HUI WE GMSCHE COURANT.
Nieuwsblad voor Tbolen, Zuid- en Noord-Beveland.
No, 49. Vrijdag 28 Junij 1872, Zevende Jaargang.
.Roosendaal7
■d
8,45
12,8
m
4,48
8,26
8,57
12,18
5,2
8,35
Bergen op Zoom...
u
9,17
12,28
V
to
5,26
8,44
Woensdrecht
g
9,27
12,38
.9
5,39
8,53
•Rilland...
Q
9,40
12.51
Q
5,56
9,6
1 Krabbendijke.,..:...
d
9,46
12,57
d
6,4
9,12
Krainingen
9,56
1,7
6,16
9,22
i •Vlake
10,1
1,12
a
6,22
9,27
BiereJinge
■3
10,17
1,28
<5
3,30
6,39
9,40
Goes
8,33
10,26
1,38
6,59
9,48
'a Heer Arendskerke
8,41
10,34
1,46
3,38
7,9
9,66
8,54
10,47
2,—
S.51
7,27
10,9
Middelburg.A
9,—
10,53
2,6
8,57
7,35
10,15
Deze Courant verschijnt, uitgezonderd op
Prijs der Advertentien 10 ct. p
Alle Stukken de redactie betreffende,
MiddelburgV 5,50
Arnemuiden6,57
's Heer Arendskerke 6,11
Goes6,20
Biczclingo6,32
•Vlfjke6,39
Kroiningen6,44
Krabbendijke-6,54
•Rilland7,—
Woensdrecht7,13
Bergen op Zoom.. 7,23
Wouw6,32
ootendaalA 7,40
Aan deze halten wordt alléén gestópt;' wanfleerd^ïeitigers.'wórden opgenomen of hitgelaten.
Christelijke feestdagen, Aet Sfaandaffb en Donderdags avonds. Prijs kwartaal f 0,85. fr. p. post/1,—
sr regel, groote letters en vignetten haar plaatsruimte. Geboorte-, huwelijk»- en doodberigten van 1
gelieve men minstens één dag vóór da uitgave franco toe te zenden aan den üitgever A.
Inzending der Advertentien tot des namiddags 3 nre.
7,23
7,30
7,43
7,50
9,25 12,33 5,48
9,82 12,42 5,65
9,46 1,— 6,8
9,55 1,17 6,17
10,7 1,33 6,30
10,14 1,41 6,37
10,19-1,47 6,42
10,1,69 6,52
10,35 2,5
10,48
11,
11,12 2,59 7,81
11,21 3,10 7,40
6,58
7,11'
2,45 7-,21
Afzonderlijke Nommers 5 ct.
•5 regels. 50 cent.
c, de JOHGE sJz. te Goes.
Bekendmakingen van het Oemeente-totnur.
BDek op de EDi-aaibirug.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES
brengen ter kennis van belanghebbenden, dat zjj op 55a-
turdag den 20 Jnnlj a. s. des namiddags ten een ure
in bunnê vergaderkamer ten raadhuize zullen trachten
aantebesteden:
„Het vernieuwen van het dek op de draaibrug
„over de haven met de uitvoering van/daarbij
„hehoorende werken:
Bestek en voorwaarden liggen ter lezing ter secretarie
der'gemeente eiken dag van des voormiddags 9 tot des
namiddags 2 nre.
Goes, den 22 Jong 1872.
Burgemeester en Wethoudersvan Goes,
M. P. BLAAUBEEN.
De Secretaris,
H A RTM'AN.
WAT ER VAI7 TE DEHKEÏI.
De vergadering van den gemeenteraad te
Goes, op Dingsdag 25 Junij, 11. was in verschil
lende opzigten zoo belangrijk, dat wij het wen-
schelgk achten, bij eenige daar behandelde pun
ten, stil te staan. Ditmaal bij de behandeling
van het door den mr. Del Baere ingediend
adres aan den Baad.
Vooraf een enkel woord over de geschiede
nis der zaak die het betrof.
Eenige maanden geleden werd door dhr.
Swarthoofdonderwijzer aan de openbare lage
re school 1ste klasse, aan den Raad een re
quest ingediend, waarbij hij verzocht dat b^m
een zijner zonen tot hulp aan zijne school mogV
worden toegevoegd, gedeeltelijk ten koste van
hem zelf, gedeeltelijk ten koste der gemeente.
Hij voerde ter ondersteuning van dat verzoek
aan, dat, waar het in het algemeen wensche-
lijk mogt geacht worden, dat aan elke klasse
eener school een hulponderwijzer, geplaatst was,
en de hoofdonderwijzer slechts belast werd met
een algemeen toezigt houden, dit voor zijne
school dubbel wenschelijk was, aangezien de on
gunstige toestand van zijn gehoor hem minder
geschikt maakte om alles te verrigten, wat tot
het onderwijs van oeno klasse vereischt werd.
Dit verzoek werd door den Raad in strijd met
het gunstig prmadvies van B. W. en het rap
port van do plaatselijke schoolcommissie af
gewezen op het advies der vaste commissie van
het fin an tie wezen, die meende dat het een ge
vaarlijk antecedent zou zijn, om aan een amb
tenaar, die door persoonlijke aangelegenheden
verhinderd werd zijne werkzaamheden naar be-
hooren waar te nemen, op kosten der gemeente
een adjunct toe to voegen, terwijl zij meende
dat er in casu geen termen bestonden, om daar
van af te wjjken. Het aantal leerlingen der school
toen 210 meende zy dat geen aanleiding
gaf om by hef onderwijzend personeel onder
wijzers en kweekelingen hij de begrooting op
8 vastgesteld, nog een 9de te voegen. Ook
meende die commissie, dat dé ongunstige toe
stand van zijn gehoor den requ es trant ook min
der geschikt zou maken voor een algemeen toe-,
zigt houden, waarover eveneens een goed gehoor
een vereischte was.
