Voelt u zich steeds moe
Het zwakste schepsel
in de natuur
Over gifslangen gesproken
Raadsvergadering Wissenkerke
TREKKINGSLIJST
Op maandag 7 augustus j.l. kwam de
raad der gemeente Wissenkerke in open
bare vergadering bijeen. Het lid Remijnse
was afwezig.
De voorzitter opende de vergadering en
stelde het onderzoek van de geloofsbrieven
en toelating van de nieuwe raadsleden aan
de orde.
Een commissie uit de raad, t.w. de heren
Blok, Dieleman, Kouwer en Uijl onderzocht
alle geloofsbrieven.
De commissie kwam tot de conclusie dat
alles in orde was en stelde dan ook voor
tot toetreding van de volgende personen
in de nieuwe raad: de heren L. J. Blok,
J. Dieleman, P. A. Hamelink, P. van der
Maas, A. P. Meulenberg, J. W. C. Noord-
hoek, A. A. de Nooijer, J. A. Remijnse,
A. Sandee, J. H. Uijl en J. A. W. Wisse.
Dit voorstel werd aangenomen met una
nieme meerderheid.
Hierna ging de voorzitter over tot sluiting
van deze raadsvergadering, welke een lengte
had van 10 minuten.
EEN WAARSCHUWING DAT ER IETS NIET HELEMAAL IN ORDE IS.
Vermoeidheid is een klacht, die men
tegenwoordig bijzonder veel hoort. Een
groot deel van de mensen is voortdurend
moe en zij beschouwen dit als iets heel
normaals, waarvoor je niet naar een dok
ter loopt. Zij nemen een opkikkertje, een
kopje koffie extra, of wat erger is, een
oppepmiddeltje en dan gaat het wel weer.
Het is een gevolg van de gejaagdheid van
onze tijd menen zij, het hoort er nu een
maal bij.
Een dergelijke opvatting is volkomen
fout en is zelfs niet geheel ongevaarlijk.
Men mag namelijk niet vergeten, dat ver
moeidheid een verschijnsel is, waarmee ons
lichaam in staat is ons te waarschuwen dat
er ergens iets niet in orde is. Wanneer we
aan die waarschuwing gehoor geven en eens
met de huisarts gaan praten, dan komt
dikwijls al snel uit wat de oorzaak van die
vermoeidheid is en wat er aan hapert.
Veelal is er dan iets aan te doen, met als
gevolg dat we ons veel prettiger gaan
voelen, meer energie hebben en geen last
meer krijgen van die nare steeds aanwezige
vermoeidheid.
Verbetering is dus alleen bereikbaar, wan
neer we naar de dokter gaan. Wie er geen
aandacht aan besteedt en doorgaat met of
zonder stimulerende middelen, pleegt roof
bouw op zijn gezondheid en sloopt zichzelf.
Op een kwade dag is het dieptepunt be
reikt enstort de mens in. Als 't een
maal zover is gekomen, is het duidelijk dat
het ook voor de behandelend medici een
zware opgave wordt om de patiënt weer te
genezen. Daarom is voorkomen raadzamer.
Er zijn uiteraard diverse oorzaken die
chronische vermoeidheid tot gevolg kunnen
hebben. Aan de arts om zijn diagnose te
stellen., Wij kunnen hier echter wel enkele
voorbeelden noemen waardoor men een
beeld krijgt hoe eigenlijk onbelangrijke
kleinigheden tot dit verschijnsel kunnen
leiden.
Om te beginnen is er de bloedarmoede,
waaraan vooral veel vrouwen lijden zonder
het dikwijls zelf te weten. Statistieken
beweren zelfs, dat bloedarmoede in zeven
tig procent van de gevallen van chronische
vermoeidheid, de oorzaak van de narig
heid is.
De oorzaak van bloedarmoede kunnen
ook weer verschillend zijn. Zo kan bij
voorbeeld een voortdurend gebrek aan fris
se lucht een rol gaan spelen. Ook bij
voorbeeld verkeerde voeding, zoals tekort
aan vlees en groente. En voorts uiter
aard veel bij vrouwen oorkomend bloed
armoede als gevolg van te heftig men
strueren. In wezen allemaal oorzaken die
zonder veel moeite zouden kunnen worden
verholpen.
