Ik ben niet gekant tegen redelijke voorzien-.ng in de behoeden zelfs niet tegen cenige uitbreiding van leer middelen, en daarom stel ik voor het cijfer ie reduceren tol l «M'Ó voor iedere school, dat is -voor de 1) scholen f 27,(X.U. Als ik dus, om nog een toeslag te geven en een rond cijfer te nemen, f 30,000 aftrek van de 54,1)00 kom ik tot het eijfer van miju .amendement, namelijk tot vermindering van art. 120 met 1 24,000 Ik doe nog opme.ken det ik het recht van af- en overschrijving dat bij de/.en begrootingapost bestaat niet ontnemen ■wil, ofschoon dit"in de atdeelingen wel degelijk een punt van overweging heeft uitgemaakt. In het Verslag toch staat, .terwijl de bevoegdheid óm uit dit artikel voor on voorziet»? uitgaven U' kunnen overschrijven, werd aigekeurd'. j Dc Mi uister nam van dezen post, door vecauderde omstandigheden, f 40.000 direct terug, en verdedigde de 1' 54.000 voor hulpmiddelen door te wijzen op de nieuwe kweekscholen te Deventer en te Nijmegen en door te,wijzeu op de ain de kweekscholen verbondcue leerscholen. Niet tot genoegen van deu heer de Jonge echter, die zegi i Wanneer ik 80 leerlingen per school neem men verguune mij dit statistieke overzicht, daar is'nog al liefhebberij voor in de Itaiiier, dan verkrijg ik 0 X 80 720 leerlingen.En volgens die berekening komt men dan opecnesom van f70 per leerling voor leermiddelen die som m;ig inderdaad ruim en over dreven genoemd worden. Ik zou werkelijk niet weten hoe men met aniere inrichtingen zou moeten handelen, als dergelijke uitgaven jaarlijks terugkeerden. De Minister heeft gezegd: gij moet rekening houden fnet het onderwijs in teeltenen, muziek en gymnastiek. Ik kan mij voorstellen dat voor het onderwijs in het teekeneii jaarlijks eeoige aanvulling van'voorbeelden, ph-isterraodcllen enz., die tegenwoordig vrij goedkoop zijn noodig is. - Wat de muziek aangaat, neem ik aan dat er onder wijs wordt gegeven op het orgel, de piauo, de viool enz., maar, als cenmkal die instrumenten zijn aange kocht, dan keert die uitgaal toch niet telkens terug Voor het onderwijs in de gymnastiek heelt men toch bij de oorspronkelijke inrichtiug voor instrumenten gezorgd; waarvan de kosten van onderhoud zoo weinig zijn, dftt men ze schier niet ii\ aanmerking belioeii to nemen. Nu moge het onderwijs in do gymnastiek ook geweldig zijn vooruitgegaan, maar bij de inrichting der scholen zal toch wel voor zoodanige werktuigen ge zorgd zijn, dat men de gymnastiek in de perfectie zal kunnen leeren. De Minister heeft nog opgemerkt, dat aan elke kweekschool eene leerschool is verbonden. Ik had mij reeds op die bedenking voorbereid. Er zouden dus nog 8 leerscholen bijkomen, maar dan wordt het cijfer nog f3000 per kweekschool en leerschool. De Minister haa dus, alihans wat de'hulpmiddelen voor het onder wijs betreft,-kweekschool en leerschool moeten zetten; maar dan nog acht ik het doör mij voorgedragen cijfer meer dan voldoende. In wèerwil dus van de vermin dering die de Minister reeds heeft aangebracht, en die ik natuurlijk met genoegen heb gezien, blijf ik bij het door mij voorgestelde cijfer, waaruit op behoorlijke wijze ip dc behoeften krn worden voorzien. Ook dit amendement behoeft het wel gezegd te worden werd verworpen door dc party, die „on derwijs0 ten hoogstch troon verheft, al zou Nederland er ook om vergaan. Zonder veel discussie, werd gisteren de vesting- begrooting met 69 tegen 10 en de tweede oirlogs- begrooting van den Minister Eeuther met 62 tegèn 27 stemmen aangenomen. Tegen de vestingbegrooting stemden de heerea Do Vos .van Steen wijk, Van Eysinga, Zijlker, Borgesius, Wybenga, Idzerda, Viruly, 8ohepel, Sandberg en Van Houten. Tegen de