Raadsvergadering Wissenkerke
De gemeenteraad van Wissenkerke kwam
op maandag 25 februari j.l. in openbare
vergadering bijeen. Dit ter behandeling van
een 27-tal agendapunten en zij stond onder
voorzitterschap van burgemeester P. Wisse.
Deze heette een ieder hartelijk welkom en
in het bijzonder de redelijk gevulde publieke
tribune.
De notulen werden ongewijzigd goedge
keurd. Bij de ingekomen stukken zat een
herbenoeming van P. Wisse als burgemees
ter van Wissenkerke, waarmee de heer Die-
leman hem namens de raad mee feliciteerde.
De heer Hamelink had bij deze stukken
de motieven gemist voor de afwijzing van
de verplaatsbare muziektent en vroeg of
alleen de muziekverenigingen dat beslisten.
De voorzitter zei, dat dit in de sportcom-
missie ter sprake gekomen is en wanneer
de muziek dit afwijst, zag hij weinig reden
om deze tent toch aan te schaffen.
De heer Uijl had in de begroting van de
Dienst Gemeentewerken gelezen dat er ver
schil bestond in kilometervergoeding voor
de medewerkers. Hij vond dit een vorm
van discriminatie, waar de vertegenwoordi
ger van de gemeente eens aandacht aan
moest schenken. De voorzitter sprak van
een rijksregeling, die vast staat. Wethouder
De Nooijer zou dit ook wel willen verande
ren, want ook hij was voor gelijkschakeling,
maar dit soort zaken zijn zeer moeilijk
te veranderen.
De heer Remijnse vroeg, ten aanzien van
de gevoerde correspondentie, of de duintjes
aan de noordkant volgens plan doorgang
zouden vinden. Volgens de voorzitter moest
men het werk laten uitvoeren en daaraan
zou het college vasthouden.
Men vroeg om een krediet van ƒ27.000,—
beschikbaar te stellen voor het aanbrengen
van voorzieningen om 's nachts een isole
rende deken over het openluchtzwembad
te Wissenkerke uit te rollen. De voorzitter
gaf als toelichting, dat dit een vorm van
energiebesparing was en gezien de overge
legde kostenraming bespaarde het de ge
meente nog geld ook. Ook de openingsuren
zouden nog nader bezien worden. Wethou
der De Nooijer sprak van een degelijke, een
voudige voorziening, welke een goede indruk
op hem had gemaakt na bezichtiging elders.
De heer Hamelink vroeg wanneer dit af
dekken geschiedde door het personeel.
Kreeg men geen extra werkuren door het
badpersoneel en daardoor hogere perso
neelslasten. De heer Sandee had twijfels
over de cijfers en hoe was men aan die
40% besparing op energie gekomen. Men
moest ook nog eens gaan bekijken om de
kosten van dit zwembad omlaag te doen.
Maar vanwege de gasbesparing moet dit
dan toch maar uitgevoerd worden. De heer
Van der Maas kwam er nogmaals op terug
om het zwembad op zondag te sluiten.
Wethouder De Nooijer zei dat er niet
veel werk was aan het afdekken en het
zou met die personeelslasten wel meevallen.
Wat de cijfers betreft, was men afgegaan
op de gegevens van een ander zwembad.
Afsluitend zei de voorzitter, dat men zou
trachten de algehele kosten toch binnen
de redelijke perken te houden. En een slui
ting op zondag was onmogelijk.
Ten behoeve van de voortzetting van het
Open School-werk was het nodig dat de
zes Bevelandse gemeenten kwamen tot de
oprichting van een Regionaal Educatief
Centrum. Voor 1980 kwam dit op een be
drag van 1,50 per inwoner. In dit Centrum
zou als vertegenwoordiger van de gemeente
zitting nemen wethoudre J. A. W. Wisse.
De heer Sandee vond het alles nog wat
een wazige materie, ook wat de kosten
betreft. De aanmeldingen van Open School
lopen terug en men moet de behoefte niet
overdrijven. Volgens hem was alles nog
niet zo goed geregeld, ook wat betreft de
verbinding met dag- en avondscholen. De
heer Van der Maas sprak ook over hogere
kosten in de volgende jaren. Zullen rijk
en provincie blijven bijdragen? De heer
Meulenberg vroeg naar de eigen bijdrage
van de deelnemers. En de heer Uijl was
bang dat men een centraal punt voor die
Open School zou gaan aanwijzen.
