No. 4.
Vrijdag '14 Januarij 1870;
Vijfde Jaargang.
Nieuwsblad voor Tholen, Zuid- ea Noord-:
if 4:1?
Deze Courant Terwrbijnt, nilgexonderd óp Cbrittelyke, fee*tdfgen, dei
Maandag» en Dóftderdags avond»,
pry» "p kwartaal/1,.fr. p. post/T,30. Afzonderlijke Nommer» 5 ct.
Prij» der Advertontien 10 ct per regel; groote lettor» en vignetten,
cuar plagtoruimtc Geboorte-, huwelijk»- ea doodberigtenras 1—5.
r*g?l» 50 cent.
SPOORWEG GOES - flOOStKDAAL
v Booeend. 9,s~
Wouw i ?,12
jBcrai'n-'op-Z. '9',li
Woètwdrrclit 9,4-0
■Rilland,,0,6$
'Krabbéndyke lö,7
Krniuingen -10,21
Bjezeljnge 10,37,
Goes A; Ï0.47
T- 'j-'y1teZijfefiT>*vr^-1 «Jr"U— •-
Alle Stukken de redactie betreffende, gelieve men minsten8 één dag vodr Mé uitgaveIrinc o ioe tê zèlfdén 'AahTfen Uilgtfni A-.C, D£ JOhGE sJz."te 1
Inzending..derAdvertentien.tdtdes namiddkgs 3';nre.j
Ck>rrespondentyoor DaitschlandBAASEHSTEINvogleh, Annoacen-Bureau voor Hamburg, Frankfort a/31./Berlijn, Leipzig, IVéenen, 8tntgartt, Bazel, Zurich
4}4Qc8$D
f5,l£v fljïO
BEKENDMAKINGEN,
van het Gemeente-bestuur.
DE BURGEMEESTER VAN,GOES, -
gelet op de 2e alinea van art. 7 der wet van den 4
July 1830 (Staatsblad no. 37,) tot regeling van het
K1ESREGT en. de benoeming van afgevaardigden ter
EERSTE en TWEEDE KAMER der STATEN-GENE-
RAAL, noodigt de ingezetenen dezer gemeente uit, om,
indien zij elders in de directe belastingen zyn aange
slagen, daarvan vóór den 15 February eerstkomende,
ter secretarie der gemeente te doen blyken.
Goes, den 8January 1870.
De Burgemeester voornoemd,
M. P. BLAAÜBEEN.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES,
roepen een iegèlyk op, welke van die gemeente over
het afgelo'öpen jaar 18G9 iets te vorderen beeft wegens
gedane WERKZAAMHEDEN, LEVER AN TIEN en der-
gelyke, om zyne declaratie daarvan, voor het einde
■der maand February aanstaande, by hen in te dienen;
"zullende diegene, welke verzuimen mogt hieraan te vol
doen, zich zelven de onaangenaamheden te wyten hebben,
daaryit voorvloeiende.
Goes, den 8 January 1870.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
M. P. BLAAÜBEEN.
De Secretaris,
HARTMAN.
HET BELANGRIJKST DEBAT;
Ook dit jaar maakten de beraadslagingen
over bet onderwijs, door hét steeds klimmend
belang van bet onderwerp, een Txooïdmomenfc:
uit der geheele begrootings-discussie. Door het
steeds klimmend belang van het onderwerp,
ofschoon duidelijk bleek, ook. uit de dit jaar
gehoudene beraadslagingen, Jfat >tele leden der
Kamer de strekking, de béteekenis der questie
niet begrepen of niet. wilden begrijpen, Ën
toch werd de oorzaak van den strijd over het
onderwijs, op uitnemende wijze uiteengezet door
den heer van Wassenaar Catwijck, toen hij zeide
»Daar is strijd lusschen het Christendom en
»de 19de eeuw. De X9de eeuw beschuldigt
het Christendom niets anders te willen dan
onderdrukking van het verstand; dan te zijn
>eeu overheerschend Christendom. De '19de
eeuw weet echter beter. Zij weet dat het
;»Christendqm ook in zich wenscht op te ne
erpen al bet heerlijke dat de wetenschap, .der
»19dc eeuw kan leveren, maar dat zij het niet
wenscht te doen ten koste van het Christen-,
>dom. De 19de. eeuw gelooft dat het', eindperk I
>van aile dingen is de wetenschappelijke ont-l
wikkeling van hare kennis. Het Christendom'
>weet dat er is cene geopenbaarde waarheid
>en dat, waar de 19de eeuw*die waarheid Ioo-,
client of hare handelingen daarmede in strjjd
izijn, zij het hooge doel van het leven voor-
bijziet. De 19de eeuw behandelt de opvoeding
avail het volk als of met zijn - laatstèn' snik
>zijn leven is geëindigd."
Dus de 19de eeuw wenscht het onderwjjjs
ingerigt alleen met het oog op de behoeftei
van dit leven het Christendom ook met heb
oog op het leven hier natnaals. Ziedaar dï
eigenlijke oorzaak ran den strijd met zooveel,
volharding gestreden óvér de regeling van bet
onderwas. Die regeling betreft bet lëvensbej-.
ginsel van den.menscb, 'j
Mogten de voorstanders .der tegenwoordige
school wet, vroeger ook al op alle.mogelijke
wjjzen getracht hebben de ondempbare klovè
te verbloemen of te verkleinen, die tusschen
het Staats- en het Christelijk onderwijs ligt
mogten zij vroeger ook al 'getracht hebben te
doen voorkomen dat de zoogénaamde>godsdiénst-
loosbeid" dér Staatsschool niet zoover ging,
thans kunnen zij datniet meer loocheneni.
