NIEUWE 60ESSCHE COURANT.
Nieuwsblad voor Tholen, Zuid- en Noord-Beveland.
No. 65.
Dinsdag 20 Augustus 1878.
B
ia
9,5 11.55
9.15 12.6
9.26 12,20
9.88 12,80
9,52 12,46
9,58 12,58
10,8 1,6
10,13
10,24
i0,34
10,42
10,59
11,10
15.10
1.11
1,22
1.33
1,41
1.58
2.7
2,15
3.10 7.8 7.52
3,34 7,25
7Ü86. ha
stad
Middelb.
Arnemuid.
'sH. Arecis
Goes
Bierelinge.
•Vlnke
Kruioingen
Krabbend...
"Rilland...
"W n*dr
Serg. .IJ.
Wouw
"Aan deze halten wordtalléén gestopt, wsnneerRooSt nd. A
daar reiricers worden opgenomen of nitzelezen.
Deze Co'nrant vei schijnt, uitgezonderdnp Christelijke feestdagen, aes Maandag i en Donderdag* avond*. Prijs 7? kwartaal f 0,85. fr. p, post/"l,
Prys der Adrertentien lQ„ct. per regel, groote letters en vignetten naar plaauruimte. Geboorte'. huwelijks en doodberichten van 1
Alle Stokken de radactie betreffende, gelievemen minstens één dag vóór de uitgave franco toe te y.eme» ann den Uitgever A.
Rosend. V
Wouw
i Berg. op Z;
1 Woensdr -
I "Rilland.
1 Krabbend.
I Krniningen
"Vlake
Biexelinge..
IGoes........ 7.40
1'sH.Arends 7,54
I Arnemnid. 8,8
Middelb. 8,16
Vliss stad 8,26
bav.
8,45
8,55
9,10
9,19
9,83
9,89
9,49
9,54
4.36 10,5
4,47 8,6 9,45 10,16
10,24
10,41
5,20 8,35 9.1 10,15 10,52
10,25 11.—
5,30 8,45 9,10
6.—
6,12
<5,20
6,36
6.47
7.—
.7.8
7.14
8,2
8,14
8,25
.7,30" 8.85
7,3»* 8,45
10,5
i 2.46
;if_
5,40
8,45
12^57
8.' 13
5.52
9,—
1.4
6,—
9,7
6,16
9.22
1.29
3,3?
6.28
9,3 Cl
1.40
6.41
1,47
6,49
1.57
6,55
1
2,7
4,—
7.6
2.13
7.13
1
2.27
7.32
2.40
4.27
7.45
2,52
4.40
8.—
3.1
4,50
8,10
Afzonderlijke
•5 regels 50
C. DE JONGE
Nomroei
cent.
8Ji. te
s f 0,05.
Goes.
GEMEENTE-BESTUUR.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOJjS
doen te weten, dat door den Eaad dier gemeente in zijne
vergadering v^n den 22 Jnnï 1878 is vastgesteld de vol
gende
VEEORDENING
ter voldoening aan. art 178 der Gemeentewet.
Eenig artikel. Aan de plaatselüke verordeningen der
gemeente Goes, tegen wier overtreding straf is bedreigd,
in onderstaanden staat opgenomen, wordt voortdurende
kracht toegekend.
Op het gebruik der
markten en andere
openbare plaatsen bij
gelegenheid der jear-
n weekmarkten.
Op bet honden van
onderhen dsche lote
rijen.
Op de uitoefening
van het bedrijf van
uitdrager en oud-
roestkooper.
Op de tapperijen.
5 Op de huizen van
ontncht en publieke
vrouwen.
Op de openbare
vermakelijkheden.
Op het gebruik van
de Havenkom en de
daarover liggende
'rag.
Op het bouwen, pS-
breken en herstellen
van bizondere eigen
dommen.
Tot wegneming en
vernietiging
rupsennesten.
Tot handhaving der
orde op de buiten
pleinen van (en de
toegangen tot
spoorwegstation.
