Franse tappen STAATSSCHULD groeit te snel en te veel Hengelsport Markusse Wissenkerke Grimmig loon- overleg verwacht De Bilt blijft tobben met weerberichtgeving steeds verkrijgbaar bij Bij de discussies over de rijksbegroting voor het volgend jaar wordt telkens Weer gesproken over het aanvaardbare financieringstekort voor 1980. Dat is op zichzelf al een vreemde zaak. Want zijn tekorten eigenlijk wel ooit aanvaard baar? Voor een particulier is dat ondenkbaar, al komt het helaas maar al te veel voor. Zeker nu geld lenen zo gemakkelijk is geworden. Voor de staat is dat werken met tekorten al sinds jaar en dag een aanvaard bare zaak geweest. Men steekt geld in zoveel zaken, die later wel hun op brengst krijgen, dat men het verantwoord acht de belastingbetalers van de toe komst op te zadelen met een schuld plus rente- en aflossingsplicht. Dat alles wordt aanvaardbaar geacht zolang dit soort opstapeling van schuld niet de perken te buiten gaat. En daar gaat terecht de discussie over, want krijgt ons nageslacht een te grote schuldenlast, dan gaan wij leven op de kosten van onze kinderen. Benauwende belastingdruk. Over de ontwikkeling van de staatsschuld maakt men zich terecht zorgen. Op 30 juni 1978 was onze staatsschuld opgelopen tot 71.084 miljard gulden en in 1979 zullen wij de 80 miljard ruim overschreden heb ben als wij er ons even rekenschap van geven dat wij tegenwoordig de staatsschuld in één jaar tijd met meer dan 10 miljard omhoog laten gaan. In feite betekent dit, dat men per jaar alleen al de rentever plichtingen met zo'n 800 a 900 miljoen laat oplopen. Daar is in steeds sneller tempo een flinke dekking voor nodig aan belas tingen en andere staatsinkomsten en dat moet leiden tot toenemende politieke span ningen. Vooral als wij bedenken dat de meeste deskundigen van mening zijn dat de belastingdruk zijn maximum bereikt heeft en dat verdere stijgingen steeds op één of andere manier zullen worden af gewenteld. Dit klinkt nog meer benauwend wanneer wij bedenken dat aan belasting en ver plichte premies al meer dan 50% van het nationaal inkomen wordt gesoupeerd. Naar mate men dit percentage hoger maakt, zal de interesse voor inkomen en de drang om iets te presteren afnemen. Juist het meer zelf beschikken over het verdiende inkomen moet onze arbeidsproduktiviteit verbeteren. In dit licht gezien moet ook de toeneming van de staatsschuld worden verminderd. Het is als tegenstelling niet oninteressant te vermelden, dat in de meerjarenraming over de periode 1979 tot 1983 de toeneming van onze rentelast op staatsschuld wordt vermeld met bedragen van 5.550 miljoen tot 9.200 miljoen gulden. Er wordt dus nog rekening gehouden met een verdere stijging van onze staatsschuld en er zijn formidabele bedragen mee gemoeid. In 1981 zal er bij voorbeeld meer aan lasten voor de staats schuld moeten worden betaald dan de kos ten bedragen van het gehele algemeen voort gezet onderwijs. Onze beide ministeries van Binnen- en Buitenlandse Zaken zullen het volgend jaar als onder bijvoorbeeld minder kosten dan de rentelast op onze nationale schuld. Met dit beeld wordt het duidelijk dat wij niet door kunnen gaan op deze schulden- weg.. Reeds nu is de staatsschuld per in woner al tot boven 5.000,gestegen en wij kunnen het nageslacht niet een nog zwaarder blok aan het been meegeven. Meer inflatie. Als gevolg van de inflatie geeft een terug blik op het verleden geen zuiver beeld meer. Maar bij het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog hadden wij geen grótere staatsschuld dan ongeveer 4 miljard. De bezettingstijd door de Duitsers was er oor zaak van dat onze nationale schuld opliep tot om en nabij 25 miljard. Het begin van de wederopbouw was oorzaak van nog meer uitgaven, tot wij in 1948 op ongeveer 28 miljard kwamen. De tien daarop volgende jaren werd er steeds afgelost, totdat