KRONIEK VAN NOORD-BEVEL ANQ TAALPRAATJE Toen ik een paar weken geleden op Kats kwam, beste vrienden, was ik te'gast bij enkele aardige wat oudere Kasse vrouwen, die me het vroegere wel en wee van Kats in veel geuren, maar vooral kleuren hebben verteld. Hieronder het resultaat: Van Kas tot Babbels. Kas was in vroeger jaeren een durp mee vee welvaeren. Dat bliekt uut de vele neringdoenden, waer ze Kas vroeger om roemden. Kruudeniers a ze d'r ut méést op Kas. Wè tiene, da's toch behoorluk kras. Zö was d'r Leetje van Liere en Joost Schrier, ze verkochte van oales, van klompen tot bier. Joane en Piet Verhulst deë in hrutters artikels; Rottier en Kees Priester zatte mee dezelfde perikels. Ze verkochte van oales op één dotje, van zoute vis tot stroop in een potje. Piet Eykenhout maekte de jeugd tevree, want di kochte ze d'r helukstoffee. Ok verkochte ze d'r haeren en sejette en bie Mullier een nieuwe pette. Leen de Wild was de fietshersteller, mé tevens schoenlapper en fietshersteller. Korteknieë dee ök in fietsen en röökerswaer, ie dee tevens knippe an je 'n aer. Olieboeren een éle straele: Paereltje, de Boo, Rousel, Fieman, dat *waere ze oalemaele. Een smederieë a ze d'r ök hehad, ene Kesteloo was dat. De Graag en Maas deeë waerme broodjes bakke, laeter is v. d. Berge nae Kas of komme zakke. Over de waegenmaekerieë kun ze nog praete, d'r is zelf een Mol straete. Een éle fermielje Rousel weunde d'r toen op Kas; één was schaepherder, den ander schoenmaeker Sas. Ok een ambtenaer in vaste dienst k ze toen, dat was Jo Post tot an z'n pensjoen. Ok nie verhete de herberhiers mee d'r kafé. Meulenberg, Blok en Versprille, ieder leefde d'r in mee. Remeews en Schroevers waere tummerman, ze konne d'r mee z'n beien eel wat van. De Kassenaers konne vroeger ök een fééstje bouwe, a ze behonne wiste ze nie van opouwe. Zö was d'r ök de Kassemart; hlad hin strop, want eel Kas stieng dan op z'n kop. Dan wier d'r ök nog alles mis hetrapt 1 en menigéén is di nae in de huweluksböót hestapt. Mè dat is oaltied hoed hehae, anders a Kas noe nie mi bestae. Op de Kassemart a vooral de meisjes vee lol; die zatte oaltied in de curesel, saemen mee Jan Mol. Kattekwaed deeë ze vroeger nie vee; alléén een bitje hist ier of daer in de plee. Vo de rest waere 't oal brave zielen, van d'r öót tot an d'r ielen. 't Is van vroeger a een volkje van de daed, toen a ze a een eigen raed. 't Viel onder Kootjesplaete, mè di wouwe de Kassenaers ut nie bie laete. Een raed was t'er, mee een eigen kaemer, in d'r tied. Vo de Kassenaers heeft dat nog vee verdriet. Want oal die mooie spulletjes deeë een andere lonke; laeter stienge die op 't hemeenteuus van Kertjeen te pronke. Vee plezier a ze d'r di nie an hehad, zegge ze mee spiet, want mee de ramp was oales kwiet. Zö zieë deur de lööp der jaeren is Kas toch wehevaeren. En wille ze noe d'r zegje nog us zegge, za hin één ze wat in de weege legge. Want dan schrieve ze d'r eihe krabbels heweun in de Katse babbels. Helaas, beste mensen, kunnen hierin ook niet alle gebeurtenissen en personen worden belicht, die vroeger tijd ook met Kats hadden te doen. Zo missen we nog de nodige verenigingen uit die tijd. zoals kolenvereniging, geitenvereniging en boogschutterij; zo ook het muziekkorps Excelsior. Over deze dingen, beste vrienden, hopelijk een volgende keer. Als slot nog een echte Kassenaer: Van Kas tot in de polder, 't bin Juutjes zonder kolder. An humor hin hebrek en zonder snik; da's een Kassenaer uut één stik. VERKIEZINGEN EN KANDIDAATSTELLING VAN DE ZEEUWSE WATERSCHAPPEN Op woensdag 22 oktober a.s. zullen in zes van de acht Zeeuwse waterschappen verkiezingen van leden van de algemene besturen (hoofdingelanden) worden