OPRUIMING
10°/,
tot 50°/.
KORTING
WENSEN
KRONIEK VAN
NOORQ-BEVELANÜ
VELE KOOPJES in: truien - vesten - pullovers - overhemden
Tweede blad van het Noord-Bevelands Nieuws- en Advertentieblad Nieuwjaarsnummer 1985 no. 4151
Burgemeester spreekt vissers toe
in de vismijn te Colijnsplaat
mm.
Nieuwjaar 1985.
De beste wensen, geachte lezersschare, worden u weer vol
gaarne toegesproken. Dit alles naar een idee uit de Gijsbrecht
van Aemstel. Bewerkt en geschreven door: Kees van Boven.
Vaste medewerkenden: Thomasvaer en Pieternel.
De Beste Wensen.
Bezoek, riep mijn vrouw om de hoek naar binnen,
juist toen ik m'n jaarlijkse wens zou beginnen.
Waartoe ik juist alles had klaargelegd
en dat is heel wat, in vertrouwen gezegd.
Al zijn dat dan feitelijk weliswaar zaken,
die enkel maar mij en de lezers niet raken.
Maar, 't kan wel eens nuttig zijn, om het te weten,
hoe of er wij dichters vaak passen en meten.
Om u weer iets aardigs en nieuws voor te leggen;
dus, laat ik het eigenlijk ook maar zeggen.
Nou, stel u voor dan, een jaargang kranten,
daarachter uw schrijver verschanst aan drie kanten.
Met voor zich een stapel papier, onbeschreven;
waarop-ie 'em straks van katoen zal gaan geven.
Een viltstift klaar voor rake kritiek,
een woordenboek en radio met zachte muziek.
Een lijst met de vele verkeersongelukken,
waarover je alleen al een pagina vol kunt drukken.
Een zak dropjes, een asbak en een doos sigaretten;
een voorhoofd met rimpels om kracht bij te zetten.
Zó moet daaruit langzaam een Nieuwjaarswens rijpen;
dus, alles tezamen, zult u wel begrijpen.
Dit is niet, wat een mens zal verlangen,
't geschiktste moment om bezoek te ontvangen.
Ik trok dan ook driftig m'n wenkbrauwen samen
en was juist van plan om een zin te beramen.
Die praktisch al op m'n gezicht stond te lezen,
dat ik de komende uren niet gestoord wilde wezen.
Toen zachtjes m'n vrouw me hun namen deed horen
en, recht overeind stonden eensklaps m'n oren!
Een glimlach van vreugde verbreedde m'n mond
en 'k maaide de heleboel, floep op de grond!
M'n kranten, het woordenboek, werkelijk alles;
wat u misschien raar vindt, maar heus niet zo mal is.
En 'k zette twee stoelen aan weerskanten klaar,
voor (links) Pieternel en (rechts) Thomasvaer.
En zó, als de deugd in het midden gezeten,
heb ik ze van harte hier welkom gèheten.
Want aan mij enkel als eis nog gesteld werd,
was: opschrijven wat door hun samen verteld werd.
Ach ja, zo begon dan m'n vriend Thomasvaer,
dat was weer een droevig en rommelig jaar.
Zo'n jaar van geharrewar, ruzie en woorden,
waarbij ze elkaar weer om het hardst vermoorden.
Daar ginder in Ierland, Chili en Afghanistan;
ho! riep Pieternel hier, stop eventjes, man!
't Kan allemaal waar zijn, wat jij daar mag zeggen,
ik zal het tenminste hier niet weerleggen.
Maar ben je, als ik vragen mag, óók en met reden,
hier over ons landje zo bar ontevreden?
Néé? Zou je dan liever niet daarmee beginnen?
Dan treedt je het nieuwe jaar wat vrolijker binnen!
Thomasvaer:
Vrolijker beginnen, ja, 't is waar;
't was hier best vrolijk, begin dit jaar.
Van die Noord-Bevelandse rustige pieren,
gingen er toen plotsklaps karnaval vieren.
Pieternel:
Juist, dat bedoel ik, beste man,
alle narigheid wordt even vergeten, dan.
Thomasvaer:
Ja, maar die kwam weer met gekijf,
met die vrouwen van: blijf van m'n lijf.
Volgens mij heeft het hun altijd gespeten,
dat er nooit iemand aan heeft gezeten.
Pieternel:
Thomas, wat zijn dat voor gedachten;
nou ja, van een man kun je zoiets verwachten.
En over mannen gesproken, da's al geweld,
slaan en schoppen op het voetbalveld.