wij in 1957 op 18 miljard kwamen. Daarna be ginnen wij weer meer geld te gebruiken. Van jaar tot jaar wordt de schuld groter Grote verdeeldheid. Maar de vakbondsspecialisten zijn mees ters in 'het uitrekenen van de internationale krachtverhoudingen op loongebied. Daar wordt ook trouwens op Europees gebied overleg over gepleegd binnen het Europees tot wij in 1974 de 40 miljard-grens over schrijden en die schuldpositie zal dus nog dit jaar tot boven 80 miljard stijgen. Bij een tekortenfinanciering met staats schuld heeft men het voordeel, dat er grote bedragen aan de geldcirculatie kunnen wor den onttrokken, zodat het inflatoire effect niet optreedt. Dat wordt anders wanneer er geen leningen worden gesloten, maar de oplossing wordt gezocht via monetaire fi nanciering. Bij dit systeem wordt er geen geld geleend, maar eenvoudig aangemaakt. De drukpers zorgt dus dat er papiergeld komt dat door de staat wordt uitgegeven. Via deze weg komt er dus veel meer geld in circulatie, terwijl de daar tegen overstaande hoeveelheid goederen dezelfde blijft. Men is dan bereid meer geld voor dezelfde hoeveelheid goederen te betalen en daarmee begint de inflatie haar funeste werking. De gulden wordt tegenover andere muntsoorten minder waard en zal dus moe ten devalueren, waarbij de Nederlander meer moet betalen voor alles wat uit het buitenland komt. De import wordt duurder en de export wordt goedkoper, waarbij men als neven effect wel moet aanvaarden dat de waarde daling van het geld steeds sneller gaat. Dit effect wordt mede veroorzaakt door de vlucht uit een zwakke munt. Iedereen probeert die zo snel mogelijk van de hand te doen uit vrees voor schade door waarde daling. De ervaring van vele jaren inflatie heeft ons intussen geleerd dat met dit systeem ook al geen economische winst te behalen valt. Dr. Zijlstra. Het slot van het schuldendrama is geen ander dan het afremmen van de staats uitgaven zodat de belastinginkomsten de uitgaven voldoende dekken om tot een sluitende begroting te komen. Die kan anderzijds ook worden verkregen door de belastingheffing te verzwaren. Voortgaan van het regeringsbeleid op de weg van de staatsschuldvermeerdering zal de minister van financiën in conflict brengen met de president van de Nederlandsche Bank omdat deze laatste pal dient te staan voor waarde van de nationale munt. Reeds heeft dr. Zijlstra aangekondigd dat naar zijn mening de staatsbegrotingste korten moeten verminderen. Krimpen deze in, dan gaat dat ten koste van een aantal overheidsactiviteiten waarmee een hoeveel heid werkgelegenheid is gemoeid. Daarom zal ook weer worden gegrepen naar een groeiende belastingdruk. Worden die lasten echter te zwaar in verhouding tot de produktie dan gaat de opbrengst daarvan dalen, omdat men wel aan een boom kan schudden in de hoop dat de vruchten er af vallen, maar ze moeten er wel eerst aan groeien. Het zal dus voor zichtig manoevreren worden door de over heid tussen stijgende lasten en dalende uitgaven. Het wordt echter hoog tijd, dat de voort durende stijging van staatsschuld wordt om gezet in een reeks van jaren met groeiende aflossing. (Nadruk verboden). Drs. A. van Mierlo. Verbond van Vakverenigingen. Wanneer er geen centraal loonakkoord tot stand komt, dan valt men terug op de bedrijfstaks- gewijze onderhandelingen en dan proberen de werknemers de werkgevers in de onder scheiden branches tegen elkaar uit te spelen en omgekeerd. In veel jaren is het de werk nemers gelukt de werkgeverseenheid te ver breken en dan stukje bij beetje toch te krijgen wat bij centrale afspraak niet mo gelijk bleek. Het vorig jaar zijn echter de werknemers het slachtoffer geworden van hun verdeeld heid. Hun hier en daar merkbare nervositeit was begrijpelijk. Het ging vorig jaar niet alleen om een handvol guldens meer of minder. Het ging om arbeidstijd en om vervroegde