Dingsdag 21 November 1871. Zesde Nieuwsblad voor Zuid- Tlholieaa en Noord-Beveland. U1TGEL00TTE 0BLIGATIEN. n a n n n n n n n voor aigemeeitbelang V, moeten persoonlijke inzioten wijken. No. 90. Deze Courant verschijnt, uitgezonderd op Christelijke feestdagen, des Maandags en Donderdags avonds. Prijs kwartaal f 0,85. fr. p. post/I,Afzonderlijke Nommera 5 ct. Prïja der Advertentien 10 ct. per regel, groote letters eu vignetten naar plaatsruimte Geboorte-, huwelijks- en doodberigten van 15 regels 50 cent. V. Goes 6,28 1,28 Diezelinge 0,31 1,89 VlakeO 6,88 W Krnining. 6,48 1,54 Krabbend- 6,58 2,7 Rillandf») 6,59 2,14 Vfoensdr. 7,12 2,32 Berg.-op-Z 7,22 2,48 Wouw '7,82 8,1 SPOORWEG BOES - ROOSENDAAL 6,18 6.26 6,88 - 6,88 6,48 6,54 7,7 7,17. 7.27 V Boosend. 8,55 4,40 9,7 4,50 9,23, 5,8 9,86 5,18 9,58 5,26 10,1 5,82 10.14 5,42 10,20 5,47 WonW 8.4C Bergen-op-Z. Woensdrecbt Billand 9,16 Krabbendijke Kruinmgen vlake Btosend. A.7,40 8il0 7>5 Goes ^fe^-^10,'89 êi»" 9^52 A«n deus halten wordtslWén gestopt,- wanneer dair reingeA wor &cn opgenomen df uitgelaten de reizigers zijn verpligt, vddrbevYeitfek .x Tan den trein aan het voorafgaand slation aan den conducteur kennis te teven - Alle Stukken de redactie betreffende, gelieve men minstens dén dag vóór de uitgave franco toe tezeuden aan den Uitgever A.c.de jonge sJz. teGoég.y Inzending dér Advertentien tot des namiddags B ure. - - Advertentcen en Abonnementen worden voor Duitschland, Oostenrjjk en Zwitserland aangenomen door de HH. HAASENSTEIN VOGLER, te. Hamburg, Lubek, Frankfort a/M., Berljjn, Leipzig, Dresden. Breslan, Keulen, Stuttgartt, Weenen, Praag, Bazel, St. Gallen, Genève en T"~ BEKENDMAKINGEN van l»ot ffomoente-bostuur, BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES brengen ter kennis van belanghebbenden, dat bjj de nit- loting der -daartoe aangcgevene obligation van de ge vestigde schuld dezer gemeente, die op heden ten raad- huize heeft plaats gehad, de volgende nummera uit de bus zyn getrokken, té weten; No. 138 groot f 1200 i S restant van het vorigo jaar. 80 - 600 - 3 82 - 600 - 3* 101 - 600 - 21 121 - 600 - 2} 127 - 1000 3 155 - 600 - 3 178 - 600 - 3 188 600 - 24 211 - 600 - 21 228 - 600 - 3 255 - 1200 - 3 209 300 - 3 276 - 1200 - 2i 322 600 - 8 337 - 600 - 3 119 600 - 2è gedeeltelijk. wolko uitgclootte obligation, in de mound January e. k. ten kantore van den gemeente-ontvanger, tegon ovor- gifte der stukken zullen worden afgelost. Goes, den 18 November 1871. Burgemeester on Wethouders voornoemd, M. P. BL A AU BEEN. Do Secretarie, HARTMAN. I Waren de' alge tnee no beraadslagingen ovor do ontwerp-begrooting spoedig afgeloopen, dit was voorzeker niet het geval met de begvoo- ting voor Buttenhmdscho Zaken. Po beraad slagingen over dit Hoofdstuk, die in den regel in één dag nlloopen, vorderden dit jaar niet minder dan drie dagen. En dat vooral ter zn- koVan don daarop voorkomenden post van f8,000 ton behoove van con gezantschapspost, te Rome bij den Rans. Welke post door den heer Dumbar word voorgesteld te schrappen, als zijnde een gezantschap hij den Paus, nu deze opgehouden had wereldlijk vorst to zijn, eoue overtolligheid. Onze lezers zullen begrjjptm hoe juist dit onderwerp geschikt was om de individucele ziens wijze, wjj zouden haast zeggen harbtogten, op den. voorgrond te doen plaatsen, liet is dan niet te ontkennen dat dit amendement verschil lende leden bewoog om uiteen to zetten wat zjj persoonlijk wel het liefst zagen, zonder vol doende in het oog te houden of hunne indi- viduoolo sympathie of antipathie voor don go- znnbehnpspost zelf, wel do toetssteen nmgfc zjjn, of zjj hunne stem aan het amendement moesten onthouden uf schenken. En toch sympathie of antipathie voor het Oatholieisme bleek bjj velen hot beslissend gewigt in de schaal te leggen. Dit betreuren'wg. Neen, niet uit «courtoisie» voor' het hoofd der Roomsche kerk, zooals ge zegd werd, was het de roeping der leden van de Tweede Kamer ojna vóór het behoud van dien gezantschapspost te. stemmen, maar even min was het naar onze overtuiging- geoorloofd, uit antipathie daar tégen tè stemmen. Naar onze overtuiging lag het buiten de be voegdheid van de Staten-Generaal om in beginsel te beslissen over het al of niet behoud van dien gezantschapspost. Art. 55 toch der Gróndr wet draagt aan den Koning het opperbestuur op der buitenlandsche betrekkingen, zonder b\j die bepaling eenige beperking to maken; zonder te bepalen dat de