VAK
Q-BEVELANQ
Zegge en schrijve (2a)
Een oud-eilandbewoner
weet te vertellen
(3)
Verkiezingen
op
Noord-Beveland
Deze weke un verhael, beste vrienden, mee un kleine tra-
hedie. Mè zó at mee vee verhaelen haet, ók dit lóópt hoed of.
Mina d'r oedjeswienkel.
Nelus is un boer van 't Zééuwse land,
uut de klei en nie uut 't zand.
Un boer oaltied van zessen klaer,
oaltied hoed hemust en weinug misbaer.
Eén dieng oa Nelus hemist,
ie ei hin zeune a-je 't nog nie wist.
Wè un dochter, un struuse meid,
mè di was niks an 't aelen zóhezeid.
Ni-je Mina wou nie trouwe,
ze zou ut wè zó ouwe.
Un wienkel wou ze behinne,
oe kon zö'n meid dat toch verzinne!
Mè Nelus hieng deur de knieën;
ie docht: meschien raekt ze dan an 't vrieën.
Dus wier d'r un wienkel hekocht,
un oedjeswienkel, wie oa dat hedocht.
Van reklame oa ze hin kaes hehete
en van de nieuwste mode oa z'ók niks hewete.
Toen dan Mina d'r wienkel openhieng,
oa Nelus un pepier hemaekt, un éél hroot dieng.
De mensen bin d'r aest in hebleve,
want di stieng opheschreve:
Je köópt nooit hin strop,
mee un oedje van Mina op je kop.
Mè d'n oaren dag kó-je nog meer beleve,
want di oa d'r één onder heschreve:
Hin oedje van Mina köópe,
a-je nie vo zot wil lóópe.
Mina doe noe hin oedjes mi verkóöpe,
want ze is toch un vrieër tehen 't lief helööpe.
Ut was de vertehenwoorduher van d'oedjes, dus hin strop;
d'r lóópe noe zes kleintjes mee un oedje op d'r kop.
KNIPOOGJE-EXTRA
Sinds Zegge en Schrijve-twee is verschenen
is alle rust in huize H. verdwenen.
Al had ik u voor een extra probleem gesteld
en u geen adres of telefoonnummer vertelt.
Toch ging u naar mij op zoek
en vond me in het huis op de hoek.
Honderden brieven gingen naar Voorstraat zeven
of men vertelde het me persoonlijk even.
De taai-test was er één, die er niet om loog,
werkwoordsproblemen zitten bij velen erg hoog.
Tientallen moesten weer terug naar de klas
en vroegen of er nog een bankje over was.
Eén liet zelfs een liefdesbrief corrigeren,
ik begon me bijkans te generen.
Toch waren er ook nog bollebozen,
die vertelden me zonder blikken of blozen
dat ze alles foutloos hadden gedaan
en niet voor niets naar school waren gegaan.
Ook de prijsvraag bracht heel veel post.
Honderden hadden het goed opgelost.
„Beëindigt" moest „Beëindigd" wezen,
wie dat vond heeft voor zijn taal niets te vrezen.
De hoofdprijs, het taalboek, moet naar een vrouw of man
die met de taal goed spelen kan.
En u hebt het vorige week al kunnen lezen
zo iemand moet mevrouw De Haze - de Ridder wezen.
Ze dichtte met grote vaardigheid
en wordt beloond voor al die vlijt.
Dezer dagen zal ze haar prijs ontvangen,
een prijs, waar velen naar verlangen.
Zij is in het werkwoorden-spel een kei
en daarom hoeft er geen antwoordenboekje bij.
P.S.
Dit gedicht was tevens een laatste werkwoorden-test,
door mij wordt u er niet meer mee geplaagd.
Had u die ene fout nu al direct ontdekt,
of wordt uw argwaan nu pas gewekt?
H.
EEN VURIG BETOOG
Bij verbranding, één van de aller
ergste dingen, die een mens kan over
komen, wordt onze huid door overma
tige hitte (vuur, hete vloeistoffen of
stoom) beschadigd of volkomen ver
woest.
