-f.
-mr
SI/
•Ft
'0.
'St-
Fr.
waarscbool een schakel te meer moet worden
in dien keten, waarmede de godsdiensüdoze
straks anti-christelijke Staat ons gaat om
klemmen.
Bovendien achten wij eene wettelijke regeling
der bewaarscholen geheel" onnoodig, en achten
wg het daarom niet wenschelyk, dat de Staat
rich bemoeit met hetgeen gerust; aan de par
ticuliere veerkracht kan worden overgelaten.
De ondervinding toch heeft geleerd, hoe er overal
bewaarscholen verrijzen, naarmate er behoefte
aan is- Uit de opgaven toch in de memorie
van toelichting blijkt, hoe er in dé 1135 ge
meenten van ons Vaderland, op het einde van
1867, niet minder dan 659 bijzondere en 72
openbare bewaarscholen waren, die door 65,000
kinderen bezocht werden. Sinds dien tijd zijn
er nog meer. verrezen b. v. in onze nabijheid
de bloegende bewaarschool te Cortgene.
Mogfc mén ons welligt .tegenwerpen, dat, al
mogen, er 65,000 kinderen op de bewaarscholen
gaan dit nog maar 1/ft gedeelte der 322,000
kinderen tusschen de 2en 6 jaren is, die
▼olgens berekening van mr. Fock, in ons land
zgn, dan antwoorden wijdat men toch niet
over het hoofd mag zien, hoe bet geen regel
maar slechts uitzondering moet zifn wanneer
de 'moeder ze niet bg zren kan houden dat
de kinderen op de bewaarschool gaan. Men
vergete daarbij niet, hoevele kinderen van 2
en 3 jaren, die ook onder die 322,000 be
grepen zyn, even als zoovele ziekelgke kin
deren nog niet in staat zjjn om naar de
bewaarschool gezonden te worden hoevele kin
deren van schippers of van ver van eenige
gemeente wonende landlieden en arbeiders
die geen meid of knecht hebben om' die kin-
ders naar de school te dragen geen gebruik
htnnen maken der bewaarscholen. En met
het oog hierop achten wij het getal der daar
schoolgaande kinderen, zelfs zeer groot.
Waartoe zon het wetsontwerp ook eigenlijk
dienen? Om de gemeenten te cerpligten, om
overal van «overheidswege» bewaarscholen op
te rigten? De minister Fock zegt van niet.
Maar waartoe is zoodanige wet dan noodig?
Waar er behoefte aan wordt gevoeld en men
het kan doen, kunnen er reeds bewaarscho
len worden opgerigfc en worden ze dit ook.
Wanneer men dat hu niet verplrgtend wil ma
ken of althans nagenoeg algemeen verpügtend,
dan is de wet overbodig, en er is waarlijk nog
genoeg te doen op wetgevend gebied om geene
noodelooze regelingen te behoeven op te zoeken.
ïs het echter wél de eigenlgke bedoeling der
wet, hoewel niet openlgk uitgesproken en
wg vreêzènj dat het althans de gevolgen eener
aanneming zouden zgn dat er overal zooveel
mogélgk bewaarscholen worden opgerigfc, dan
achten wij die \-efc verderfelijk.
Wij erkennen het, vooral, maar ook uitslui
tend; voor dett" minderen stand, zgn bewaar
scholen vaak eene weldaad. Maar door meer
bewaarscholen op te rigten dan hoog noodig
is' en 'nog eens, wij vreezen dat dit in elk
geval het geaólg van het aannemen der. wet
zou zijn zon men de moeders weer en meer
in- de verleiding brengen haren hoogsten pligt als
moeders, de opvoeding harer zoo jeugdige kin
deren, van zich af te schuiven. Daardoor zou
meh een oorzaak te meer doen ontstaan, waar
dóór de hnisselijkheid, het femilie-leven, waardoor
onze natie zich zoo gunstig van andere ohder-
seheïd, wordt opgelost. Om alle -deze redenen
vinden wij eene wettelijke rëgeling der bewaar
scholen niet- noodig; zelfs niet wenschelgk. Het
voorgedragen ontwerp bovendien, tenzg het
grodte, zeer ingrijpende veranderingen onderga,
zélfs verderfelijk.
Goes, 31 Maart 1870.