gehou den. Het zijn de waterschappen Hulster Ambacht, Noord- en Zuid-Beveland, Schou- wen-Duiveland, Tholen, Het Vrije van Sluis en Walcheren. In de waterschappen Axeler Ambacht en De verenigde Braakmanpolders worden geen verkiezingen gehouden, omdat er plannen zijn tot samenvoeging, zo mo gelijk per 1 januari 1981. De dag van de kandidaatstelling is woens dag 20 augustus a.s. Op die dag kunnen op de griffies van de zes waterschappen opgaven met de namen van de kandidaten worden ingeleverd. Over de wijze waarop dat dient te gebeuren zullen de waterschaps besturen op of omstreeks 5 augustus na dere officiële mededelingen doen. De verkiezingen in oktober zijn noodza kelijk omdat per 31 december 1980 een deel van de hoofdingelanden (ongeveer de helft) aan de beurt van aftreden is. In de bij zondere reglementen van de verschillende waterschappen is bepaald dat aftredend zijn de hoofdingelanden die zitting hebben voor de oneven districten. Voor het Hulster Ambacht en voor Tholen zijn dat de dis tricten 1, 3 en 5; voor Schouwen-Duiveland, Het Vrije van Sluis en Walcheren de dis tricten 1 en 3; voor Noord- en Zuid-Beve land gelden de verkiezingen voor alle 10 districten, zulks op grond van een over gangsregeling na de samenvoeging van het waterschap Noord-Beveland en De Brede Watering van Zuid-Beveland op 1 jan. 1980. Drie jaar later 31 december 1983 moeten de hoofdingelanden in de even dis tricten hun plaatsen vrij maken. Voor het aftreden van de gezworenen (de leden van de dagelijkse besturen van de waterschap pen) is het juist andersom; eerst in de even en later in de oneven districten. De tijd stippen zijn resp. 1 mei 1981 en 1 mei 1984. Door de verschuiving met vier maanden krijgen de algemene besturen van de water schappen in nieuwe samenstelling de kans tot het opstellen van de aanbevelingen voor de gezworenen. In het waterschap Noord en Zuid-Beveland geldt ook voor het af treden van de gezworenen nog een andere regeling. De verkiezingen op 22 oktober gelden voor alle drie de categorieën die in de wa terschappen zijn vertegenwoordigd: de on gebouwde eigendommen (grond, landerijen); de gebouwde eigendommen (huizen, be drijfsgebouwen) en de waterkwaliteit (de vervuilers). In vier van de zes waterschappen hebben ook de hoofdingelanden voor de waterkwaliteit voor een bepaald district zitting. Voor twee Hulster Ambacht en Walcheren geldt, dat de vertegenwoordi gers van de vervuilers voor het gehele waterschapsgebied zitting hebben (vijf huis houdelijke en twee industriële hoofdinge landen/vervuilers in elk van de beide wa terschappen zijn hiervan per 31 dec. a.s. aftredend). Het is de bedoeling in de ko mende jaren tot een uniforme regeling voor alle waterschappen te komen, in die zin dat alle hoofdingelanden door de kiesge rechtigden van een bepaald district zullen worden gekozen. Wie kan nu in een waterschapsbestuur worden gekozen en wie mogen straks naar I de stembus gaan? In het algemeen Zeeuws I waterschapsreglement (dat Provinciale Sta ten op 9 mei j.l. sterk gewijzigd opnieuw hebben vastgesteld) worden o.a. geregeld het passief en aktief kiesrecht, de kandi daatstelling, de procedure voor de verkiezing van hoofdingelanden en de aanbeveling van gezworenen, enz. Om als hoofdingeland voor het onge bouwd in aanmerking te kunnen komen (en dus eerst kandidaat te kunnen worden ge steld) moet iemand zijn: volle eigenaar, erfpachter, opstalhouder, vruchtgebruiker, ander zakelijk genothebbende of pachter van tenminste 2 ha grond waarvoor geschot moet worden betaald. Deze eisen gelden in grote trekken ook voor de aspirant-hoofd ingelanden voor het gebouwd; als zakelijk genothebbende van gebouwde eigendommen moet men