Een zware verbranding brengt ons le
ven in gevaar en niet zelden blijft het
slachtoffer voor het leven verminkt.
Onnadenkendheid en onvoorzichtig
heid zijn helaas vaak oorzaak van deze
ongevallen.
Weet u....
dat de meeste brandwonden thuis ont
staan,
dat dit per jaar ca. 100.000 (honderd
duizend) keer gebeurt,
dat kinderen van 04 jaar vaak het
slachtoffer zijn van heet-water verbran
ding (thee, koffie, soep e.d.),
dat ca. 4.000 mensen ten gevolge van
brandwonden in het ziekenhuis worden
opgenomen, ieder jaar weer,
dat velen van hen daarna nooit meer
„de oude" zijn,
dat brandwonden te voorkómen zijn,
datdat zelfs vrij eenvoudig is,
dat de Nederlandse Brandwonden
Stichting daarbij helpt!
Helpt u mee?
Van 24 tot en met 29 maart wordt
voor het werk van de Nederlandse
Brandwonden Stichting een kollekte ge
houden in uw gemeente, georganiseerd
door de EHBO te Kamperland. Zij zoe
ken nog kollektanten.
Helpt ons alstublieft en geef u op als
kollektant bij het volgende kontakt-
adres: telefoon 01107-2170.
OPHALEN OUD PAPIER
TE WISSENKERKE
Aanstaande zaterdag wordt oud pa
pier opgehaald ten bate van de schuld
delging der Neder. Hervormde Kerk te
Wissenkerke. U wordt verzocht het pa
pier opgebundeld op het trottoir te leg
gen vóór 9 uur 's morgens.
EPILEPSIE-KOLLEKTE
De kollekte voor de Macht van het
Kleine te Kamperland heeft f 769.75
opgebracht.
De andere dag, in Friesland aange
komen, werd de reis voor excursie on
derbroken te Rohel. Bij de provinciale
grenspassage tussen Groningen en
Friesland te Stroobos, moest even zacht-
aan gevaren worden. Want daar werd
„de evenaar" tussen twee kuituren ge
passeerd Beweerden de niet-Friese
leden van het gezelschap.
Te Rohel bevond zich aan het vaar
water een kleine familie-scheepswerf.
Hier lag een voormalig sleepschip, een
kempenaar, afgemeerd. Voor ombou
wing tot internaatschip. Het was in
1940 uit particuliere handen, door de
Duitse bezettingsmacht, gevorderd. Die
toen naar willekeur ook Rijn- en bin
nenvaartschepen roofden. Om mede als
tank- en troepentransport materiaal in
de naaste toekomst de kusten van Al
bion te bestormen. Wat gelukkig een
ij dele droom bleek.
Na de capitulatie van het Derde Rijk
kwam dit schip, via wederopbouw, in
handen van de Nederlandse Spoorwe
gen (N.S.). Die dit deed inrichten als
personeels-logiesschip, met ligplaats
Groningen. Dit i.v.m. de heersende
woningschaarste. Toen weer later deze
taak voor dit schip verviel, kwam het
in de hoek te liggen.
Hier had Gerben de Jong, toen nog
wel K.O.F.-direkteur, de lucht van ge
kregen. Binnenkort zou hij met pen
sioen gaan. Hoewel dus mede-oprichter
van De Nederlandse Vereniging van
Gezagvoerders bij de Binnenvaart (de
latere Stichting Koninklijk Onderwijs
fonds voor de Scheepvaart, afgekort
K.O.F.), was er ergens een wetje uit
de kast getoverd dat hepi dwong met
zijn 65ste verjaardag de direkteurstaf
over te dragen aan een opvolger.
