NOORD-BEVELANDS NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD F~l II houdt nu het meest gelezen blad Noord-Beveland in handen De zonden van Magda Vinselaar door G. FORTIUS Zeeland Magazine? VLEESETENDE PLANTEN No. 9699 Donderdag 23 november 1978 82b jaargang l DRUK EN UITGAVE; DRUKKERIJ MARKUSSE TE WISSENKERKE - TEL. 01107-308 - GIRO 266802 Abonnementsprijs 18,00 per jaar Franko per post 30,00 per jaar Advertenties 30 ct per mm, excL BTW Voor fouten in advertenties per telefoon opgegeven, kunnen wij geen enkele verantwoordelijkheid dragen FEUILLETON Dat is natuurlijk hardstikke fout, want zodoende was ik op de lagere school in feite een verwende draak. Had het altijd aan de stok met de juffen en meesters en na zes jaar lagere school baalde ik van de school. Maar vader besliste, dat ik moest doorleren en omdat ik geen moeite had met leren, ging ik naar de MMS. De rest weet je nu. Het is niet bedoeld als ver ontschuldiging, dat ik er dit nog aan toe voeg, maar als je een definitief oordeel over me gaat uitspreken, moet je hier toch wel rekening mee houden. Weet je, Bart, ook de onderlinge harmonie speelt in een gezin zo'n grote, gunstige rol. Neem nu bij ons thuis: vader en moeder waren het eigenlijk nooit met elkander eens voor wat de opvoeding van de kinderen betrof. Neem bijvoorbeeld de kerkgang. In mijn kinder jaren duurde een kerkdienst op zijn minst nog anderhalf uur. Twee keer op een zondag naar de kerk was een axioma, daar werd eenvoudig niet aan getornd. Ik zei je al, dat vader soms jaren achter een ouderling was. Het was een bepaalde, vaste kongsi, die voor deze functie en voor die van diaken in aanmerking kwam. Wie niet op dit lijstje stond, werd eenvoudig niet op tal gezet. Ik heb vooral die tweede kerkgang altijd iets ellendigs gevonden. Mijn dochters gaan zondagsmorgens zonder ooit te mopperen mee naar de kerk. Ik denk, dat ze me vreemd zouden aankijken, als ik op een zondagochtend zei: we gaan vanmorgen eens niet naar de kerk. Ik ben wel eens een heel enkele keer geen honderd procent en zie er dan tegen op te gaan. Maar de meiden gaan wel. Dat is toch iets fijns, nietwaar? Wat de tweede dienst betreft: wie 's middags met me mee wil gaan, mag natuurlijk, maar 't hoeft niet. Meestal ga ik zelf twee keer; een enkele keer gaat Willie wel eens mee, maar Petra nooit. Wat niet zeggen wil, dat ze zich van de kerk aftrekt, vast niet. Ze is op catechisatie en al zal ze nog zoveel huis werk hebben, dinsdagavonds stapt ze op haar fiets en gaat naar de catechisatie. Ik had het voorbeeld van mijn eigen jeugd en wist dus hoe het niet moet. Overigens, Piet en ik waren het praktisch altijd met elkaar eens voor wat de meiden betrof. Piet wist ook van mijn eerste huwelijk en het kind, dat gestorven is. Ik heb dit op een avond in Santpoort allemaal ver teld, maar hij zei enkel: Ik heb niet het recht hierover te oordelen. Ik heb immers zelf zoveel schuld. Hij hield van me en als je lief hebt, ben je bereid veel te vergeven. Weet je, wat onze trouwtekst was in Duits land? Uit 1 Corinthe 13, het hoofdstuk van de liefde. Het tweede deel van vers 12. Het staat in mijn geheugen gegrift: Nu ken ik, onvolkomen, maar dan zal ik ten volle kennen, zoals ik zelf gekend ben. Ja, dat was het. Natuurlijk wist de dominee van de Evangelische kerk in Goch het een en ander, want dat er iets niet in orde was, lag voor de hand. Anders trouw je niet kerkelijk in het buitenland. Maar de do minee zag geen bezwaar tegen