Zooals toch door mr.- Heemskerk Az. werd aanf
getoond, is onlangs. van'invTóèdrijke zjjde, be*
>vriend aan dè Kegering beweerd, dat men zelfs
van God en het eeuwige leven niet meer op
>.de openbare school spreken mogt."
Daarom schrik ik terug" zeide mr. Heems
kerk Az. en bij het hooge 'belang dier bewering
eischte &hjj dat mrl Fock zichzou verklaren of.
'die zienswijze omtrent de openbare school door
hem werd beaamd. Hij verlangde daartoe eene
dmdeljjke, afdoende verklaring van mr. Fock
j>want het geldt hiér. eene zaak des' gemoeds,'
waarbij geen spelen met woorden te pas komt.":
Die vraag van mr. Heemskerk Az. was van
liet hoogste belang. Antwoordde, mr. Fock dat
het in waarheid de geest was van de schooi-J.
wet,-dat "op de openbare "school zelfs van »geeh
God of eeuwigheid" mogt gesproken- worden,"
dan was het niet 'meer te -loochenen, dat de
gemoedsbezwaren door zoovele hondërddnizen-,
den tegen die wet gekoesterd, maar al te ge
grond waren, antwoordde mr. Fock, dat hij dat;
gevoelen niet was toegedaan, dan moest bjj'.
hierdoor eene afkeuring uitspreken over de hou-:
ding en de denkbeelden der invloedrijken en
>aan de Regering bevrienden."
Nn zou iedereen verwachten dat mr. Fock, i
die nog steeds met zulk een welgevallen wijst'
op zijne rondborstigheid" waarmede hij kort
na zijn optreden alle vooruitzigt op afdoende
te gemoefckoming afsneed, ook thans- ruiterlijk
zijn gevoelen zou verklaren en openlijk "verkon
digen wat men toch aan die - Schoolwet had,,
maar die dit verwachtten, zagen zich bitter te
leurgesteld.
Blijkbaar durfde irir. Fock in dezen'zijn ge
voelen niet uitspreken. De duidelijke vraag
toch van mr. Heemskerk Az. "beantwoordde bjj
zoo ontwijkend mogelijk, door de wedervraag
»is het wenscbejijk hier de yraag ,te behande-
>len of op eene 'school - roet kinderen van .ft tot
12. jaren de onsterfeljjkheid- al of'nietoh
j> dogma moet wordenbehandeld." Zelfs pn
eene herhaalde vraag van mr. Heemkerk- fa.
of daxi de kinderen tot hun twaalfde, jaar' niet
.noodig hebben te: weten, dat zp eeiie '.onster-
felgke ziel hebben, zelfstoen verschool :mr. Fqck
,zich achter de magtspreuk »lk gelqof; dat
>hier geene plaats is voor dergelijke discussion."
Maar hoe? De Tweede Kamer bg. 4e beraadsla
ging oyer de toepassing der schoolwet, pm-te. bi®"
oordeëlen of die wet in waarheid geacht moest
worden eerlijk té worden toegepast, geene plaqts
om eindelijk ronduit te zeggen wat men: s#n
,dafc openbaar onderwijs heeft? Maar..waar-zon
het, dan de plaats -zgn?:Neeri,.zoo pqitf, j;4qn
was het juist hier de plaats, dan.wa^ het.tq§n
het oogenblik om aan de natie, -Om, pAaq.v^e
honderdduizenden xn Nederland^ die tae^yOJfr.
Heemskerk As. voorr zulk: eene strekHng^gvan
dat ouderwijs waren teruggeschrikt,duidetjjk
én. metopen vizier te topnen wat. menr.aan
elkander heeft. Wautwjj zeggen, het mr. ■heems
kerk As. ca j» het geldt hier een zaakdes ge-
>moeds waarbij geen spelen met wooyden- te
>pas komt" .evenmin als eene slag-om-den-arm-
.houdende politiek. - -
Of meent mr. Fock dat eene houding, als
thans door hem werd aangenomen, voldoende
is, om zijne belofte te vervullen, dat de rege-
>ring bereid is om... de grieven té booren en
»te. onderzoeken, die mogten bestaan, en om
dieweg te. nemen, zooveel dit met, eene eer-
>ljjke toepassing der wet overeenkomt"?. Ver
vult men zoodanige belofte, wanneer men* .niet
eens er voor,uitkomt, welke*'4e strekking is
der wet, die men eerlijk belooft toe te passen.
Is- die strekking, dat men zelf de onsterfelijk
heid «iet ineer mag-ter sprake .brengen opde
openbare, school? Is dat het kenmerk vaq de
hoog geroemde neutraliteit,ook yoprjhen, wiens
godsdienstige zienswgze het, medebrengt, het*
onderwijs in te rigten, ook met hqfc oog op een
volgend leven, op die onsterfelijkheid?
Heeft mr. liutgèrs van Rozenburg het fegtflom
met het oog op zulk eéne houding, te beweren,
zooals hij deed ik meende dat eene questie
die het land reeds lang in onrust had ^éhoöi
den rnu eindelijk beslist was,' èn: Van'de; tigén-.
da afgevoerd, ik bédoel dezoogenaamde' dhr.
derwgs-questie-."
feeslist? Door wièn? Door dep .minister,.'3ie
hu men hem eene duidelijke verklaring'vroejg
van de strekking.der schoolwet, eenvoudig ant-
wo.ordde; >het is hier geen jpjaats voor derge,-
lyke discussienj- V
Door de Kamer Maar bjj de Kamer zooals