uittreding terwijl er zo nu en dan extra looneisen in geld op tafel lagen. Het gevolg is geweest dat in een aantal bedrijfstakken wel een regeling voor ver vroegde uittreding tot stand kwam, maar dat men daar ook meestal in bleef steken. De werkgevers vochten overigens dikwijls voor hun leven. Nadat in de loop der jaren het Neder landse loonniveau tot de hoogste in de we reld is gaan behoren, zijn er bedrijfsslui tingen aan de lopende band geweest. De concurrentiepositie van Nederland is in een aantal bedrijfstakken verloren gegaan. Arbeidstijdverkorting. Terugkomen op de exportmarkten kan alleen wanneer de loonteugel enkele jaren strak wordt gehouden. Ook moet er bij een verhoging van de loonsom duidelijk gelet worden op de belangen van meer arbeids intensieve bedrijven, waartoe vooral de kleinere behoren, anders kunnen wij in de komende jaren het gehele midden- en klein bedrijf wel afschrijven. Dit drijft de bonden van ondernemers in midden- en kleinbedrijf naar uiterste standpunten. Anderzijds zien werknemersorganisaties in winstgevende kapitaalintensieve sectoren nog wel ruimte voor meer loon of meer vrije tijd. Dat beeld zal ook dit jaar de Pessimisme. Dr. Baede heeft gezegd, dat voorlopig geen verbetering is te verwachten. Gemid deld slaat men 20 maal de plank mis en 80 maal raak. Het percentage missers druk ken is heel moeilijk. Baede spreekt van een fundamentele onvoorspelbaarheid, omdat een plaatselijke bui met écn km doorsnee in enkele uren volledig ter ziele kan gaan. Maar hij kan óók invloed hebben op het ontstaan van depressies met een omvang van duizend km. Om dicht in de buurt van de 100% rake voorspellingen te komen, zou men een on betaalbaar dicht waarnemingsnet moeten opbouwen en men zou voorspellingen per minuut moeten doen. Doch aangezien het grote publiek dat óók wel kan als hij niet ziende blind is, gaat men liever die kant niet op. Men verwacht, dat pas over 10 of 15 jaar bekend is wanneer en waarom die buien zo gek doen. Er is alleen vooruitgang te verwachten voor wat betreft de weersverwachting op lange termijn. Men zit nu al redelijk goed met de verwachting van 2-3 dagen, maar wil gaarne naar 3-8 dagen toe. Maar eerst zal men, via de bekende weercomputer van Reading, toewerken naar een verwach ting voor 4 dagen. Uiteraard is het vooral de land- en tuin bouw, die dit alles met argusogen volgt, ook al is letterlijk iedereen er in betrokken. De lange weekeinden, de vakanties en het forensenverkeer maken, dat bijna iedereen belang stelt in deze zaak. Van de bedrijven zijn dat natuurlijk vooral de reisbureaus, de luchtvaartmijen en voorts alles wat in de open lucht werkt. Vanuit land- en tuin bouw wordt vooral aangedrongen op regio nale weerberichtgeving. Dat ligt voor de hand. omdat ook in het kleine Nederland regelmatig aanzienlijke weersverschillen voorkomen. De Wadden eilanden, Zeeland en Zuid-Limburg staan er bekend om, dat ze vaak een totaal afwijkend weertype hebben. Dat de sneeuw stormen van de afgelopen winter ook geo grafisch zeer beperkt bleven, is bekend genoeg. Walcheren heeft in de drie zomer maanden gemiddeld een uur zon per dag méér dan bijvoorbeeld Winterswijk. Zo kan men doorgaan. Evenwel moet men toegeven, dat regio nale berichtgeving óók in de recordweek van 9 16 aug. jl. niet gebaat zou hebben. Verder is men in De Bilt natuurlijk wel zo wijs, om uitdrukkelijk streken te vermel den (noorden, oosten, zuidwesten, midden, enz.) als daar wat afwijkends verwacht wordt. Vier streken. Land- en tuinbouw zouden het land liefst in vier streken verdelen: de kuststrook, het noorden, het oosten plus de IJsselmeer- onderhandelingen weer beheersen. Aan werknemerszijde is nu al besloten om dit jaar eensgezind op te treden. Voorts zullen alle bonden de komende maanden de me ningen van hun leden nauwgezet peilen. Daarna zal de federatieraad