het inzegenen van ons reeds burgerlijk gesloten huwelijk. Daarom verstonden we. Piet en ik, heel goed, wat de dominee hiermee bedoelde. Er zat een vlek op ons huwelijk, die er nooit meer af is gegaan. Soms keken Piet Bent u reeds geabonneerd op een 2-maandeUjks tijdschrift met actualiteiten, cultuur, evenementen, historie en recreatie. Het geheel in 4-kleuren om slag en alle artikelen voor zien van nog nimmer gepu bliceerde foto's. Slechts 18,per jaar. Vraag gratis proefnummer: POSTBUS 1 - WISSENKERKE en ik 's avonds, als hij wat zat te lezen en ik andere bezigheden had, elkaar ineens aan. En wisten we, dat we op dit moment aan hetzelfde dachten. Het is net als een grote wond: op de duur slijt de pijn, het geneest, maar er blijft een litteken over, waar je steeds naar moet kijken." Nog altijd spreekt de man niet. Magda zegt op zachte toon: „Als je, nu je alles van me weet,, geschokt bent, begrijp ik dit. Maar ik vraag je één gunst: neem niet dadelijk een beslissing. Ik bedoel: niet mor gen of overmorgen of over een week. Je zult nu onderhand wel begrepen hebben, dat je een plaats gekregen hebt in mijn leven, anders had ik je vandaag niet voor me opgeëist, door de meiden naar de Bra- semermeer te sturen. Ik ehna de dood van Pietoch, ik dacht: ik ben twee en veertig, ik heb nu mijn tijd gehad. Ik ga mijn dochters opvoeden tot behoorlijke vrouwen en hoop en bid, dat ze elk een goed huwelijk zullen doen. Ik las ze van hun prilste jeugd af elke dag twee keer voor uit een kinderbijbel. Ik heb geprobeerd een christelijke sfeer in mijn gezin te bren gen en dacht er wel in geslaagd te zijn. Dit vooral had ik voor ogen na de dood van mijn man. Ik heb er veel verdriet van gehad en soms zag ik het als een straf van God, omdat we samen voor ons hu welijk verkeerd gedaan hebben, toen hij nog met Eva getrouwd was. Ik heb nog altijd kontakt met die Evangelische predi kant, die ons huwelijk in Goch inzegende. Hij staat nu in een andere plaats: Bad Lippspring, in de buurt van Paderborn. Ik krijg op onze trouwdag nog altijd een kaart van hem en omgekeerd krijgt hij er altijd een rond de jaarwisseling. Verleden jaar was hij in Bakkum met vakantie en leidde daar een Gottesdienst voor de Duitse gas ten in Bakkum en omgeving. We zijn er gedrieën geweest, 's Middags was hij met zijn vrouw onze gast. Hij is zo'n fijne kerel en heeft me vooral zoveel steun gegeven na de dood van Piet. Hij was ook op zijn begrafenis." Ze zucht, maar vermandt zich en gaat op andere toon verder: „Goed, ik ben nu alleen met mijn dochters en heb nooit een derde huwelijk voor ogen gehad. Ik zei je al: als je als twee en veertigjarige we duwe met jonge kinderen achterblijft, ge loof je het wel. Maar met jou was het eigenlijk al vrijwel meteen anders. Hoewel ik me ertegen verzette. Er is iets bij me gegroeid, dat ik niet meer voor mogelijk hield. Genegenheid. Ja, zo wil ik het noe men. En toen je me een paar maal vroeg met je te trouwen, stond ik in tweestrijd. Je mag nu wel weten, dat ik van de week onze dominee heb opgezocht en een deel van mijn verleden vertelde. Zonder in al te veel bizonderheden te treden. En het feit, dat jij in mijn leven bent gekomen. Hij ontried me alles te verzwijgen. Zei: Gestel, jullie zijn getrouwd en je man hoort van terzijde het een en ander uit je leven. Als jij ook met hem wilt trouwen, moet je eerlijk alles opbiechten. Als hij een christen is, heeft hij geleerd, dat hij moet weten te vergeven. Ik geef enkel