MUGGEZIFTEN Bootvluchtelingen Het zwarte schaap weer eens de pineut Werken wordt minder aantrekkelijk NATUUR STERKER DAN DE FOKLEER U hebt het gelezen of kunnen lezen: de schapenstamboeken willen graag alle zwarte schapen uitroeien. Daarom geven ze elke schapenhouder de raad, een zwart lam zo spoedig mogelijk na zijn geboorte te castreren. Hij zal dan nooit papa worden en als we dat maar lang genoeg volhouden is het eindelijk eens een keer uit met die zwarte schapen. Bont is nog erger maar dat komt minder voor en is mischien later aande beurt. Waarom moet dat zo? En hoe komen wij eigenlijk aan die zwarte schapen? Waarom fokken sommige mensen ze? Het oude liedje. Uit oud, inlands materiaal plus wat invoer (merino) is een dikke mensenleef tijd geleden de Texelaar gefokt. Dat is niet het enige schapenras van Nederland, maar met ruim 98 °/o wèl het belangrijkste. Het is een wolvleesschaap, dat wil zeggen dat het een redelijke wol opbrengst paart aan een goede vleespro- duktie. De uitvoer van lamvlees, vooral naar Frankrijk, is .een miljoenenzaak. Afgezien daarvan verbetert een schaap het grasland voor de koeien doordat het onkruiden ver nietigt die de koe laat staan. Maar de Texelaar is wit. Tenminste dat was de bedoeling. Doch de natuur is sterker dan de fokkerijleer, want vanaf het begin heeft er in de Texelaar een zwartfaktor gezeten. En dat betekent, dat af en toe (bijna een half procent van de lammeren) een pikzwart lammetje ter we reld komt. En dat is héél erg als je altijd stijf en strak hebt volgehouden dat de Texelaar fokzuiver is voor wit. Want dat is hij nou net niet. Die lammeren worden sinds een jaar of tien liefderijk opgefokt omdat ze zwarte wol geven. En in allerlei handwerkjes past die zwarte wol uitstekend en ze is was-, licht- en kleurecht. Nee, zeggen de stamboeken, je kunt veel beter wol verven. Want uiteindelijk moeten die zwarte schapen geslacht worden en dan zit je met een zwarte beharing en een zwart vel. Deze door de wol geverfde lieden ver geten, dat dit helemaal geen probleem is. De fokkers van zwarte schapen nemen dat nadeel wel op de koop toe. Desnoods peuzelen wij die 1-2 zwarte schapen wel in eigen land op. Maar het is de oude rin- geloorderij die wij in zoveel andere stam boeken evenzo tegenkomen: men streeft een bepaald fokdoel na (hier een wit schaap) en dat is natuurlijk ieder goed recht. Maar om de zaak een flinke duw te geven haalt men vadertje staat erbij die altijd gek genoeg is om de ringeloordeij in de wet vast te leggen. Dan mag je niks anders fokken dan wat het stamboek voor schrijft. U gelooft dat niet? Nou, zo is het altijd in de wereld van het rundvee geweest, bij de varkens, bij de paarden (denk aan Gelders en Groninger type) en dolgraag zou men dat bij schapen net zo willen „regelen". Nu dat niet op stel en sprong lukt, is er een campagne' begonnen ARBEIDENDE MENS VAAK VERLENGSTUK VAN DE MACHINE „Arbeid adelt" is een gezegde, dat iedere Nederlander vanaf zijn jongste jaren van alle kanten wordt ingeprent. Werken staat bij ons sinds de heugenis der eeuwen hoog aangeschreven als een van de meest centrale levenswaarden. Over degenen, die niet werken, staan we dan ook snel met een hard oordeel klaar. Werklozen, arbeidsongeschikten en andere sociale uitkeringsgerechtigden krijgen voortdurend te horen, dat het toch maar de werkers zijn die zorgen dat de niet-actieven dagelijks brood op hun bord krijgen. De oude arbeids ethos is dus nog niet dood, maar niettemin staat het vast dat vooral de jonge generatie het werken niet meer ziet als het voornaamste gebod voor een zinvol leven. Gedurende de laatste decennia voltrekt zich een ontwikkeling, waarbij de besteding van de (toenemende) vrije tijd belangrijker lijkt te" wor den dan het vullen van de arbeidsuren EEN ROOKGORDIJN VAN MUGGEN Zijn de bomen door de rode vuurgloed van de