HEJJWE iOESSGIE COURANT.
Nieuwsblad voor Tliolen, Zuid- en Noord-Beveland.
R1JKSTELERAAF.
nWj*S»v> J-.'tii/A11
No. 61.
Vrijdag- 9 Augustus 1872.
Zevende Jaars-aig.
O c
-O
Roosendaalv
8,45
12,8
bo
4,48
8,25
-ë
8,57
12,18'
5,2
8,35
Bergen op Zoom...
■0
9,17
12,28
T3
U)
n
5,26
8,44
Woensdrccht
0
O
9,27
12,38
5,39
8,53
Q
9,40
12.51
Q
5,50
9,6
Krabbendijke
9,46
12,57
a
6,4
9,12
Kruiningen
O
9,5 C
1,7
<0
6,16
9,22
•Vlnke
10,1
1,12
6,22
0,27
Biezclinge
10,17
1,28
6,39
9,40
1
Goes
8,33
10,26
1,38
3,80
6,59
9,48
P3
'sHeer Arcndskcrke
8,41
10,34
1,46
3,38
3,61
■7,0
9;56
S
Arncmuiden
8,54
10,47
2.—
7,27
10,9
9,—
10,53
2.6
3,57
7,35
10,15
MiddelburgV 5,50
Ameinuiden5.57
's Utcr Arcndskcrke 5,1
Goes5,20
Biezclinge6,32
•Vlakc6,39
Kruiningen6,44
Krabbendijke6,54
•Rilland7,
Wocosdrecht.7,13
Bergen op Zoom.. 7,23
Wouw6,32
csendaalA 7,40
7.23
7,30
7,43
7,5
9,25 12,33
9,32 12,42
9,46 1,—
1.17
10,7
10,14
10,19
10,29
10,35
10,48
11,1
11,12
11,21
1,33
1,41
1,47
1,59
2,23
2,45
5,48
5,55
6,8
0,17
6.30
6,37
0,42
6,52 I
6,58 1
7,11
7,21
7.31
7,40
P<
Aan deze halten wordt alléén gestopt, wanneer daar reizigers worden opgenomen of uitgelaten.
(Jou ra ut verschijnt, uitgezonderd op Christelijke feestdagen, des Maandags en Donderdags avonds Prijs kwartaal f 0,85. fr. p. post/A.Afzonderliikc Nommers 5 ct.
Prijs der Advertentien 10 ct. per regel, groote letters en vignetten naar plaatsruimte. Geboorte-, huwelijks- en doodberigten van 15 regels 50 cent.
Alle Stnkkcn de redactie betredende, gelieve men minstenB één dag vóór de uitgave franco toe te zenden aan den Uitgever A.C. DE JORGE SJz. te Goes.
Inzending der Advertentien tot des namiddags 3 are.
MINISTERIE VAN FINANCIËN.
BESTEDING.
Op Vrijdag, den lóden Augustus 1872. des voormid
dag* ten 10 mu, r.A. onder uad i goedkeuring, door
den Commissaris des Konings in de provincie Zeeland,
of, bij zijne afwezigheid, door een der leden van de Ge
deputeerde Staten, en in bijzijn van den ^Hoofdingenieur
van den Waterstaat in bet 11de district, aan het ge
bouw van het proviu iaal bestuur te Middelburg, wor
den besteed:
Het inrig-ten van eene "bestaande
keet te Hansweert tot telegraaf
kantoor en woning voor den be
ambte,
De besteding geschiedt alleen bij inschrijving, volgens
134 der Algenvenc» Voorscnriflen.
jjlet bestek ligt ter lezing aan do bureaux van den
Rijkstelegraaf -Plein no. 2 te 's Graveuhage, aan de
lokalen der besturen van de onderscheiden provinciën,
en is voorts op franco aanvrage, tegen betaling der kosten,
te bekomen bjj den boekhandelaar M. Nijiioff, Raam
straat no. 49 te 's Gravenhage. en door zijue tusschen-
komst in de voornaamste gemeenten des Ryks.