De voorzitter vond ook dat men het nut
zeker niet moet overdrijven. Als de andere
gemeenten niet meedoen vervalt alles. De
jaarlijkse kosten komen ter sprake in de
raad, dus men heeft dit in eigen hand.
De Open School cursussen blijven op dit
moment in de dorpen funktioneren. Wet
houder Wisse gaf nog als aanvulling dat
men probeerde een geheel te vormen met
dag- en avondscholen en dat er gewerkt
wordt aan de eigen bijdrage per deelne
mer, maar dat daarover nog te veel ver
schil van mening bestaat.
De raad ging zonder meer akkoord met
de vergoedingen voor vakonderwijs op de
diverse scholen. Evenals de vaststelling van
de exploitatievergoeding voor het bijzonder
lager onderwijs over 1979. Het aantal les
uren vakonderwijs voor de openbare lagere
school werd bepaald op iy2.
Voor de openbare lagere school te Wis
senkerke wou men een uitzondering aan
vragen om het bedrag per leerling hoger
te laten uitvallen.
De heer Sandee vroeg of dit ook voor
Geersdijk kon gelden. De voorzitter zei,
dat de minister dit zeker kan bepalen, maar
men zal dat dan zelf moeten aanvragen.
Waarop de heer Van der Maas opmerkte,
dat het dit jaar aangevraagd zou worden.
Hierna werd het bedrag per leerling voor
de bijzondere scholen vastgesteld voor 1980.
De tarieven van gebruik sportvelden,
zwembad, gymlokalen en dorpshuizen ging
met 3,5% omhoog.
Ten behoeve van de Hinderwetvergunning
bij de Oosterscheldewerken werd een com
missie ingesteld, die deze vergunningen op
korte termijn kon gaan verlenen.
De heer Remijnse vroeg wanneer deze
commissie haar werk zou beëindigen en
de heer Blok vroeg naar het benoemen
van een gemeentelijke vertegenwoordiger
in deze commissie.
De voorzitter dacht dat bij afsluiting
van de werkzaamheden ook deze commissie
opgeheven moest worden. De aanwijzing
van de vertegenwoordiger had nog geen
haast en was daarbij een taak van het
college.
De heer Mostert bood te koop aan het
speelveld aan de Westweg aldaar voor een
bedrag van 32.000,
De heer Dieleman sprak van een fors
bedrag. Ook de heer Uijl was van mening
dat men daar zeker de grondprijzen niet
mee omlaag hielp. Terwijl Sandee hier geen
vertrouwen zag voor het voorkeursrecht van
gemeenten bij grondaankoop.
De voorzitter wilde daarop niet te diep
ingaan en constateerde dat men toch wel
akkoord ging met de aankoop.
De Winkelsluitingswet werd zo gewijzigd,
dat men in bijzondere gevallen de koop
avond kon bepalen op de donderdag.
De chr. kleuterschool te Kamperland
vroeg een bedrag van 4100,voor de
aanschaf en vervanging van meubilair en
stoffering, waarover geen discussie was.
De onlangs gewijzigde vorm van inning
van landtoeristenbelasting van zomerwo
ningen kon niet de goedkeuring krijgen
van het ministerie, zodat men op de oude
wijze moest verdergaan, met een verhoging
van 5% voor 19S0.
De heer Blok zei dat te betreuren, om
dat het principe zijn fraktie duidelijk aan
sprak. Hij hoopte verder dat het college
bij het ministerie zou bevorderen om deze
grondslag voor 1981 er door te krijgen.
Hij dacht dat men daarbij de raad ook
moest inschakelen en hoopte er later nog
op terug te komen.
De voorzitter zei dat het college zijn
best zou doen.
Een bedrag van ƒ58.000,— was gemoeid
met het aanbrengen van voorzieningen ter
voorkoming van wateroverlast langs de
Waterhoenlaan en Sternlaan in de Schots
man. Dit was de goedkoopste oplossing.
