NOORD-BEVELANDS
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD
m
L
m
Op donderdag 6 september
wordt Z.K.H. prins Claus 53 jaar
door Tom Lodewijk
II hotali m
meest geiszei
16
1
L
1
34
35
SPI
l
I"
43
44
1
51
57
61
62
68
1
78
M* 9879
Donderdag 6 september 1979
83e fnvgang
DRUK EN UITGAVE: DRUKKERIJ MARKUSSE TE WISSENKERKE - TEL. 01107-13 08 - GIRO 206882
Abonnementsprijs ƒ20,— per jaar Franko per post ƒ32,50 per jaar Advertenties 31 ct per mm, exd. BTW.
Voor fouten in advertenties per telefoon opgegeven, binnen wij geen enkele verantwoordelijkheid dragen.
i i
FEUILLETON
Het bleek, dat Sjoerd een klein scheeps
werfje had, wat bootjes verhuurde, andere
bootjes repareerde en druk 'bezig was aan
een geheimzinnig ontwerp, dat een omme
keer moest brengen in de zeilsport.
„Ik ben een ouwe vrijgezel," verklaarde
hij. „ik heb met niemand wat te maken
en leef voor 't vaderland weg." Hij zag
kennelijk in oom Simon een verwante geest
en meneren was er niet meer bij. Voor
Sjoerd was het „ome Simon" en de aldus
toegesprokene glom van voldoening, als be
leefde hij de schoonste dag van zijn leven.
Het kleine huisje van Sjoerd mocht er
van buiten vervallen uitzien, binnenin re
geerde een zeiler, een man van orde en
met allerlei kastjes en kisten leek het wel
een scheepskajuit. De karper werd, nadat
hij met oom Simon was vereeuwigd, vak
kundig panklaar gemaakt.
„Nou," zei Sjoerd, toen ze gedrieën zaten
te smullen, „is dat wat of is dat niks?"
Na het eten verschanste Pieter zich in
de enige makkelijke stoel. Hij moest, zei hij,
nog wat bijkomen van de schok.
„Met andere woorden, je gaat wat pit
ten," zei Sjoerd taktloos. „Nou, strijk je
zeil, vader, inmiddels zijn je kleren wel
droog, hoef ik niet meer tegen die betonnen
ribbekast van je aan te kijken. Kom," zei
hij tegen oom Simon, „laat de ouderdom
maar slapen, wij gaan effe op de werf
kijken"
Toen Pieter wakker werd, zag hij zijn
gast zomin als zijn gastheer. Hij voelde
aan zijn kleren. Nog wat frisjes, maar het
kon. En toen ging hij op zoek.
Ze zaten allebei, Sjoerd op een kruk,
oom Simon op een leeg vaatje en waren
in druk gesprek. Pieter, ongezien, stond ze
te bekijken. Sjoerd had het over boten, dat
was duidelijk. Niets bracht hem op z'n
praatstoel, of kruk in dit geval. En oom
Simon zat daarbij als was hij het beloofde
land binnengetreden. Dik an, dacht Pieter
en besloot door het zetten van koffie ook
eens een deel aan de gezelligheid te gaan
bijdragen.
Het leed geen twijfel, constateerde Pieter,
of oom Simon vond de dag bijzonder wel
besteed. Toen ze na een hartelijk afscheid
weer op huis aan gingen, zei hij: „Dat is
een vent, die Sjoerd."
„Ja," zei Pieter, „jullie konden nogal
met mekaar overweg, niet?"
„Kerel, naar mijn hart. Ik kom nog es
bij 'em an."
„Zo zo, u krijgt hier vrienden, oom
Simon." Geen wonder, dacht hij.
„Ja jongen," beaamde zijn gast, „we
konden het best met elkaar hebben." En
verder zei hij niet veel, maar het leek Pieter
of hij op iets zat te broeden.
In huize De Jong werd oom Simon als
held geëerd. Ondanks Pieter's vrees twijfelde
niemand aan het verhaal. De jongens achtten
oom Simon in staat, op z'n eentje een wal
vis te vangen.
„En je zult het op de foto zien," beloofde
hij.