Den 6den en 4den dag vóór de besteding wordt de
noodigo aanwijzing op de plaats gedaanvoorts zijn
nadere inlichtingen te bekomen by den Hoofdingenieur
van den Waterstaat te Middelburg en bij den Ingenieur
van den Waterstaat to Goes.
's Gravenhage, 27 Julij 1872.
Voor den Minister,
De Secretaris- Generaal,
B A R T S T R A.
AAN ELKE DEUGD GRENST EEN ONDEUGD.
Dagelijks ziet men, dat, wanneer iemand een
maal een vast beginsel heeft aangenomen, hij
gevaar loopt uit vrees van inconsequentie, uit
rrees, van aan dat beginsel ontrouw te worden,
zich te ver laat voeren. Meermalen ziet ineu
daardoor, dat een beginsel, dat op zich zelf hoogst
aanbevelenswaardig is, te, ver gedreven, nood
lottig wordt. Van daar het spreekwoord aan
elke deugd grenst een ondeugd. Zuinigheid is
aan te prijzen, mits bet niet in gierigheid ont
aardt; mildheid .eveneens, maar aan mildheid
grenst verkwisting; vrijgevigheid in het eerbie
digen van de regten van anderen 'is een der
schoonste deugden van een volk, mits die vrij
gevigheid niet in bandeloosheid ontaardt. Alles
heeft zijn grenzen maar het is Vaak moeijeiijk
die grenzen met juistheid te bepalen. Toch zijn
zij er.
Dit kwam bij ons op, toen wij eenigen tijd
geleden vernamen, dat de Internationale in Sep
tember e. k. te 's Gravenhage een algemeen con
gres zou houden, wat haar in andere landen
verboden was. Dat die vereeniging na het ver-
hod, om b. v. in Frankrijk te vergaderen, daartoe
Nederland uitkoos, Nederland, dat sinds eeuwen
den naam heeft, van vrijheid van denkbeelden
te eerbiedigen en zoo noodig te verdedigen, zal
niemand verwonderen. Op zich zelf zal ieder
Nederlander er trotsch op zijn, dat zijn vader
land dien roem van vrijheidszin verworven heeft.
Maar mag die vrijheidszin zoover gaan, dat op
onzen vaderlandschen bodem, eene vergadering ge
duld wordt, die ten doel heeft de ontwikkeling
der Internationale te bevorderen? Wij aarzelen
niet hierop ontkennend te antwoorden. Naar
onze overtuiging zou hierdoor de grens van
waren vrijheidszin overschreden worden.
Even toch als de burgerregtelijke eigendom
iemand geen verdere bevoegdheid toekent, om
over zijn eigendom te beschikken dan voor zoo
ver hij dit doen kan zonder in strijd te komen
met de wetten of openbare 'verordeningen, of
voor zoover hij aan de regten van anderen geen
hinder toebrengt, evenzoo gaat de publiekreg-
terlijke vrijheid, niet verder dan voor zoover zij
niet in strijd komt met de openbare orde en de
vrijheid van anderen.
Dit laatste doet de Lüernationale echter wel.
Als individuen hebben de leden er van, even
goed als elk jinder, het regt om hunne over
tuiging te hebben, maar wanneer die leden zich
gaan vereenigen, om door gemeenschappelijke
zamenwerking, hunne beginselen toe te passen,
dan loopt men gevaar dat zjj daardoor de be
staande orde en wetten, ja zelfs den eigendom
en regten van anderen zullen omverwerpen.
Maar daarom gaat het den grens van vrijheids
zin te buiten om dergelijke vereeniging toe te
laten.
En dat wij niet overdrijven wanneer wij die
gevolgen verwachten van de Internationale als
vereeniging, leert de geschiedenis, leeren de
grondbeginselen waarop die vereeniging steunt.
Of twijfelt er welligt nog iemand onzer lezers
aan, hij herinnere zich het ongelukkig Parijs
van het voorjaar L871, toen de Internationale
zich in hare ware gedaante vertoond heeft. De
rookende puinhopen dier schoone wereldstad, de
van het bloed der weerlooze slagtoffere door
weekte bodem, zij toon en de middelen aan die
de voorstanders der Internationale meenen te
moeten aanwenden ter bereiking hunner doel
einden. Brandstichting en moord zijn de gevol
gen, de vruchten dier vereeniging.