De heer Blok meende dat men bij de
uitvoering van het plan daar meer aan
dacht aan had moeten besteden. Terwijl
Sandee vroeg of dit bij de overname bekend
was. En bepleitte daarnaast nog voor een
beter onderhoud van alle rioleringen. En
de heer Remijnse vroeg naar de ervaringen
met dit plan en hoe het moest met de
bestrating van de bewoners, die soms tot
aan de weg waren doorgetrokken.
De voorzitter sprak van een goede afvoer
toen men het plan overnam. Het systeem
van waterafvoer welk hier toegepast gaat
worden is bekend en voldoet goed. Wet
houder De Nooijer zag toch wel enige over
last voor de bewoners omdat sommigen
zelfs de berm bestraat hadden, maar dit
plan is de enige oplossing.
Er werd een herziening in het bestem
mingsplan „Kamperland, 2e jachthavencom
plex" goedgekeurd.
Voor het terrein „De Banjaard" werd een
wijziging aangebracht, zodanig dat de be
bouwingsoppervlakte voor categorie A werd
100 m2 en voor categorie B: 80 m2.
De heer Noordhoek vond het een mooi
voorstel, maar zou graag via een circulaire
de bewoners hiervan op de hoogte stellen
en daarbij tevens wijzen op het niet mogen
plaatsen van aparte tuinhuisjes. De heer
Remijnse vroeg of men met deze uitbreiding
voldoende tegemoet kwam aan de vraag.
De voorzitter zegde het rondschrijven toe
en een grotere uitbreiding staat de PPD
niet toe; dit is het maximum.
Een bedrag van ƒ755.200,— werd ge
vraagd voor de uitbreiding van het sport
complex te Kamperland. De Heidemij. zou
daar aanleggen; een oefenveld, omringd
door een halfverharde baan; voetbalveld;
tennisbanen en oefenkooi; af- en ontwate
ringsmiddelen en bijkomende voorzieningen.
Men had in het verleden reeds 390.000,—
aan andere voorzieningen uitgegeven, wat
een totaal te zien gaf van 1,4 miljoen
op dit moment. Waarschijnlijk zou het
nieuwe copplex in 'het najaar van 1981
bespeelbaar zijn.
De heer Uijl vond het gevaarlijk om
begroting en uitvoering door één aannemer
te laten doen. Waarom heeft de Dienst
Gemeentewerken geen plan gemaakt en is
er voldoende toezicht op de uitvoering.
Ook dhr. Sandee was het met dhr. Uijl
eens, dat men niet teveel alles in één hand
moet geven. Voor de heer Van der Maas
waren de bedragen veel te hoog, wat nu
zeker niet verantwoord was. Hij stemde
dan ook tegen de uitgaaf van het krediet.
De voorzitter vond dat men al meer za
ken met de Heidemij had gedaan, en dat
altijd alles goed was gekomen. Er zal daar
naast controle en blijvend toezicht zijn
van de Dienst Gemeentewerken. Ook hij
vond de uitgaven hoog, maar gelukkig had
men al veel geld gereserveerd.
Verscheidene begrotingswijzigingen over
1979 en 1980 passeerden hierna de raad.
Er kwam nog over 1979 een overschot
van ƒ300.000,—.
Voor de plaatsing van een gebouw, dat
als jeugdsoos te Kamperland ingericht zou
worden, vroeg men een krediet ten bedrage
van 85.000,—. Het gebouw komt in de
Nieuwstraat te Kamperland, terzijde van
het gymlokaal.
De heer Noordhoek was tevreden over
de voortvarende aanpak en vond het plan
er goed uitzien. Maar was van mening dat
men de grondprijs er ook bij moest be
trekken. De heer Hamelink ging akkoord
met het voorstel, maar vond dat men bij
de zelfwerkzaamheid van de soos ook het
onderhoud moest opnemen. Daarnaast zou
men het toezicht nog eens onder hun aan
dacht moeten brengen. De heer Van der
Maas stemde tegen, omdat het bedrag te
groot was en men zwakke argumenten
gebruikte voor deze aanschaf. Op deze ma
nier komen et nog vele andere verenigingen
ook met zo'n verzoek. De heer Meulenberg
wou zekerheid of de houten vloer bestand
was tegen het dansen. De heer Uijl vroeg
of de omwonenden geen bezwaar gemaakt
hadden. En de heer Remijnse vond het in
één woord: prachtig.