Op het honden van
tijdelijke verzame
lingen van minderja
rigen.
Omtrent de hon
den.
81 Juli
1855.
23 Sept.
1858.
18 Octob.
1858.
25 Juli
1867.
18 Aug.
1869.
22 Dec.
1871.
1 Apr. 2
Juni 1875,
Maart
1876.
19 Maart
1877.
27 Oct.
1877.
23 Nov.
1877.
23 Nov.
1877.
1855, no.
i no. 4017.
1858 no.
Oct. 1858
2384/84.
2 Nov. 1858
2702/84 B. no.
4951.
9 Aug. 1867 no.
2015/104 B. no
9136.
27 Aog. 1869 no-2 Sept.
2092/69 8 n.4807 1869.
9 Jan.
1872.
1 Sept.
1855 en 28
Aug. 1858.
1 Sept
1855.
14 Oct.
1858.
6 Nov.
1858.
14 Dec.
1867.
Jan. 1872
119/154.
22 Jnni 1875 no. 2 Juli 1875
2793/15 en 19 en 29 April
April 1876 no 1876.
1492/17.
28 Maart 1877 a
1281/115.
23 Nov. 1877 do.
5364/18.
1 Maart 1878 n
769/6b.
1 Maart 1878 no.
68/6a.
4 April
1877.
28 Nov.
1877.
15 Maart
1878.
15 Maart
1878.
Zynde deze verordening aan de Ged. Staten van Zeeland,
volgens hun bericht van den 2 Ang. 1878 no. 3470/21 in
afschrift medegedeeld.
En is hiervan afkondiging geschied,, waar het behoort, den
19 Augustas 1878.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
M. P. BLAAUBEEN.
De Secretaris,
HARTMAN.
mZAIEHG Tan FAECALE STOFFEN.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES
brengen ter openbare kennis, dat bji de verpachting op
Zaterdag den 27 Juli jl slechts éen bod is gedaan,
en wel van f 1750 voor de twee eerste perceelen door
den tegenwoordigen pachter, die thans f 4410 's jaars
betaalt, waarom door den raad is "bepaald, de inschrij
ving niet aan te nemen, en dat dien tengevolge op Za
terdag den 24 Augustus a. s. des namiddags te 1 uur,
ten raadhuize, eene nieuwe,verpachting zal beproefd wor
den van:
De inzameling van de faecale stoffen in
deze gemeente, bestaande in:
a. het ophalen van de haardasch en vuilnis
b. het verrichten van het nachtwerk; en
c. hel baggeren in de vesten rondom de bebouwde
kom der gemeente
zulks voor den tijd van 7 jaren of van 14 jaren,
ingaande den '1 -ofuli 1879.
De verpachting zal geschieden bij inschrijving en opbod,
eerst van ieder der onderdeelen afzonderlek, en daarna van
allen gecombineerd.
De voorwaarden zullen van af heden ter inzage liggen
ter secretarie van de gemeente, eiken dag van des mor
gens 9 tot des namiddags 2 uren, en ziju in afschrift, tegen
betalÏDg der kosten, verkrggbaar gesteld.
Goes, den 6 Augustus 1878.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
M. P. BLAAUBEEN.
De Secretaris.
HARTMAN.
DE BURGEMEESTER EN WETHOUDERS van GOES
doen te weten, dat door den Raad dier Gemeente in zijne ver
gadering van den 22 Juni 1878 is vastgesteld de volgende
VERORDENING
op de algemeene begraafplaats en het begraven
van lijken te Goes.
I. Van de Algemeene begraafplaats.
'Art. 1. De burgerlijke begraafplaats der gemeente is be
stemd tot algemerne begraafplaats.
Art. 2. Zij wordt met inachtneming van art. 19 der wet
van 10 April 1869 (Staatsblad no. 65) verdeeld in vijf afdee-
lingen als.-
le en Sit Afdeeling. Tot verkrijging van het recht tot be
graven, met uitsluiting van anderen.
