Bg het zèer geringe aantal leden der oppositie
die bij de behandeling der begrooting van. bui-
tenlandsche zaken het woord gevoerd hebben
moet men veronderstellen" dat het gevoelen van
den erkenden leider dér oppositie, als dat diér
partij in het algemeen moet worden aangenomen.
Ea..4^q, is^ie^erklaring 3^ig|gCKR
van :grootete^géjsrigti UibT.ja^ gevoegd
bij &t';^ei|i-Vdat: 'de oppóSritiei;
toe uit^ioodig^ jyij VoudeË htós$ zeggen ïijt-
gedaagdy geen ïtèpaald vóinnh; v$h
dat bebfifl he^;dig;vgï sfelTén, dtnw^j
l$&te, %öt
September de begrooting te yerwerpen, waren
gehfeken onhoudbaar te zgn.
"*k-Wel heeft de Oppositie gëfcracbt het te dóen
▼oöitomen;^alsof het bnitenlafidsche beleid^ ntt
siè^ts-j.'l^zaak was;^e worden, maar dat zon in
strgd^tt;|net alle beginselen van regt. Jtiist
die verwerping der. begrooting in September, ais
oörabut^fêi' daaropgeVplgde 'ontbinding met
hara.geyolgen, behearschfc-den -geheelen toestand;--
"Was die verwerping in September te regt ge
schied, (gósteld altjjd 'dit éene verwérpihgójn
redenen buiten de /be^öotmg gêlègenr rfegfc'
vabïdigëh is)- dan had de Oppositie de redenen
moeten ontvonwen, wóaroni zij" ha de ovèrlég-
gö% van H^Oranje boek, dat béleiii was blijven
vèfóoideélen^ Dat heeft zjj niet gedaan, zjj heeft
dadelgk getracht den aanval óver' te brengen op
de ötftbinding, iKe slechts "éeh gevolg" was van
de voorafgaande afkeuring van het buitenïandsch
beleid. ~V:-"'vv -
Én nh vragen wg ieder onpartijdig beoor
delaar in gemoede af »kon het ministerie ooit
»eép schoónèr triomf te beurt vallen, dan dat de
oppositie, ;zg het dan óok: stilzwijgend op haao^.
vroeger ongunöüg oordeel over het Buitenïandsch
beleid terugkwam?*' - - .r
.Maar zal men misschien antwoorden, de ver-
oordeeling in de tweede verwerping der begroo
ting voor :'BuitenIandsehe Zaken, frofmog di£
per,r omdat de meerderheid der tweedè Earner
daardoor .te kennen gaf, dat aan het ministerie
allen constitatiónelen zin ontbrak.
,Zob< ooit echter ëene ongegronde aantgging
aari dit ministerie-'werd gedaan,1 dan Was het
kwader ïurèïh^ 'dé- ^GrohdwePjelcémen'-is.
Onwillekeurig dóet ons dit denken aan het
geen "3e heer 'Hasselman zop^ giftig H'San
heer van:>Bt»sb toevoeg^ >Im ÓVere|d draaft
en of gg' wöï of niet,'1 gg draaft mede^c
Yoor hét oogenhlik scbgnt het inconstitutio
nele van. het -ministerie volgens de oppositie
hoofdzakelgk te bestaan lo inde ontbinding
éjfc 2o. döt.het ministerie na den uitirlag dte£
^Órkiezing hiet is afgetreden.
Wat de pótbihding aangaat, de afkeuring daar.