De voorzitter begon door te stellen dat
de grond van de gemeente is en ook blijft.
In een later gesprek met de soos zou men
de opmerkingen van Hamelink meenemen.
Hopenlijk was de vloer sterk genoeg om
er op te kunnen dansen. De omwonenden
zouden geen hinder krijgen van deze soos,
maar het plan had ter inzage gelegen en
niemand had bezwaren gemaakt.
Verbindingsmateriaal voor de brandweer,
t.w. 2 mobilofoons en 6 portofoons, be
liepen een bedrag van 30.000,—. Ge
vraagd werd om deze aanschaf te mogen
doen.
De heer Sandee greep deze gelegenheid
aan om eens te informeren naar de visie
op langere termijn. Nu komt alles stukje
voor stukje. Hij zag mogelijkheden voor
één goed uitgeruste wagen per gemeente.
De voorzitter zei, dat men afging op
adviezen van de Regionale Brandweerkring.
Hij had al eens een overzicht gegeven van
wat de raad te wachten staat en dit komt
één voor één aan de orde. Het idee van
één brandweerwagen zag hij op dit moment
nog niet zitten.
„Ons Genoegen" te Kamperland vroeg
om een gemeentelijke bijdrage van
17.000,— voor de aanschaf van nieuwe
uniformen. Het college stelde voor: ƒ3.000,-
uit eigen middelen; éénmalige bijdrage van
7.000,— en een renteloos voorschot van
ƒ7.000,—. Tn het verleden had men de
muziekvereniging „Apollo" op een soort
gelijke manier behandeld.
De heer Hamelink was het wel eens met
deze formulering, maar vond het vreemd
dat er geen officiële prijsopgaaf was? In
de toekomst zou men toch eens moeten
gaan voorzien wanneer zulke uniformen
aan vervanging toezijn, zodat men een plan
ning kan maken; zeer zeker voor het toe
komstige welzijnsbeleid in de gemeente.
In een vorige vergadering had men een
welzijnsverordening aangenomen. Na enke
le op- en aanmerkingen wou het college
daar nu wijzigingen in aanbrengen. Deze
zijn: 1. alle leden van de commissie krijgen
een plaatsvervang(st)er. 2. De sector peu
terspeelzalen een eigen zetel aanbieden.
3. Niet-raadsleden zullen presentiegeld ont
vangen. 4. Plaatsvervangende leden zullen
ook de bescheiden ontvangen.
Omdat Humanitas nog geen plaatselijke
vereniging was, wilde men deze nog geen
zetel ter beschikking stellen, maar wanneer
er een afdeling Wissenkerke zou ontstaan,
kreeg men alsnog de gelegenheid.
Deze wijzigingen gaven de nodige stof
tot discussie, waarbij de heer Blok als
eerste begon met te zeggen:
„Voorzitter, dit onderwerp is zeker uit
voerig aan de orde geweest in onze fraktie.
Daarbij bleek dat de meningen zo verdeeld
waren, dat ik hier niet met een fraktie-
standpunt naar voren kan komen. Ik wil
dan ook een ieder gelegenheid geven daar
wel of niets over te zeggen. In de eerste
plaats ligt er een voorstel van mijn fraktie-
genoot Hamelink. Ik heb dit mede onder
steund om tot behandeling daarvan in de
raad te kunnen overgaan. Dit betekent
evenwel niet dat ik het inhoudelijk (geheel)
met zijn schrijven eens ben. Wel ben ik
vap mening dat er te lichtvaardig en te
gehaast gehandeld is door allerlei aparte
sectoren erbij te nemen. Maar daar wil ik
niet op terugkomen. Gezien alle beslom
meringen om deze commissie op te zetten,
ben ik bang wat dit in de toekomst zal
geven. Ik zeg u: Wij zijn er nog lang niet
en het zal zeer en zeer moeilijk worden.