En dan nog maar niet te spreken
Thomasvaer:
Ja, ja, daar komt ze weer met haar preken.
We zouden over vrolijke zaken praten,
bij vooi beeld de Oostersohelde-afsluitgaten.
Pieternel:
Begrotings-gaten zul je bedoelen,
die miljoenen zullen we nog wel voelen.
Net zoals die grap bij de RSV,
die graantjes pikken wij ook niet mee.
Thomasvaer:
Nou, maak je niet kwaad, 'k heb zat gekregen;
nee, 't was alleen maar gekheid, ook ik ben ertegen.
De man hoort zaken én de staat te besturen.
Pieternel:
Ja, ja en zonder grillen of kuren.
Dat laatste vooral eist een stevige hand,
maar van die zaken hebben vrouwen meer verstand.
Thomasvaer:
Vrouwenpraat alweer, o jee,
zeker geleerd in het vrouwencafé.
Waar je zo graag naar gaat,
en de man niet hoog aangeschreven staat.
Pieternel:
Bah, Thomas, bederf nu niet de pret,
alleen omdat jij daar de deur bent uitgezet.
Laten we over ons landje praten
en dat gekibbel buiten laten.
Want gekibbeld wordt er al en veel gepraat
over de jachthaven van Colijnsplaat.
Thomasvaer:
Ja, 't zit daar niet best zou ik zeggen;
ze zullen daar de bakens moeten verleggen.
De oude haven is nu een plateau;
ze krijgen er nu één gratis kado.
Het is daar geld in 't water smijten,
velen doet dit nu al spijten.
Pieternel:
Zeker, m'n beste Thomasvaer,
is dat alles helaas maar waar.
Toch mag je de vismijn niet vergeten.
Thomasvaer:
Nee, nee, die wordt niets verweten.
Want daar draait het prima met de poen,
van 't jaar dik meer dan tien miljoen.
En er is meer glorie voor Noord-Beveland,
een prachtig dorpshuis kwam in Kats tot stand.
Pieternel:
O ja, daar was iets met een biljart aan de hand,
dat was eigenlijk wel een beetje gênant.
Want enkelen, daar in Kats geboren,
willen de anderen ringeloren.
En bedenk dan evenwel
Thomasvaer:
Stop, genoeg daarover, Pieternel.
Want, zo mij laatst is verteld,
is de vrede daar weer hersteld.
Jij zou altijd willen stoken
en in gedoofde vuren poken.
Pieternel:
Wat ik? Wel, ik vind er zijn ernstiger zaken,
dan een biljart met een groen laken.
De werkeloosheid, ook al mag die dan tanen,
die leidt onze aandacht in andere banen.
En 'k huldig 't idee, om een maatschappij te stichten,
waardoor er méér arbeid zal zijn te verrichten.
Méér werk! Dat is een nobel streven
en schenkt de voldoening, dat anderen leven.
Thomasvaer:
Ja, nu je dat zegt over streven en leven;
laatst stonden we weer in de rij om te geven.
Pieternel:
Je bedoelt voor de hongersnood in Afrika,
dat was iets waar ik achter sta.
We geven allemaal met gulle hand,
dan gaat het hart voor verstand.
Thomasvaer:
Dat was prachtig, Pieternel,
en een waardig slot vind ik wel.
Pieternel:
Dat dacht ik ook zo, Thomasvaer,
maar éérst nog even dit, niet waar.
Tot slot, voor alle mensen.
Thomasvaer:
Van Pieternel en Thomasvaer:
Samen:
De allerbeste wensen.
Toen, schrok ik wakker en keek om me henen,
maar Piet, zowel als Thomasvaer, waren verdwenen.
En slechts op de grond lagen links en rechts kranten,
die 'k weg had gemaaid, naar verschillende kanten.
Ik had gedroomd, dat was even een strop;
toen, deed ik een greep in m'n zakje met drop.
En ben ik zonder te verletten,
die droom op papier gaan zetten.
KOSTUUMS
KOLBERTS
PANTALONS
WINTERJASSEN
REGENJASSEN
Folklore.
Hoewel ik in een zuidelijker deel van
de Zeeuwse archipel ben getogen, kwam
ik, door familiebetrekkingen, al vroeg
in kontakt met Noord-Beveland en zijn
cultuur. Vele vakanties heb ik in mijn
jeugd doorgebracht in het meest Noord-
Bevelandse dorp. Ik ben daar in kon-
takt gekomen met een voor mij onbe
kende, zeer fascinerende folklore: het
wensen. Vlak na de jaarwisseling was
het de gewoonte, dat bepaalde kinderen
huis-aan-huis de bewoners een gelukkig
nieuwjaar gingen wensen. In ruil voor
die wens verwachtte men dan een
kleine geldelijke bijdrage.
