BINNENLAND.
Jrierh, Sthaol en "bending.
kunstenaars van alle zijden le doen kennen. Natuurlijk
voldeed het cene stukje meer dan het andere. Zoo
waren onzes inziens de juweeltjes onder die stukken
„het Jachikoor uit de Freischutz" „de Dorpssmid
van Handel"; en „de nabootsing van een Dorpsklok
kenspel." De Dorpssmid van Handel kon door hun spej
geheel tot zijn recht kprpety. Deze schepping tocb^
zooals de eerwaarde heef - Scheltema mededeelde, was
door Engelands meeatgé/lerden componist Handel - qj>r
gevat, door het a^nscboawan vancea spiëdenden do^par,,
smid. De nueepajioffé, dan weer schetterende slagen op„
het aanbeeld, alsmede het zuchtend geluid van den blaas
balg werd duidelijk in tonen vertolkt, zoodat men
slechts de oogen had te sluiten om de zwarte Herkuli-
8che gestalten der smeden en het vuur onder, den
wijden schoorsteen te zien.
,/De Nabootsing van een Dorpsklokkenspel" droeg
een ernstig karakter, plechtig klonk onder anderen het
bekende „O, Sanctissima" tusschen het nagebootste
klokkenspel door. Merkwaardig om de kunstvaar
digheid was het lied „der klokken van Comville",
waarbij niet minder dan 75 klokken dienst deden,
gelijk ook.de door den Directeur Dncan S. Miller zelf
vervaardigde polka whet Westminster klokkenspel'.
Xhetwelk op grootc verscheidenheid, kon bogen.
En waarin bestond nü het koddige, welke wa
ren de
Van Engelschen, die in hunne rijke taal het woord
Jinmord. i. volgens een bekend leekediebter „Een rijke
„taal vol geest en ingehouden tranen, vol zin,
„ook zeer geschikt tot leeren en vermanen. Mits maar
„de vrienden Haar verstaan. Want velen klinkt ze als
„Griekschvoor and'ren weer profaan", bezitten,
waarvoor geep Nederlandsch woord bestaat, misschien,
wijl ons de zaak ontbreekt,, liet zich iets goeds ver
wachten.
Vier luimige, dramatisch uitgevoerde liedjes, half
aprekfpde, half zingende, los voorgedragen met de
npodige gebarentaal wekten om aller lippen een gul
len lach. In een daarvan, getiteld „de ketellappers",
werd geestig.dendraak gestoken met alle politieke
tjpnegieters, die als de stuurlui aan wal alles het beste
wpten. Niet minder werd toegejuicht het koddig
lied „wat ik wensch'' waarin het.zingend betoog van
den rijzigen Directeur om „a short wife" „een korte
vrouw" en, hét schaterlachen vaD een zwaarlijvigcn
r z^pger zulk. een. bij val verwierf, dat het laatste couplet
npg een? .werd, herhaald. Met geen mi ader instemming
werd aangehoord „de Lof-der Thee", eene illustratie
-vpo,r de,huishouding met eerie gunstige vergelijking aan
het einde tusschen het huwelijk en ceu k.opje van dat
edple nat,waarvan de suiker de vrouw, net lepeltje
dé man en de geur de %fde tusschen beiden zou
v.oorsteilen. Deslotzang „good night? (goede nacht)
jvps, eyenals het slotklojckcnspcl der beide volksliede
ren, het. Ëngelsche en het Nederlandsche, een passénd'
beglnit.
Wij geven het Dr. Schot gaarne toe dat, men
heel goed schoone muziek, van welke aard ook,
k^n uitvoeren zonder ze door luimige voordrach
ten af „te wisselen, Maar is het zoo'n kwaad dat de
Ëngelsche heeren eenshiqr te lande kwamen too-
nen hpe. zij 't aanleggen om de schare van erger
_tpt betpr te lokken, en te trekken 1 Moet alles,
watitier uit Engeland wordt ingevoerd, in hollandr
schen vorm worden overgegoten of overgepakt
Mag het trade-mark (fabrieksmerk) er niet op
11 bljjvien staan
.Is dat nu waarlijk, zoo.heel erg?
Raakt dat,het christelijk leven?
Qnze vaderlandsche wjjze van evangeliseeren,
van. inyloqd uitoefenen op de schare is al bij
zonder saai.
Alleen de zondagschool bloeit
De zondagschoolsqhool met haar eenvoudigen
kinderlijken, verhaaltrant, met hare vertellingen,
beelden en toepassingen uit het dagelijksqh
leven, met hare platen en mooie boeken, met
haren kerstboom, bare broodjes, koekjes en cho
colade.