En ik ben haast geneigd om nu al te
zeggen: Waar zijn we aan begonnen. Maar
ik hoop die uitspraak nog niet definitief
te moeten maken. Afsluitend wil ik dat er
een claim gelegd wordt op de zetel voor
Humanitas. En onder de voorwaarden van
uw college."
Hierna kwam de heer Hamelink met
een algemene beschouwing en enkele voor
stellen. Daarin stond het volgende:
Als één der laatste gemeenten in de regio
De Bevelanden is de gemeente Wissenkerke
ook toe aan het instellen van een welzijns-
commissie. Een commissie, welke in de
overige Bevelandse gemeenten een nagenoeg
uniforme samenstelling, c.q. vertegenwoor
diging van het aantal sectoren kent. Wis
senkerke heeft in de raadsvergadering van
26 nov. reeds gemeend een uitzonderings
positie te moeten gaan innemen binnen
het proefprojekt, middels het uitbreiden van
de commissie met de kerken, met toen nog
alleen dhr. Van der Maas tegen.
De weg van de uitzondering ingeslagen
op 26 nov. 1979 moet ik helaas achteraf
ten zeerste betreuren. Ik meen echter dat
het in deze situatie beter is ten halve
gekeerd dan ten hele gedwaald. Derhalve
voorzitter, leg ik u het voorstel voor, om
de toen op de valreep ingebrachte wijziging
in de samenstelling van de commissie in
te trekken.
Nadere bestudering van de motieven
welke tot dat besluit geleid hebben, blijken
voor mij niet zwaarwichtig genoeg om in
deze t.o.v. de overige Bevelandse gemeenten
een uitzonderingspositie in te nemen. Ook
vandaag bij het voorstel 25, punt 2, blijkt
dat het hek voor de uitzonderingen nog
steeds openstaat. Immers, welke zijn de
motieven die ten grondslag liggen aan het
feit dat zonodig de peuterspeelzalen extra
in deze commissie vertegenwoordigd moe
ten zijn?
Er zijn immers nog steeds voorbeelden
te noemen van welzijnsorganisaties en/of
verenigingen welke ook geen direkte verte
genwoordiging hebben en ook niet onder
een bepaalde sector zijn thuis te brengen.
Om maar eens een enkel voorbeeld te
noemen: wie vertegenwoordigen de evene
mentencommissies en de oranjeverenigin
gen? Als we al dit soort verenigingen zou
den moeten gaan onderbrengen (immers de
motieven welke voor de kerken en voor de
peuterspeelzalen gelden, gelden ook voor
deze verenigingen), dan zal er m.i. een
situatie ontstaan dat een zo breed samen
gestelde commissie niet optimaal zal kunnen
functioneren. En aldus een belemmering
zal kunnen zijn op de weg naar het opti
maliseren van ons aller welzijn.
Kort resumerend: a. Het voorstel om
een deel van het raadsbesluit van 26 nov.
in te trekken: b. Intrekking van het bij
voorstel 25 genoemde punt 2.
De heer Sandee was het wat betreft de
peuterspeelzalen eens met Hamelink. Er
waren maar twee groepjes, wat een te
smalle basis was. De heer Van der Maas
wou ook de peuterspeelzalen in een sector
onderbrengen, maar was daarnaast tegen
het opnemen van een vertegenwoordiger
van Humanitas. De heer Dieleman steunde
het college en had geen bezwaar tegen Hu
manitas. Terwijl de heer Remijnse vond,
dat men niet te kieskeurig met de ver
tegenwoordigers moest zijn.
De voorzitter voorzag ook, dat men nog
een lange weg te -gaan had. Het is een
proefprojekt, waarvan men nadien pas kan
bezien of het resultaat goed is. Het is wel
zo, dat iedere gemeente zijn eigen commis
sie vaststelt en de verscheidenheid is juist.
Hij gaf voorbeelden van andere gemeenten
welke ook andere sectoren hadden dan de
gemeente Wissenkerke. De zetel voor Hu
manitas bij een afdeling Wissenkerke wou
hij vasthouden. Hij was van mening dat
de peuterspeelzalen er niet alleen voor hun
eigen subsidie in deze commissie kwamen.
Volgens wethouder Wisse gaf het niet wie
er in deze commissie kwam. Het rijk kijkt
straks alleen maar naar het resultaat van
de proef.