Anneke lachte toen ze het verhaal hoorde
en zag haar oom eens aan. „Kon u 't nogal
hebben met Sjoerd?"
„Puike vent, kind."
„Ja, net zo iets als u. dacht ik."
„Ik moet die foto nog halen."
„Zo, dus u gaat er wéér naar toe".
„Och ja, ik heb toch niks anders te doen."
Anneke knipoogde naar Pieter. Oom Si
mon deugde bepaald nog niet voor rentenier.
In huize Weezenaar was beleefde belang
stelling. Zo, was oom Simon uit vissen ge
weest? En een karper gevangen zelfs!
„Waarom hebt u hem niet meegenomen?"
vroeg Thea liefjes.
„We hebben hem ter plaatse verorberd,"
deelde oom Simon mede.
Maar over Pieters' zwemdemonstratie en
de kennismaking met Sjoerd Bol vertelde
hij niet. Dat was niet interessant voor het
gezin yan de adjunkt-bankdirecteur Weeze
naar.
HOQFDSTUK VI.
Waarin de suiker-oom als klaploper wordt
ontmaskerd.
Oom Simon was jarig. En omdat het voor
het eerst was, dat hij zijn verjaardag weer
in 't vaderland kon vieren, waren ze alle
maal naar Herman getogen. Dat was het
makkelijkst, want moeder Kroonstuiver,
Pieter en Anneke woonden daar ook en
Ben arriveerde met de Mercedes, zijn vrouw
en de jarige.
Anna Kroonstuiver, nog een beetje bleek,
zat in een makkelijke stoel, verheugd dat
nu weer eens al haar kinderen om haar
heen waren, verheugd bovenal dat haar
broer Simon zijn verjaardag bij hen allen
doorbracht.
Het werd gezelliger dan de meesten had
den gedacht, want Anna en Simon wisten
veel op te halen, uit een tijd, waaraan de
kinderen Kroonstuiver nog maar vage her
inneringen bewaarden.
En toen de wijn en de kaas werden rond
gediend, plonsde ineens Anna's vraag als
een steen in de vijver: „Wat ga je nou
doen Simon, want het is niks voor jou,
steeds maar je benen onder andermans
tafel steken.
Jeanne ging recht zitten. Ja, die vraag
had zij ook wel willen stellen. Oom Simon
moest zo langzamerhand eens kleur gaan
bekennen.
Ze wandelde nog steeds in raadselen.
Ze had nog steeds niet het flauwste ver
moeden van de situatie waarin haar gast
zichbevond. Hij zat niet zonder geld, dat
bleek wel, want hij nam zo af en toe wel
eens iets mee, een cadeautje, een fles wijn,
gebakjes, zoals een gast dat doet. Maar
van zijn miljoenen had ze nog niets gemerkt.
Ook Herman Weezenaar keek oplettend
Hij had verscheidene gesprekken met oom
Simon gehad, die uiteindelijk allemaal be
trekking hadden op de beste beleggings
methoden en oom Simon had aandachtig
geluisterd, maar verder was er niets uit
gekomen.
Het was prettig dat moeder die vraag
stelde. Die was, zoals ieder wist, niet ge
ïnteresseerd, behalve in het welvaren van
haar broer, of die nu rijk was of arm.
Moeder Kroonstuiver leefde stilletjes in
haar eigen huis. Meermalen werd die stilte
verbroken door „het koor" van Pieter en
Anneke. Kees en Kas wisten grootmoeders
huis wel e vinden en ook, dat daar altijd
wel iets voor hun gading lag, al was het
maar een appel, een boterham met aard
beien of een brok speculaas in de Sinter
klaastijd. Ook Simon mocht graag eens bij
grootmoeder zitten. Hij deed haar sterk
aan haar overleden man denken en hij
voelde zich bij grootmoeder op z'n gemak
als thuis. Anneke liep binnen voor een kop
koffie of voor adviezen omtrent naaien en
verstellen, waarin ze niet sterk was. Vaak
bleef het werk dan bij moeder, die „blij
was als ze iets om handen had." De grote
wagen van Ben reed wel eens voor, Ben
die het altijd druk had en soms kwam
Thea haar halen om thee te drinken wan
neer er geen „dames" op visite waren,
want daarbij voelde moeder zich toch niet
op haar gemak. Soort bij soort, nietwaar?
