s
Nieuwsblad voor Tliolen, Zuid- en Noord-Beveland.
SPOORWEGEN.
No
Dinsdag
11 December 1877.
Twaalfde Jaargang,
It ..U.
sa
JUIUUK'.H
S
•Vi»ke
BlezelinRv
-a
'Goa»
r»h.A a»
I Sbfi
u,—
•i.i
8.16
8,23
S,39
3.45
,60
i0,su
10.38
10.55
11.1
11,6
11.15
U,&& - 3.10 3.35 6,59
IM —8,38
i-.20 3,8*4,5 7,15
2,80
2.46
3,53
,5 4,31
.11 - -
.22 4 86
1,33 4,47
1,41
1,58
2,4 3,80 5,16
2,7 8,40 5,20
2,15
5,30
7,55
«liddelb.
Arnernnid.
'tH.Atec.it
Goes..
Bieselinee.
•VUke
Kruiniareo
Krabbend.
'KilUnd
W-»cüidr„
Berg. nu/.
*Atn dere hellen wordt alléén mtopt. wtnnrer^ u*
daar reirieer» worden opgenomen of uitgelaten. Roosend.A
«oh ij at, uitgetonderd op Chriiteiyke leettdieea.de> Ma end-aft ea Donderdoft mtrowdr Priit f
Prij« der Advertentieu 10 et. per regel, groote létter* en vignetten naar platwrwimw. Geboorte-, huwelijk» r
ukken de redactie betreffende. gelieve men minstens *ên uag vóór de mtgarr franc» tos te -ninfi'
9.52
Ï.25
6.—
6.9 ',33
6,12 7,34
6.20
6,36
6.47
7,—
7,8
7,14
7,25
7.32
7,47 -
8.2 10,85
8,14
.25 8,45 10,50
-At
la.45 a,—
6,30
lt.ó.i 3,10
5.89
12.67
5.42
1.4
5.50
1.1»
6.6
1.29
6.18
1.40
6,81
1.47
6,39
1.67
6,45
2,7
6,56
2:13
7.3
2,27
7.24
2.40
4,25 7,41
2,52
4,89
7.54
MB
8,55
s
B
.5
0-85. t. p. poit/l,Afzonderlijke
doodberichten 15 regel» 50
den Uitgever. A. C- DE JOWBE
4,50 8,5
No moer* t et.
eent.
«J*. te Goes.
m »ATEBSTAAÏ, HfflffiL El MYEBHHD.
l s'CIE ZEELAND.
sbestedingf.
dag. December 1877,- des voormiddags
nadere goedkeuring, door den
gn in de provincie Zeeland, ot
>r :r-k'-. -loor een der leden van de Gede-
r.;r:. e: in byzjjn van den Hoofdingenieur
•aterstnat in het tide district, aan het ge
bouw het Provinciaal Bestuur te Middelburg, wor
den aanbesteed
Het maken en stellen ran den ijzeren
bovenbouw eener dubbele draaibrug: over
de Marinesltiis te Ylissingen.
Deze aanbesteding zal geschieden bji enkele in-
sehrjjving volgeos 441 der Algeiueene Voorschriften.
Het bestek ligt ter lezing aan het gebouw van het
Ministerie van Waterstaat, Handel en Ngverheid, aan dat
van het Provinciaal Bestuur van Zeeland, te Middelburg,
ën is voortfj op franco aanvrage, tegen betaling der kosten,
te bekomen by den boekhandelaar M. NiJHorr, Nobel-
straat no. 18 te 's Gravenbage, endoorrjjne tnsschen-
komst in de voornaam* te gemeenten des Rjjka.
Op 15 en 17 December 1877 wordt denoodige aanwjj-
zing op de plaats gedaanvoorts zjjn nadere inlichtin
gen te bekomen by den Hoofdingenieur van den Water
staat te Middelburg, en by den Ingenieur van den Wa
terstaat te Vlissingen.
'e Gravenhage, 27 November 1877.