avondzon in brand gezet? Je zou het wel zeggen, want er kringelen rookslierten boven de groene kruinen. Maar nee, het zijn duizenden muggen die in het laatste daglicht dansen rond de bomen aan het water. In waterrijke streken leven zóveel muggen, dat hun legioenen 's avonds als rookgordijnen boven de bomen kunnen verschijnen. Juist bij het water zijn muggen zo algemeen, omdat elk van die lastposten zijn leven in het water begint. „Spelende mens" komt in verdrukking Vooral oudere mensen kunnen zich op recht ergeren aan jongeren, die het met werken niet meer zo zien zitten. Velen werken alleen nog omdat het moet, ple zier in hun arbeid hebben zij nauwelijks. Voorzover dat plezier er wel is, heeft dat vaak minder met het werk als zodanig te maken dan met „randverschijnselen" die aan een vaste werkring verbonden zijn:- dagelijks contact met collega's, sociale status aan de werkkring ontleend, enz., enz. Ook mensen, die een eigen bedrijf heb ben (middenstanders bijvoorbeeld) kunnen hevig geïrriteerd raken als zij geconfron teerd worden met de lauwheid en onver schilligheid, waarmee tallozen spreken over hun werk. Maar deze mensen hebben na tuurlijk wel makkelijk praten. Hun eigen bedrijf betekent een ware levensvervulling, waarvoor men zich met 100 inzet, maar in zekere zin behoren zij tot de bevoor rechten, want werknemers die lopende bandwerk verrichten of een in ander op zicht weinig creatieve baan hebben zullen heel wat meer moeite hebben om in hun- dagelijkse arbeid nog een levensvervulling te zien. Het toenemend ongeloof met betrekking tot een gezegde als „Arbeid adelt" heeft weinig te maken met menselijke gemakzucht en luiheid, waarover onheilsprofeten zo lichtvaardig praten, maar des te meer met de dehumanisering van de arbeid. In het produktieproces zijn talloze werkende ver lengstukken van de machine geworden en door de toenemende automatisering zal dit in de naaste toekomst alleen nog maar erger worden. Eenheidsproduktie is boven dien het wachtwoord van de industrie ge worden. Tal van produkten worden in grote aantallen gemaakt. Dat mag economisch aantrekkelijk zijn, het betekent wel dat het werk voor de werknemers steeds minder afwisselend wordt. Zeker, als de creatieve handelingen die men vroeger moest ver richten, nu ten dele of nagenoeg geheel door de machine worden overgenomen. Robots. Maar niet alleen in de industriële sector is het werk eentoniger en saaier geworden. Ook de meeste kantoorbanen stellen uit creatief oogpunt niet veel meer voor. Re kenen behoeven de kantoor- en bankbedien den al lang niet meer dankzij de reken machine. Ook tal van andere handelingen zijn geautomatiseerd. Allround boekhouders en andere administratief personeel vind je misschien alleen nog bij kleine bedrijven. Op grote kantoren werkt iedereen op een bepaalde afdeling, wat er op andere afde lingen gebeurt weet- men vaak nauwelijks. Kortom, door de toenemende specialisatie wordt de wereld van de werkende mens steeds kleiner, terwijl de computer de rest doet om het werk zo vervelend en saai mogelijk te maken. Het staat vast dat de veranderde arbeids moraal duidelijk samenhangt met dit ver schijnsel van toenemend geestdodend werk. De mensen zijn niet luier dan vroeger, maar om zwarte lammeren zo gauw mogelijk te snijden. Als ze verkocht worden kunnen ze toch nooit voor de fok gebruikt wor den. En de schade dan? Anderen geloven dat het helemaal geen kwaad kan, dat er af en toe eens een zwart lam ter wereld komt. Als men dat buiten het witte stamboek houdt zal dat oo de lange duur steeds minder met deze dieren te maken krijgen. Het gaat dan net als met de Friese zwartbont koeien. Tot grote spijt en boosheid van de fokkers zit daar, na drie mensengeneraties fokken- op-zwart, nog altijd een factor rood in. Dat wil zeggen dat ook de 'beste dieren af en toe eens een roodbont kalfje