BERIGT. Vrijdag 14 Mei 1875. Tiende Jaargang. No. 37. t ™«ch.ijnt, uitgp*pndei;d op. C Pry's der Advertentien 10 et.,per f Afle Stukken de redactie betreffende, ge. ■»,ip iu.35 - «erjren op zoom 11, 8,18 10,^6 *Apn dew halten wordtgèrtcmt, wapneer Wouw8,31 11, 8,80 10.46 daarreUiger» worden ópgenoinëii i.I uftgélaWn, EoÓSendaal,A 8,40 il,. telyke fwatdgyjsndej'tfaanisgl«p.'Ïhn4«rjfaiini>&i*.I*ry»!^ kwirtiat 1.0,86. Ir. p* post/*! ten, ttoosenqaaj....A- o,4iu ii,zb 8,4» 7,65 4J0*turjf*g*Uyc***. ^ry» kw4rtial i 0,86. Ir. p., poit f\,Afzonderlijke Kommer» et, de Uitgavevfran^o toe te/enden aan den l'itgever'A.C. DE JOHOi: iSi. te;6foea. ntien tnt d oh namiddags 3 are. - C^/*Door het invallend Pink sterfeest zal de Courant van aanstaanden Dingsdag NIET verschijnen. OPENBARE VERGADERING va» den •BAAD DEE GEMEENTE GOES, op Donderdag den 13 Mei 1875, des avonds ten acht ure. Goes, den 11 Méi 1876. Do Secretaris, HARTMAN PUNTEN VAN BEHANDELING; 1. Mededeeliugen, ingekomen stukken 2. Beslissing omtrent het amendement van rnr. van Hoek, om de jaarwedde van den commies ter se cretarie te bepalen op f 450, in plaats van f 500. 3. Aanwijzing van twee ledea ia het stembureau voor de verkiezing van een lid der Tweede Kamer van de Staten-Generaal. 4. Voorstel van Burg. en Weth. tot het verleenen van een crediet voor de aanschaffing van een kleed in een der kamers van het Raadhuis. DE ALAEMKÏOE. De Goessche Courant deelde in haar no. van Maandag 11. mede, dat «de tijd reeds daar is,» om de alarmklok voor den verkiezingsstrijd te gaan lu$en. Wij zullen haar daarin nog niet vol gen. Wij voor ons gelooven geene maand noo- flig te hebben, om de kiezers te doen inzien, welke keuze in het belang van Koning, vader land en godsdienst, zijn zal. Daarvoor is het voldoende slechts op de feiten der laatste jaren te wijzen, om de waarheid bloot te leggen. En ach, die waarheid is zoo eenvoudiggoede waar behoeft geene breedsprakige aanbeveling. Toch was de G. C. nog niet de eerste, die aan het touw der alarmklok beproefde te trek ken. Reeds de laatst afgetreden minister Fran sen van de Puttebeproefde dit, door aan de Re gering te vragen, blootlegging harer voorne mens, zoo ten opzigte van aanleg van spoor wegen als in zake de onderwyaquestie. Dat het woord «wet tot aanleg van spoor wegen» weerklank vindt bij de ijlende spöor- wegkoorts, die Nederland, dank zij het ontwerp- Kappeijnebevangen heeft, behoeft geen betoog. Toch, hopen wij, en. vertrouwen wij dat de Rege ring zich hierdoor niet zal laten verleiden vóór het geschikte tijdstip zich uit te laten. Tot hiertoe heeft zij getoond het groote gewigt van zulk wetsvoorstel te beseften, en dat het niet aangaat de millioenen met tientallen te bestem men voor bepaalde onderwerpen, waar later wel- ligt zou bljjken dat zij op andere wyze beter bestemd waren/ Aanleg van spoorwegen is ze tter wenscbelijk, maar er zijn meer verbeterin gen, die wenschelyk zijn. Het gaat diet aan alles voor een.e zaak te bestemmen. Hierin ligt juist een bezwaar voor ons in een wetsvoorstel aoór kamerleden, waaraan zulke fmantiële ge volgen verbonden zjjn. Al is het voorgésteTde óp zich zelf wenschelijk, dan nog kan de Re gering, beter dan wie anders,' ook