Voor den Minister,
De Secretaris-Generaal,
BOOGAARD.
GEMEENTE-BESTUUR
BJVTIOBALE MILITIE.
_BUEGEMEESTEH en WETHOUDERS Tan GOES, -
gezien art. 13, 16, 17, 18, 19, 20, 21 en' 24 der we
op de Nationale Militie, dd. 19 Augustas'!861, (Staats
blad no. 72)
brengen by deze voor de EERSTE M AAL ter kennis
der ingezetenen
dat het register van INSCHRIJVING voor de NATI
ONALE MILITIE dagelyks. gedurende de maand Jaun-
ari, (uitgenomen des Zondags) van des morgens 9 tot
des namiddags 2 uren, ter secretarie der gemeente zal
gereed liggen;
dat tot de inschrijving verplicht zjjn alle manDelyke
ingezetenen, die op den Isten Januari aanstaande hou
19e jaar zullen ingetreden, en dns in het jaar 1859
geboren zjjn, alsmede diegenen, welke na het intreden
van. hun 19e doch yoor het volbrengen van hnn 20ste
jaar ingezeténen zjjn geworden;
dat, volgens art- 15 voor ingezetene wordt gehou
den
1°. hjj, wiens vader, of. is dezo overleden, wiens moe
der, of, zyn beiden overleden, wienB voogd inge
zeten is, volgens de wet - van den 28 Juli 1850
f Staatsblad no 44);
2°. njj, die, geen ouders of voogd hebbende, gednren-,
de de laatste aan bet in de eerste zinsnede van
dit artikel vermelde 'tijdstip voorafgaande, achttien
maanden in Nederland verblyf hield
3° hjj, van wiens ouders de langstlevende ingezetene
was, al ia zyn voogd geen ingezeten, mits hy~bin-
nen Ifèt ryk verblyf "houdt.
Voor ingezeten wordt niet gehouden de vreemdeling,
Dehoorende tot eenen staat, waar de Nederlander niet
aan den verplichten krijgsdienstis onderwórpen, of
waa r, ten aanzien^ der dienstplichtigheid, bet- beginsel
van wederkeerigheid ia aangenomen
dat volgens art,17 niet behoeven te worden inge
schreven de in een vreemd ryk achtergebleven zoofa
vpi een ingezeten, die geenNederlander ïb en de in
een vreemd ,cyk verbJyr boödendë ouderlooze zoon -van
een vreemdeling, al is. zijn voogd ingezeten, alsmede
de zoon van een Nederlander, die ter zake van 'b lands
dienst in 's ryks overzaesche bezittingen of koloniën
woont
dat volgens art. 16 de inschryving moet plaatsheb
ben:
1°. van een ongehuwde in de gemeente w iar "de va-,
der, of, is deze overleden, de moeder, of—pijn bei
den overleden, de voogd woont; -
2°. van een gehuwde en van een weduwnaar in do ge
roeente. waar hjj woont
3°. van hem. die geen vader, moedqr of voogd heeft
pt door deze, is achtergelaten, of. wiens voogd bui
tenslands gevestigd ia, in de gemeente waar hy
woont
4°. van den buitenslands wonenden zoon.van een Ne
derlander, die ter zake van 's lands dienst in een
vreemd land woont, in de gemeente waar zjjn va
der of voogd het laatst in Nederland gewoond
heeft
Terwjjl eindelijk, volgens art. 18, elk diej behoort
ingeschreven te worden, verplicht is zich tnsschen den
lsten en 31 sten Januari daartoe aantegeven by burge
meester en wethoudera ter plaatse en op de uren hier
voren aangewezen, terwyl by ongesteldheid of afwe-ig-
beid zyn vader, of, is aeze over'eden, zjjne moeder,
of, zjjn belden overleden zyn voogd, tot het doen van
die aangifte verplicht is.
Goes, den 8 December 1877
Burgemeester en "Wethouders voornoemd,
M. P. BLAAGBEEN,
De Sésretaris,
BARTM'AN.