zijn woor den weer. Verder wil ik je niet beïnvloeden. Blijf vannacht hier in huis. Je weet, dat ik de logeerkamer voor je in orde heb ge maakt. Wat je morgen wilt doenhet is jouw zaak. Ik ga morgenochtend naar de kerk." Hij knikt. „Hoe laat begint die?" „Tien uur". „We kunnen met mijn wagen gaan." „Dus je gaat mee?" Het klinkt blij verrast. De man knikt opnieuw. „Je hebt me voor dit weekend uitgenodigd. Ik heb bewon dering gekregen voor je moed om alles ronduit te vertellen. Ik neem onmiddellijk aan, dat je niets verzwegen hebt, althans niet opzettelijk. In de loop der jaren ver geet je bepaalde dingen, voorvallen in je leven, maar dit allesalle respect, om dat je kon weten, dat het risico's zou in houden. Waarschijnlijk heb je gedacht: als hij alles weet, keert hij zich van me af. Dat doe ik niet. En ik heb er hetzelfde antwoord op .als indertijd je tweede man: Wie ben ik, dat ik zou gaan veroordelen? Aan de andere kant moet ik toegeven, dat het me geschokt heeft. Ik ga inderdaad rustig over alles nadenkèn. Maar we hebben nu dit weekeind. Morgen is het zondag, dan zetten we alles, wat aan het verleden herinnert, van ons af. We gaan fijn samen naar de kerk en voor het overigeWe kunnen ook wel een toertje maken in de omgeving. Ik ben in de binnenlanden door gaans onbekend. En morgen heb ik een etentje van je te goed Die avond nemen ze met een soort broeder-zuster kus afscheid van elkaar. Op de overloop. Magda wijst hem zijn kamer. „Pieker alsjeblieft niet over mij of over mijn levensgeschiedenis. Probeer te slapen." Maar zelf ligt ze nog een hele tijd wakker, voor haar ogen definitief dichtvallen. De preek, de volgende ochtend in de kerk, valt tegen. Het is vakantietijd, de dominee is juist de afgelopen week met vakantie gegaan en in zijn plaats treedt een kandidaat op. Alle begin is moeilijk, maar voor deze kandidaat, die er nog niet veel van maakt, schijnbaar bizonder. Met een onvoldaan gevoel verlaten ze het oude kerkgebouw om terug te rijden naar de Bakkumerzijweg. Waar Magda in een mini mum van tijd koffie heeft met cake. Hij bewondert haar jurk. „Je ziet er lief uit en het is, dat je zelf je leeftijd hebt ge noemd, want zo, in die jurk, geef ik het je niet." Ze voelt, dat ze een kleur gaat krijgen. Van genoegen. „Dat is lief gezegd, Bart. Ik kleed me graag goed. Financiële pro blemen hebben we gelukkig niet en ik zou geen vrouw zijn, als niet ergens ijdel was." Terwijl ze koffie drinken, kijkt de man af en toe naar zijn gastvrouw. Goed, ze is klein van stuk en eigenlijk te dik, maar dit laatste valt te meer op omdat ze klein is. Raadt Magda zijn gedachten? Ze zegt: „Mijn broer en zusters zijn allemaal groter. f Langer zal ik maar zeggen. Vader was een reus en moeder had de normale lengte voor een vrouw. Ik heb me wel eens afge vraagd, waarom ik zo klein van stuk ben gebleven, maar dat kwam ik te weten, toen ik opgeleid werd voor de verpleging. Tijdens theorie: vrouwen, die jong een kind krijgen, groeien niet meer in de lengte. Normaal gesproken zou ik ongeveer de lengte van mijn moeder gehaald hebben, als alles normaal was gebleven, maar ik was nog geen achttien, toen ik voor de eerste maal in verwachting geraakte. En waarschijnlijk ben ik daarom niet meer in lengte gegroeid." Ze glimlacht even. „De dokter, die doceerde, wees op mij. „U zou bijvoorbeeld op jeugdige leeftijd al in ver wachting geweest kunnen zijn." Ik weet nog, dat ik een kleur kreeg en mijn collega leerlingen begonnen te