NOORD-BEVELANDS
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD
EEN ILLUSIE ARMER
s
U houdt nu
het meest gelezen
op Noord-Beveland
in handen
Zeeland
Magazine?
No. 3805
Donderdag 30 maart 1078
81a jaargang
DRUK EN UITGAVE: DRUKKERIJ MARKUSSE TE WISSENKERKE - TELEFOON 3 08 - GIRO 206882
Abonnementsprijs ƒ18,00 per jaar Franko per post ƒ30,00 per jaar Advertenties 30 ct per mm, excl. BTW
Voor fouten in advertenties per telefoon opgegeven, kunnen wij geen enkele verantwoordelijkheid dragen
rBUILLETON
Hoofdstuk 9.
De wagen van Driek Voorhoud is beslist
niet nieuw, maar wel comfortabel. Jossa
merkt het op. De jongen zegt: „Vader kocht
hem verleden jaar voor me. Ik had eerst
een eend, ook tweedehands, maar daar
had ik geen schik mee. Deze haalt dik
honderd en vijftig. Hoe denk je er over?"
„Dat het voor mij niet hoeft," antwoordt
ze gedecideerd. „We hebben alle tijd. Of
niet soms?"
ITij zegt: „Ik weet een camping in de
buurt van Luik. Jammer, dat het nog zo
gauw donker is, anders konden we verder
rijden. Maar die camping is het hele jaar
door open, dus dat moet dan maar onze
eerste pleisterplaats worden".
Jossa vindt het uitstekend. Ze geniet bij
het vooruitzicht er onbezorgd enkele dagen
uit te zijn. Uit de sleur van elke dag.
Natuurlijk schildert ze nog altijd graag,
want het is nu eenmaal haar grootste hob
by. Maar de inspiratie wil de laatste
dagen niet erg komen. Misschien, dat ze
na deze korte vakantie nieuwe energie
krijgt? De boog kan uiteraard niet altijd
gespannen staan.
Tijdens de rit vertelt Driek over de school
en zijn vrienden onder de medestudenten.
Debiteert mopjes over de hoogleraren en
andere docenten en is optimistisch gestemd
voor wat zijn toekomst betreft. „Ik wil het
liefst in een Overheids- of Semi-overheids-
bedrijf. De Spoorwegen bijvoorbeeld. Of
Waterstaat. Daar is in de regel nog wel
eens plaats voor pas afgestudeerde inge
nieurs. Zodra ik mijn papieren in de zak
heb, ga ik solliciteren. Vakantie vind ik
niet zo erg belangrijk. Werk is voor mij
straks het voornaamste."
Ze vindt het een sympathieke gedachte.
Terwijl ze in de ondergaande zon de grens
passeren, zegt de jongen: „Een klein half
uurtje, dan zijn we bij de camping; ik
heb er al eerder gestaan met een tent".
En bij het woord „tent" realiseert ze zich
pas goed, dat ze samen met de jongen
in een waarschijnlijk zeer bekrompen ruimte
zal moeten slapen. Dat is een feit, waarbij
ze bepaald niet heeft stilgestaan. Ze is
er even van geschrokken. Onwillekeurig
moet ze terugdenken aan die nacht in het
huis van Sander van Slagen. Toen ze het
willoze speelgoed was van een brute over
weldiger. Maar Driek boezemt een zeker
vertrouwen in. Het is donker, ik heb nu
eenmaal a gezegdAls-ie maar niet
van me verwacht, dat ikEn opnieuw
gaan haar gedachten terug naar die nacht.
Ze voelt het rood naar haar gezicht stijgen.
Gelukkig is het donker in de auto. Maar
het angstige gevoel, dat ze hierdoor heeft
gekregen, wil niet wijken.
De camping is tot beider verbazing al
behoorlijk bezet. Waarschijnlijk door de
gunstige berichten van De Bilt aangemoe
digd, hebben meer mensen dezelfde plannen
gehad als Driek. Er staan een aantal ca
ravans, maar ook kleine en grote linnen
tenten. De beheerder van het bedrijf be
groet Driek met een handdruk en schouder
klopjes als een oude, goeie kennis. Dit
gedeelte van België is franstalig, maar daar
schijnt Driek geen moeite mee te hebben.
Hij spreekt deze taal bijna even rad als
de ander. Het paar wordt een mooi plekje
toegewezen aan de rand van het bedrijf,
vlak bij een 'bossage. Er staat daar nog
Bent u reeds geabonneerd op
een twee - maandelijks tijd-
schift met actualiteiten, cul
tuur, evenementen, historie
en recreatie.
Het geheel in 4 - kleuren
omslag en alle artikelen
voorzien van nog nimmer
gepubliceerde foto's.
Slechts 18,per jaar.
Vraag een gratis
proefnummer aan:
POSTBUS 1 -
WISSENKERKE
door Leida Graafland
niets. Best mogelijk, dat er morgen nog
meer kampeerders komen, maar vanavond
zal het hier in ieder geval rustig zijn.