vhn tre|$, zóo. üls de Minister Heemsk&k, njp
-zjjhe h^L,|igffliie scherpzinnigheid* aantooht, |j|
hooger dan ^t M3hisfcerie- d. i^ Ëet grgpt in de
prerogatieven vandtf kroon, of het is een theses
van een dispuui-cbffégie. Wil men beweren dat
"deontbiildij^^et'noodzaibetgk wasfdarrspreekt
men
wet in. Die Grondwet geeftden-'Koning
het regt om de Ministers te benoemen of te
ontslaan naar welgevallen, dus, zoo als het Hem
zal voorkomen het meest wettig en wenschelijk
ite zgn. Op dat welgevallen zou eene pressie
uitgeoefend worden, ja het zou aan banden ge
legd worden; wanneer door eene vergadering als
.Kam^K.,4e wen^^^kKe^ ^n^^be-
iize' wej^"geêonsfcatór|t- |"|T£$ 1
Wat de öpppsitie ondér constitutionele» zin
in^-hél tdgéihèen verstaat, is zeker zeer moejje-
lgk te bepalen. Hei'is niet te - veel gezegd,;
dah.dit zich bg haar naar omstandigheden wg-:
zigkl'/y.* ü/jl l ,'vs
j Zoó noemt Thörhecke - het inconstitutioneel,
dat de NKamer zich een oordeel aanmatigde oVer
beöoèmiikg of ohtalag van ambténaren, toen
hdbióndèr' zgn ïmnistetscbap goldt de terqg-
róèping van Baron Radérs, - maar wSs het gé-^
héél birmeh de grondwettige bèéoègdkeid toén hèt
by de motie-Keuchenius, onder' dit -ministerie de
benoeming van den heer Mjjer betrof* Eveneens
was het inconstitutionéel, volgens-de heer Putte,
toen het goldt het ontslag van défa. heer Stiel
tjes, maar constitutioneel tóen bét demotie-Keü-
chenine aéhging; Öök* beseffeii wij' den consti-
tutionelen zin vain mr. Thorbecké niet goed,
wóarhgin zgne Bgdrage zegt van èrt; 54.
der Grondwet
»De nitvoerende magt berust hg den Koning*
dat die bepaling is een gtoot vcdsch woorddot
sléchts tot twijfel, chicane en misbruik leidtof van
art.' 178-dier Grondweti »JDeKoningzorgt dat
er tön alten tgde eene toelj^kendo Zöe- en Land-
magt onderholde» worde." Dat dit artikel ter
-hen bij—de-^roadwethet onbeperkt -xegt-is toe-
gekend zónder dèt1 hgdaartoe cfe inerfévferking
bonden wordende Kamer behoeft. In hoeverre
zoodadige a^iéuring otaa -'high* éehtóón-
stitutiohélen zin, fatén wg 'aah de öonseqüente
beoordeeiing der oppositie - over. :.;ini
..Maart buiten' dat j -iheeft juist de uitslag de
ontbinding .ten volle geregtvaardigd. Uit hét
hierboven door ons aangetoondestilzwegen te
rugkomen der oppositie, op hare afkeuring van
het Buitenïandsch beleid in "September" jL is
opgesloten de erkenning dat die begroting toen
ten onrtgte verworpen was, en wannéér die ten
ouregfce verworpen is, dan vragen wij, bleef er
dan wel eene andere* mogelgkheid ovér, dan de
tén onregt veroordeeleude Kamer té 'oiithindeh
Dat het mimsterie niet is a%^Eredèn oöinid-
delgk ha den mtsÜg der verkiezingen, dat toon
den wgreeds in ons vofjg nommer aah, dat het
niet mogt duren. De regering mogt niet uit
gaan van de veronderstelling, dat .niet één lid
der oppositie yöor overtuiging vatbaar was.
Er warenoók 15 nieuwe leden in de Kamer
gékomen! De beginselen dief leden mogten het
niet heoordeelen naar hetgeen de couranten er
van mededeelden. r;,.-*7fV:
Wanneer het oordeel moet Worden hitgespro-
ken of bj het ministerie Van Znylen-Heóinskerk, 2°- D« betrekking van kqstey of voorlanger
dan wel bg de 'oppositie het meëst gemis van'
constitutionelèn ziil wa», döh: beróépen wg ons op
den onpartg digen-geschiedscbrg ver. Ook dan ver
trouwen wg T fe oppositie op
dat ministerie Wilde W^perit mm verdubbelde
kracht opjiaar éigen zal Worden -teruggealingerd.
Biinieiilniitl.
f -':i-Goesj G-ï'MdkUni -A
In haar nornmer. v^ gisteren'h'ondfc de (oude)
Goessche Courant innaar hóofóortikel zich bezig
met 'de oproepir^de.r fiend® Kamer door ygf
harer leden.