ëlNNENLANb.
Goes, 10 Dec. 1877.
Blijkens een afdeelings-verslag van de Eerste Ka
mer, voor de Indische begrooting. heeft ook daar de
toestand van de Indische financiën niet geringe be
zorgdheid gewekt en geleid tot de aansporing om
niet meer dan tot dasver te rekenen op de draag-
kraóhfc van de Inlandsche bevolking, maar gematigd
heid "én voorzichtigheid te betrachten en ook. aan
het beginsel der Indische bjjdrage te bljjven hech
ten.
Met betrekking tot het consignatiesteisei en de
tijdvakken voor de koffieveilingen schaarde men zich
vry algemeen en met nadruk" aan de zjjde van den
Minister.
In zgn antwoord verklaarde de Minister, dat bjj
dëbekende voorstellen tot verderen aanleg van spoor
wegen, bezadigdheid in acht zal worden genomen.
De Minister wjjet aan, dat in de laatste jaren
tnsschen de 8 en 20 millioen telken jare voor Atsjin
is-uitgegeven, zoodat bij wei kan verzekeren dat men
met tie thans uitgetrokken 5 millioen zal kannen
volstaan.
De Minister beeft, even als zgn voorganger, in
Indië op een spaarzaam beheer aangedrongen. Bjj
do versterking der middelen zal op de belangen
der inlandsche bevolking worden gelet. Voor 1878
kan de Minister geen uitzicht op eenige Indische
bjjdrage openen.
Bg de behartiging van do koffiecultuur zal op de
belangen der 3cbatkist en der Inlandsche bevolking
worden-gelet.
Bij bet onderzoek in t3b afdeelingen der Twee
de Kamer, van de gewijzigde begrooting van Oor
log en van de Vesting-begrooting^ werd van me
nige zjjde bevreémding uitgedrukt, dat deze Mi
nister, die zoo veel over de militaire zaken had ge
sproken en geschreven, niet was opgetreden met be
hoorlijk uitgewerkte plannen tot verwezenlijking van
zjjn hervormingsdenkbeelden en dat bjj zelfe -.thans
nog ruimen tijd van beraad vraagt. O.-a., had het
vooral getroffen, dat de Minister eigenljjk niets zelfe
heeft medegedeeld aangaande zjjn plannon voor de
levende strijdkrachtendat hg. bet zoo spherp door
hem gecritiseerde caeernewozen, voorloopig geheel
onveranderd liet; dat hjj voor de voltooiing yg,n de
vestingen in 1878 nog minder wil doen, dan de vo
rige Minister, dien hg daarover zoo hard gevallen
was, voor 1877. en dat ook wat de financiëele offe.'S
voor het- krijgswezen betreft, de Minister de
gekoesterde meening al dadeljjk doet verdwjjnen.fl
Intnsschen scheen de meerderheid wel geneigd
zelfs dezen Minister, die als bekwaam en talentvol
hoog geroemd werd, vooreerst den noodigen tijd te
goven om zijne denkbeelden in praktgk te brengeïi,
en betuigde men met belangstelling de door hem
aangekondigde wetsontwerpen te verwachten.
De Eerste Kamer nam Vrjjdag zonder discussie
een 40tal wetsontwerpen van ondergeschikt belang aan.
De Tweede Kamer handelde. Vrijdag en .Zaterdag,,
de begrooting van Binnenlandsche Zaken af-
By de afd. >Hooger onderwjje" bepleitten dbrn. Te-
ding van Berkhout, van Wassenaer Catwyck, Gratama
Idzerda en van Nispen wjjzigingen in bet Kon. beslait
tot uitvoeripg^ van de H üna-wet, ten aanzien der
academische .examina; en de hb. Moens en Inenting ver
anderingen in het gymnasiaal leerplan- Dat in eerst
bedoeld besluit verandering noodig was, ontkende de
Min. Kappeijne niet geheel;' maar de critiek was toch
vaak te scherp; evenwel zou dé Min! op een nader ont
werp de Senaten hooren zoodra hy *t met^rich zelf over
de veranderingen eens zon zyn. Ook de"critiek betreffende
de gymnasia dacht hem te scherp, ofscbopo hy, zoodra bet
rapport van den inspecteur zou zjjn ontvaugeu, ook dat
"zou wjjzigen in dien zin. dat het programma zooveel doen-
ljjk slechts algemeene beginselen zou vaststellende Min.