Een andere zeer belangrijke en veel voor
komende oorzaak van chronische vermoeid
heid in onze moderne tijd is het voort
durend laat naar bed gaan, met als gevolg
een chronisch gebrek aan nachtrust, dat
zich uiteraard manifesteerd in een gevoel
van voortdurende vermoeidheid. Denkt u
toch allemaal om uw acht uren slaap. Wie
's morgens om 7 uur moet opstaan, dient
zo rond elf uur naar bed te gaan, waarbij
we er rekening mee moeten houden, dat
het toch wel half twaalf wordt voordat we
echt slapen. Wanneer dan om 7 uur de
wekker afloopt, hebben we toch nog slechts
71/2 uur slaap gehad. Bovendien moeten we
een belangrijk ding niet vergeten. Elk uur
dat we langer opblijven kost ons niet al
leen een uur van onze belangrijke nacht
rust, maar het betekent tevens, dat we een
uur langer aktief zijn en dus een uur langer
energie verbruiken. Ook dat extra uur met
dat extra energieverbruik moet weer wor
den goed gemaakt, maar dat kan niet want
we slapen al een uur korter dan eigenlijk
nuttig zou zijn. In feite is de schade dus
dubbel: een uur langer op en een uur
korter nachtrust. Het is voor een kind te
begrijpen dat een mens zich op die manier
langzaam maar zeker sloopt.
Anderzijds is de neiging tot laat opblij
ven te begrijpen, want ons gehele moderne
leven is er in zekere zin op ingesteld.
Tegenwoordig vinden we dat ons leven geen
zin heeft, wanneer we niet voldoende ont
spanning krijgen. Het grootste deel van de
dag moeten we werken, maar daarna be
gint ons eigen leven pas. Die tijd voor
ontspanning en amusement willen we zo
lang mogelijk rekken en we krijgen daar
volop gelegenheid voor. We gaan niet meer
met de kippen op stok, zoals onze voor
ouders deden als gevolg van geheel andere
omstandigheden, gebrekkige verlichting bij
voorbeeld. Bij ons ligt dat geheel anders.
De moderne techniek schenkt ons de mo
gelijkheid van verlichting in zo'n mate, dat
we zonder enig bezwaar bij dit licht alles
kunnen doen. Dan zijn er de nodige pu
blieke ontspannings- en onderhoudsmedia,
zoals radio, televisie, bioscoop, theater en
wat al niet meer, die ons tot Iaat in de
avond bezighouden. Zij bevorderen in elk
geval het tijdig naar bed gaan niet.
Op deze en nog vele andere manieren
wordt het laat naar bed gaan sterk bevor
derd en de moderne mens moet over veel
wilskracht en zelfbeheersing beschikken om
zichzelf onder controle te houden en zich
te dwingen in weerwil van het prettige op
blijven, toch tijdig naar bed te gaan. Het
is helaas een feit, dat velen dit beslist niet
kunnen opbrengen.
Overigens kan vermoeidheid ook een gees
telijke oorzaak hebben en het is deze oor
zaak die voor de medici dikwijls het moei
lijkst is weg te nemen. Het zijn spanningen
op het werk of in het gezin, die tenslotte
dat nare gevoel van voortdurende vermoeid
heid veroorzaken. De oorzaken van derge
lijke spanningen kunnen uiteraard zeer ver
schillend zijn. Maar zij moeten worden
weggenomen, omdat de mens die er onder
lijdt, anders ten gronde gaat. Ook hier kan
een openhartig gesprek met de dokter van
bijzonder veel nut zijn.
Er zijn nog enkele lichamelijke oorzaken
te noemen, zoals bijvoorbeeld „te zwaar
zijn". Een te hoog lichaamsgewicht is dan
de oorzaak. Wanneer we de hele dag een
aantal overtollige kilo's moeten meeslepen,
wordt er veel teveel van ons hart en onze
spieren gevergd, hetgeen kan resulteren in
een sterke vermoeidheid. Wanneer men dan
meent dit gevoel van vermoeidheid te kun
nen wegwerken door extra veel te eten en
koffie te drinken, dan is men juist op de
verkeerde weg. Het lichaamsgewicht zal
nog meer toenemen en men komt in een
spiraal waarvan het einde niet meer te zien
is en leidt tot nare ernstige gevolgen.
Dan is er nog de verwaarlozing van de
voeten, een veel voorkomende kwaal vooral
bij dames. Ze staan of lopen langdurig op
ongemakkelijk schoeisel. Ze dragen in huis
dikwijls slofjes of platte gemakkelijke schoe
nen, die aan de voeten geen steun geven.
Er ontstaan voetverzwakkingen of andere
voeteuvels en dan is de narigheid in volle
gang. Zonder dat men bemerkt of zich
bewust is, zorgen de voeteuvels voor voort
durende vermoeidheid.
Resumerend komen we tot de slotsom,
dat vermoeidheid op zich geen ziekte is.