Uitgaande van de veronderstélling dat hét
gerucht waarheid bévat, dat de Eerste Kamer
zou zgn opgeroepen!, - tón einde te beraadsla
gen óver 'een aan dén KötiiÜg aan te bieden
adres, waarin aan Z. M. eerbiedig verzocht zou
worden, niet tót eene derde ontbinding der Tweede
Kamer over te gaait; komt-izg er rond voor
uit, dat haar dit toeken van leven der Eerste Ka
mer zou verblijden. t
Wg zonden ióÓdahigeh*'s{ap ten Koogsten be
treuren, om dat wg er een stap vefderdii zien^
om. de benoemihgi óf hel 'óhMog der- Ministers
over te brengen naar dé Staten-G eneraal; Wg
zien ér eene bepaalde schending van de Gromt.
in dezén hare'raadgeving wilde mededeelénzoo
zou dit alleen haar grond khnnefa vmdeii, in de
overtuiging dat Z. .M. dién raöd 'nóodig heeft,
d. v dat de Eerste- KameE-oordeeltf^zdt-een
toestand beter te kunnen heoordeelen dan .^nze:
geeerbiedigde Koning. Wanneer zg zoozeer over-
tuigd zgm dat zg in hunne hooge wg sheid allés
het beste - weten, on-dat -de~Konmg het-zónder
Kunnen'raad niet af kan, -zon het dan niet pas-
in eene particuliere audiëntie, met hnnnè inzigten
bekend temaken!
Wg huiveren waar wg aan. zoodanige par
lementeren ovériöóéd zelfs déhkén. M0gt v de
reden der bg eenroeping van de ';EersterKamer
werkelgk zgn zooals de Oude} \Goéss$he. Qouygnt
het hoopt, d^, Yf £}f$i diepoging
om den Koning mét zulken ongevraagden en on-
gepiastènraad bgte 'staarrzal' door dé1 grijze
Kamer terworpen worden; Dan tal het i blgken
dat ten minste in. dié Kamer dé meeste leden
nog beseffen wat, hehbeteekend trouw tezweien,
aan Koning én Grondwet,- wat de beteekenis is
der woorden van de huldigingseéd, eenmaal dóór
hun afgelegd: >Wij öntvangenenhuldigen, in
>naaru van ,h'et Nederlandöche Volk en kfacb-
stens de Grondwet, ,u ,alfl Koning, wg zweren
dat wg uwe onschendbaarheid enderegten uwer
kroon zullen handhaven"
De veranderingen door dit ministerie, in
het onlangs ingezonden ontwerp tot wijziging
der thans bestaande wet op het lager onderwgs,
voorgestaan, komen in hoofdbeginsel hierop ne
der --
1°. Behalve voor onvermogenden, geen kos
teloos onderwijs op de openbare scholen. Het 4
minimum van het schoolgeld wordt door Gede-
puteef de Staten der provincie bepaald.
wordt onvéreenigbaar met die van onderwijzer
op eène opènbare school. -
3°. Aan huVponderwijzeTs ^otdi de bevoegdheid
verleend, om dan het hoofd van bijzondere scho
len te stami, mits deze niet boven de'70 léerr
ling en tellen.
In de (Oude) Middelburgsche Courant kwam
een, jberigt voor datop één:<tegbg Z. M. op het
paleis waren geweest de heeren Phihpse en van
Boenen, presidenten dér Eerste en Tweede Ka
mer en de hèeren. Jhr. Tets van Goudriaanen
Dullertmen scheen dit in verband te brengen
met de ministeriëele crisis.
Volgèns een schrgvett uit 's Hage aah de N.
B. C. was het herigt ih' de Middelburgscnè Cou
rant, geheel onjuist. Zg was dus «r te vlug
geweest.
De Minister van Einantiën verwittigt de be»
Janghebbenden, dat de gelegenheden tot correspond
dentie met de' Vejfeenigde Staten van Amerika we
der met ééne is vermeerderd j zoodat derwaarts ge
regeld vierqmal *9 weeks eene brievenmaal uit
Nederland zak/verzonden worden; namelijk eiken
Maandag, Dingscfog, Donderdag en Vrijdag. De
correspondentie, bestemd voor de brievenmaal
van Maapdag en Donderdag, is ten 12,15's mid
dags, ih de rigting, naar Antwerpen te verzen
den; en die bos'temd voor de brievenmaal van
pingsdag en Vrijdag te 5,15 'a avond als voren.