In de tweede termijn bleek dat een
meerderheid er voor was, dat de peuter
speelzalen werden ondergebracht in de sec
tor vormings- en ontwikkelingswerk voor
volwassenen, waarbij dit laatste werd ge
schrapt. De heer Van der Maas bleef nog
tegenstemmen tegen de Humanitas, terwijl
de heer Hamelink nu ook tegen de kerken
wenste te stemmen.
Als gevolg van voorgaande discussie over
de leden van de welzijnscommissie, ging
men nu over tot het benoemen van de
leden daarvan. Voorzitter werd wethouder
J. A. W. Wisse. Uit de raad kwamen de
heren A. Sandee, J. H. Uijl, J. A. Remijnse
en P. van der Maas. Namens de sector
vormings- en ontwikkelingswerk: mevr.
Geelhoed - Kempe. Uit de sector vrouwen
organisaties: mevr. Karstanje. Uit de sector
amateuristische kunstbeoefening: mevr. Bal
kenende - de Mol. Uit de sector jeugd: mej.
C. J. Geelhoed. Uit de sector bejaarden:
nog te benoemen. Uit de sector sport: dhr.
Ph. Leendertse. Namens de kerken: dhr.
W. J. Noordhoek.
Hierna kwam de rondvraag, waarbij de
heer Meulenberg vroeg naar de bomen in
de Dorpsweg en of de verkeersmaatregelen
resultaat hadden.
De voorzitter beaamde dat men de be
woners eerder bij de te nemen maatregelen
en voornemen om bomen te planten, had
moeten betrekken. Nu waren er nogal wat
bezwaren gekomen. Ook wethouder De
Nooijer zei dat alles gemaakt is naar aan
leiding van het uitgebrachte verkeersrapport
Wanneer de weg nog meer verbreed wordt,
zal men nog harder rijden.
De heer Van der Maas zei het volgende:
„Als S.G.P. vinden wij het een droeve
zaak nu wij vernomen hebben, dat ook
hier in onze gemeente er een begin is ge
maakt met de Carnavalsviering. Zij het
dan op een wat voorzichtige wijze. En als
christenen moeten wij deze gebeurtenis ten
zeerste afkeuren. Zeker daar dit gebeurt
in de tijd van de herdenking van de lijdens
weken van de Heere Jezus. En dan is het
onze plicht als gemeentebestuur om hier
tegen te waarschuwen wel op z'n plaats.
Daar wij ons niet hoeven te schamen om
voor onze christelijke beginselen uit te ko
men, hoop ik dat we als gemeentebestuur
zoveel als in ons vermogen ligt deze akti-
viteiten tegen zullen gaan."
De voorzitter meende dat een deel van de
bevolking prijsstelt op die viering. Het
college heeft geen bevoegdheid om daar
handelend tegen op te treden. Er was wel
waardering voor uw standpunt.
De heer Uijl vroeg of het bouwen van
een schuilkelder op Noord-Beveland wel
eens ter sprake was geweest tussen de
beide gemeenten, omdat dit een zaak van
de gemeentebesturen was. Ook vanwege het
feit van de kerncentrale te Borsele wellicht
geen overbodige zaak.
De voorzitter had hierover nog nooit een
gesprek gehad, maar vond deze zaak voor
Zeeland geen haalbare kaart. Men moest
maar hopen voor dergelijke rampen ge
spaard te blijven.
De heer Hamelink wist nog steeds niet
wat men nu van plan was met die nood-
lokalen bij de scholen te Wissenkerke.
De voorzitter zei, dat er aan gewerkt
werd om met voorstellen te komen en dat
de gemeente ze nog steeds betaalde.
De heer Remijnse had geen vraag, maar
sprak zijn waardering uit over het werk
van de reconstructie Westhavendijk.
Tegen elf uur kon burgemeester P. Wisse
deze raadsvergadering sluiten.
GEEF! HELP! DOE!
Het Nationaal Rheumafonds klopt weer
bij u aan. De landelijke inzameling is dit
jaar in de week van 10 t/m 16 maart.
Geef naar vermogen. Help de reuma te
bestrijden. Doe iets in de kollektebus, of
maak een bijdrage over op giro 324 van
het Nationaal Rheumafonds fe Den Haag.