zijn aangeslagen naar een belast bare dan wel een geschatte opbrengst van tenminste 150,dan wel huurder zijn van een dergelijk gebouw. Wie als hoofdingeland wil vertegenwoor digen „degenen die direct of indirect afval stoffen brengen in oppervlaktewateren of op zuiveringstechnische werken" moet zelf in de verontreinigingsheffing zijn aangesla gen. Op Schouwen-Duiveland en de Beve- landen wordt geen onderscheid gemaakt tussen huishoudelijke en industriële vervui lers. In het Hulster Ambacht en Het Vrije van Sluis, alsmede op Tholen en Walcheren is dat wel het geval. Daar geldt de rege ling: om als hoofdingeland huishoudelijk vervuiler te kunnen worden gekozen is een aanslag in de zuiveringsheffing voor minder dan tien z.g. vervuilingseenheden voldoende. Voor de categorie industriële vervuilers geldt: tien of meer vervuilingseenheden (een vervuilingseenheid is de gemiddelde hoe veelheid afvalstoffen die één inwoner per dag in het oppervlaktewater of op een zuiverings-technisch werk brengt). Een nieuwe bepaling in het algemeen Zeeuws waterschapsreglement is dat tot lid van het waterschapsbestuur in de plaats van de eerder genoemde volle eigenaren, erfpachters, enz. ook hun echtgenoten ver kiesbaar zijn. Ieder die in oktober mag stemmen stembevoegd is volgens het waterschaps reglement heeft ook het recht kandidaten te stellen (mits die voldoen aan de eisen die voor de verkiezing worden gesteld). Wanneer is iemand nu stembevoegd? In het algemeen als men voldoet aan de eisen die ook gelden om als hoofdingeland ge kozen te kunnen worden. Voor het uit oefenen van het actieve kiesrecht geldt, dat men de leeftijd van 18 jaar moet hebben bereikt, voor het passieve kiesrecht is 23 jaar de minimumgrens. Wie wil weten of hij of zij tot de stembevoegden behoort kan dat nagaan aan de hand van lijsten die officieel ter inzagae liggen op de griffies van de zes aan de verkiezingen deelnemende waterschappen. Pachters en huurders zijn niet stembevoegd. Een belangrijke wijziging in vergelijking met de waterschapsverkiezingen van 1977 is, dat op 22 oktober a.s. de vrouw voor haar man zal mogen stemmen. De wijziging houdt overigens niet alleen in dat er geen volmacht van de man als stembevoegde aan zijn vrouw meer nodig is, maar ook dat alle andere rechten die stembevoegden op grond van het waterschapsreglement kunnen doen gelden toevallen aan de huwelijkspartner in plaats van de stembevoegde. O.a. bete kent dit dat de echtgenote een opgave van kandidaten mag ondertekenen (waarbij dan wel dient te worden vermeld, dat het on dertekenen van een opgave voor dezelfde categorie door beiden de handtekeningen van beiden van onwaarde maakt, het geen weer niet geldt als zowel de man als de vrouw stembevoegd is in dezelfde categorie). De „emancipatieregeling" geldt ook omgekeerd!). Op de dag van de kandidaatstelling 20 augustus dus kunnen bij de dijkgraaf of zijn waarnemer op het kantoor van het waterschap opgaven worden ingeleverd. Dat moet persoonlijk gebeuren door één van de ondertekenaars. De formulieren zijn na 5 augustus bij de waterschappen verkrijgbaar. Er moeten per district en per categorie (gebouwd, ongebouwd, waterkwaliteit) af zonderlijke opgaven worden ingediend (waarbij voor wat Hulster Ambacht en Wal cheren betreft voor de waterkwaliteit met opgaven voor het gehele waterschapsgebied kan worden volstaan). Een belangrijke be paling is, dat elke opgave van kandidaten wordt ondertekend door tenminste zoveel daartoe stembevoegden als gezamenlijk tien stemmen kunnen uitbrengen in het district waarvoor de lijst zal gelden. Om alle mis verstand te voorkomen: men mag alleen kandidaten opgeven voor de categorie waar in men stembevoegd