beoordeolen, ïn hoever dë tijd daar nu reeds voor gekomen 'is; omdat izgAlleen het ^^rkan ovèr^ien, zoo wel van den finantiëlèi toestand fits de overige wenschen eh verbeteringen aacwelker tot sfcand- breüging gearbeid wórdt. Wanneer al het beschikbare /geld, of nage noeg al het beschikbare, bèstemd wordt voor aanleg van spoorwegen, Vaar zou dan het geld van daan moeten komen, voor de noodige de fensie-werken, voor het verwezenlijken van plan nen als de droogmaking der Zuiderzee, aan wel ker voorbereiding gearbeid wordt, of van de droogmaking van den Bollardwaar spoeflig mede zal Vofden aangevangen, enz.? Waar zóu dan het -geld van daan moeten komen, om het vat der Danaïden te -vullen, dat het afgetreden «liberale» ministerie voor Nederland noodzake lijk heeft, gemaakt- in dén rampzaligenoorlog met. Atchin? Zie, dit had het ministerie reeds aanstonds kunnen antwoorden, zonder verder hare plan nen open te leggen: hadden wij de 150 milli- oen nog, beschikbaar, die de, onder verantwoor delijkheid van den geachten afgevaardigde 'Fran sen van de Putteen onder toejuiching zijner «li berale» parfcijgenooten, begonnen oorlog met At chin reeds verslonden heeft, wij zouden ze gaarne besteden tot aanleg van spoorwegen! Daarmede zou men het dubbel kunnen leggen, van betgeen door de heerea Kappeijne c. s., gevraagd wordt. Maar die millioenen zijn voor Nederland ver loren gegaan; ën hoevele millioenen zullen daar nog verder voor h.oodig zijn? Ieder die niet verder wil springen dan zijn stok lang is, dient dergelijke vragen wel te wikken en te wegen, wil hij verantwoord zijn. De plannen in zake de onderwijsquestie. Ook wij zouden wenschen dat het tegenwoordig mi nisterie die kon openbaar maken vóór de ver- kiézingen. Omdat wij vertrouwen dat d.eszélfs plannen, instemming zouden vinden by bét regt- gëaarde, bet in waarheid vrijheidlievend deel der natie, omdat wij vertrouwen dat het tegenwoor dig ministerie ook in dit opzigt in waarheid na tionaal is. Maar ook hier geldt het eene vraag van het uiterste gewigt; eene vraag, vaü welker beantwoording bet toekomstig wél of wee van ons vaderland afhangt. Daarom ook hier liever enkele maanden gewacht en een goed voorbereid, afgewerkt plan, dan .door voorbarige bekendma king van nog niet geheel voorbereide plannen, die belangrijke oplossing op het spel gezet. Daarbij komt, dat eene openbaarmaking aan den vooravond der verkiezingen, wei eens mis bruikt zou kunnen worden om het verkiezings- watèr «troebel» te maken. Nederland heeft reeds meer gelegenheid gehad om het zóet gefluit van den voog'laar te leeren kennen. Maar nog niet genoegook den minister van Finantiën werd gevraagd, om zijne plannen be- tróffende zijne belastinghervormingen vooral toch bekend te maken. Waarlijk', het grenst aan het ongelooflijke. DéZellfle «liberale» p'ürtjj, die in zes jaren üog niet in staat was die aangelegenheid te regelen, wenscht nu ,dat hunne tegenstanders in weinig meer maanden daarmede gereed zullen zyhl In dien die van «liberale» zyde uitgesproken wensch gemeend is, dan is het wel het onwederspre- kelykste bewijs hoe de «liberalen» zelf over tuigd moeten zijn van de zedelijke meerderheid banner tegenstanders. BINNENLAND. G'oés, 13 