be- grooting van oorlog stemden.de heeren Idzerda (zooals deze verklaard^ uitsluitend wegeus het hooge eindcijfer Lentiug, VanvOsenbruggen, Viruly", Bombach, Hingst Tak, van Poortvliet, Schepel, Köol, Kops, Sanberg, De Joüg, Gratama, De Meyier, Van Houten, De V03 ran Stéenwyk, Van Eysinga, Van Delden, Van. Blom, Zylker, Borgesius, Bergsma, Wybenga, Holtóman, Lieftinck, Mirandolle en Seret. De heer Véning Meinesz had zich reeds voor 'de eindstemming ver wijderd, terwijl de heeren Godefroi, Van Gennep, Cre'mers, Löhman, Van der Hoop en Schagen van Leeuwen wegens ongesteldheid afwezig waren. Al de amendementen van de Commissie van rap porteurs werden aangenomen, al de amendementen van den heer Lenting, die nog meer wilde bezuinigen, verworpen, f 902,500 werden uitgewonnen door de volgende bezuinigingen f 65,000 bouw eener in- fenterie-kazerue te Arnhem; f 286,000 bouw eener cavalerie-kazerne "'op rijkagrond te Haarlem en bouwen van cavalerie-stallen en van eene overdekte rijbaan öp xyksgrohd te Haarlem, f 2500 bezuinigen op een privaat by de kazerne te Gouda;' f 250,000 voor dc verbetering van de stelling van Amsterdam, waarvan de -plannen nog niet in hun geheel waren vastgesteld f150,000 voor de verbetering der stelling op den zuidelijken oever van bet Hollandbch Diep en £150,(^00 voqr het maken van een werk bij Willemsdorp. Euim 21 milliobn werd voor Oorlog toegestaan. Ige van de aanhoudende regen der laatste is- net water op onze rivieren weder zeer ge wassen. De omstreken van 'a Hertogenbosch staan op nieuw -blank, aan eene zee gelijk. Gisteren bracht dc Commissaris des Konings, jhr- mr. A. P. C. Van Karnebeek, vergezeld van mr- Polman Kruiseman, commies ter provinciale griffie, het eerste officieel bezoek aan Vlissingcn. Na ten raadhuize verschillende autoriteiten, besturen en particulieren, die hunne opwachting kwamen maken, te hebben ontvangen, bopd de burgemeester de heer A. Smit, ten zijnen haize aan den Commissaris en een ige autoriteiten der gemeente een déjeuner aan. Na afloop hieryan bezocht de Commissaris de inrichtingen van openbaar en bijzonder onderwijs, het gasthuis cn het weeshuis. De hoofdcommissie der vereeuiging voor christelijk- nationaal schoolonderwijs heeft aan den minister van binncnlandsche zaken een schrijven medegedeeld, van den heer Moquette predikant te Sneck, waarin wordt medegedeeld, dat door den burgemeester van Nicuw- veen ïd zijn* kwaliteit, is gewaarschuwd tegen mevrouw Saase, geb. Schoenmakers, voorgevende Toor een chris telijke school te Nieüwveen te willen verzamelen. Daar de collecte-reis van die datnc door de hoofd-conr'ssie e-o door een veertigtal predikanteu uit onderscheiden plaatsen van het land bij de vrienden van het chris telijk onderwijs is aanbevolen, meent de hoofd-com- missie, dat bet hier geldt een geval van een burge meester, die van zijn ambtsbetrekking misbruik heeft gemaakt om het christelijk onderwijs tegen te werken. y, Scrli, Sthool rit bending. VONNIS, Ü1TGESPBOKKN TEGEN de heeren Sibmacher Zijnen en Koch, in zake do aaijnemingskwestie. Het Classikaal Be3tuur van Middelburg,-herhaalde lijk door het Provinciaal Kerkbestuur vau Zeeiaud aangemaand alsnog een onderzoek in te stellen naar wat aanleiding gaf tot, en voorviel in bet geschil in I den boezem van den Kerkeraad »an Middelburg, en nu laatstleden wederom een dringend schrijven van datzelfde college ontvangen hebbende, waarop categorisch antwoord verzocht werd, en gemeld werd dat naar zijne meening door de ouderlingen te Middelburg een verzuim was gepleegd, welk verzuim volgens de woorden der missive van het Prov. Kerkbestuur van Zeeland „heeft aanleiding gegeven tot een openlijk geschil