Nu heeft men mij ook één keer ver
leid om met zo'n aktie mee te doen.
Eén keer maar, het is iets wat in mijn
geheugen gegrift is gebleven.
Wensen scheen niet iedereen te doen.
Alleen kinderen van „absolute minima"
om eens een term uit de tachtiger jaren
te gebruiken, gingen de deur langs,
want het was een verkapte vorm van
bedelen. Ouders waarschuwden dan ook
de kinderen om niet zulke soort zaken
te ondernemen. Maar mijn vakantie
vrienden hadden het plan opgevat om,
terwille van de eigen kas en als aan
vulling op het geringe zakgeld, ook te
gaan wensen. Ze wisten weliswaar, dat
hun ouders daar zeker op tegen waren,
maar de verlokking was te groot
En ik werd, moeiteloos verleid om
mee te gaan, want gouden bergen wer
den beloofd. Uit strategische overwe
ging werden de buitenwijken gekozen.
Ten eerste kwamen daar de duistere
praktijken niet zo snel aan het licht en
bovendien moesten de boeren van bui
tenaf guller zijn dan de dorpsbewoners.
Op hoop van zegen.
Voor mijn geestesoog zie ik ons weer
gaan op een koude middag. Vier jon
gens, in de ban van „het kapitaal", als
goudzoekers in het wilde westen. Ik
kon mij sussen met de gedachte dat ik
verleid was
Onderweg leerde ik de wens-zin uit
mijn hoofd: ,,'k Wens je veel zegen in
het nieuwe jaar voor alles wat je nodig
hebt voor ziel en lichaam". (Je moest
dat plat zeggen, maar voor de juiste
schrijfwijze van dit dialekt verwijs ik
naar een deskundiger persoon elders in
dit blad).
Bij de eerste boerderij kreeg ik mijn
vuurdoop. In slagorde stelden we ons
op bij de achterdeur. Ik mocht de
laatste positie innemen. Na geklop op
de deur verscheen een wat nukkig kij
kende man in de half geopende deur.
We brandden los en vier keer kreeg
de man te horen hoe wel zijn toekomst
hoopten te zien
Ofschoon ik zonder haperen mijn
wensen uitsprak, bleven zijn ogen toch
wat langer op mij gericht. „Een. vreem
de eend in de bijt," las ik in zijn ogen.
Hij vroeg echter niets en sprak slechts:
,,'k Wens je 't ok," waarna hij de deur
sloot.
Het maakte diepe indruk op me,
vooral dat zo duidelijke, zo oer-Noord-
Bevelandse woord „ok". Het deed me
twijfelen aan het welslagen van onze
expeditie. Maar deze woorden waren
slechts de code om te melden dat men
niets gaf. Mijn vrienden, kenners, had
den hier ook niets verwacht. Bij de
volgende zou het beter gaan, die zat
altijd vóór in de kerk, die gedacht de
armen
Doopceel.
Ons wens-ritueel werd nu herhaald
voor een heel wat vriendelijker per
soon, die de deur eoht opendeed voor
ons. Tijdens mijn zegenspreuk ver
scheen ook zijn vrouw nog. Mijn tong
val bleek me toch te verraden, want
de man kon de herkomst van mijn
maten moeiteloos achterhalen.
Maar zijn: „Jij komt hier niet van
daan?!" was een duidelijke vraag om
toelichting op mijn aanwezigheid. Hij
heeft mijn doopceel gelicht na de zo
bekende vraag: „Van wie ben jij er
één?" Maar we ontvingen ieder een
dubbeltje, oftewel: goed voor één zakje
friet, zonder
De hele middag zwalkten we zo door
de polders. Stuivers en snoepjes vielen
ons nog heel wat keren ten deel en ik
vertelde maar over mijn herkomst
,,'k Wens je 't ok.''
De wens werd echter duur betaald.
Want bij thuiskomst bleek dat iemand
één der ouders had ingelicht over onze
tocht en direkt werden we opgedragen
Burgemeester Hoogendij'k - van Duijn
van Kortgene was woensdag 19 decem
ber j.l. speciaal naar de vismijn in Co
lijnsplaat gekomen. Aanleiding daartoe
was de record-omzet van de vismijn al
daar.
Om ongeveer 3 uur 's middags waren
alle schepen de haven binnengelopen.