De vergadering van den raad dezer gemeente,
die jL Dingsdag gehouden en door tien leden bg-.
gewoond werd, mogt in meer dan een opzigt
belangrijk heeten, al werden dan ook niet alle
zaken afgedaan, die op de agenda stonden, iets, wat
zich trouwens bij het groot getal der onderwerpen
vooraf liet verwachten.
Behalve de mededeeling van onderscheidene stok
ken, waaronder het besluit tot heffing, van begra-
ferusregten, en het verslag dra- plaatselijke school
commissie, dat door den voorzitter zeer interessant
werd genoemd, verdiende de beraadslagingen in
het algemeen de aandacht.
Ook «leed zich eene zaak voor, die yoaiv zoover
ons bekend was, nog nimmer alhier-werd behan
deld, te weten: bezwaarschriften tegen de kiezers
lijsten. De Ontvanger der directe belastingen had
bij het opmaken van den staat, die ten grondslag
ligt voor do kiezerslijsten, geen acht geslagen op
de hertaxatie van sommige panden en daardoor
waren twee personen geschrapt, die nu door hunno
aanslag-biljetten bewezen, dat zij genoeg betaalden,
om op de kiezerslijst voor te komen. Beiden (C.
Dekker Mz. en A. M. van Kalmthout) zijn nu nog
op de lgst geplaatst.
Voorts schjjnt met den minister,van binnenland-
scho zaken eene correspondentie te zgn gevoerd
over de hunr van het jjkkantoor, die, wegens ver
plaatsing van den ijker is opgezegd, en werd nu
aan burgemeester en wethouders opgedragen den
minister te vragen, om de huur nog over dit jaar
te betalen.
De politie-verordening op Het begraven werd,"
op verlangen van den munster gewijzigd, op nieuw
vastgesteld.
Het verzoek van directeuren der garancine-fa-
briek om vrijdom van Sas- en Havengeld voor
hunne waterschepen, werd, volgens advies der fi-
nantiëele commissie gewezen van de hand.
Eene langdurige discussie had er plaats over de
rooijing in het gedempte gedeelte der vest. De raads
commissie had een zevenpuntig voorstel ingediend,
waarvan het eerste punt strekte om de rigting
aantenemen in oen vroeger ingediend plan van
den Heer Hannïnk aangewezen. Dan «gouden er
huizen gebouwd worden op den vroegeren wal en
op den tegenwoordigen Singel van de Koepoort
naar het station, en een weg midden door het ge
dempte gedeelte der vest worden aangelegd. Hier
over staakten de stemmen en nu werd de verdere
behandeling uitgesteld.
De rekeningen van de Leenbank en van het
fonds van kazernering over 1869 werden goed
gekeurd.
Aan personen, die in den loop van 1869 over
leden of uit de gemeente vertrokken waren, werd
remissie van hunnen aanslag in den hoofdelgken
omslag, en aan personen, die vóór den ln Julij
geene honden meer hadden, kwijtschelding van de
helft der honden-belasting verleend.
Eene aanvrage van het Nut, om grond voor
eene zwemplaats in de haven, werd door burge
meester en wethouders in het belang der scheep
vaart ontraden, en werd, na een vrg lang debat,
aangehouden, om met het bestuur over eene andere
plaats te .spreken.
Het voorstel van burgemeester 'en wethouders,"
om de jaarwedde van den saameester en diens
knecht te verhoogen, had geen bijval gevonden bij
de finanliSelo^ commissie, die dan ook tegen de
aanneming adviseerde. Het voor en tegen werd
met warmte besproken, maar aangezien het reeds
tien* ure geworden was, werd op voorstel van dhr.
de Kanter goedgevonden, de vergadering te sluiten.
In. de zitting van de Tweede Kamer, der Staten-
Generaal van 25 dezer is uitgebragt het verslag
dear commissie, die onderzocht heeft de inlichtin
gen op het adres van den predikant H- Ph. Cal-
koen, betrekkelijk tot een door het provinciaal
geregtshof van Utrecht ten laste van Dirkje, Veld
huizén gewezen arrest.