Het is in wezen een alarm van ons lichaam,
dat ons er op attent wil maken, dat er iets
niet in orde is. Wanneer we er geen aan
dacht aan besteden en gewoon doorgaan,
bijven de oorzaken bestaan en zullen de
klachten steeds ernstiger vormen aannemen.
Het slot is altijd dat men toch bij de dokter
terecht komt. Van groot belang is echter,
dat men tijdig de arts bezoekt, voordat de
gevolgen voor het lichaam te ernstig wor
den.
Hebt u klachten over voortdurende ver
moeidheid, ,weest dan niet dom of eigen
wijs, maar praat er eens over met uw huis
artsen wacht er niet te lang mee.
DE MENS IS
SLECHTS ONS VERSTAND STELT ONS IN STAAT TE HEERSEN.
MAAR HOE LANG NOG
De mens voelt zich meester over de
schepselen op deze aardbodem. Om zo te
zeggen zaakwaarnemer voor God en vol
gens de Heilige Schrift is dat ook zo. De
vraag is natuurlijk, wat maakt ons zo
machtig dat wij heersen over andere schep
selen? Zijn we zo groot en krachtig, be
schikken wij over betere zintuigen dan die
anderen?
Als we het zo bekijken, dan is het met
de mens bedroevend gesteld, want als het
er op aan komt dan zijn we lichamelijk
zonder meer de mindere van de dieren. Oh
zeker, we slaan met één klap een mug
dood, maar wanneer we de kwaliteiten en
kapaciteiten van die mug in verhouding
tot die van de mens gaan bekijken, dan
zien we dat zo'n mug maar heel wat ster
ker is dan de mens en dat hij over ver
schillende benijdenswaardige eigenschappen
beschikt, die de mens ontbreken. In werke
lijkheid is de mens maar een broze figuur
in de schepping en wij leggen het tegen
vrijwel alle dieren af.
In verhouding zijn ze sterker. Kijk maar
eens wat bijvoorbeeld een vlo kan preste
ren. Hij trekt en draagt dingen, die vele
malen zijn eigen gewicht zijn. Dat kunnen
wij niet. Veel dieren kunnen dat wel of
zijn op andere verhoudingen sterker dan
wij.
Gaan we praten over zintuigen, dan
komen wij mensen er maar slecht af ver
geleken bij de dieren. Op het punt van
zien, horen, ruiken en dergelijke zijn we
nergens, terwijl heel veel dieren hierin uit
blinken, of althans in een van deze zaken
uitblinken. Wij mensen blinken in geen van
die zaken uit.
Op het gebied van de natuurlijke be
kwaamheid, aangeboren kapaciteiten ver
liezen wij het eveneens. Dit alles vindt zijn
oorzaak in het feit, dat de mens dermate
ver van de natuur kwam af te staan, dat
hij het kontak er mee verloor en daardoor
de aangeboren kapaciteiten kwijt raakte en
de scherpte van zijn zintuigen afnam.
Kortom, de mens degenereerde.
Het enige dat ons mensen in staat stelt
ons in de wereld, te midden van alle andere
schepsels te handhaven, is ons menselijk
verstand.
Hierdoor zijn wij in staat wapens en ge
reedschappen te vervaardigen, die ons tot
meester maken over al wat leeft. Door ons
verstand en onze machtsmiddelen kunnen
we alles naar onze hand zetten. Beheersen
we de schepping.
Het heersen van de mens over de schep
selen op deze aarde brengt ook een grote
verantwoordelijkheid met zich mee, een
verantwoordelijkheid, die veel mensen niet
beseffen en die eerlijk gezegd ook wel bo
ven onze macht uitgaat, want tenslotte zijn
we geen God. Wij missen dat geweldige
inzicht, die visie die nodig is voor een
feilloos beheer van onze aarde, en daar
schuilt een geweldige fout.
Het beheer over de aarde is in handen
van een wezen met hersenen. Daarbij moet
dan nog worden gesteld, dat die hersenen,
die het dan wel tot machtigste op aarde
maken, niet altijd door dit wezen op de
juiste manier worden gebruikt, terwijl het
bovendien behept is met een aantal onaan
gename en zelfs niet ongevaarlijke eigen
schappen. Het is namelijk bijzonder egoïs
tisch en daarbij ontziet het zich niet om
naar eigen willekeur op aarde de dingen
naar zijn hand te zetten, waarbij hele dier
soorten worden uitgemoord. De mens ver
geet echter bewust steeds weer iets, dat hij
overigens heel goed weet en wel dat hij
zelf als schepsel temidden van schepselen
een deel is van een keten die men niet
strafbaar kan verbreken.