is. Direct nadat de termijn van inlevering van de formulieren is verstreken des middags 4 uur op 20 augustus wordt een openbare vergadering gehouden om na te gaan of de ingediende opgaven aan de voorwaarden voldoen. Iedereen kan deze komen inzien en binnen een week mogelijke bezwaren indienen. Daar wordt uiterlijk op 'de veertiende dag na de kandidaatstelling een beslissing op genomen. Dat gebeurt weer in een openbare bijeenkomst die voor stembevoegden toegankelijk is. Als bij het onderzoeje op 20 augustus mocht blijken dat een opgave niet aan de eisen voldoet, dan krijgt degene die deze verzuim goed te maken. In tweede instan tie kan bij Gedeputeerde Staten beroep worden aangetekend. Mochten er evenveel kandidaten zijn ge steld als er plaatsen te vervullen zijn, dan is een verkiezing niet nodig. Als er geen kandidaten worden opgegeven, dan zal het dagelijks bestuur van het betrokken wa terschap zelf kandidaten stellen en is een verkiezing evenmin noodzakelijk. Uil. In de rij van dieren, die in vroeger tijden spreekwoorden en zegswijzen hebben op geleverd, verdient ook de uil een plaatsje. Opmerkelijk is, dat deze vogel zowel het zinnebeeld van luiheid en domheid als van wijsheid was. Bij de oude Grieken werd Pallas Athene of Minerva, de godin van de wijsheid, vaak afgebeeld met een uil als zinnebeeld van wijsheid en geleerdheid. „Waar Pallas Athe ne placht te staan, is nu een uil geschil derd." Betekenis: de wetenschap gaat achteruit. „Uilen naar Athene dragen" wil zeggen overtollig werk doen. Wegens de eigenschap wijsheid heeft de uil het wellicht ook gebracht tot „meneer de uil" in de Fabeltjeskrant. Bij de Joden werd hij beschouwd als een onreine vogel, evenals de roerdomp. Volgens een verouderd bijgeloof voorspelde een uil weinig goeds. Ging de uil op het dak van een huis zitten krassen, dan voor spelde dat de dood van één der gezinsleden. De uil is een nachtvogel, die vaak over dag slaapt. Vandaar de uitdrukking „met de uil slapen" voor overdag slapen. Hiervan is afkomstig „een uiltje knappen, een dutje doen, inzonderheid 's middags na het eten. „Bij wolven en uilen leert men huilen." Wie met pek omgaat wordt ermee besmet. „Zitten als een uil voor het gootgat." Er voor spek en bonen bij zitten. „Er vliegen geen uilen met bonte kraaien." Mensen die niet bij elkaar passen, kunnen moeilijk andermans opvattingen begrijpen, kunnen zich niet aanpassen. Deze zegswijze luidt ook wel „Staan als een uil onder de bonte kraaien." Of: „Als uilen onder de kraaien zijn." Dezelfde betekenis heeft: „Er vliegen geen uilen met valken." Daartegenover staat „Uilen vliegen met uilen." Wat onderling overeenkomt voelt zich tot elkaar aangetrokken. Zeer oud is de zegswijze „Net bij net en vuil bij vuil, valk bij valk en uil bij uil." Al gebruikt door Vader Cats, die de bete kenis weergeeft in het volgende gedicht. „Bouw en trouw met uws gelijck. Arm en arm en rijck met rijek. Net met huys, en mors met vuyl. Valck met valck en uyl met uyl." De eigenschap domheid blijkt uit de zegs wijzen „Uilen broeden uilen." Domme ou ders hebben domme kinderen. „De uil is niet wijs genoeg om de hond de biecht te horen." De ongeletterde man is altijd het slachtoffer. Hij kan zich niet met woorden verdedigen. „Wat baten kaars en bril, als de uil niet zien (en) wil." Het heeft geen zin te pro beren iemand die dom en halsstarrig is, iets bij te brengen. Vandaar ook „Voor de uil preken." Met dezelfde betekenis. „Hem is een uil ontvlogen." Een domme opmerking maken meestal op laag niveau. „Men kan van een uil geen valk maken." Domme mensen blijven dom. Met betrekking tot een domme, onnozele gelaatsuitdrukking: „Staan kijken als een uil." Staan kijken als