MIIIWI OOESSCHE COURANT.
Nieuwsblad voor Tholen, Zuid- en Noord-Beveland.
B IJ VOEGSEL
behoorende tot de
No. 94 van Vrijdag 29 November 1878.
VERVOLG BINNENLAND.
Het Vaderl. verneemt, dat bet geschenk, dat
door do gemeente 's Gravenhage aan Z. M. den Ko-
ning zal worden aangeboden, bij gelegenheid van Hd.
aanstaand huwelijk, bestaat in nun zilverea plateau,
bevattende een pièce do milieu en 2 candelabres, ieder
met 9 lichten.
Door den kerkeraad der Ned. Herv. gemeen
te van Apeldoorn zal aan de aanstaande koningin,
bij HD. komBt op bet Loo, een rijk met goud ver
sierde Bijbel aangeboden worden, terwijl de kinde
ren der Koningsschool aan den koning en de ko
ningin eon bokaal zullen aanbieden, met de konink
lijke kroon en met de wapens van Oranje, de Baux,
Chalons en Nassau.
De jury van beoordeeüng, benoemd door prins
Hendrik, tot het doen eener voordracht, uit de 52
ontwerpen voor de monumentale fonteinen op Soest-
dijk, is ten deole met haar taak gereed. Zij heeft
een beredeneerde voordracht ingediend omtrent een
drietal ontwerpen, ingezonden onder de zinspreuken
ResT)ubia, Constanlia en Ars longa, vita brevis. Het
comité van uitvoering zal de ontwerpers dezer tee-
keningen oproepen, om zich bekend te maken, en
uitnoodigen daarvan een model in pleister in te le
veren. Voor dit model wordt den ontwerper, in
gevolge art. VII van het programma, eene vergoe
ding van i 400 geschonken.
De N. R. Ct. van Dinsdag bevat het volgen-
do bericht omtrent den toestand van don Minis-
tor van Oorlog: Sedert laatstleden Zaterdag is in
don toestand van den heer De Roo van Alderwe-
relt weor oenigo beterschap morkbaar geworden.
De zieke gebruikt sedert dien dag weder eenig voed
sel.
Bij do Maatschappij Zeeland is benoemdf tot
administrateur de heer L. Pietersen, te Vlissingen.
Volgens de Amsterdamscbo bladen heeft de
Nederlandscho Bank oen maatregel genomen, ten
einde de geldboweging over de verschillende deelon
van hot land te vergemakkelijken. Met ingang van
1 December e. k. zal namelijk van de zoogenaam
de kasquitantiën waarbij van het eene bankkan
toor op het andere aan bepaalde personen gelden
kunnen worden overgemaakt niet meer de pro
visie van i per mille worden gegeven. Die pro
visie zal worden vervaDgen door eene vaste ver
goeding van 50 Cts. por kasquitantio, in welke 50
Cts. ook begrepen zijn de 21 Cts. die voor zegel
recht zijn verschuldigd. Men boude daarbij in het
oog, dat daar, waar eene kasquitantie genomen wordt
in voldoening van een gebeelen of gedeeltelijken
disconto- of beleen ingpost, de reeds vroeger door
de Nederlandsche Bank ingevoerde wijze van han
deion gehandhaafd blijf t, volgens welke in zulk een
geval alleen het zegel van 21 Cents zonder ver
dere bijbetaling wordt verlangd.
Uit Terneuzen meldt men, dat aldaar eerst
met goed gevolg de band gehouden is aan de be
palingen der wet omtrent het weren van vreemde,
munt, maar dat men er nu, door gebrek aan toe
voer van nieuwe bronzen pasmunt, de Belgische
centimes weer in menigte over de grenzen ziet
komen. Menig neringdoende moest zich 6 pet. ver
lies getroosten, om zijn Belgisch geld kwijt te
worden; nu verdienen de Belgen weer 6 pet. aan
den invoer van hun geld, dat bier wel inheemscb
zal blijven, als niet de invoering der nieuwe munt
en de inwisseling der oude mot kracht wordt door-
STATEN-GENERAAL.
Het bij de Tweede Kamer ingekomen wets
ontwerp tot regeling van de verhouding der geld
middelen van Ned. Indië tot die van bet rijk in
Europa, bepaalt het volgende:
Op het le hoofdstuk der Indische begrooting (uit
gaven in Nederland) worden gebracht:
>1. Eene som van zes millioen gulden, als bij
drage van Nederlandsch Indiü aan de rijksmidde
len ter vergoeding van de uitgaven, welko wegens
het beheer van Nederlandsch Indië ten laste der
Staatsbegrooting komen;
»2e. De sommen, benoodigd tot aflossing en tot
betaling voo^ interesten en onkosten van schulden,
door den tftaat ten behoeve van Nederlandsch In
dië aan te gaan.