Maar non-aktiviteit was deze natuur
een gruwel. Zelfs in de donkere dagen
van de hongerwinter in de Vesting Hol
land (1944 '45), toen door voedsel
schaarste en vordering van al het drij
vend K.O.F.-materiaal, waarbij het
K.O.F.-personeel onderdook, de oplei
ding totaal verlamd raakte, ging hij
tijdelijk een andere regelende rol spe
len. En wel in het per schip over het
IJsselmeer brengen van honger-oedeem
kindertjes uit de hoofdstad naar Fries
land en stroopte daar bij de boeren
(sprak de taal!) bieten en veenpiepers
bijeen als retourvracht voor de gaar
keukens te Amsterdam.
Niet voor niets verleende in de eerste
na-oorlogse decennia Hare Majesteit
het Onderwijsfonds voor de Scheepvaart
(tussentijdse benaming) het predikaat
„Koninklijk" en werd het van toen af
(1946, met het 25-jarig bestaan) tot he
den K O.F. Toon Hermans, in opkomst,
luisterde toen de feestavond op!
Nu verder kijkend dan de datum van
zijn pensionering ging mijnheer De
Jong, naast zijn K.O.F.-arbeid, zich in
zetten voor scholen en internaten voor
schipperskinderen (dit deed het K.O.F.
al!) enkel op Ned. Herv. grondslag. Ter
wijl het K.O.F. zowel breed confessio
neel, als neutraal, deze diensten ver
richtte. Maar bij de Ned. Herv. Ge
meenschap gold voor De Jong geen
pensioen-leeftijdsgrens. Dit al werd door
het Stichtingsbestuur van het K.O.F.
maar weinig gewaardeerd. Het heeft ook
een schaduw geworpen over zijn offi
cieel K.O F.-afscheid.
Maar De Jong was een Fries, wel
gelouterd door veel ervaring, maar was
het doel gesteld, dan ging hij daar ook
briesend op af. Dit kwam wel eens
dictatoriaal over. Hoewel weer al wat
jaren overleden (keelkanker, helaas),
werd onlangs in het Weekblad „Schut-
tevaer" zijn naam nog met ere genoemd.
Bedoelde Kempenaar dan, kwam als
internaatschip „Prinses Irene" in de
Coolhaven te Rotterdam te liggen. Hoe
driest G. de Jong zich hier opstelde,
bewijst het volgende. Deze huidige reis,
uiterlijk korrekt, het schip moest toch
„leeg" van Appingedam naar Amster
dam varen, om vandaar met leerlingen
het eigenlijke oef en jaar te beginnen,
werd meesterlijk gecamoufleerd door
excursie. Doch de ware opzet van De
Jong was, zo bleek nu te Rohel, om
aandacht (radio, krant) op zijn nieuwe
opzet te vestigen. Eer de heren jour
nalisten dit door hadden, was men wat
ouder en waren de verhalen, door De
Jong bedoeld, al lang in het nationaal
nieuws verschenen.
De grote baas bij de N.S. te Utrecht
was destijds Ir. F. Q. den Hollander.
Hij en De Jong kenden elkander goed.
Vandaar wist hij de nu hier voor ver
bouwing gemeerd liggende kempenaar
van de N.S. voor de Ned. Herv. Kerk,
voor „een appel en een ei" over te ne
men. Had aan de werf voor „de arme
schipperskindertjes" eveneens een zach
te verbouwingsprijs bedongen.
Sleepte nu, bij wijze van spreken, de
keur van de Nederlandse journalistiek
aan de wal voor bezichtiging van dit
in wording zijnde internaatschip. De
eigenaar-werfbaas, met een hamer nog
in de hand, werd met dit onverwacht
bezoek totaal overdonderd. Man, je
komt over radio en in de krant met je
werf, kost geen cent. Had hij deze, in
de Friese taal, in het oor gefluisterd.
Nu was schrijver dezes met het tank
schip „Viking" enkele jaren terug in de
buurt van Rohel „gestrand" door ijs.
Bii een boer voor de deur, waar wij
al meerdere keren vastmaakten aan
wat bomen, daar meerpalen ontbraken.