Nu was daar Simon bijgekomen en met
hem kon ze als met geen ander vertoeven
in het verleden. Ze vond hem weinig ver
anderd en was blij, af en toe eens een man
over de vloer te hebben. Ze merkte wel,
dat Simon, ondanks alle goede verzorging
en vele gemakken, op de duur noch bij
Ben, noch bij Herman en Thea zou „aarden"
en ze had hem al willen aanbieden bij
haar te komen wonen. Ze had best een
kamer vrij, maar ook zij had gehoord van
Simon's miljoenen en begreep, dat haar
broer dan niet in een burgerhuisje zou
trekken. Die keek wel uit, kocht straks
ergens een bungalow of zoiets.
Ze dacht dikwijls aan die mogelijkheid
en nu ze hem daar zo zag zitten, was haar
opeens die vraag over de lippen gekomen.
Simon Kolberg glimlachte en keek de kring
eens rond.
Anna vroeg dat zo ronduit. Hij was ervan
overtuigd, dat verschillende leden van het
gezelschap die vraag ook wel hadden willen
stellen, als ze maar gedurfd hadden.
„Nee," zei Simon bedaard in de stilte
die opeens gevallen was. „daar heb je gelijk
in, meid. Dat is ook niks voor mij. Al moet
ik zeggen, dat Thea en Jannie beste gast
vrouwen zijn geweest."
Jannie! Jeanne's gezicht verstrakte. Hij
had afgeleerd om Doortje tegen haar
schoonzuster te zeggen, maar Jeanne kwam
hem niet over de lippen. Enfin, Jannie
was altijd nog beter dan Sjaan, dacht ze
spinnig.
„U bent ons niets teveel oom," zei Thea
liefjes. Anneke trok stiekum een grimas
misschien was het oom soms teveel?
„Nou, ja," vervolgde oom Simon, "dat
vind ik erg fijn natuurlijk, maar ik kan
jullie niet altijd tot last blijven. En daarbij,
ik zal toch op de een of andere manier es
moeten zien aan de kost te komen."
Pieter keek de kamer rond. De gezichten
waren een studie. Jeanne staarde of ze het
ergens hoorde onweren. Thea's gelaat was
volkomen nietszeggend. Herman Weezenaar
verschoof op zijn stoel en Ben staarde zijn
oom met open mond aan. Ben had nooit
het vermogen zijn gedachten te verbergen,
dacht Pieter vermaakt. Anneke, die snaak,
had stil plezier, dat zag hij maar al te
goed en moeder Anna keek heel sereen, als
was wat haar broer gezegd had, de ge
woonste zaak van de wereld.
Jawel, dacht Pieter. Nu zouwen jullie
allemaal graag vragen hoe dat dan toch
wel zat. met die miljoenen? Maar zoiets
kon men niet doen, zeker Thea en Jeanne
niet, die zo goed wisten wat al of niet
te pas kwam. En het zou lijken of ze oom
Simon zo gastvrij ontvangen hadden, omdat
ze meenden in hem een suiker-oom te be
groeten! Als dat zo was, juist wanneer
dat zo was, zouden ze dat nooit kunnen
laten merken. De situatie was erg moeilijk,
dacht Pieter en knipoogde naar zijn vrouw.
Hij wist precies wat Anneke nu dacht. Zijn
moeder zag de knipoog en glimlachte.
Herman, de diplomaat van de familie,
vond de woorden.
„Maar oom," zei hij, „op uw leeftijd?
We dachten dat u nu zo zoetjes aan wel
eens rust kon gaan nemen. Tropische jaren
tellen dubbel!"
„Het liep daar in die tropen, zoals jij
dat noemt, best los. Herman. Het zijn de
zorgen en niet het harde werken, die een
mens doen slijten. En veel zorgen heb ik
in m'n leven niet gekend. Je natje en je
droogje op z'n tijd, daarmee moet een mens
tevreden zijn. In de bijbel staat het iets
plechtiger, maar ik ben het er goed mee
eens".