geven. Maar dat wordt dan niet vermoord of ge castreerd: het gaat naar een van de 17 roodbontfokkers in Friesland. Die zijn er blij mee want aan het hele beestje mankeert niks anders dan de kleur. En die berust helemaal op een kwestie van smaak, ook al is het naderhand een handelsmerk ge worden. Wij blijven nog even bij de schaapjes. Welke andere schapenrassen zijn er nog meer? Allereerst het Fries-Zeeuwse melk- schaap. En da's wit zonder factor zwart (tot grote ergernis van de Texelaarfokkers). Rond Middelburg kunt u af en toe schapen kaas kopen en als u de weg weet in Friesland, ook dóór. Het is kwark met een typisch smaakje. Moet u tóch eens pro beren. Dan zijn er de oude heideschapen: het Drenthse (inclusief de Schoonebeker), het Veluwse en het Kempische. Daarvan be staan alweer flinke kudden, die u deze zomer eens moet bekijken. En dit voorjaar is óók een stamboekje opgericht voor het Limburgse Mergellandschaap, dat men al he lemaal verloren waande. Het lijkt wel wat op het Kempische heideschaap maar heeft fijnere wol. Er is ook een schaap met een bles-afte kening op de kop, dat in Friesland maar ook wel daarbuiten wordt gefokt. Inge voerd maar vroeger ook van eigen bodem bekend is het St. Jacobsschaap dat vier in plaats van twee horens heeft. Waarom houdt men die oude schapen rassen in stand? Uiteraard vormen ze een bron van studiemateriaal voor de geneticus. Maar men houdt er ook uitgebreide heide velden mee in stand, doordat de dieren kleine boompjes wegvreten. Ook voor de heide zelf is het afeten heel goed. Hele maal zonder problematiek is de fokkerij van heideschapen nog niet, omdat sommige kudden wat klein zijn en teveel aan elkaar verwant. Toch kunnen wij in het algemeen zeggen, dat men er in geslaagd is, de oude rassen voor algehele ondergang te be waren. Het zwarte schaap als dat voortgekomen is uit de Texelaar, is natuurlijk geen nieuw ras. Het is gewoon een kleurvariëteit van een bestaand ras. En inderdaad zou het vervelend worden, als een groot deel van de witte Texelaars vervangen zouden worden door zwarte. Dat gevaar is echter helemaal niet aanwezig. Dat hier en daar mensen proberen wat zwarte schapen aan te fok ken is dan ook zonder meer leuk. Het is weer eens wat anders. En ook hier geldt, dat er altijd kans bestaat dat de afwijkende kleur bepaalde voordelen biedt. De oeroude manie om uit te roeien wat anders dan anders is moet dan ook niet opnieuw zegevieren. (Nadruk verboden) W. Geldof kunnen zichzelf mjnder kwijt in hun werk. Zij dreigen industriële of administratieve robots te worden. Creatief Het is daarom geen wonder dat er een enorme toeloop is op beroepsopleidingen, die opleiden voor een beroep waar men minder kans loopt een robot te worden. Er wordt wel eens schamper gedaan over de studentenstroom die naar de sociale facul teit trekt (psychologie, sociologie, pedago gie, etc) of naar sociale academies, maar toch is deze toeloop makkelijk verklaar baar. In dit soort beroepen moet je met mensen werken. Daar komen geen com puters aan te pas. Je kan er tenminste nog iets van je persoonlijkheid in leggen en dat kan je van veel moderne 'beroepen bepaald niet zeggen. Ook het onderwijs trekt talloze jongeren aan en ongetwijfeld zou de studentenstroom naar de pedago gische academies en diverse lerarenoplei dingen nog veel groter zijn, als er niet zo'n grote kans was om als onderwijzer werkloos te blijven. Ook voor kunstzinnige beroepen bestaat grote belangstelling. In deze sector krijgt de creatieve mens nog volop de kans zich zelf te ontwikkelen. Meer vrije tijd. Het is duidelijk: voor de overgrote meer derheid van de werkende bevolking is ar beid niet meer de allerbeheersende factor in het leven. Velen werken alleen om dat het moet. De vrije tijd wordt daarentegen steeds belangrijker. De gemiddelde Neder landse werknemer werkt nu 40 uur per