Het verbreken van het evenwicht in de
natuur, waarmee de mens op het ogenblik
zo bijzonder druk mee bezig is, o.a. door
uitroeiing van bepaalde diersoorten, onder
meer door vervuiling van grond, water en
lucht, terwijl deze vervuiling ook invloed
op de mens heeft, kan leiden tot een totale
ondergang.
GEEN ONBEDREIGDE GEWELDENAREN.
De slang, en de gifslang in het bijzonder
heeft altijd een slechte naam gehad. We
zien dit terug in de oudste tijden. In
de Bijbel is het ook de slang die Eva ver
leidt tot het plukken van de appel en zo
zouden we kunnen doorgaan.
Bijzonder bevreesd zijn de meeste mensen
voor de gifslang, het dier dat dikwijls over
een dodelijke beet beschikt en op deze
wijze dier en mens onschadelijk kan maken.
Voor dergelijke gifslangen hebben de meeste
mensen een heilig respekt.
Velen zullen denken, dat een dier dat
met dergelijke gevaarlijke wapens is uitge
rust, een onbezorgd leven moet leiden.
Wie zal een dergelijk gevaarlijk dier durven
aanvallen? Toch is dit niet juist. De na
tuur heeft er voor gezorgd, dat elk dier
ook weer zijn speciale vijanden heeft, dat
is beslist noodzakelijk om het evenwicht in
de natuur te handhaven.
De gifslangen vinden hun vijanden onder
kleine zoogdieren, vogels en reptielen. Zo
zijn er grote wurgslangen, die van niets
anders leven dan van hun giftige soort
genoten.
Vooral onder de vogels vindt de gifslang
veel belangrijke vijanden. Zo zijn er grote
roofvogels, die de slang een lekker hapje
vinden en die pijlsnel en bijna geruisloos
zich van grote hoogte op een slapende
slang neerstorten. Het dier wordt dan met
de klauwen gegrepen, mee omhoog ge
nomen en daarna losgelaten. De val be
tekent de dood voor de slang en daarna
strijkt de rover neer en eet zijn prooi op.
De zwaar geschubde en beveerde poten
van de vogel beschermen hem tegen de
beten van de slang.
Een merkwaardige slangeneter is wel de
Afrikaanse Secretarisvogel. Hij doet ons
enigszins denken aan de ooievaar met zijn
lange zwaar geschubde poten. Hij loopt
rustig op de slang toe en trapt hem met
enkele welgemikte trappen van zijn grote
eeltige voeten dood. De kracht van de trap
is voldoende om de rug van de slang te
breken of zijn kop te verpletteren.
Onder de kleine zoogdieren vinden we
ook enkele gerenomeerde slangendoders, zo
als de Mungo en het Stinkdier. De Mungo,
waarvan velen lange tijd aannam dat hij
imuun tegen slangengif was, is een dappere,
fellle vechter. Gebleken is, dat het diertje
wel degelijk gevoelig is voor slangengif, dus
zijn strijd met de gifslang is in wezen een
strijd op leven en dood. De Mungo is echter
enorm snel en heeft een aangeboren vecht-
techniek om slangen te doden. Hij begint
met de slang te tarten. Deze doet dan
enige vergeefse uitvallen, die de Mungo
precies weet te ontwijken. De slang wordt
onzeker, rolt zich op en wacht af. Vervol
gens bijt de Mungo de slang in zijn staart
en wanneer zijn tegenstander zich dan
snel omdraait en uitvalt, pakt hij de slang
keurig achter in de nek en houdt dan vast
totdat het dier dood is. Zelfs de grootste
en gevaarlijkste gifslangen worden op die
manier het slachtoffer van de kleine, felle
Mungo.
Bij het Amerikaanse Stinkdier liggen de
zaken anders. Dit dier is inderdaad onge
voelig voor slangengif en gaat dan ook vaak
veel driester te werk. Zonder zich om de
dreigingen en uitvallen van de slang te be
kommeren gaat hij recht op zijn doel af
en valt aan. Ongeacht of hij nu zelf ge
beten wordt, grijpt hij tenslotte de slang in
zijn nek en breekt deze.
Het is dan ook begrijpelijk, dat verschil
lende van deze dieren in Amerika^ India en
andere landen waar veel gifslangen voor
komen beschermd zijn.
Zo zien we, dat ook de gifslang geen on
bezorgd en rustig leventje heeft en niet
ten onrechte schuw en uiterst waakzaam
P.V. 'DE BLAUWE DOFFER' KORTG.
Uitslag wedvlucht COMPIEGNE op 5 aug.
Deelname 371 jonge duiven.