Daarom wordt in het buitenland, zelfs door
verschillende Staten onderling overlegd, wat er
te doen is, om dien alles verdervenden stroom
te keeren.
Toch worden er nog velen gevonden wier vrij
heidszin zoozeer in zwakheiff ontaardt, dat zjj
meenen dat zelfs aan dergelijke .vereenigingen
de gelegenheid moet'gegeten worden, om ter
bereiking hunner doeleinden, te beraadslagen. Zij
meenen datzoo, langhet bij «bespreken». blijft,
men hen vrjj moet laten, en dat'de Staat eerst
-tusscheiibeide mag komen, wanneer de vereeni-
giqg tqt,,daadwerkelijkheden overgaat.
Hoe onjuist zoodanige bewering is, bjjjkt reeds
uit onze geldende strafwet. In de eerste titel
handelende over «de misdaden en wanbedrijven
tegen de veiligheid van den Staat», wordt «aan
slag» en «zamenspanning» steeds als in één
adem genoemd, en zelfs herhaaldelijk met dezelf
de straf bedreigd, niettegenstaande tevens uit
drukkelijk wordt gezegd dat een «aanslag» eerst
bestaat, wanneer er eene daad is gepleegd of
begonnen om tot het ten uitvoer brengen der
beraamde misdaad te geraken, terwijl, «zamen
spanning» reeds bestaat «zoodra twee of meer
«zamenspanners het besluit tot de onderneming
«onderling afgesproken en bepaald hebben».
En nu zal wel niemand ontkennen, dat de
leden der Internationalezoo zij al niet onder de
termen der strafwet vallen, dan' toch zedelijk
geacht moeten worden, ,door hunne toetreding
mede te werken tot de bereiking van het doel,
beoogd door de vereeniging, het doel om de be
staande maatschap pij, de veiligheid van den Staat
omver te werpen.
Zal de Regering nu wachten tot dat de Inter
nationale ook in Nederland handelendd. i. bran
dende en moordende optreedt Of zal ze vóór
dat het zoover komt het gevaar trachten af te
wenden
In het eerste geval laadt zjj niet alleen eene
groote verantwoordelijkheid op zich tegenover
de rustige ingezetenen van ons vaderland, maar
zij stelt zich buitendien aan het gevaar bloot,
om in conflict te komen met andere Rijken.
Deze zullen toch niet kunnen en ook niet wil
len toezien, dat op onzen bodem zamenspaiinin-
gen plaats hebben, om bij hen alles in de war
te sturen.
Daarom hopen wij dat het nieuw opgetreden
ministerie krachtdadig zal optreden, en het voor
genomen congres zal verbieden. Hiertegen is
volstrekt geen bezwaar, zoo als sommigen willen
beweren, art. 10 der Grondwet bepalende«het
regt der ingezetenen tot vereeniging en verga
dering wordt erkend». Niet alleen toch wordt
hier dit regt van «ingezetenen» en dus niet
van buitenlanders erkend, maar zelfs voor die
«ingezetenen» bestaan grenzen. Het tweede lid
van dat artikel 10 tóch luidt: «De wet regelt
en beperkt de uitoefening van dat regt in het
belang d,er opepbare or,de.»
BINNENLAND.
Goes, 8 Augustus ,187/?.
-Volgens geruobt,. zegt - het Utr. Dagblad^ zou bg
het 'Ministerie van oorlog;het •voornemen, bestaan,
om bij ieder regement van onsleger,2luitenants
aan de bestaande formatie toe te .voegen, én -.deze
te boBtemmen voor speoiale diensten. -1In verband
daarmede zon aan de onderofficieren, die Voldoend
examön :voör den" rang van 2denluitenanti hebben
afgelegd,' maar dié 'wegens gebrek aan plaatsen
niétkonden-'benoemd worden, alsnog zolder nader
examen dé rang van tweeden luitenant verleend
worden.