lachen. De dokter krabbelde haastig terug en voegde er nog aan toe: „Ik hoop, dat ik u hiermee niet beledigd heb, want dat was vanzelfsprekend beslist niet mijn bedoeling." En toen lachte ik maar mee, want ik voelde me rood worden. Onderwijl dacht ik: Je moest eens weten, dokter, hoe je de plank raak ge slagen hebt." (Wordt vervolgd) OOK IN ONS LAND VINDEN WE Wanneer er wordt gesproken over „vlees etende planten", dan krijgen velen visioenen van grote planten met lange vangarmen die in staat zijn dieren en mensen te pakken en „te eten". Het beeld dat wordt opge roepen is dat uit science-fiction verhalen. Meestal zijn wij bereid deze verhalen naar het rijk der fabelen te verwijzen, maar dat is niet helemaal juist, want er bestaan inderdaad zogenaamde vleesetende planten, althans planten die zich voeden met dieren, e.d. In werkelijkheid zijn deze planten aan zienlijk kleiner dan die uit de fantasie verhalen en hun voedsel bestaat voor een groot deel uit kleine insekten. Door een vernuftige inrichting zijn deze planten in staat om kleine diertjes, die op de een of andere manier op de plant neerstrijken of er mee in aanraking komen, vast te houden en te verteren. In totaal zijn er ongeveer zo'n 500 planten die tot deze groep behoren en verschillende daarvan treffen we in onze eigen omgeving aan zoals het „blaasjeskruid", dat in het water voorkomt. Op moerassige gronden en in de duinen vindt men het „vetblad" en op de hei en bij de vennen vinden we de bekende „zonnedauw". Zowel de planten in ons land als die van deze groep in de rest van de wereld werken volgens een gelijk principe. Het van gen van de prooi door vasthouden of vast kleven en het verteren, door de prooi in kontakt te brengen met door de plant af gescheiden zuren. De grootte van de planten varieert wel enigszins van heel klein tot redelijk groot. Zo kunnen de bekerachtige vangorganen van de bekerplant op Borneo een lengte van ongeveer 50 centimeter be reiken, met een diameter van ongeveer 10 centimeter. In Amerika zijn er planten waarvan de bladeren zijn opgerold tot pij pen, waarin het plakkende slijm en het verterende vocht zich bevinden. Interessant is de vraag, waarom deze planten zich op een dergelijke roofdier achtige wijze van voedsel moeten voorzien. Het is een in wezen totaal abnormale ma nier van voeding voor een plant. Het antwoord op deze vraag is, dat de plant behoefte heeft aan stikstof en dat deze planten over het algemeen op gronden leven die weinig, of althans onvoldoende stikstof leveren, zodat ze genoodzaakt zijn hun behoefte op een andere manier te vol doen en wel door het vangen en verteren van bijvoorbeeld insekten. De diertjes, die de plant verteerd, leveren hem stikstof die hij nu eenmaal nodig heeft om te kunnen leven. Gezien de totaal afwijkende wijze is het duidelijk, dat het hier gaat om behelpen. De natuur heeft deze planten een moge lijkheid geboden om te voorkomen dat zij sterven aan een tekort aan stikstof. Dat het inderdaad om bevrediging van de behoefte aan stikstof gaat blijkt uit het feit, dat wanneer men bij proeven deze planten op een bodem plaatst waaruit vol doende stikstof kon worden gehaald, zij voortreffelijk in leven bleven, in weerwil van het feit, dat zij geen kans kregen om een enkel insekt e.d. te vangen. Men zou denken dat de plant dan onvoldoende ge voed zou worden, maar doordat er vol doende stikstof uit de bodem gehaald kon worden, was voeding via het vang- en ver teermechanisme niet