„Nu ja," zei Ben, die ook zijn spraak
teruggevonden had, „het is maar wat je
onder werken verstaat. U bedoelt misschien
dat u een ehinteresse in het leven
wilt hebben. Ergens bij betrokken zijn, een
zaak of zoiets."
(Wordt vervolgd)
no. 641
1
2
3
4
5
6
15
8
9
10
11
12
13
17
18
21
23
24
26
27
28
29
30
32
33
39
37
38
40
41
I
45
46
48
49
50
53
54
55
56
SS
64
65
66
67
70
71
72
73
74
75
77
R
Horizontaal: 1. boertige nabootsing - 7.
jaargetijde - 13. vlaktemaat - 14. oxideren
16. voetbalvereniging - 17. zoogdier - 19.
danskoor - 20. insekt - 22. en anderen (afk.)
23. ontsteking - 25. selenium (afk.) - 26. ton
28. edelgrootachtbaar (afk.) - 29. Nederl.
Televisie Stichting (afk.) - 31. meisjesnaam
33. stofmaat - 34. oude munt - 35. houding
37. voorzetsel - 38. gissen - 40. gelijkenis
42. uitroep - 44. oude maat - 45. vruchtje
48. interest - 50. Duits voorzetsel - 51.
zangnoot - 52. mechanisch mens - 54. voor-
'malig (in samenstelling) - 55. stapel - 57.
horizon - 59. voorzetsel - 60. loot - 61.
zangnoot - 63. tamme - 65. Fr. onbep. vnw.
66. aardige - 69. watering - 70. cadans
72. groet - 73. ziekte - 76. water in Utrecht
77. van de kleinste afmeting - 78. zang
vogeltje.
Verticaal: 1. plant - 2. papegaai - 3. soort
appel - 4. spoedig - 5. in oprichting (afk.)
6. zedig - 7. meisjesnaam - 8. water in
Friesland - 9. trechter van een netwerk
10. wal - 11. plaats in Gelderland - 12.
gewoon - 15. droog (van wijnen) - 18.
kindergroet - 21. verlaagde toon - 23.
oosterse titel - 24. overeind zijn - 27. staat
in Amerika - 28. lidwoord - 30. Eng. titel
32. vaccineren - 34. al - 36. projektiel
39. onvruchtbaar - 41. kerkelijke straf - 43.
soort weefsel - 45. soort lak - 46. mannelijk^
dier - 47. kathedraal - 48. bedorven - 49.
uiterste - 53. verzoek - 56. kring, omgeving
58. gekke - 60. éénjarig dier - 62. als
volgt (afk.) - 64. roofzuchtige papegaai
65. ons inziens (afk.) - 67. nieuwe wereldtaal
68. plaats in Duitsland - 70. gemalin van
Aegir - 71. maand - 74. Eng. voorzetsel
75. dierengeluid.
Oplossing krviswaordpiasnt tto, 640
Horizontaal: 1. barak - 4. kuras - 6. als
8. ons - 9. piano - 11. opaal - 13. l.o.
14. meester - 16. em - 18. Belg - 20. anijs
21. berg - 23. Est - 25. rail - 26. naast
28. stang - 30. nat - 31. ham - 32. karaf
34. gesar - 36. glad - 37. roe - 39. taak
41. raat - 44. kuit - 45. l.n. - 46. trainen
50. w.l. - 51. Trier - 53. trede - 55. one
56. klei - 57. noest - 58. reden.
Verticaal: 2. aai - 3. klam - 4. knar - 5.
USA - 7. sneb - 8. open - 9. Polen - 10. oe
11. Ot - 12. lenig - 13. leb - 15. sos
17. mijl - 19. granaat - 20. aanmaak - 22.
gaard - 23. et - 24. ts - 25. raast - 27. sta
29. the - 32. klant - 33. fr - 34. ge - 35.
rauwe - 36. gal - 38. ooi - 40. kil - 42. vree
43. berk - 46. tint - 47. ar - 48. nt - 49.
neer - 52. ros - 54. die.