in do Kerk te Middelburg, en tot eene groote teleurstelling voor een aantal leerlingen, die als lid maten alzoo wenscben te worden ingeschreven;" Buitengewoon vergaderd op den 6en en 7en Dec. 1880, aanwezig de primi: G. C. Boomer, W. E. M. Engelberts, J. H. Geselschap, N. A. de Gaaij Fort man, en de secundi: J. W. Knottenbelt, C. C. Schot, P. J. Siegers en P- G. de Veij Mestdagh Ge'et op art. 27 Regl. van opzicht eu tuobt Gaat over tót de behandeling dezer zaak. Daartoe gezien alschrift der memoriën van den Middelburgschen Kerkeraad en van de heeren Sib- macher Zijnen en Kocb, behoorlijk gewaarmerkt den 3 Dec. 1880 ontvangen van den secretaris van het .Prov. Kerkbestuur van Zeelandde brochure van den heer, dr. F. P. J, Sibmacher Zijnen, getiteld „Het verzet des Kerkeraads enz.," Besluiten van Classflraal en ProvinciaalKerkbestuur in zake bet geschil in den kerkeraad'te Middelburg; Overwegende, wat de feiten aangaat, dat uit de •tukken voldoende blijlct, lo. dat de aan de predikanten Sibmacher Zijnen en Kocb, bij kerkeraadsbesluit van den 4en Maart 1880, ter aanneming toegevoegde ouderlingen, de ffagemaker. de KokTevel, Gideonse,r op den gestelden termiju niet verschenen, na reeds vroeger te hebben verklaard dat zij niet zouden kunnen* tegenwoordig ziijn, omdat het pas gearresteerde, en door hen, alsmede door de meerderheid van den kerkeraad, gewraakte art. 38 Godsd. Onderw. door deze predikanten werd gehono reerd 2o. dat toen de afgevaardigde ouderlingen niet kwamen, deze predikanten eigenmachtigtoen .voort gingen met het aantiemingswerk in gezelschap van bij voorbaat hiertoe door hen uitgénoodigde oud-ouder- lingeii, zooals zij beweren „ter verhooging van den indruk der" plechtigheid", terwijl, zij voorgeven, tot dit allés, hoewel tegen de kerkelijke wetleD en usantiën 1), gedrongen te zyn door hun geweten So. dat de alzoo onwettig aangenomen leerlingen dezer heeren Sibmacher Zynen en Koch, met beidér toestemming op Zondag'den 14eu Maart 1880 in de Oost-Kerk te Middelburg door deu heer Koch in het openhaar zyn bevestigd, waardoor de onwettige daad der aanneming in het openbaar werd voortgezet cn bekrachtigd, en alzoo werd" tot een geruchtmakend en ergerlijk feit; 4o. dat toen daarna de kerkeraad van Middelburg, cn zulksvolkomen naar recht, weigarde deze aan- i nemiug te erkennen, cn alzoo de onwettig aangenomen 32 leerlingen in te schrijven in het lidmatenboek der ge meente, dc predikanton Sibmacher Zijnen en Koch, voorgevende door dit brsluit bezwaard te zijn, zich bebbeu gewend tot het Classikaal Beatuur v»n Mid delburg, om na .de raadgeving en terechtwijzing van dat bestuur,-bij uitspraak --an den 15en April 1880 ontvangen,, evenwel nog verder hunne z*ak, alsof zij volkomen rechtvaardig ware, to mainteneeren 2) door een. beroep op het Prov. Kerkbestuur van Zeeland, terwijl de beer' Sibmacher Zijnen ook noodig oordeelde deze zaak, en het vermeende onrecht hem aangedaan, in publiek geschrift te moeten brengen voor de recht bank der algeineeue opinie, waarbij hij zich niet ont ziet, met bet oog op vraag 44* Zondag 16 v. d. 'Heidelb. Catechismus te spreken van „de knoeierij van de rechlzinnigen der 16e eeuw" (pag. 7 regel 4 van onderen) de daden van dep Middelburgschen kerke raad in de aannemiugskwéstie te noemen, „werken der duisternis" (pag- 4 regel 10 van boven), ja zclfs'Voo ver de wclvoegelijkheid te vergeten van te schrijven, als op- pag- 15 zijner brochure te lezen staat, en op pag. 31 regel 17 van boven vergeleken met pag. -%L regel 19 van boven, waar niet onduidelijk zijne ambts broeders worden gequalificecrd 3) als dezulken, „die on kundigen en onnadenkenden zand in de oogen strooien," alsmede