1 H. v. d. Moere
2 L. Amperse
3 I. G. Oele
4 A. P. de Haze
5 A. C. Hollestelle
6 A. J. Bouterse
7 W. C. Versluijs
8 P. J. Wilderom
9 A. J. Bouterse
10 M. v. Belzen en zn.
10.19.41
20.08
22.44
26.40
26.41
31.46
28.13
29.47
34.19
30.49
247.191 211
247.408 208.8
247.484 206.6
253.052 204.4
252.685 202.2
253.123 200
248.114 197.8
249.540 195.6
2 193.4
247.095 191.2
Uitslag wedvlucht COMPIEGNE op 5 aug.
Deelname 51 oude duiven.
1 W. Noordhoek en zn. 10.17.40 246.880 7
2 J. L. F. Minneboo 26.21 252.947 3
3 idem 33.23 2
4 J. de Looff 33.40 247.601 4
5 R. Leenpoel 47.57 247.677 22
6 W. Noordhhoek en zn. 48.56 2
7 R. Leenpoel 49.39 2
8 G. P. Leenpoel 54.35 252.999 6
9 R. Leenpoel 50.43 3
10 G. P. Geelhoed 59.14 2
LOTERIJ RESTAURATIEFONDS
N.H. KERK KORTGENE
Lotno. 2420, 1ste prijs, vliegreis Neder
land voor twee personen. L. Koedood, W.
Alexanderstraat 61, Kortgene.
Lotno. 1298, 2de prijs, draagbare televisie.
L. Geelhoed, Julianastraat 21, Kortgene.
Lotno. 1398, 3de prijs, draagbare radio.
M. de Looff - Augustijn, Wilhelminastraat
41, Kortgene.
Lotno. 0549, 4de prijs, elektrische klok.
J. Zuijdweg, Havenweg 3, Kamperland.
Lotno. 2847, 5de prijs, een stoof. W. Ver
burg, Kaaistraat 8, Kortgene.
Lotno. 1369, 6de prijs, een geklede pop.
W. Smit, Vijverlaan 91, Krimpen a. d. IJssel.
Lotno. 1651, 7de prijs, een schapevacht.
Kramer, Schoolstraat 12, Geersdijk.
Lotno. 1978, 8ste prijs, een koelbox.
Jacco v. d. Maas, Molstraat 20, Kats.
Lotno. 0571, 9de prijs, een kampeerstoel.
D. de Schepper, Westerstraat 42, Berkel
en Rodenrijs.
Lotno. 1275, 10de prijs, een sierkussen,
W. v. d. Bogaardt, Julianastr. 23, Kortgene.
Lotno. 2374, 11de prijs, een sierkussen.
Daan
Lotno. 3449, 12de prijs, een sierkussen.
J. D. Noordhoek, Wilhelminastraat 123,
Kortgene.
Lotno. 0225, 13de prijs, een reproduktie.
J. A. de Schipper, v. Maelstedestraat 2,
's Heer Hendrikskinderen.
Lotno. 1310, 14de prijs, een campinglamp.
M. Kastelein, Geersdijkseweg 15, Geersdijk.
Lotno. 3301, 15de prijs, een parker-pen-
set. S. Koets - Filius, Vredestein, Wissen
kerke.
De prijzen kunnen worden afgehaald, of
contact kan worden opgenomen, met:
A. M. Westdorp, Wilhelminastraat 18,
Kortgene, telefoon 01108 - 3 89.
KORTGENE
Geboren:
8 juli: Pieter, z.v. P. van Gilst en Z.
van Nuil.
9 juli: Remon, z.v. M. Balen en E. F.
Cornelisse.
9 juli: Jeroen A. L., z.v. J. L. Verburg en
C. C. J. Aarnoudse.
12 juli: Anouschka A. M., d.v. M. A. van
Straaten en E. A. M. van Dorssen.
21 juli: Willemina C., d.v. J. W. Koole
en M. P. Boot.
21 juli: Arjan, z.v. L. A. Verburg en
J. Siereveld.
Ondertrouwd:
7 juli: B. Hendrikse, oud 26 jaar en P. L.
Eikenhout, oud 25 jaar.
26 juli: J. A. Daniëlse, oud 21 jaar en
B. J. van der Maas, oud 20 jaar.
Getrouwd:
7 juli: A. J. Carneby, oud 37 jaar en
J. C. Manintveld, oud 29 jaar.
14 juli: S. A. Bil, oud 31 jaar en J. L. M.
Hoogerheide, oud 32 jaar.
Overleden:
12 juli: Jozina Boot, oud 76 jaar, e.v.
L. van der Maas.
18 juli: Cornelis A. Janse, oud 56 jaar,
e.v. M. J. Rozel.