Om voor wat petroleum eieren en melk
te ruilen, elkander zo helpend. Want
de tijd van de bonnen was nog niet
geheel voorbij. Een bekende van ons
te Schiedam lag met pleuritis op bed.
Daar gingen dan de meeste Friese
eieren heen.
Toen moest ik mijn kantoor te Rot
terdam bellen. Dat wij vast zaten in het
ijs en waar. Onze boer had wel eieren
en melk, maar geen telefoon. In nood
geval kon men „op de werf" te Rohel
terecht. Voor alle zekerheid namen wij
een litertje petroleum mee onder de
arm. Jawel, dat kon de werf wel ge
bruiken. Kom „in uus" man! In de
huiskamer was ook het kantoor. Daar
stond op een oud bureau het telefoon
kastje met de zwengel, waarboven, ve
rend op een beugel, de hoorn rustte.
Ja, kapitein, daar draaide mijn groot
vader aan en ook mijn vaderNa
de aangevraagde bel en de afrekening,
zaken zijn zaken, mochten wij van de
werfbaas nog een sigaar opsteken.
Nu herkende hij mij met dit „ko
ninklijk" schip uit „Holland" onder dit
gezelschap niet direkt. Dit mochten wij
verhelpen. Hierdoor ontspande zicht
baar deze man, want niet elke dag kwa
men zoveel vreemde krantenbazen te
gelijk zijn werf bekijken. Wij waren
tijdens de schutting te Gaarkeuken
(Gr.), deze sluis werd al eerder in deze
krant vermeld, no. 4080, even binnen
gestapt bij de vrouw van de tweede
sluismeester. Hij had toen loketdienst,
om vaargelden te innen. Hen waren
oude kennissen.
Dit had het haviksoog der journa
listen al in de gaten. Vx'oeg mij één
hunner nu of ik „op elke nederzetting"
kennissen had. Ons antwoord was toen:
Wie vriendschap schenkt, men vriend
schap brengt. Liet een ander zich horen;
het rijmt nog ook.
Met een middagpauze werd afge
meerd te Sneek. Voor de middagmaal
tijd konden de gasten benen strekken
aan de wal. Ook ging mijnheer G. de
Jong hier van boord. Het gastheerschap
latend aan zijn zoon. De Rotterdammer,
aan boord blijvend, leunde op het stuur
rad, terwijl door ons aan dek het koper
werd gepoetst. Kwam Kapitein Rob,
in z'n eentje, terug vanaf de wal. Met
onder de arm een Friese koek. Hij
grijnsde eens naar de Rotterdammer.
Vond dat deze de bemanning wel eens
had kunnen helpen.
Hij had de Sneker Waterpoort, da
terend uit 1613, bezichtigd, ook het
Stadhuis. Was langs de Grote- of Mar
tinikerk gekomen. Nog even gespeurd
naar bijzonderheden over prof. mr. P.
S. Gerbrandy, do man van Londen tij
dens de Tweede Wereldoorlog, hier e-
ven buiten Sneek geboren. Had ook nog
graag Het Friesch Scheepvaart Museum
bezocht.
Maar de Rotterdammer volhardde in
zijn leunhouding. Liet zich nu toch ge
amuseerd aan zijn collega horen. Met
een variant op: „In iedere stad een an
dere schat". „Zeg vriend, kocht jij in
iedere stad niet een andere koek?"
Antwoordde de ander: „Ook ik heb
thuisblijvenden. Ben niet te lui, zo de
gelegenheid daar is, voor hen een eet
baar presentje te kopen!"
Luidde het weerwoord: „Bij mij
thuis lijnen ze
Toen liet Kapitein Rob zich langs de
trap maar naar beneden zakken.
Te Lemmer werd, wat laat die dag,
voor de zeilmakerij van De Vries af
gemeerd, ter overnachting. Aan dit a-
dres lagen de zeilen van de K.O.F.-
schepen tijdens de winter opgeslagen.