een nota maken die vóór half november zal worden vast gesteld. Men gaat dus duidelijk collectief lijnen trekken. Reeds nu is het zeker dat arbeids tijdverkorting een belangrijke eis zal zijn in verband met de blijvende werkloosheid. In Europees verband wil men in vier jaar tijd tien procent van de arbeidstijd af knabbelen. Voor werkgevers, vooral in ar beidsintensieve bedrijven, zal dat weer voe ren naar een strijd om het hoofd boven water te houden, want minder werktijd is ook een vorm van loonsverhoging. De mo gelijkheden voor produktiviteitsverhoging zijn uiterst klein geworden, ook al omdat werknemers daar minder arbeidsplaatsen van verwachten. Zolang de wereldeconomie blijft kwakkelengaat de strijd om het be houd van arbeidsplaatsen en koopkracht. Om deze hoofdpunten zal grimmiger dan ooit worden gevochten. Met verhoging van welvaart is men vorig jaar terughoudend geweest. Alleen de laagst betaalden zijn nog enigszins vooruitgegaan. Nu de resul taten in het bedrijfsleven weer iets beter zijn, zal men daar zijn deel van opeisen. De werkgevers stellen echter unaniem, dat zij nog enkele jaren nodig hebben om weer op rendementsadem te komen en dat zal het overleg er niet gemakkelijker op maken. De overheid moet wel matiging prediken omdat de begrotingstekorten van boven de zes procent voortduren. Het gat kan alleen gestopt worden door matiging, zeker in de sector van de overheidssalarissen. polders en tenslotte Brabant-Limburg. Dat zit hem echter niet alleen in het klimaat, maar óók in het bedrijfstype van de land bouw. Helaas hebben de media zich hier tegen verklaard. Daarom willen land- en tuinbouw per streek een telefoonnummer dat men kan draaien om de regionale ver wachtingen te beluisteren. Men kent deze verfijning al in de bouwwereld in het win terhalfjaar en de kleine luchtvaart. Van het grote publiek kan ieder die dat wenst er dan óók gebruik van maken. Inflatie. Financieel-economische deskundigen ver wachten voor 1979 een inflatie van 4,5%. De West-Duitsers zullen daar voor dit jaar vermoedelijk niet onder blijven. Dat is gun stig voor Nederland. De lastenverhoging voor 1980 zal naar verwachting wel tot een inflatie leiden, die minstens zes procent bedraagt. Daar heeft bankpresident dr. Zijlstra nu al zorgen over, want wij weten allemaal dat er alleen maar tegenvallers in de lucht zitten met de energieproblemen en niet te vergeten de geweldige verwachte voedseltekorten, omdat de graanoogst in Rusland deels mislukt is. Dat jaagt overal in de wereld de prijzen naar boven. In dit beeld moeten wij verwachten dat de werkgevers de automatische prijscom pensatie zullen willen uithollen, terwijl an derzijds de werknemers zich daar zo fel mogelijk tegen zullen verzetten. In het ver lengde daarvan willen de vakbonden ook niets weten van lagere uitkeringen voor werkloosheid en andere voorzieningen. Toch zullen deze uitkeringen minimaal moeten worden „opgeschoond", willen wij voorkomen dat er naast de werkloosheid duizenden arbeidsplaatsen onbezet blijven. Het is bewezen, dat met name jongeren in verhouding te hoge uitkeringen krijgen. Dat zou hun werklust blijvend ondermijnen en daarmee komt een stuk volkskracht in gevaar. Harde onderhandelingen zijn niet te ver mijden, maar wanneer alle betrokkenen de toekomst van het land en het bedrijfsleven centraal blijven stellen is er ook voor 1980 een oplossing te vinden zonder arbeidscon flicten. Daar is onze hoop op gevestigd. (Nadruk verboden). Drs. A. van Mierlo. Land- en tuinbouw hebben echter nog heel wat méér wensen. Er wordt „wisse lend bewolkt met enige regen" afgegeven. Maar hoeveel regen gaat er vallen? Voor boer en tuinder is dat altijd van groot belang en de weerkundige kan het vrijwel nooit met een redelijke kans op succes zeg gen. Maxima van 25 tot 30 graden? Dat is warm, maar hoe is die warmte verdeeld