noodzakelijk. De „vleesetende plant" moeten we zien als een werkelijk bijzonder stukje natuur, waarvoor we slechts bewondering moeten hebben, omdat deze plant zo geheel van de gebruikelijke flora afwijkt en daarom juist zo boeiend en interessant is. BARTIMEÜS GEEFT ZANGAVOND IN KAMPERLAND Op vrijdagavond 24 nov. geeft het Chr. Blindeninstituut Bartimeüs te Zeist een propaganda-samenzangavond in de Geref. Kerk te Kamperland. Medewerking aan deze avond wordt ver leend door de Chr. gemeengde zangvereni ging Soli Deo Gloria en de muziekvereniging Óns Genoegen. Ds. Arensman spreekt het openingswoord en ds. Becht spreekt het slotwoord. Rien Balkenende begeleidt de samenzang. Verder zal een medewerker van Bartimeüs iets vertellen over het werk op Bartimeüs in Zeist en in Doorn. Bartimeüs rekent op veel belangstelling voor deze avond. De toegang is voor ieder een vrij. De aanvang van de avond is om 20.00 uur. Kruiswoordpuzzel no. 603 Horizontaal: 1. hemellichaam - 3. plaats in Drente - 8. glazen verpakkingsmiddel 11. vijfjarig tijdvak - 13. vaartuig (afk.) 15. het romeinse rijk (Lat. afk.) - 16. meisjesnaam - 18. water in Brabant - 19. trein - 20. bar - 22. plaats in Utrecht 23. tandarm zoogdier - 24. beduiden - 27. landbouwwerktuig - 28. nota bene (afk.) 30. voorzetsel - 31. jongensnaam - 32. her kauwer - 34. lidwoord - 36. voorzetsel 38. bovenlipversiersel - 39. zomerdrank - 40. boterton - 41. onmeetbaar getal - 42. vreemde munt (afk.) - 43. afstandsmaat (afk.) - 44. heilige (afk.) - 46. zangnoot 47. maanstand (afk.) - 49. te zijner plaatse (Lat. afk.) - 50. belangstelling - 55. rond hout - 57. zeldzaam zoogdier - 58. stuk hout - 59. slingerplant - 60. voorzetsel 61. onder anderen (afk.) - 62. pers. vnw. 63. natuurkundeterm (afk.) - 65. bezinksel 71. teug - 72. huisdier - 73. paar. Verticaal: 1. groot geheel - 2. klaar - 3. uitroep - 4. vaartuig (afk.) - 5. krachtig 6. bijwoord - 7. bijwoord - 9. soort onder wijs (afk.) - 10. staaf - 11. vreemde munt 12. larve - 14. geleedpotig dier - 15. jon gensnaam - 17. kloosterzuster - 18. godheid 20. water in Utrecht - 21. mal - 25. va kantieganger - 26. beroep - 29. deel van een plant - 32. langwerpig rond - 33. luchtstrijdkrachten (afk.) - 35. gewicht 37. loot - 43. vochtig nat - 45. seconde 46. sportterm - 48. beschadiging - 49. toi letartikel - 50. nieuwe wereldtaal - 51. voeg - 52. projectiel - 53. geslepen - 54. boom - 56. steekwapen - 64. zangnoot - 66. godsdienst (afk.) - 67. onder anderen (afk.) 68. selenium (afk.) - 69. bijwoord - 70. bekende motorraces (afk.). Oplossing kruiswoordpuzzel no. 602 Horizontaal: 1. grijns - 5. komma - 9. eis 10. t.t. - 12. p.w. - 13. Ier - 14. l.b. - 15. part - 17. slee - 18. te - 20. meestal 22. klopper - 25. Andorra - 28. alle - 29. Ria - 30. Eric - 31. Korea - 33. Karin 35. egaal - 38. tapir - 41. Aden - 42. era 43. anijs - 45. maandag - 47. benepen 50. elegant - 51. tij - 53. tros - 54. kist 55. r.o. - 56. Eli - 58. em - 59. ge - 60. pui 61. leren - 62. raket. Verticaal: 1. geluk - 2. rib - 3. ijs - 4. stamper - 5. kwelder - 6. mi - 7. met 8. arena - 11. tree - 12. plan - 16. terra 17. staak - 19. dolk - 21. Erin - 23. la 24. ploegen - 26. origine - 27. re - 32. eva 34. aga - 35. Edam - 36. anderen - 37. leges 38. tabak - 39. pantser - 40. rijpe - 41. Aa 44. se - 45. motel - 46. alom - 48. enig 49. nooit - 52. ijle - 55. rue - 57. ir 60. p.k.

Krantenbank Zeeland

Noord-Bevelands Nieuws- en advertentieblad | 1978 | | pagina 1