Werden dan vakkundig nagezien en
zo nodig gerepareerd. Daar de direktie
aan de journalisten had beloofd met de
„Prins Hendrik" op het IJsselmeer te
zeilen, hadden wij als bemanning al
tegen elkander gezegd: dat is morgen
vroeg een zeer natte borst! Die zeilen
lagen nu nog op de verwarmde vliering.
De andere morgen om acht uur zou er
gevaren worden. Het werd die nacht
laat slapen.
Toch, 's anderdaags, bij het bereiken
van het IJsselmeer, wax-en de zeilen
aangeslagen en bijgezet, het vinkenet
als laatste karwei onder de boegspriet
vastschroevend. Zover was het nu nog
niet. Na de late avondboterham werden
wij als bemanning, bedoeld als kleine
tegenpx-estatie, door het gezelschap uit
genodigd „een borreltje" mee te gaan
drinken aan de wal. Het „Friesche Dag
blad" wist hiervoor een 'goed oppert je.
Hoe kon het anders, dit werd een
plaatselijk café.
Een zoon des huizes daar was corres
pondent van het F.D. Die ook, in de
Friese taal, gedichten schreef. Zeer be
leefd hoorde het gezelschap zijn ver
tellingen over Lemmer en omstreken
aan. Dit vond hij stimulans om uit ei
gen werk te gaan declameren. Doch
hiervoor moet men toch als toehoorder
het Fries beheersen. Al gauw trad een
gaping achter de hand op. Niets werkt
in zo'n situatie aanstekelijker.
Steels verdween zo nu en dan aan
de tapkast een litertje drank in een
binnenzak. Daar werd geopperd dat het
morgen een zware zeildag zou worden.
Men wilde hierom vroeg ter kooi....
Zeer taktvol werd de declamator voor
het gepresteerde bedankt. Die kon ook
weer gelukkig gaan slapen. Handjes
werden geschud, zo het bx-oeders in de
lettex-en betaamt. Weer terug aan boord
werden de binnenzakken omgekeerd. Zo
ontstond op de tafel een bijzonder
„stilleven"
Toenmaals waren de K.O.F.-schepen
totaal „drooggelegd". Mijn ervaring is
dat dan, maar nu „indirekt", niet min
der alcohol over de loopplank aan boord
komt. Men heeft zich dan aan de wal
laten tappen.
Mijnheer De Jong, door ervaring wijs
geworden, hield strak de lijn van droog-
gelegd-zijn vast. Men krijgt dan zo die
binnenzak-politiek. Daar er nu geen
leerlingen aan boord waren, had zoon
Ab, secretaris bij vader, geen bezwaren
gemaakt tegen de huidige gang van
zaken.
Maakt een borrel de tong wat losser?
Zo beweerde één van de journalisten
dat Den Haag voorbereidingen trof om
op de rijksuitgaven wat te gaan be
zuinigen. Maar, dit ging geld kosten,
wist hij. Op staande voet bewijzen,
werd hem gesteld. Onderwijl dronk men
de borrel uit eieredop, glaasjes waren
niet aanwezig. Op dat bewijzen werd
algemeen instemmend gereageerd.
Goed, wij zouden twee voorbeelden
horen. Moesten op voorhand aannemen
dat deze historisch waren. Het tank
wapen dan had vanuit de kazerne een
kleine honderd paar schoenen afgege
ven bij een aparte reparatieplaats. Her
stellen moest op korte termijn gebeu
ren. Juist tijdens" deze periode kwam
„van boven af" de order: wegens be
zuiniging mochten de schoenen niet
speciaal per legerauto teruggehaald
worden. De commandant diende een
andere oplossing te vinden. Die vond hij.
Na het bericht dat de legerschoenen
gereed gekomen waren, werd een tank
manoeuvre georganiseerd, met het ver
kenningsvliegtuig daarboven. De route
werd zo gekozen, dat het gehele tank
wapen langs de reparatieplaats bol
derde. Er werd gestopt en per tank
zoveel stuks schoenen ingeladen. Zo
kwam het schoeisel, wegens bezuini
ging, terug in de kazerneplaats. Dat is
één, nu volgt twee.