over de dag? Wordt de top even rond twee uur bereikt en is het ervoor en erna be langrijk koeler? Omdat men de windkracht wel in de verwachting opneemt, meent men dat deze gegevens toch óók wel voorspelbaar zijn. Ze zijn dat echter voorlopig helemaal niet. U kunt dit zelf nagaan als uw krant de regenval in een niet te groot gebied vermeldt. U ziet dan aanzienlijke verschillen op geringe afstand. U kunt hieruit afleiden, dat voorspelling van de regenhoeveelheden wel zeer lang als onmogelijk zal gelden. Zelfs het aantal uren met bewolking en/of regen is bij wisselend weer zeer moeilijk vooruit te bepalen. Land- en tuinbouw willen eigenlijk nog veel méér. Zij wensen weersverwachtingen op zo lang mogelijke termijn. Men begrijpt wel, dat De Bilt niet doet aan voorspel lingen over de komende winter, maar zou men ook een maand tevoren wat kunnen zeggen? Ja, dat kan maar dan alleen vol gens de analogie. Uit de statistiek weet men, dat een slechte juli vaak een slechte (natte, bewolkte) augustus geeft en een koude januari wordt vaak gevolgd door een dito februari. Maar meer dan „vaak" kan de weerkundige niet zeggen. Boer en tuin der vragen: hoe vaak? En dan kan men wel een statistisch antwoord geven, maar veel meer dan ruim de helft goede voorspellingen komt men dan niet, terwijl er teveel gra daties en variaties overblijven. Want het is koud en wat heet een koude februarimaand? Als het de laatste 7 dagen van die maand zacht en droog is, gaat men in het ZW al zaaien en spreekt men van een vroeg voorjaar Hoofdzaak is, dat men naar aanleiding van de vele missers van De Bilt in aug. jl. niet kan zeggen dat er bij het KNMI iets fundamenteel mis is. Je kunt niet aangeven wat men fout doet en hoe het beter kan. W. Geldof. Elk jaar moet er weer loonoverleg worden gepleegd. Vanzelfsprekend over de collectieve arbeidscontracten voor 1980 en over het loonbeleid in het algemeen. De gedachte dat dit overleg centraal moet geschieden, is niet vanzelfsprekend. Het is voor Nederland geen onverdienstelijk succes dat de Stichting van de Arbeid nog kan functioneren als men wil. Dat is immers het privaatrechtelijke orgaan van werkgevers en werknemers bij uitstek. En het zijn deze beide par tijen. die gezamenlijk zonder inmenging van de regering of van welke com missie ook, de lonen zouden moeten regelen. Menig jaar staan zij met rechtopstaande haren van tegenstelling tegenover elkaar. Meestal is er dan het kabinet, dat tracht te bemiddelen, waarbij be trokkenen toch aanvoelen dat de centrale overheid er ook wel iets mee te maken heeft. In feite spelen de lonen mede een beslissende rol bij het welvaartsbeeld in een bepaald jaar. Zijn de lonen aan de lage kant in vergelijking met de ons omringende landen, dan profiteren daar de ondernemers van, omdat zij dan een streepje voor hebben in de internationale concurrentie. VERBETERING NIET TE VERWACHTEN In de week van 9 tot 16 augustus j.l. scoorde De Bilts KNMI vier kardinale missers en daarmee een record, 's Avonds op 9 augustus kondigde men een zware storm aan met springtij. In werkelijkheid kreeg alleen de Zeeuwse kust die storm en hij duurde slechts enkele uren. Voor zondag 12 augustus had men een droge dag in petto, maar in Zuid-Holland, Utrecht en Brabant regende het uren achtereen. De dinsdag daarop meende men veel bewolking, af en toe regen en slechts 20 graden warmte te kunnen voorspellen en het werd een warme zonnige dag met maxima van 26 graden in De Bilt en elders 28. Op donderdag 16 augustus tenslotte verwachtte men slechts een enkel buitje en overigens zon, maar het werd in de oostelijke helft van het land uren regen (Twente 18 mm) en geen zon. Over dit foutenrecord is De Bilt hard aangevallen. Terecht. Maar is er spoe dig verbetering te verwachten?

Krantenbank Zeeland

Noord-Bevelands Nieuws- en advertentieblad | 1979 | | pagina 2