Vismijn-directeur Minneboo laat de bel
luidpn, ten teken dat er iets te gebeu
ren staat. Op de plaats van de mijn-
meester staat nu burgemeester Hoogen-
dijk - van Duijn. Na even rond gekeken
te hebben, concludeert ze dat er verder
geen dames aanwezig zijn en begint
daarom ook met: mijne heren.
In haar toespraak tot de aanwezigen
steekt zij niet onder stoelen of barlken
dat de gemeente Kortgene trots is op
haar vismijn. Was de omzet in 1982 nog
5 miljoen, enige weken geleden zijn we
de 10 miljoen reeds gepasseerd. Het zal
onze „buit" te tonen. Het geld, waar we
zo graag vrijelijk over hadden beschikt,
moesten we inleveren. Het verdween
in onze spaarpot. De toffees en „spek
jes" konden we niet meer afdragen..
De „verrader" is nooit bekend ge
worden. Maar die zondag heb ik goed
gekeken naar die man, vóór in de kerk.
Hij glimlachte naar me. Toen de do
minee de beste wensen uitsprak voor
ons allen, kruisten onze blikken elkaar.
Hij knikte of hij zeggen wilde: „Ik
wens jou ook alle zegen.Zeer on
dankbaar, zeer onredelijk, heb ik toen
gemompeld: ,,'k Wens je 't ok.."
Ik hoop, dat onze wensen anno 1985
net zo welgemeend zijn als onze wen
sen toen klonken
H.
dit jaar nét geen 11 miljoen worden,
maar we komen er erg dicht bij, aldus
de burgemeester.
In haar toespraak blikt zij ook nog
even terug op het afgelopen jaar. De
niewe sluizen in de Oostersohelde-af-
sluiting zijn in bedrijf gekomen, de ge
meente heeft en houdt in de toekomst
nauw overleg met Rijkswaterstaat om
bij wat voor calamiteiten dan ook een
zo goed mogelijke samenwerking tus
sen visserij en Rijkswaterstaat te waar
borgen, zo laat de burgemeester weten.
Er is enkele weken geleden een groot
bedrijfspand op de haven aangekocht,
om de hoognodige uitbreiding van de
vismijn te kunnen realiseren. U ziet,
dat de gemeente graag bereid is en van
harte bereid is iets te doen voor de
visserij in Colijnsplaat.
Dank zij het feit dat u, vissers en han
delaren, hier bent is dit resultaat be
reikt en ik dank u daar dan ook van
harte voor.
Ik hoop, zo vervolgt de burgemeester,
dat ik hier volgend jaar weer zal staan
om u met een nieuw resultaat te kun
nen feliciteren. We willen het echter
niet alleen bij woorden laten en daar
om mag ik u namens de gemeente iets
te drinken aanbieden in de kantine, zo
besluit mevr. Hoogendijk onder een in
stemmend applaus haar korte maar
zeer gewaardeerde toespraak.
Hierna is er nog een gezellig samen
zijn in de kantine, waar beheerder, de
heer Van de Plasse, nog een extraatje
bij doet door warme hapjes, bereid uit
zeebanket, te serveren.
GRATIS KERSTDINER
IN "DE KORENBEURS"
Karin en Sjaak uit „De Korenbeurs"
te Kortgene hebben op vrijdag 21 de
cember een Kerstdiner aangeboden aan
alle ouderen van Kortgene, die de 65
jaar waren gepasseerd.
Circa 60 ouderen uit alle milieus heb
ben door hun aanwezigheid getoond dit
aanbod op prijs te stellen. Zij hebben
niet alleen genoten van het prima ver
zorgde diner, maar ook van de gezellige,
ongedwongen sfeer voor, tijdens en na
de maaltijd. De aangename bijeenkomst
werd muzikaal opgeluisterd met Kerst
liederen, veelal op de piano gespeeld
door de gastvrouw. Ook de Kerstman
gaf van zijn belangstelling blijk en
trakteerde de aanwezigen op Kerst
kaarsen.
Door dit alles en door de vlotte be
diening van charmante diensters, is dit
gebeuren, dat op Kortgene voor het
eerst op dergelijke wijze plaatsvond,
een groot sukses geworden. Dit moet
voor Karin en Sjaak een grote voldoe
ning geweest zijn, omdat ze maar moes
ten afwachten of dit experiment zou
slagen.
Na afloop dankte dhr. A. Welleman
namens de ouderen allen die zich heb
ben ingespannen om dezen een onver
getelijke Kerstbijeenkomst te bezorgen.