»Over ver moedein ke of bg de wet vastgestelde
batige sloten van Indische diensten wordt niet be
schikt dan bij afzonderlijke wet.
>Voor zoover die batige sloten niet moeten die
nen tot dekking van vermoedelijke of bij de wet
vastgestelde nadeelige sloten van Indische diensten,
worden zij in de eerste plaats bestemd tot .dek
king van de onkosten van groote werken van al
gemeen nut in Nederlandsch Indië, en tot bui
tengewone aflossing van schuld, ten behoeve van
Nederlandsch IndiÖ door1 den Staat aan te gaan."
De Minister van Waterstaat beeft op eenige in
het afdeelingBverslag oyer zijne begrooting gemaakte
opmerkingen, het volgende geantwoord. De op art. II
van de spoorweg-begrooting aangevraagde gelden
strekken, tot betaling van termijnen voor de .oiafSr-
handsche werken dernienwe sluisin de marinehaven te
Vlissingen, tot welker aanbouw in 1873 werd beslo
ten. Voor de voltooiing daarvan is echter het nu ge
stelde cijfer nog lang niet voldoende. Met deze 6luis
zullen de havenwerken te Vlissingen zijn voltooid.
Spoedig zullen de inlichtingen aan de regeering op
het aanhangig adres van Gedeputeerde Staten van
Zeeland worden openbaar gemaakt.
De minister heeft aan de Kamer overgelegd de
stukken, op welke de calamiteus-verklaring van de
Suzanna- en Anna-Friso-polders berust.
TJit de inlichtingen die over den Tboornpolder wor
den gegeven, blijkt, dat de verhooging en verzwaring
van den inlaagdgk over 4 maanden moet voltooid zijn.
Omtrent de onderloopsheid der sluizen te Veere en
te Vlissingen, deelt de minister het volgende mede
Te Veere is de lek niet geheel verdwenen, maar
wordt die, bij zorgvaldig periodiek onderzoek, daar
zonder storting bedwongen. Te Vlissingen, waar het
zelfde kwaad zich openbaarde, is men er in geslaagd
den omvang te beperken en wordt steeds gezorgd,
voorkomende lekkages te stoppen.
Daagde aanvaring van de Prinses Marie (op 17
Mei 76),~tegen den ponton (den aanlegsteiger te Vlis
singen), hot gevolg was van de vroeger niet bekende
ondiepte in de haven bij lage ebben, zijn de kosten
van herstel (ad f 1059,) door den Staat gedragen.
Do ondiepte is door baggering opgeruimd.
Omtrent de tuepasselijk-verklanng van de wet be
treffende de tucht op de koopvaardijschepen, op de
visBcbersvaartuigen, waartoe voorschriften zijn ont
worpen, worden tusscben do departementen van Wa
terstaat en van Justitie besprekingen geopend.
Wettelijke voorzieningen omtrent de spoorwegcon-
sessiën en de openbare middelen van vervoer zijn
door den minister van Waterstaat voorbereid.
Voorts is de minister voornemens een algemeene
regeling van bet bestuur van den Waterstaat te ont
werpen, waarin de organisatie van bet besturend
personeel is begrepen.
Voorstellen worden wyders aangekondigd tot ver
betering van de kleine rivieren en tot verbetering van
de onteigenings-wet.
Spoedig is een wetsontwerp te verwachten tot ver
lenging van den eindtermijn voor de voltooiing van
de werken der Amst. kanaal-maatschappij. Schik
kingen met het gemeentestuur van Amsterdam, wel
ke aan do goedkeuring der Staten-Genera&l zullen
worden onderworpen, maken de uitkeering der door
de gemeente toegezegde premiën onafhankelijk van
den termjjn van aflevering dei kanaalwerken.
Een commissie van deskundigen wordt gehoord
over de aanvraag van de maatschappij tot wijziging
van de concessie, in zoover betreft de afmetingen
van de havenkom.