3e Afdeeling. Tot begraving van lijken zonder bevoegdheid
tot bet verkrijgen van recht tot begraven met uitsluiting van
anderen.
4e Afdeeling. Tot begraving -van onvermogenden.
5e Afdeeling. Tot berging van beenderen enz. bij het rui
men van graven ingevolge art. 23 der wet,
De ligging der afdeelingen is als volgt
Ie Afd. Zal beginnen aan de oostzijde van de zoogenaamde
nieuwe begraafplaats westop over eene lengte van
24 meters tol aan de eerste haag.
2e Afd. Westwaartsop Insschen de eerste en tweede haag
over eene lengte van 45.4 meters.
3e Afd. Van de tweede haag tot aan het einde, zijnde
k eene lengte van 82.8 meters, en tot aanvulling
van deze: eeD gedeelte der oude begraafplaats
oostwaarts, van de kerste afdeeling over eene lengte
van 49 meters tot aan den tegenwoordigeo ingang
der begraafplaats.
4e Afd. Oostwaarts van den ingang der begraafplaats over
eene lengte van 40 meters.
5e Afd. Van de scheiding der 4e afdeeling tot aan het
oostelijke einde over eene lengte van 8.5 meters.
Ia ieder dezer afdeelingen zullen afzonderlijke vakken aan
gewezen en afgescheiden worden, om op de aanvrage der be
sturen van kerkelijke geziadteu tot begraving van de lijken
der leden dier gezindten te kunnen dienen.
Art. 8. Alle graven moeten genummerd zijn.
Iedere afdeeling beeft haar doorloopend nummer, welk num
mer wordt aangeduid door houten paaltjes aan het hoofdeinde
van het graf.
Art. 4. De grafkelders moeten eene diepte hebben van
minstens 2 meters; rij moeten gemetseld worden van harde
steen, en gesloten met houten of ijzeren deuren, alles ter goed
keuring van burgemeester en wethouders.
Art. 5. De graven in de eerste en tweede afdeeling kun
nen ten allen tijde op verzoek van den rechthebbende of de
rechthebbenden in kelders worden veranderd.
Art. 6. Het maken van graven in de derde en vierde af
deeling geschiedt ia geregelde vjlgorde, zoodat geen nieuwe
rij wordt aangebroken vóór dat de oude geheel is gevnlil.
Art. 7. Behalve in grafkelders mogen niet meer daD 2
kisten boven elkander geplaatst worden, altijd met tusscben-
voeging van eene laag aarde van minstens 0.3 meters.
Art. 8. Bij vorst kannen de lijken, voor de eerste en
"tweede afdeeling bestemd, tydelijk in een aangewezen gedeelte
van de derde afdeeling begraven worden. Burgemeester en
wethouders gevsn daartoe verlof."
Art. 9. Gedenkicckenen, kruisen en zerken mogen in d°
eerste en tweede afdeelingen geplaatst en gelegd worden, mits
met inachtneming van dc voorschrfT'en door burgemeester en
wethouders te geven.
Eveneens mogen daar, onder dezelfde bepalingen, graftui-
nen aangelegd of boomen cn andere gewassen geplant worden.
Art. 10. De begraafplaats mag door iedereen vrij bezocfaf
«orden, mits zich aanmeldende bij den bewaarder, en op den
tijd als bij dit art. wordt bepaald, te wetengedurende de
maanden April tot cn met September, van des morgens negen
tot des avonds zeven ure, en gedurende de overige mssnden,
van des morgens tien tot de» namiddags vier ure.
Art. U. Het begraven in kisten met schuine deksels is
verboden.
Art. 12. Geen graf mag ter begraving gemaakt, of na de
btgraving van het lijk geopend worden, dan door de grafdelvers,
en met inachtneming van art. 12 der wet van 10 April 1869
(Staatsblad no. 65).
Van het begraven van lijken.