metkle echter op, dat de: wet knellende banden had
aangelegd en de vrjjheid zeer belemmerde. Des gevor
derd zou de Min.'..echter een wetswyagmg voorstellenj
in afwachting fy&n die nadere regeling wenschto bjj
infcusschen niets *iè bepalen omtrent de. subsidiën aan
de gemeenten voor hare gymnasia.
Naar aanleiding van een vraag van dhr. T. v. Berk
hout en van de vrees van dhr v. Houten, dat men doör
de kosten van opleiding van leeraren van de Herv.
kerk" toch een theologische faculteit zou vormen,
verklaarde de Minister verder, dat de Synode, op grond
van de wet, had besloten tot instelling van theologische
leerstoelen, waarvoor zjj nu krachtens de wet de kos
ten vraagde. De-- Min., meende tm. datde Staat, dit
geld verleeaende. vérder slechts had te zorgen dat zgn
theologisch ouderwijs wetenschappelijk goed rjj en de
Synode in- haar onaerwys zooveel mogelyk moest vry
laten. 1
By de afd. Middelbaar onderwjjs" bepleitte de hr_
Schagen van Leeuwen het goed recht vin Delft op Ryks
hulp voor de Indische inrichting aldaar, die meer O. I
ambtenaren levert dan de ondersteunde Leidsche.
De Minister zeide billyke maatregelen toe.
De br. Moens trachtte, by art. 102, de Reg. te bè-
w^en, voorloopig afte zien van het oprichten van nieuwe
Ryks-kweekscholen voor oqderwyzers- De Minister
was echter daartoe niet bereid, daar de nieuwe onder-
wyzerswet, waar dhr. Moen« zich op beroep, jnist meer
onderwjjs-krachten zou eischen. - -
Ken vry scherp debat ontstond eindelyk nog by de-
afd. Kunsten en wetenschappen" over de Ryksadvj-
senrs voor de monumenten. Dhr. Rutgers nl. meende
dat deze belachelyk -ver overdreven in de richting dat
knnst wel Regeeringszaak is en niet alleen overal kalk
afkrabden, maas zelfe oudheden fabriceerden en daarbjj
lastig en ^-evaarlyk werden door het veroorzaken va»
conflicten. En dhr. de Jong (uit Hoorn) voegde <qr
een nog grooter bewaar hy: dat de Adviseur»Bomj*
reeds betalen of althans geld beloven uit volgende
begrootingen, welk bezwaar-ook voor dhr- v.Tfou?
ten 'zeer overwegend was.
Wel Dam dhr. van Eek de hoeren in bescherming
door te meenen dat ons land, in lömst waarde. heb-
öen opgeknapt; maar dhr.-de Jénp' hield iyn grievé5
vol-, en dhr. de Jonge obdersteunde déze,- opmerkend1-
dat een nadere regeling van den werkkring der commaL
,pie hem 'gewenscht voorkwam-., -i «va
Dhre. Amoldls, Begrcan, Gratema. v. Ede, -Verhyen
de Biebêrsiein verdedigtian echter de Adviseurs nade^,
al scheen dok hun matiging in de werkzaamheden
zeer wcnBcbëlyk, eh ook 'dé Minister nam henin bescher-
ming.'evcnwel.verklarende dat hjj, met' aBe Kefde votnr
kunst, :er voor zou trachten te waken- ddt de'Staat
sober en geen knDBtliefhebber zjj. Geanticipeerd op
volgende hegroótingen was er eenter «niet, .^mjaUeea
door de moreale verplichting ótn aaogevangen ver bete-