op pag. 3*2 regel 12 van boven, vergel. met pag. 6 regel 12 van boven, „die hun gewet-en inslaap houden door psalmgezang en gebed Ovenregende in rechten, dat de bovengenoemde handeling van de vier ouderlingen, door bet Prov. Kerkbestuur van Zeeland in zijn schrijven aan het Classikaal Bestuur van Middelburg equalificeerd als een verzuim dat heeft aanleiding gegeven tot een open lijk geschil- in de Kerk te Middelburg en tot een groote teleurstelling voor een aantal leerlingen, die als lidmaten alzoo toenschen te worden ingeschreven", na onder zoek niet alzoo kan worden genoemd. Immers het wegblijven der ouderlingen noopte de heeren Sibmacher Zijnen en Koch niet in het minst tot het verrichten eener onwettige daad, tot aanneming in strijd met de reglementritfre bepalingen; Daar nu juist deze daad van de heeren Sibmacher Zijnen en Koch aanleiding heeft gegeven tot een open lijk geschil in de Ktrk te Middelburgen t'ot eene groote teleurstelling voor een aantal leerlingen en het door -het Provinciaal Kerkbestuur zoogenaamd ver zuim der ouderlingen reebten** van geen |jn~ vloed kan noch mag worden jeachl op de daad der bovengenoemde predikanten, ja veeleer juist door dier heeren eigenmachtige daad dat zoogenaamd verzuim der ouderlingen onher stelbaar werd gemaakt, zoodat met geen mogelijk heid, al wilde men, hierin volgens alinea 1 art. 4 Kegl. Opz. en Tucht, zoude kunnen worden gehandeld, zoo yalt dat aldus" gequalificeerd verzuim geheel bui ten de termen van art. 4 vau evengenoemd regle ment Overwegende, dat de bovengenoemde feiten, waar door de heeren Sibmacher Zijnen en Koch in wel doordacht en streng doorgevoerd verzet zijn gekomen met de kerkelijke reglementen en verordeningen, die zij tegenover de ouderlingen, ter aanneming afgevaar digd, en wel bepaaldelijk wat betreft art. .38 regl. G. Onderwijs, beweerden geheel te willen gehoorzamen; maar dat bovenal de openbare bevestiging der alzoo eigen machtig aangenomenen, waarvoor beide predikanten krachtens hunne samenwerking, die ook in hunne memoriën, bij het Classikaal en Provinciaal Kerkbe stuur ingediend, wordt beledeD, gelijkelijk moéten worden aansprakelijk gesteld, alsmede het door den heer Sibmacher Zynen in publiek geschrift brengen van deze zaak voor de rechtbank der publieke opinie, zonder dat dit door- zynen medestander verhinderd of afgekeurd werd, niet anders gequalificeerd kunnen worden, dan als dragende het kenmerk van verstoring van orde en rust, eu van verzuim zoowel als van ver grijp in de uitoefening van Kerkelyke betrekkingen Overwegende dat de béide predikanten bleken zich wel bewust te zijn van hun verzet tegen de kerkelijke verordeningen,' en ter staving van bun goed recht geen anderen grond weten bij te brengen dan een beroep op art. 21 van bet Reglement voor de Kerke raden, welk beroep ook volgens uitspraak van het Provinciaal Kerkbestuur van Zeeland, juist door de iu art. 21 voorkomende bepaling „in tegenwoordig heid van een of meer ouderlingen" niet opgaat Overwegende, dat de heeren F. P. J. Sibmacher Zijncti en E. J. W. Kocb zich in bunne memorie, ingediend by het Classikaal Bestuur van Middelburg in zake het geschil in den kerkeraad, en nu bij ons berustende in afschrift, öp aanvrage, behoorlijk gewaar merkt d.d. 3 Dcc, 1880 door den secretaris van het Provinciaal Kerkbestuur van Zeeland aan bet Classicaal Bestuur van Middelburg toegezonden, schij nen te beroepen op hun géwetèrt, als wanneer zij zeggen „In het gegeven geyêl kon en mocht door de ondergeteekenden niet aiders - oorden-gehandeld 1) gebruiken. 2) vol te houden. - 3) voorgesteld, aangeduid.

Krantenbank Zeeland

Nieuwe Goessche Courant | 1880 | | pagina 2