Reeds sedert eenigen tijd is bij de Regeering de
vraag in onderzoek in hoever op meer afdoende wij-,
ze dan door de vorige Regeering is geschied, van de
medewerking der postkantoren in het belang van het
spaarbank-wezen kan gorden partij getrokken. De
i aan de Regeering gedane voorstellen van eene bi-
zonder» vereoniging tot stichting van een met de
J postkantoren in verbinding te stellen centraal-spaar-
bank, hebben tot geene uitkomst geleid. De Mi-
j nister zal trachten het vraagstuk, zoo spoedig dit
mogelijk is, door een wetsvoordracht tot oplossing
te brengen.
Uit een door den Minister aan de Kamer overge
legde nota blijkt, dat men nog niet tot overeen
stemming is gekomen omtrent bet nut der toela
ting van vrouwen bg de posterijen en de telegra
fie. De Minister stelt zich echter voor, te beproe
ven, of de bezwaren, die zich vroeger tegen het in
voeren van dien maatregel hebben voorgedaan, thans
uit den weg kannen worden geruimd.
Tweede Kaueb.
Dbr. Winlgens zette, Dinsdag, de rede voort,
waarvan wij Maandag reeds melding maakten. Breed
voerig toonde hij aan, boe de liberale politiek de
suikercultunr wegvaagde, voor Staat en parti
culieren; de suikermarkt aan Engeland bracht;
onze scheepvaart en katoennijverheid doet kwijnen;
hoe de landrente jammerlijke uitkomsten gaf; de
uitgaven ontzettend stijgen (in 10 jaren van 84
tot 155 mill.);..diet financieel beheer door do onuit
voerbare eomptab.-wet ellendig is; de oorlog met
Atsjin ons uitput; met de nu rustige Chineezen
een gevaarlijk s£el wordt gespeeld; de Europeesche
ambtenaren oproerig en ontevreden zijn, om eene
belasting die ons trouwens meer kosten dan op
brengen zal; en de gebeele toestand dus leidt tot
het verlies van Indie binnen twee jaren, als men
geen anderen weg gaat volgen. Ten slotte wees
spr. op de woorden van lord BeaconsGeld, die zich
onlangs ironisch over Holland uitliet.
Dhr. kader, die geheel met den vorigen spr.
instemde, voegde daar nog bij, dat de Reg. ook
in zooverre schuld draagt van den toestand, daar
een Christelijke staatkunde noodig is, vooral voor
een heidensche bevolking, en wij dat Christendom
in Indie moesten invoeren, maar dat de Reg. in
tegendeel niet alleen haar belangstellenden steun
daar aan onthoudt, doch er zich zelfs tegen verzet,
bet Christendom van de school verbant, vroegere
snbsidiön intrekt en daardoor bet heidendom bevor
dert, ons prestige verzwakt en de onveiligheid doet
toenemen.
Dbr. v. d. Hoeven begon met inlichting te vra
gen omtrent berichten over een Spaansche vestiging
op Borneo en een Amerikaanscbe op Timor. Naar
aanleiding van het bekende artikel der Revue brit-
lann., waarin beweerd werd dat Duitschland onze
koloniën zou nemen, drong spr. op scherpe waak-
zaamboid aan. Verder meende bij, dat deze Min.
v. Kol. niet zgn vertrouwen verdient, omdat dhr.
v. Bosse buigt voor de eiscfaen der partij, die
slechts let op particuliere belangen, o. a. ten aan
zien der slavernij, die bij bedekt weder toeliet. En
eindelijk kwam- spr. met vele woorden en weinige
argumenten tegen de rede van den heer Wintgens
op, die z. i. hersenschimmen heeft. "Spr. sprak
o. a. van oude koeien, maar toonde niet aan dat
deze ook maar hersenschimmen zijn. Bij noemde
't alleen, zonder bewijzen, onwaar dat de liberale
politiek de schuld zou zgn van de deficitten; want
de overschotten kwamen alleen voort uit de koffie
prijzen die nu ook hoog zgn; do Atsjin-oorlog
is ook de schuld van de tekorten maar dat _ig_
niet de liberal^ politiek (wat dan want de hoof
den van Atsjin4- tartten ons uit. De suikercultuur
gaf voordeel en is afgeschaft - nu ja; maar
dat heeft met het liberale stelsel ook al- niet te
maken. Anderen, vooral vreemden, die zeer hoog
opgaven van het oude stelsel, keken dan ook, vol
gens spr., verkeerd. Machtspreuken! Spr. had iets
beters; hij zeide: regeert doorothische middelen.
Wat praat men echter van verzet; dat Europeesch-
Indisch verzet beeft niets te beteekenen zeide
dhr, v. d. Hoeven althans. Kom aan, zjj zullen
wél betalen; en de Chineesche proclamatie ia