Zoodra zijn onze jongelieden niet de kinder-
schpenen ontwassen, of eene kale zaai; eene
opderwetscbe consistoriekamer wordt al mooi
genoeg, geacht tot tegenwicht tegen de verlei
ding' van herberg, koffiehuis en sociëteit. Het
dranklievend pnbiiek stélt een Kraenapolski in j
staat om, te. Ara sterdam een tooverpaleis te hou- j
wen, eh onze jongelingen gaan al gauw: de
perken" te buiten als zij iets meer dóen dan
tbeologiseeren op harde banken, "op verre na
niet zoo royaal als die van een waggon derde
Men moet al een keel eind op den weg der zelf
verloochening gevorderd zijg, en gezind om te dee-
len in den druk en de wederwaardigheden van den
strijd des geloofs, eer men zich tevreden kan stel-
1 ep. rpet-%. sp^e, hulpfnj^delen, cjpor de chri$g,T.
'lj^e vriezen, aun de jicht verleicjbare jonge
lingschap geboden, l?.at staan dat men zich
,z^n aan^jtrokken gevoelen om de eerste schrede
ite. zetten, op' een weg, waar alle blijdschap ver
boden schijnt door het floers, waarmee helaas
door onhandige vrienden de wegwijzer wordt
omhangen.
Wij houden 't er voor dat De Standaard ver
keerd is ingelicht; dat de heer Derhendie ijve
rige bestuurder vau De Uniezijne verwachtin
gen verkeerd bad gespannendat de luimige
voordracht, als een rollende sneeuwbal, door
vergrootende praatjes is geworden tot grappen,
tot.oneerbiedige potsen en als er niet tegen
verdere overdrij ving gewaarschuwd wordt -nög
zal worden tob lagen spot met het heilige.
Wij danken Dr. Schot voor zijne beleefde en
broederlyke waarschuwing. De vriend, die ons
onze feilen tóonen wil, achten we hoog. Op ziju
schot zjjn we bijgedraaid, hebben we difzalïfc,
onderzocht zoover ons mogelijk was. Zeilendjr
tusschen banken en eilanden, tusschen vrienden
en vijanden, kunnen we ons niet onttrekken aan
de drukking der heerschende winden, maar wjj
moeten de hand aan 't roer houden, en die win
den dienstbaar maken tot het bereiken van het
groote doel', dat wij ons voorstellen, zonder onze.
zelfstandigheid te verliezen, zonder af te drij
ven voor tijdelijke winden en stroomingen.
De leden van de Eerste Kamer zijn ter vergadering
bijeengeroepen tegen Maandag 29 November e. k. des
avonds ten 8 ure.
De Tweede Kamer beraadslaagde Vrijdag over de
Indische begrooting.
Over de bekende circulaire van den gouverneur-
generaal betrekkelijk de conversie van het gemeentelijk
in persoonlijk grondbezit, vroegen deheereu Van
Bees, Mirandölle, Van Houten, Lenting en Van der
Hoeven overlegging der stukken, op grond dat in de
circulaire geen strenge^ onzijdigheid van het gouver
nement in zake de conversie in acht genomen wordt,
en de vroegere en latere verklaringen der regeering
omtrent, die zaak met elkaar in strijd zijn, terwijl
bovendien de zaak zelve een opzettelijk debat eischt.
De minister ontkende een en ander en weigerde over
legging van stukken omdat van de zaak geen politieke
kwestie moet worden gemaakt. Daarop stelde de heer
Van der. Hóeven bepaald yo<?r overlegging van stukken
tevragen, welk voorstel heden behandeld zal worden.
Aan den gepensioneerden opperstuurman der
Koninklijke Nederlandsche marine te Vlissingen J.
Hobeïn, ridder der Militare Willemsorde en broeder
van den Nederlandseheu Leeuw, is vanwege den prins
van Oranje een fraai portret geschonken.
In 1880 was Hobein een jong matroos op eene der
kanonneerbooten, bestemd om de Belgische visBchers-,
vaartuigen te beletten op ons grondgebied door te
varen. Do bemanning dier kanonneerboot werd door
's vijands overmacht genoodzaakt haar vaartuig te
verlaten, en over de Schorren in een nabijliggende. kanon
neerboot opgenomen. Men bemerkte echter, dat in de
verlatene boot eene Nederlandsche vlag was blijven
liggen 'én nu kon Hobein de gedachte niet verdragen,
dat dit dierbaar pand den vijand in handen zou val
len hij werpt zich in den stroom, zwemt-naar de
verloten sloep terug, en brengt,' onder het vuur des
vijands, het gejuich van de schepelingen en de in
woners van Philippine, de vlag behouden aan boord
terug.
Voor. deze daad werd hij versierd met het „ridder
kruis der Militaire Willemsorde.
Hobein telt 7ï> jaren en is nog flink en krachtig.
In April aanst. hoopt hij de 50-jarige herinnering
van het
In de Zaterdag ts Breskens gehouden raadsvergade
ring werd met algeineene stemmen besloten aan de
heeren Henri Boers te Utrecht en E. Lebaiquete Brus
sel eene jaarlyksche subsidie toe te staau van f 400
gedurende tien achtereenvolgende jaren, voor een door
die.: heeren aan te leggen stoom-tramweg van Breskens
naar Maldegheni.
Dc Gemeenteraad van Middelburg heeft benoemd
tot dirccteur-boekhotlller der gasfabriek den heer P.
Polet, thans directeur der gasfabriek te Helmed.