Staten-Generaal tot die leiding moeten medewerken. Hier doet zich dezelfde vraag voor, die zich voordeed bij de laatste Kamer-ontbinding. De vraag of de regten door de Grondwet aan de Kroon toegekend, onderwor pen zijn aan de zienswijze der telkens gewijzigd wordende meerderheid der Tweede Kamer. De meeste regten die bij de Grojulwét aan den Koning zijn opgedragen; zijn door die Grondwet beperkt, door eenige bepalingen in hoeverre de Staten-Generaal daartoe moet medewerken. De Koning b. v. sluit vredesverdragen maar, als er wijziging van grondgebied door veroor zaakt wordt^ mdéten de Staten-Generaal er hare goedkeuring aan hechten. De koning benoemt en bevordert do officieren volgons de rege len bij de wet vastgesteld. Zoodanige beper king, wij herhalen het, is bij de muOvsto regten gevoegd die aan de Kroon werden toegekend. Daaruit blijkt dat die regten, waar zoodanige beperking niet is gemaakt, ook onbeperkt moeten gelicht worden. Volgens de Grondwet behoort dus aan den Koning bet regfc om te beslissen over het al of niet wonsclielijke, noodznkojjjko van don gezantschnpspost te Rome, en niet aan de Kamer. Aan deze wordt de voordrngt van die post gedaan alleen ter wille der tuumtiëlo ge^ volgen. VVaru b. v. voor dien post uitgetrokken oeno bezoldiging van f 1(>,()00, eu de Kamer oordeelde de hel ft, zoo als nu werd voorgesteld, voldoende, wel nu, (Van bad zjj bet regt dien post tot dat bedrag te verminderen. Nu willen wjj gaarne gelooveu, dat velen in (Mi buiten do Kamer betreuren, dut zoodanige be sluiten, over bet beginsel,-niet aan do Staten- Generaal behoort, maar dat neemt niet weg, dat de Grondwet die beslissing toekent aan don Ko ning, eu dat die individuölo ziens wjjY.o der vor- HoïutUmclö Kamorledon, ziek daarnaar moot schikken. Wjj voorzien dat dit nmemloiwvnfc weer zoo ge ëxploiteerd zal worden, dat wjj onze lezers niet genoeg kunnen aanraden, vooral dit grondwettig voorschrift in het oog te houden. Yeel genoe gen deed het ons daarom te zien, hqe de Goes- sche afgevaardigde Mr. Saaymana Vader, zich geheel op dat grondwettig standpunt plaatste, en. zich, zonder zelfvan zijne persoonlijke wen- schen vóór. of tegen te gewagpji, tegen het 'amen dement verklaarde, omdat hij het in atrjjd achtte' met art. 55 der Grondwet. Dit doet ons te meer genoegen, omdat in deze tijden het meer eeue gewoonte wordt, dat de grond wettige bepalingen worden ter zijde gesteld voor hetgeen de individuen voor zich het meest over eenkomstig achten met, óf althans wenscheljjk voor den constitutionelen regeringsvorm, en men meer en meer onder de contrabande dekkende vlag van «constitütionelen zin» stellingen hoort verkondigen en verUedigen, die ten eenemale in strijd zijn met ome Grondwet. Maar al stond het aan de Tweede Kamer om te beslissen over het beginsel van het al of niet hebben van een gezant te Rome, dan nog be hoorde naar onze raeening, bet stemmen vóór of tegen niet beheerscht te worden, door de vraag zijt gij vóór of tegen den Paus. Ook dan behoorden niet de individuele wenschen maar het algemeen belang van Nederland het rigtsnoer te zijn. Eii wij aarzelen niet als onze meening uit te spreken, dat het belang van Nederland, het behoud rim den gezantschapspost te Rome vor derde. Niet alleen omdat wij instemmen met Graaf van Znijlen, d'at bet te veel inkrimpen der diplo matie zoor nadeelig zou zjjn. Ofschoon wij de gegrondheid van deze rede erkennen. Een ijverig en kundig gezant, vooral .op gewigtige posten, kan van onberekenbaar nut zjjn voor een staat. Door zjjn toedoen kan (likwjjls veel worden toégobragt, tot het verkrjjgen van verschillende voordeottge bepalingen in traktaten, of in be narde, onrustige omstandigheden, tot bet behoud van vrede. Maar zulk een kunde op ondervin ding gesteund, komt niet met de benoeming per post méde. Daartoe moot de diplomaat ondervinding opdoen als 't ware een oefenschool doorloopen. Daarom ziet moil van. allo rijken do gezou ten, «orst de minste, dan do meor, eindoljjk do meest belangrjjke, posten vervullen. Alvorens hen met do meest gewigtige posten te belas ten, moeten zjj eerst door daden gotoond ,hob«* ben, er geschiktheid voor to bobben. Schaft men nu die minder belangrjjke posten af, en houdt men alleen de bolangrjjksto ovor, dan an men deze mooton toevertrouwen, aan mannen dio nog nimmer getoond hebben wat men aan hen I huüft. Dio wettigt geono audero verdiensten

Krantenbank Zeeland

Nieuwe Goessche Courant | 1871 | | pagina 1