De commissie herinnert'de volgende feiten
a. dat Dirkje Veldhuizen bij arrest van het
provinciaal geregtshof in Utrecht, dd. 26 Julij 1869,
wegens moedwillige brandstichting, is ter dood ver
oordeeld;
b. dat deze doodstraf hg besluit van.-Z.M- van
21 September 1869 is veranderd in tuchthuisstraf
van tien jaren;
c. dat zij is veroordeeld als ware zjj oud twee en
twintig jaren;
d. dat op 4 October haar vader zich tot Z. M.
heeft gewend met het verzoek «om kwijtschelding
van straf of verwisseling der tuchthuisstraf in eene.
korte correctionele gevangenisstraf,» en bg dat
verzoek, werd overgelegd hare geboorte-acte, waar
uit bleek,dat zij tijdens het plegen der daad, waar
voor zg was veroordeeld, zoowel als toen zg voor
het hof tcregt stond, nog geen zertt&SFjaren be
reikt ha^;
e. dat bjj besluit van 10 November Wdoor Z. M.
de tuchthuisstraf van tien jaar isVeranderd in cor
rectionele gevangenisstraf van gelgken duur.
«Er blgkt alzoo,» zegt de commissie, «gelijk de
procureur generaal in Utrecht doet opmerken, dat
een meisje van 15 jaar ten onregte is gebragt naar
een tuchthuis; dat zij is verwezen tot de doodstraf,
waartoe zg in geen geval mogt zgn veroordeeld;
en dat zg heeft teregt gestaan voor het hof, waar
voor zij niet mogt teregt staan. De minister van
justitie is met den procureur-generaal bij den Hoo-
gen Baad van oordeel, dat het arrest van hefc-hof
van Utrecht voor geene reformatie vatbaar is. Uwe
commissie is van hetzelfde gevoelen; maar zij vraagt,
of deze zaak, die niet de eenige is, waaruit blijkt
dat bg de strafvervolging, vergissingen kunnen voor
komen, niet op nieuw bewgst de noodzakelijkheid
om hg de wet een weg te openen, langs welken
op regterlijke dwalingen kan worden teruggekomen.»
Op grond van de beschouwingen du£ an iu het
verslag volgen, stelt de commissie voor: dat de
Kamer besluite met toezending van dit verslag, den
minister .van justitie in overweging te geven:
1. aan Z. M. voor te stellen DirkjeJ^Veldhuixen
te ontheffen van al de gevolgen van htrt-fjrest van
26 Julij 1869;
2. de noodzakelijkheid van wettelgkë voorsehrif-
ten om van dwalingen in strafzaken -bjj regterlgk
onderzoek te kunnen doen blgken en ^op verkeerd
gewgsde te kunnen terugkomen.
De commissie bestond uit de heeren van
van der Linden, van. Eek, van. der Does de "5
bois en .Cornelia,- M
--
In de zitting der Tweede Kamer van Dingsdag
is hét debat over de ontwerpen betreffende de
grondbelasting, voortgezet. De vrijstellingen zgn
onveranderd gebleven. De regering heeft de her
ziening dor belastbare opbrengst voor wat de ge
bouwde eigendommen betreft en der vrijstellingen
voor 1876/ toegezegd.
In den loop der zitting van de Tweede Kamer
van Dingsdag is ingekomen het wetsontwerp tot
bekrachtiging van de overdragt aan de gemeente
Fort Bath, van de openbare wegen, van een re
genbak en van eene pomp met welput, op de
voormalige BijkB militaire gronden aldaar.
Voor de dienst in NederlandsehTdtftSë zgtfiber
noodigdle. twee onderwijzers
tijd van dertig jaren, die in het heat zijn eener
acte van bekwaamheid als hoofdonderwyzer; en 2e
acht onderwijzers beneden den leeffcyd van vier en
twintig jaren, die. ia het bezit zgn eener acte van
bekwaamheid als hulponderwijzer.
De voorwaarden van aanmelding zgn opgegeven
in de St. Crt. van 26 dezer.
In de International leest men het volgende, dat
wel dé aandacht verdient van Betsy Perk en. allen,
die gveren voor de zoogenaamde emancipatie der
vrouw. -
In de vorige week had in eène vereenig
anglikaansche geestelijken te Dublin eene
santé beraadslaging 'plaats. Men besprak ijl
de vraag, of het passend was "de vrouwe
te laten tot de stemming over parochiale
l;