een uil in een troep kraaien." „Staan kijken als een uil op een zieke koe." „Staan kijken als een uil die op een fooitje wacht." Uit al deze vergelijkingen blijkt, dat onze voorvaderen minder overtuigd waren van de wijsheid van de uil dan van zijn domheid. (Nadruk verboden). WAT VOOR FIETS Om de fietsenkopers behulpzaam te zijn, is in de serie Fietsotheek een boekje ver schenen dat praktische, kritische en objec tieve consumentenvoorlichting geeft. Dit boekje heet: Wat voor fiets? en geeft in ruim honderd bladzijden alles wat je over de fiets en het gebruik van de fiets moet weten. En dan speciaal wat je weten moet om de juiste keus te kunnen doen. Door overmaking van 8,50 op postgiro rekening nr. 234567 kan dit boekje worden aangevraagd bij de stichting: Fiets! in Am sterdam. Er staat in te lezen welke soorten fietsen er zijn, ook de onderlinge verschillen met de voor- en de nadelen. Over de rem- systemen die er zijn en de verschillende soorten versnellingen zoals je die tegen woordig steeds meer ziet. Dat er in dit boekje op wordt gewezen dat je voor brede keuze aan fietsen maar vooral ook voor de onmisbare nazorg het best bij een vak- handel terecht kunt, is welhaast vanzelf sprekend en hoef je aan iemand die hart voor de fiets heeft niet uit te leggen. HENGELWEDSTRIJD TE WISSENKERKE Zaterdag 26 juli 1980 organiseerde de Noord-Bevelandse hengelsportvcreniging in samenwerking met Camping De Roompot te Wissenkerke de ondertussen traditioneel geworden hengelwedstrijd. Aan deze wedstrijd werd in totaal door 68 liefhebbers deelgenomen, die gezamenlijk 263 vissen vingen, waaronder 41 boven maatse met een gewicht van 4085 gram. Onder de 18 prijswinnaars bevonden zich 7 campinggasten, waaronder de eerste twee. De uitslag was als volgt: 1. W. Janssen 765 pnt. 2. J. v. Miert 590 pnt. 3. C. v. d. Moere 550 pnt. 4. P. Doornen 505 pnt. 5. Mevr. Oele 490 pnt. 6. J. J. Oele 470 pnt. 7. D. Slabbekoorn 445 pnt. 8. P. de Putter 435 pnt. 9. A. de Visser 410 pnt. 10. H. F. Versfeld 410 pnt. 11. G. Knipscheer 410 pnt. 12. Mevr. Slabbekoorn 350 pnt. 13. Ph. Leendertse 315 pnt. 14. J. Kastelein 310 pnt. 15. L. v. d. Berg 280 pnt. 16. A. P. de Leeuw 265 pnt. 17. W. Mennes 260 pnt. 18. P. Raves 245 pnt. BIER VERGELIJKEN: EEN HEKSENTOER Hier en daar treft men nog wel eené een optimist aan, die in een ogenblik van verstrooidheid meent te kunnen zeggen, dat hij blindelings zijn eigen merk bier uit vier of vijf andere soorten kan halen. Dat berust op een misvatting, want zelfs voor ervaren innemers schijnt er nauwelijks iets lastigers te bestaan. Onlangs nog eens in Bergen op Zoom, waar 151 doorgewin terde bierliefhebbers werden uitgenodigd één glas bier te nuttigen uit vijf verschil lende vaten. Waarna zij op een formulier moesten aangeven welk merk zij meenden te hebben gedronken. De uitslag was opzienbarend, of eigenlijk: ronduit verbijsterend, want 131 pils-routinés bleken geen enkel merk goed te hebben. Veertien konden één merk bier fatsoenlijk thuis brengen; vier kwamen met twee goede antwoorden; twee anderen vulden drie soor ten goed in. Die twee kampioenen werden vervolgens nog eens uitgenodigd vijf glazen te nuttigen. De één wist toen geen enkel goed antwoord; de ander haalde er twee merken uit. De vijf soorten die in het geding waren: Dommelsch, Grolsch, Heineken, Skol en Stella Artois. Met deze weinig opbeurende wetenschap in het achterhoofd kwamen vorige week tien bierkenners uit het hele land naar Hotel Maastricht voor een nog wat lastiger séance. Op uitnodiging van het Franse culi naire magazine Gault-Millau moesten waar deringen worden gegeven in cijfers van 0 tot 15 van dertien verschillende Ne derlandse (flessen) bier. Straks