Tt Minister vau waterstaat heeft aan dc Kamer
vpn koophandel te Middelburg, io antwoord op haar
schryven 'van den 9 dezer, over den ougercgeldcn
loop der treinen, tunschep Antwerpen en Eooscudaal,
tnedcgedcpld dat, zoodya de klachten daarover ver
nomen wpyep, langs diplomatieken weg getracht ia
van de Belgische regeering verbetering van den toe
stand op hot Belgische gedeelte der lijn lo ver
krijgen. Dientengevolge zijne besprekingen tusschen de
besturen der Nederlandsche en Belgische spoorwegen
gevoerd, waarvan zich reeds de gunstige uitwerking
beeft doen voelen, daar de loop der treinen, sedert den
lsten dezer maand, blijkens de ingekomen rapporten
meer geregeld is geweest.
Het Utrechtsch Dagblad en de N. 12. C. deelen het
volgende mede
Nadat in dc vorige maand eene verzakking van den
Noorder Lekdijk boven Vreeswijk ontstaan was, heeft
thans een dergelijk ongeval plaats gehad beneden dat
dorp. ^len meldt daaromtrent uit Vreeswijk van 18
November
Heden morgen is in den Lekdijk tusschen Vreeswijk
en het Klaphek, eene belangrijke afschuiving ontstaan,
in het binnentalud van den dijk, dat over eene lengte"1
van 100 M.' nagenoeg 3 M. naar beneden gegaan is.
De grond is op 10 M. uit den binnenteen ter hoogte
van 1 M. opgeperst.-
De krnin is ter breedte van 5 M. met het buiten-
talud staande gebleven.
Door het dyksbestuur zijn terstond krachtige maat
regelen genomen om nadeelige gevolgen dor verzakking
te voorkomen.
De dijkgraaf en enkele hoogheemraden waren op het
werk tegenwoordig, .terwijl de ingenieur van den Lek
dijk bpveudams, deneer Wentinck, tijdelyk te Vrees
wijk verblijf houdt, om persoonlyk de werkzaamheden
te leiden.
Het hoofdbestuurder Nederlandsche gereformeerde
Zendingsvereeniging heeft van den minister van kolo
niën op zijn adres aan genoemden minister in
zake jtan deri zcndeling-leeraar Bieger, tot bescheid
gekregen, dat het zich ten onrechte beklaagt over be
moeilijking van dien zendeling door de Indische re
geering, waar deze niets* anders heeft gedaan dan
genoemden zendeling waarschuwen, dat de hem
verleende- toelating tot uitoefening van zijn dienstwerk
zou worden ingetrokken, indien hij niet ophield de
regeering te bemoeilijken in haar weldadig streven
om de koepokinenting onder de inlandsche bevolking
te bevorderen.
Door den gemeenteraad .van Ter-Neuzen is, op voor
stel van burgemeester en wethouders, besloten, aan den
Minister van binnenlandsche zaken een adres te zenden
houdende verzoek tot stichting van eene rijks hoogere
burgerschool aldaar.
Over het nut of het nadeel van kiesvereenigingen
kan men van meening verschillen maar men mag
toch verwachten, dat de leden zeiven van zoodanige
vereeniging de goede werking er van erkennen. Dit
schijnt nochtans niet overal het geval te.zijn. Te
Maastricht heeft# de daar bestaande kiesvereeniging
besloteD, zich bij de aanstaande verkiezing voor de
Tweede Kamer van alle medewerking Ce onthouden.
Maar daarvoor behoeft men zich waarlyk niet te
vereenigen, bestuurders te benoemen en contributie
te betalen. Er zijn duizenden in het land, die nooit
medestemmen, maar deze vereenigen zich nietzy
jjzien de zaak praktischer in en blijven thuis, zonder -
eerst een gemeenschappelijk besluit te nemen dat zij
thuis blijven. [A.
Beroepen bij N.- H. gemeente te KilIand-^-Bath
de heer Ter Haar Komeny, candidaat.
Ds. J, Dommisse Cz., geboortig van Vlissingen,
en pred. te Bottevalle, heeft bedankt voor het beroep
naar Peins e. a.
D3. W. J. Pijzei, pred. tc'Goönga c. a., en be
vorens te Kruiningen, is beroepen te Aalteq.
De cand. O. Sehrieke, die voor Wcstkapelle be
dankte, heeft het beroep naar Noordwijkerhout aan
genomen.
- De aftredende notabelen C. Jacob en J. Kalle-
mein by de Herv. gemeente te Wólfaartsdijk zyn bei
den 'herkozen.
Bedankt voor het beroep tot predikant by de
N. H. li. te
Gheel Üildemeester te Wilhelminadorp.
Uit het Synodale vonnis in zake ds. Eigeman
stippeh we alleen het volgende aan
„dat, ofschoon de gebleken verkeerdheden en over
tredingen aanleiding zouden kunnen geven tot ontzetting
uit kerkelijke bedieningen en ambten, toch het be
ginsel waarvan in de N. H. kerk de uiloefening van