ïn dezelfde vergadering waarin afwijzend be
schikt werd op het verzoek van den hoofdon
derwgzer Swartkwam een adres in van mr. J.
I. Del Baerehetwelk door deze was opgesteld,
vóór dat hij bekërid kon zijn met hét rapport der
finantiële commissie hoofdzakelijk strekkende
om zjjn leedwezen te betuigen, dat het verzoek
van den heer Swart hoofdzakelijk van finantiè'le
zijde beschouwd werd, en niet Van het standpunt
van de geschiktheid van den hoofdonderwgzer,
die zelf erkende door een organisch gebrek min
der geschikt te zjjn geworden voor zijne betrek
king. De adressant wees bovendien als bewijs
van die ongeschiktheid op onregelmatigheden
die op die school, waar ook hij zijne kinderen
moest laten onderwijzen -daar voor hem als
gegoed man de andere gemeentescholen <eh ge-
bruike zijner-kinderen niet open stonden, als al
leen bestemd, voor min- en on vermogenden
plaats grepen,; en verzocht om alle die redenen
dat de Raad tiëógt besluiten dien hoofd-onder-
wijzer zijn eervol ontslag te verleenèn.
Op voorstel van B. W. werd dat adres ge
steld in handen van, den heer schoolopziener.
Blijkens een sinds ingekomen en in de verga
dering voorgelegd rapport meende de schoolop
ziener in overeenstemming met de Plaatselijke
schoolcommissie, dat er geen termen aanwezig
waren, om op de door mr. del Baere aangevoer
de gronden, den heer Swart zyn eervol ontslag
te verleenen. De onregelmatigheden waarop door
mr. Del Baere gewezen was, meende hij dat daar-,
toe geen aanleiding gaven, daar dergelijke on
regelmatigheden op elke school wel eens voor
vielen, en de doofheid- van dien hoofdonderwij
zer wasj naar meening van den heer schoolop
ziener, mr, de Laat de Kanterniet zulk eene ver
hindering, dat hjj daarom zou behoeven ontsla
gen te wordenDe schoolopziener meende dat
die doofheid, waarop door den hoofdonderwgzer
in zjjn voornoemd request gewezen werd, slechts
bijzaak was, doch dat die requestrant, het ver
zoek van toevoeging van zgn zoon als hulpon
derwijzer aan zjjne school, hoofdzakelgk gedaan
had, om door meerder personeel, mindere ge
bondenheid van den hoofdonderwijzer te verkrij
gen, die daardoor in de gelegenheid" geplaatst
werd een' beter algemeen toezigt te houden. Te
vens verzekerde de schoolopziener ook namens
do Plaatselijke schoolcommissie dat hem nooit
was gebleken, dat die doofheid zoo erg was,
dat het hém een beletsel was in het geven van
onderwijs.
Het zou ons te ver voeren al hef door de
verschillende sprekers aangevoerde in het breede
na te gaan, en daarom wenschen wij alleen den
indruk weer te geven, die dé geheele zaak op
ons maakte. Het geldt hier toch eené zaak van
groot belang. Nadat de wetJ bepaald heeft-dat
zooals dhr. mr. Pompe zeide de overheid -
zich met de zorg voor het openhaar onderwijs
zon belasten, is het voorzeker van overheid
een eerste pligt tè zorgen, dat dat onderwgs
goed zjj. Kan dit het geval geacht worden, wan
neer het is toevertrouwd aan een onderwijzer die
zelf verklaart' door een organisch gebrek, min
der geschikt te zijn om alles te doen wat voor
het onderwgs in eene klasse vereischt wordt
Dit was de vraag die het gold.
Ook wij kunnen niet instemmen met de strek
king aan het request van dhr. Swart, gegeven
in het rapport van den schoolopziener, dat de
hoofdreden van hetverzoek te zoeken was in
den w^nseh, ora door meerder personeel het on
derwgs te verbeteren, en dat zijne door hem aan
gevoerde "doofheid slechts bijzaak was. Ware
dit het geval geweest, dan zou zoo als jhr.
mr. Pompe te regt opmerkte die requestrant
niet verzocht hebben, dat die vermeerdering van
personeel gedeeltelijk ten zijnen koste zod
den, maar dan zou hij
geheel ten koste der gemeente mogt geschieden.
Maar bovendien, wanneer dat request de strek
king had van verbetering van 'onderwijs, daar
zou die hoofdonderwijzer, zich naar onze mee
ning, geplaatst hebben op. het standpunt van de
Plaatselijke school-commissie. Aan deze staat
het, niet aan een hoofdonderwgzer buiten de
schoolcommissie om, om indien
dig acht voorstellen
tot reorganisatie der school.
Met he| oog hierop, is het ons niet mogelijk
eene andere strekking aan het adr,es van dhr.
Swart toe te kennen, dan dat hg wegens zijn
organisch gebrek hulp'verlangde. En nu moge
de heer schoolopziener in overeenstemming met
de Plaatselijke schoolcommissie verzekeren, dat
hij nimmer heeft opgemerkt dat dit gebrek hin
derlijk zou zgn,. wij gelooven dat de persoon
die het zelf heeft, beter over dó hinderlijkheid
kan oordeolen dan iemand anders. En dat het
hem hinderigk is, heeft by zqlf erkend, en ge
looven wy dat dna als bewezen kan wórden aan
genomen. Wilde men het tegêndëer bewereji,
men zou-moeten aannemen dat dhr. «SVoar^ ter
bereiking van zyn wensch een gebrek zou heb
ben voorgewend dat niet bestond, en wy heb-
saais»