Doe iets, opdat het Rheumafonds veel
kan doen, o.a.: bijdragen bij aanpassingen
van woningen; het verlenen van renteloze
voorschotten: het organiseren van aange
paste vakantiereizen met boot, bus en
vliegtuig; het exploiteren van het vakantie
centrum „Groot Stokkert" met hotel en
bungalows; het doen van wetenschappelijk
onderzoek.
Geef aan de kollektant of help via giro
324, Nationaal Rheumafonds, Den Haag.
De rheumapatiënten zijn u er dankbaar
voor.
KRONIEK VAN NOORD-BEVELAND
Toen vroeger een meisje ergens ging werken, beste vrienden, was
dat een hele gebeurtenis. Vroeger was dat gae diene, tegenwoordig
heet dat intrieurverzorgster. Hoe het ook heten mag, beste mensen,
bij beiden moeten de handjes uit de mouwtjes. Zo'n meisje was
dan met kost en inwoning, en daar gaat het volgende verhaal over.
Neeltje hae diene.
Neeltje a in de krante heleze,
da bie de notarus een meisje most weze.
Vo éle daegen stieng d'r bie,
mè dat gaf vo Neeltje hlad nie.
Op de fiets is ze nae de stad hehae
en mevrouw a ze te woord hestae.
Of ze ök kon koke, wouw ze wete,
mè di a Neeltje nie vee kaes van hehete.
Ja, melk koke dat viel wè mee
en waeter koke vó de thee.
De rest zouw ze wè lere van mevrouw,
a ze dat graeg wouw.
Bie de notarus dee ze modern ete,
di kon Neeltje nie vee van wete.
Afijn, 't was vlug vo mekander mee't salarus
en zó hing Neeltje diene bie de notarus.
D'r moeder was zö hröös as een puut;
ze raetelde 't overal uut.
Diene bie een notarus en modern ete,
dat most netuurluk iederéén wete.
Nae een paer weken kwam Neeltje tuus;
ze keek een bitje zuunug, dus d'r was wat nie pluus.
D'r moeder vroeg: „Aeper'ter wat?"
„Aepere?" zei Neeltje, „k'è nog hin aerpel ehat!"
't Is toch vrééd, riep d'r moeder oal mè,
dat au hin mens uut, da weet uk wè.
Mè da's oales nog nie, liet Neeltje wete.
A julder a us amme, kaes en macronie hehete?
't Is zonde, zei d'r moeder mee een zucht,
een mens kan toch nie leve van de lucht?
Noe kwam Neeltje pas hoed op dreef.
Ze aete soep van tomaten deur een zeef
en riest mee kerrie, 't zag hlad geel.
Mee rooie pepers, ik keek hlad scheel.
Dan nog van die zwarte dingus,
dat waere obersjienus.
En van die witte peetjes, zö uut waeter;
die éte asperjus, oorde ik laeter.
Is dat eten vo in de weke, vroeg d'r moeder mee een steun.
Wè jae zei Neeltje, da's eel heweun.
Mè as't er één verjaert of op zondaegen,
dan is 't paerd hlad van de waegen.
Onderlest a ze oesters, zö uut de schelpe.
Onger ak nie, kon't ök nie elpe.
Ok nog van die hloeiend éte hevallen,
dat waere bitterballen.
Di kan je hoed je tote an verbrande
en ze aete oales op, 't is een schande.
Di nae hebakke vis, mee billen van kikkers
en twi pootaerpels, zö gróót as knikkers.
Dan nog een döödheschote'n aes in wien;
mee appelmoes en slae in azien.
Achteran een soort van bibberpuddink op een schaele,
dat was nog 't lekkerste van oalemaele.
Helokkug bin'k noe tuus en kan'k aerpels ete;
wat a ze bie de notarus doeë, motte ze zelf mè wete.
Je ziet, beste mensen, dat het spreekwoord: Wat een boer niet
kent, zal hij niet eten: zeker in vroeger jaren van toepassing was.
Vandaar ook deze oude Péélandse spreuk:
A maeke we't nog zó zot;
d'r gae niks boven moeders pot.
CeeBee.