Weer zou de periodieke konferentie
tussen de marine-commandanten van
Den Helder en van Amsterdam plaats
vinden. Regel was nu, dat of de één
ging met de dienstauto naar Den Hel
der, of de ander kwam op dezelfde wijze
naar Amsterdam. Doch het ministerie
had een zuiniger regeling bedacht. Voor
besparing van benzinekosten. De com
mandant van het Koninklijk Marine
etablissement te Amsterdam zou, met
zijn dienstauto met chauffeur, ter
plaatse naar het Centraal Station ge
bracht worden. Dan per N.S., en wel
eerste klas, naar Alkmaar reizen. Daar
zou hij dan door zijn Helderse collega
aan het station, met zijn auto met
chauffeur van Den Helder komend, af
gehaald worden. En ging men in de
kaasstad, in Het Gulden Vlies, con
fereren. Zo werden ook taxi-kosten
gemeden.
Maar te Alkmaar verscheen de Hel
derse collega niet. Dan maar een krant
gekocht en afwachten in de restauratie.
Hoorde hij na een zekere tijd hielen
tegen elkander klappen. Werd er, toen
zijn commandant van de krant opkeek,
strak gesalueerd. Zie, voor hem stond
zijn eigen Amsterdamse chauffeur. De
ze meldde: Den Helder had panne met
de auto gekregen.
Den Haag werd om advies gevraagd:
Wat nu? Wel, daar de tijd drong, was
hij met „de lege auto" van Amsterdam
naar hier verwezen om „mijnheer" (zijn
commandant) alvast naar Het Gulden
Vlies te brengen. Dan door naar Den
Helder om de commandant daar op te
halen en naar Alkmaar te brengen.
Deze moest later door hem terugge-
bracht worden naar Nieuwediep.
Mijne heren, besloot spreker zijn ver
haal, kost bezuiniging Van „hogerhand"
nu geld of niet?
(Wordt vervolgd).
P. C. Noordhoek, Zierikzee.
REKTIFIKATIE
In aflevering 2 van dit verhaal las
men: De Knardijk liep vanaf richting
Harderwijk naar Flevostad-haven. Van
bevoegde zijde meldde men terecht dat
deze plaatsaanduiding moet zijn: Lely
stad-haven. Bij het overtypen uit het
kladschrift maakten wij deze fout. Wij
zeggen voor deze correctie de opmerk
zame lezer vriendelijk dank!
Gemeente Wissenkerke.
Na de gemeenteraadsverkiezingen in
de gemeente Wissenkerke blijken er
geen verschillen te zijn in de zetel
verdeling.
De uitslag is als volgt:
CDA 813 stemmen, 27 t.o.v. 1982.
PvdA 489 stemmen +25 t.o.v. 1982.
WD 275 stemmen, +14 t.ov. 1982.
SGP 178 stemmen, 9 t.o.v. 1982.
Vr Gem. Bel. 212 stemmen +72 t.o.v. '82
Zo te zien aan deze uitslag, is de
grote winnaar in de gemeente Wissen
kerke: Vrije Gemeente Belangen. De
PvdA wint het aantal stemmen dat het
CDA verliest.
Gemeente Kortgene.
Grote verliezer in Kortgene is het
CDA. Zij verliezen één zetel en gaan
van 4 naar 3 zetels. PvdA, VVD en
SGP blijven gelijk. De nieuwe partij
Gemeente Belangen is met één zetel
nieuw in de Kortgeense raad.
De stemmen zijn als volgt:
CDA 568 stemmen, 63 t.o.v. 1982.
PvdA 736 stemmen, +9 t.o.v. 1982.
VVD 457 stemmen, +16 t.o.v. 1982.
SGP 211 stemmen, 50 t.o.v. 1982.
Gemeente Belangen 295 stemmen.