week, dat is 32 uur korter dan de werk nemer 100 jaar geleden en 8 uur korter dan de werknemer 20 jaar geleden. En de verwachting is dat een verdere werktijd verkorting in het begin van de tachtiger jaren tot de reële mogelijkheden behoort, ja zelfs een noodzaak dreigt te worden om het nog beschikbare werk eerlijk over de mensen te verdelen. Met andere woorden, de vrije tijd zal in de naaste toekomst nog belangrijker worden dan ze nu al is. Vandaar dat het zin heeft om de jeugd voor te bereiden op een toekomst, waarin het aantal vrije uren het aantal werkuren verre zal gaan overtreffen. Binnen het huidige opvoedings- raam worden jongeren nog te eenzijdig voorbereid op een werkzaam leven, terwijl hen niet of nauwelijks wordt geleerd om zinvol om te gaan met hun vrije tijd. Dat is niet reëel, want de toekomst zal meer zijn aan de spelende dan aan de werkende mens. (Nadruk verboden) Mr. A. Bronsbergen Aanstaande muggenmoeders. Zonder dat u het misschien wist, bent u betrokken geweest bij het begin van heel wat muggenlevens. Als een muggenvrouwtje bevrucht is, gaat ze onmiddellijk op zoek naar een geschikte boeddonor. Want het zwangere muggewijfje moet minstens één bloedmaaltijd genuttigd hebben, voor haar eitjes tot ontwikkeling kunnen komen. De muggen die 's nachts bij u een druppel bloed komen steken, zijn dus allemaal vrouwtjes die zich voorbereiden op het aanstaande moederschap. Maar dit feit zal u waarschijnlijk niet teder kunnen stem men op het moment dat ze u bij dit hele gebeuren willen betrekken door u te ste ken. Nogmaals, het zijn alleen de vrouwtjes die steken, de mannetjes leven van nectar en doen geen kip kwaad. Zij zwermen met elkaar rond de boom toppen en wachten op langsvliegende vrouwtjesmuggen. Ze gedragen zich als bromnozems die op de hoek van de straat naar passerende meisjes fluiten. De mug- genmannen merken een naderend vrouwtje op, doordat ze het kenmerkende geluid van haar hoge vliegtoon horen. Het pas serende vrouwtje wordt aangevlogen en één van de mannetjes bevrucht haar. Wan neer je de precieze vliegtoon van de vrouw tjesmuggen nabootst schijnt het mogelijk te zijn daarmee een zwerm mannetjesmuggen naar je toe te lokken. Wie weet kunnen we daar in de toekomst nog eens gebruik van maken bij de muggenbestrijding. Over mug- genbestrijding gesproken, de muggenwolken die 's avonds de bomen laten roken trek ken van heinde en verre zwaluwen en kok meeuwen aan, die bekken vol zoemers vangen. Zelden heeft enig vluchtelingenprobleem ons sterker aangesproken dan dat van de bootvluchtelingen in Azië. Velen verdronken bij een poging een ander land te bereiken; anderen werden teruggestuurd naar zee, toen zij meenden aan land te kunnen gaan. Begin deze maand wachtten 187.000 bootvluchtelingen op een land, dat hen wil opnemen. Ook 210.000 over land gekomen vluch telingen leven in Thailand tussen hoop en vrees. Ook zij wachten op een land, dat. hen zal willen opnemen. Om deze bootvluchtelingen en de in Thailand verblijvende landvluchtelingen te helpen, gaat het bij de grote nationale aktie, die 20 augustus van start gaat. Het is eigenlijk een internationale aktie, want in 10 andere landen: België, Dene marken, Duitsland, Engeland, Finland, Lu xemburg, Noorwegen, Oostenrijk, IJsland en Zweden vindt in deze maand een soortge lijke aktie plaats. Het geld van de Nederlandse aktie zal buiten Nederland worden besteed. Het Nederlandse hulpplan voorziet in eerste hulp (aanvullende voedselhulp, kle ding en medische hulp) aan vluchtelingen in de volgende landen: Indonesië, Maleisië, In het water geboren. Als een bevrucht vrouwtje na haar bloe derige maaltijd ongestoord weg kan wag gelen, gaat ze eerst zitten rusten op een stengel of blad. In de volgende dagen rijpen er honderden eitjes in haar lijf. De mugge- moeder legt die honderden, sigaarvormige eitjes liefst