'Mei 1875. De Tweede Kamer heeft Dingsdag de fabrieks- wefc aangenomen met 25 tegen 17 stemmen. Daarna- had de interpellatie plaats van den Heer Nierstrasz over den 'toestand van., het Indische, le ger. De -Minister van Koloniën heeft medegedeeld dat dit leger, thans 8000 man sterker was dan vóór den oorlog. Sedert November zijn van dege- övacueerden ongeveer 10Ó0 man overleden. Van de. gevraagde 300Ö man suppletietroepen zijn 1395 man gezonden. Sedert November zijn 968 man aan geworven. Mobilisatie van de Indische schutterij heeft nog niet plaats gehad, wel de barissans, doch daarin is niets buitengewoons. De opperbevelheb ber heeft gunstige berigten gezonden van den ac- tuëlen toes'tand te Atjeh. By het Departement zijn verschillende maatregelen tot legèraanvulling en lotsverbetering genomen of aanhangig. Vooral bet moreel gehalte der troepen is zeer gtm'Btig. De heer Nierstrasz verklaarde zich hier mede niet voldaan en drong aan óp krachtiger handelingen. De interpellatie van den heer Kuyper is be paald na afloop der tegenwoordige agenda. Voorts was het plan van den Voorzitter om daarna de muntwet en het 'voorstel Kappeyne c. s. .aan de orde te stellen. De heer van Houten stelde voor, om dit laatste dadelyk le behandelen. De Minis ter Heemskerk verklaardes bepaald in dit zittingjaar een spoorwegóntwerp te zullen indienen, w aarop de heer van Houten zijn voorstel introk. -- De Minister van Oorlog; ontvangen heb bende een aantal rekwesten, waarby door of t ten behoeve van milicien-verlofgangers vrystelling wordt verzocht van het opkomen onder de wapenen voor de eerlang te houden naj aars oefeningenbrengt bjj - deze ter kennis van - de adressanten, dat do belangen van de. dienst niet toelaten in hun ver zoek te bewilligen; Té dezer gelegenheid worden de betrokkene miliciens herinnerd, dat zy, die we gens ziekte niet op den bepaalden dag onder de wapenen komen,, overeenkomstig de bestaande voor schriften, zich na hunne oproeping bij hun korps moeten vervoegen, ten einde gedurendezee weken in den wapenhandel te worden geoefend. Se. Ct. De Min. van Marine brengt in de Staats courant van Dingsdag 11 dezer ter kennis van be langhebbenden, dat aan hét Koninklyk Instifcunf voor de Marino te Willemsoord de'betrekking van leeraar in de algemeene geschiedenis, de aardrijks kunde en da Hoogduifcaohe taal den 1 Sept. a. s. komt te vaceren. Do- Minister van Binnenlandsche Zaken heeft bepaald, dat, tengevolge van het overlijden vanjhr. J. A. C. A. van Nispen van Sevcnaar, de vérkiezing van een lid voor de Tweede Kamer dér Statén-öè- neraal in het hoofdkiésdistrict Nymegen zal ge schieden op Dingsdag 1 Juhij e. k.; en dat, zoo eette herstemming noodzakelijk is* die zal1 plaats" hebben op Dingsdag 15 Juny daaraanvolgende. De verkiezingen op 8 Junij e. k. voor léden van de Tweede Kamer der Staten-Generaal zullen plaats hebben in de hoofdkiesdistricten Groningen, Appingadam, Assen, Leeuwarden, Sneek, Dokkum, Steen wijk, Zwolle, Almelo, Deventer, Zutpheil, Arn hem, Nymegen, Tiol, Amersfoort, Utrecht, Hoorn, Alkmaar, Haarlem, Haarlemmermeer, 'Amsterdam^ Lolden,, Gouda, Delft, Rotterdam, Bneïle, a Gra-

Krantenbank Zeeland

Nieuwe Goessche Courant | 1875 | | pagina 1