
Door de gewijzigde wet bp het L. O. zijnde
vrije- en ordeoeië.ningen en spelen voor de L. S.
verplichtend gesteld. Nog enkele jaren en het,
nieuwe leervak zal algemeen ingevoerd zijn. De
onderwijzer, die dett van honger hand hem op
gedrongen nieuwelihg nu met wantrouwen of
afkeer aanziet, Zal zich aan hem wennen, wel
licht leeren vaafdCeren Cn zeker is 't, dat de
schoolmanhen, voorgelicht door de praktijk, aan
de nu nog tamelijk onbepaalde vormen vastheid
van lijn en omtrek zullen trachten te geven.
AVat op den dttUr in de schatting der meerder
heid zich als hét hoofdbestanddeel zal llandha-"
ven, wie zal 't Zeggen Nü reeds echter Ji-
men met Zekerheid beweren, iaXjiet^Sféfen op
alle. scholen zich eene blijvende plaats zal ver-'
werven.
v .r IMTI-T-, i
Ik keek haar verwonderd aart.
„De gesloten kamer! AVat méattï gij daar-'
mede P Zeg het mij
„Mijnheer sloot ze," heïriam zij, „nit driejaar
geleden. Den sleutel wierp hij iii liet „heer, en
niemand mag de kamer openen, zoolang hij
leeft."
„Maar waarom sloot hij ze af? AVat is er
in? vroeg ik.
„Dat kan ik u niet zeggen, juffrouw. AAran-
neer mijnheer of de freule het doen, dan is het
wat anders. Dienstboden mogen de gehcimetl
van hunne meesters niet verklappen."
Zeker niet," hernam ik spoedig. „Ook zal ik
Cr u niet meör om vragen. Gij zult zien, dat
ik voorzichtig ben. Geloof niet, dat ik melding
Zal maken van hetgeen ik van morgen gezien
cn gehoord heb."
Toen ik de huishoudster verlaten had, waren
mijne gedachten geheel verward. Iedere familie
heeft weliswaar hare verborgenheden; maar hier
was alles zoo geheimzinnig. Irmgard weigerde
te huwen stond dit in verhand met deze sehoo-
ne jonge Valeska? Leefde zij nog, of was zij
gestorven? AVat had zij gedaan, dat de land
heer uit, doodelijken haat of uit schaamte alle
sporen van haar bestaan trachtte te verbergen?