op stilstaand water. Rechtop staand, tegen elkaar gekleefd, drijven de eitjes als een vlot op het water. Wanneer de muggenlarven uit het ei kruipen, ont wikkelen ze zich verder onder het water oppervlak. Ze blijven met hun achterlijf onder aan de waterspiegel hangen, de kop naar beneden. Hun achterlijfspits moet tel kens boven water kunnen komen om met een speciale hevel adem te halen. Alleen wanneer de larven schrikken, zwemmen ze met knikkende bewegingen naar de bodem. Op de tekening kun je de lange haren zien waarmee het zeven millimeter lange lijfje van de larve omringd is. Die sprieten wor den gebruikt om de omgeving mee af te tasten, maar ook om mee te zwemmen en te sturen. Verder vangen de voorste li chaamsaren voedseldeeltjes uit het water. Met de kaakborstels wordt het voedsel van de haren gekamd en naar de mond ge bracht. De larven die het geluk hebben aan de gruizige bekken van voorns en baarzen te ontsnappen, verpoppen zich na enige tijd. De muggepoppen drijven dan voortdurend aan de oppervlakte en ondertussen vindt in het verborgene het wonder plaats dat we „gedaanteverwisseling" noemen: Een we ke, aan het water gebonden larf verandert binnen enkele dagen in een vliegend insect dat hoog de blauwe lucht in kan klimmen. De verpakking van de pop barst het eerst bij de borst en dan wringt de kersverse mug zich uit zijn nauwe duikerspak. In het be ging staat hij nog wat wankel op zijn zes poten, maar na een paar minuten dragen de opgedroogde vleugels hem al de lucht in. Overbrengers van ziekte. Dat muggen ons soms wat jeukende bult jes bezorgen, is zo'n ramp niet. Veel erger is het dat ze allerlei ziekten overbrengen. Tijdens het steken bestaat de kans dat de mug zijn bloeddonor besmet met micro organismen die malaria, gele koorts of draadwormziekte veroorzaken. Door ziek ten over te brengen hebben muggen en muskieten in het leven van de mens en in de wereldgeschiedenis een belangrijke rol gespeeld. Toen een leger van 33.000 Franse sol daten in 1802 een expeditie zou uitvoeren in het Mississippidal, om dat voor Frankrijk te behouden, werd de troepenmacht op Haïti tegengehouden doormuggen die een gele koortsepidemie veroorzaakten. Door het mislukken van deze expeditie konden de toen nog jonge Verenigde Staten het hele gebied tussen Mississippi en Rocky Moun tains voor een appel en een ei van Frankrijk overnemen. Nog jaarlijks maken de mug gen in de tropen hun slachtoffers. Per jaar worden over de hele wereld 150 miljoen mensen geplaagd door malaria en alleen al in Afrika sterven elk jaar 1 miljoen kin deren aan deze ziekte. Wij mogen wel dankbaar zijn dat de ma laria of moeraskoorts, die tot in het begin van deze eeuw nog in het waterrijke Noord- Holland voorkwam, uit ons land verdwe nen is. Illustratie: Klaas van den Berg. Tekst: John van Gemeren Hongkong, Macao, Thailand en de Phi- lippijnen. Het voorziet voorts in onderwijs- en wel- zijnsprojekten in de vaak lange periode, dat vluchtelingen moeten wachten op emi gratie naar een derde land. Het voorziet tenslotte in hulp in die lan den van vestiging, waar de financiële mid delen voor een behoorlijke opvang van do vluchtelingen ontbreken en niet kunnen worden opgebracht. Met dit hulpplan zal zeker een bedrag van meer dan tien miljoen gulden zijn gemoeid. Een breed samengesteld nationaal Comité ziet toe op de besteding van de Neder landse gelden. Dit comité spreekt de verwachting uit, dat het benodigde geld door milde gevers zal worden bijeengebracht. Voor het brengen van uw giften zullen bepaalde kerkgebouwen op de verschillende dorpen van Noord-Beveland op zondag avond, 26 augustus a.s. geopend zijn van 's avonds 7.00 -10.00 uur. Deze aktie wordt door de gemeente besturen van Kortgene en Wissenkerke van harte aanbevolen.

Krantenbank Zeeland

Noord-Bevelands Nieuws- en advertentieblad | 1979 | | pagina 2