zal deze proeverij in Brussel worden herhaald door Belgische fijnproevers, waarna tenslotte de vier best geclassificeerde bieren in een eind strijd voor de ereprijs zullen uitkomen. Je eigen merk uit vier soorten halen is dus al razend lastig, van uiterste verwarring mag worden gesproken bij de Gault-Millau- test. Daar staan dan dertien (blanco) glazen min of meer schuimend bier van alleen door zeer goede ogen te onderscheiden kleurverschil. En ook hier dan soms ineens dat ogenblik van (zogenaamde) herkenning: hier, dat moet mijn merk zijn. Een enkeüng beweerde na afloop zelfs vier of vijf merken uit die dertien gehaald te hebben. „Ik proef liever tweeëntwintig wijnen van één jaar. dan dertien soorten bier," liet vakman Laurent Savelkoul zich ontvallen. „In elke geval maak ik met die tweeën twintig wijnen minder vergissingen." Toch mocht achteraf een heel voorzich tige conclusie worden getrokken: de noor delingen onder de keurmeesters (o.a. het Elsevierteam) proefden en waardeerden wel iets anders dan de zuiderlingen, voor wie het typisch Limburgse brouwersaroma ken nelijk wat duidelijker door de mond spoelde dan „bovenrivierse" merken als Grolsch, Hengelo, Heineken, of Amstel. Die bij de Noord-Nederlandse proevers beter, of liever gezegd anders (in de zin van vertrouwe lijker) waren. Het groepje vertegenwoordigers van brou werijen dat met uitzonderlijk hoog gespan nen verwachtingen naar Maastricht was gereisd, wachtte (soms) verbijsterend nieuws. Niet alleen, omdat er een zeer hoge score ging naar Limburgse merken. („Hoe kan het ook anders met zoveel Limburgse keur meesters", zei een wat aangeslagen verte genwoordiger van een Noord-Nederlandse brouwerij nogal laconiek). Eensgezind waren alle bierdrinkers van mening, dat er ondanks achteraf ge bleken verschillen in puntenwaardering op een enkele uitzondering na toch nauwe lijks aanwijsbaar smaakverschil was. Wat dan weer tot de conclusie kan leiden dat het Centraal Brouwerijkantoor goed werk doet en dat de kwaliteit van het Neder landse bier over (bijna) de héle linie in orde is. P.V. DE BLAUWE DOFFER KORTG. Uitslag wedvlucht Deelname 1 H. J. v. d. Moere 2 P. de Waal en zn. 3 P. van Belzen 4 W. M. Bouwense 5 P. J. Verburg 6 P. van Belzen 7 K. Filius 8 H. J. v/d Moere 9 H. C. Verburg 10 M. C. Clement Bergerac op 82 duiven. 11.53.54 785. 12.15.02 791. 19.55 791, 27.19 791. 39.14 786. 46.15 2 13.01.14 787. 25.58 2 38.44 787. 17.14.55 785. 26 juli. 567 183.8 777 175.1 .789 166.4 .925 157.7 .242 149 140.3 .707 131.6 122.9 .805 114.2 .872 105.5 Eindstand kampioenschap FOND. HOK 1 H. J. van der Moere 1143.9 pnt. 2 P. de Waal en zn. 927.8 pnt. 3. P. van Belzen 907.5 pnt. DUIF 1 M. van Belzen en zn. 1363384 - 438.1 pnt. 2 K. Filius 2571235 - 428.9 pnt. 3 P. J. Verburg 139201 - 411.1 pnt. Eindstand aangewezen kampioenschappen oude duiven. AANGEWEZEN GENERAAL 1 P. van Belzen 1981.2 pnt. 2 K. Filius 1846.7 pnt. 3 P. J. Kesteloo 1749.3 pnt. AANGEWEZEN OUDE DUIF 1 P. van Belzen 1439.7 pnt. 2 P. J. Kesteloo 1329.7 pnt. 3 P. J. Wilderom 1093.9 pnt. Uitslag wedvlucht Compiegne op 26 juli. Deelname 473 jonge duiven. 1 S. Branderhorst 11.22.37 247.600 263 2 W. C. Leenpoel 26.19 247.677 260.8 3 W. M. Bouwense 33.22 253.045 258.6 4 H. J. v/d Maas 31.50 249.484 256.4 5 J. J. Verwei 32.13 249.605 254.2 6 H. J. v/d Maas 33.12 2 252 7 M. C. Clement 32.39 247.506 249.8 8 P. van Belzen 38.11 252.930 247.6 9 M. C. Clement 34.16 2 245.4 10 S. Branderhorst 34.24 2 243.2 Uitslag concours Compiegne op 26 juli. Deelname 8 oude duiven. 1 A. P. Marcusse 12.10.53 249.227 2 P. de Waal en zn. 31.12 252.910

Krantenbank Zeeland

Noord-Bevelands Nieuws- en advertentieblad | 1980 | | pagina 2