Art. 13 Zonder schriftelijke vergunning of lastgeving van
burgemeester <;n wethouders mag op geen uer begraafplaatsen
in deze gemeente begraven worden, dangedurende de maanden
April tot en met September van des voormiddags 7 tot des
middags 12 tiren en gedurende de andere maanden van des
•voormiddags 9 tot des namiddags 1 ure.
Art. 14. Het bewijs van verlof tot begraving moet, spoed-
vercischeadc gevallen uitgezonderd, minstens drie uren voor
bet tijdstip der begraving bij den grafdelver BézOfgd rijn.
Art. 15. Het vervoer van lijken naar de begraafplaatsen
kan geschieden in eene lijkkoets of lijkwagen of op eene
draagbaar.
Als -lijkkoets ol lijkwagen mogen geene rijtuigen gebezigd
worden, die ook dienen tot vervoer van personen, dan met
vergunning van burgemeester en wethouders.
Art. 16. De lijken, die met eene lijkkoets worden vervoerd,
met uitzondering van die van kinderen beneden de vier jaren,
znllcn aan den ingang van de begraafplaats op eene daar
aanwezige draagbaar worden geplaatst en naar het graf gedragen.
Art. 17. Tot bediening der draagbaar znllen moeten, ge
bezigd worden, onverschillig of het lijk van het sterfhuis of
slechts van den ingang ,der begraafplaats gedragen wordt .-
a. voor lijten van personen boven de twaalf jaren niet minder
dan acht dragers;
b. voor lijken van kinderen beneden de twaalf jaren niet minder
dan vier dragers.
Lijken van kiudercn beneden vier jaren kunnen door een
of twee personen in een draagband vervoerd worden.
Art. 18. Lijken, die op kosten der gemeente begraven
worden, boven vier jaren, moeten altijd op een draagbaar ver
roerd worden, waartoe, naar ooderscheiding van den ouderdom
in het vorig artikel, een genoegzaam aantal lijkdragers be
schikbaar zullen zijn.
lijken van onvermogenden beneden vier jaren worden ge
dragen als in bet vorig artikel ten opzichte van meer ver-
mogeaden is bepaald.
Art. 19. Wanneer iemand aan eene besmettelijke ziekte
overleden is. moeten de door burgemeester en wethouders in
overleg met den geneesheer der gemeente in het belang der
openb -re gezondheid cn tot het tegengaan van de verspreiding
der besmettings voorgeschreven maatregelen, worden opgevolgd
door de personen, in art. 1 der wet vaa 10 April 1869
(Staatsblad no. 65) aangewezen als verplicht tot de zorg voor
de begraving, en in dc daar vermelde volgorde.
Art. 20. Geme craven mogen geruimd worden dan met
toestemming van burgemeester en wethouders en met inaebtne
ining van de door hun college dier zake te geven voor
schriften. i
III. Strajbepalingen.
Art. 21. Overtredingen van de bepalingen dezer verorde
ning worden, voor zoo ver daartegen niet bij wet, algemeene
maatregelen van iuweudig bestuur of wettelijke verordeningen
straf- is bedreigd, gestraft als volgt:
Het maken van kelders ia strijd met dé voorschriften ^be
doeld in art. 4, of het plaatsen daarin van meerdere lyken
dan waarvoor recht is verkregen, met eene geldboete van f 10,
Het plaatsen van gedenktcekenen enz. of het maken van
tninen enz. zonder verlof en niet met inachtneming der ge—
gevene voorschriften, bedoeld in art. 9, met eene boete van f 8,—.
De overtreding van art. 10 met eene geldboete van - 3,
Die van art. 11 met eene boete van -5,
Die van art. 12 uiet eene boete van 25,—. -
Het begraven van lijken op andere uren als is vermeld in
art. 13, zonder dat daartoe vergunning ia verleend;.met eene
boete van- 10,—.
Het niet bezorgen van het verlof tot begraven op den in
art, 14 vermelden tijd, met eene boete van - 1, -
De overtreding van de tweede zinsnede van art. 15, met
eene boete 5,—.
De overtreding van art. 16 met eene boete van - 8,—.