Driek zet de wagen aan de kant en
begint uit te laden. Tot Jossa zegt hij:
„Blijf maar even zitten; ik ga eerst de spul
len voor de tent uitpakken. Straks mag je
me helpen met opzetten. Heb je al eens
gekampeerd? Het valt best mee en als je
niet weet, hoe je het moet doen met de
tent, instrueer ik je straks wel."
Een goed half uur later staat de tent
overeind, stevig verankerd door een aantal
haringen. Jossa heeft zo goed en zo kwaad
als het kan geholpen. Nu haalt Driek een
lantaarn uit de auto en hangt die in de
tent op, waarna bij hem aansteekt. „Zo",
constateert hij, vergenoegend knikkend,
kunnen we zien, wat we doen. Zeg, we
pakken nog niets uit, zetten het in de tent
en doen dan alles op slot, tent, auto, en
gaan in de kantine eten. Dat heb ik al
met de patroon in orde gemaakt. Het eten
was hier nooit slecht. Tenminste, verleden
jaar nog was het prima."
De jongeman is een en al bedrijvigheid
en Jossa knikt tevreden, als hij één slaap
zak tegen de linkerwand plaatst en de
ander aan de rechterwand. Met de koffers
ertussen. Is er in ieder geval enig privacy.
De twee plat op elkaar gelegde koffers
kunnen zodoende tevens als tafeltje ge
bruikt worden, als ze om welke reden dan
ook in de tent willen eten. Driek" bekijkt
een en ander nog eens en wijst ten over
vloede naar een paar haken, die hij beves
tigd heeft aan één der tentstangen. „Daar
kun je wat kleren en zo ophangen. Je zult
je wel wat moeten behelpen. Hoe vind je
het overigens zo?"
„Mieters," zegt ze uit de grond van haar
hart. Ze begint er zowaar nog schik in te
krijgen. Als het weer nu een beetje redelijk
blijft, is het niet eens koud in de tent.
Enfin, ze heeft ook warme kleren bij zich.
In deze tijd van het jaar kun je immers
van alles verwachten.
De kantine is niet groot, maar gezellig.
Ze moeten zelf het eten halen, maar dat
is geen bezwaar. Driek doet het bereid
willig voor beiden. Jossa proeft, tevreden
knikkend. „Niet slecht," zegt ze, als ze
aan de soep begint. Als de rest ook zo is."
„En niet duur," weet de jongen. „Ik kom
hier nu voor de vierde keer. Het is altijd
prettig en beschaafd, omdat niet iedereen
wordt toegelaten. Doordat een zekere se
lectie wordt toegepast, krijg je hier een
iets beter soort publiek, begrijp je?"
Ja, Jossa kan het zich enigszins voor
stellen. Maar ze ziet toch nog een beetje
op tegen de komende nacht. Hoe zal Driek
zich gedragen entre nous in de kleine tent?
Niet dat ze bang is voor hem. Hij wekt
steeds meer vertrouwen bij haar in. Maar
toch......
Na het eten roken ze een sigaret en
drinken limonade. Hij zegt intussen: „We
kunnen twee dingen doen: eerst nog een
wandelingetje maken in de omgeving
tussen haakjes: ik ben hier tamelijk goed
bekend of in de wagen stappen en nog
een ritje maken. Jij mag het zeggen."
Ze kijkt op haar horloge. Nauwelijks half
negen. Veel te vroeg om al naar de tent
te gaan om te gaan slapen. Maar ze voelt
wel wat voor een wandeling. Dus betaalt
Driek maaltijd en limonade en gaan ze
samen naar buiten. Via de kamppoort naar
de weg. Hij slaat linskaf en zegt: „Een
paar kilometer verder is een dorp. Morgen
kunnen we er wel heengaan om inkopen
te doen. Hier, België, kun je in de dor
pen vaak goedkoper terecht dan bijvoor
beeld in Luik. Tenzij je in supermarkten
en zo koopt. Ik ben er wel eens geweest,
in deze stad, maar je kunt er zo verduveld
moeilijk je auto kwijt. Luik is trouwens
net een doolhof: je moet zó uitkijken dat
je niet verkeerd rijdt. Er is veel éénrich
tingsverkeer, daardoor raak je ook wel
eens de draad kwijt. Twee jaar geleden
kwamen we helemaal aan de andere kant
van de stad uit; we hebben kilometers om
gereden voor we eindelijk weer op de
goede weg waren."
Jossa luistert. Ze vindt het een beetje
eng op deze donkere weg, waar om de
honderd meter een flauw brandende gas
lamp wat licht verspreidt. Instinctmatig
zpekt ze zijn hand en als ze die gevonden
heeft, drukt Driek die begrijpend. „Je hoeft
niet bang te zijn," zegt hij op kalme toon;
„ik kan de weg hier wel dromen, zelfs in
het donker. Trouwens, het kan hier niet
missen, want er zijn tot vlak bij het dorp
geen zijwegen".
Na een kwartiertje keren ze om. „In het
dorp is om deze tijd toch niets te beleven.
Nu ja, de café's zijn open; we zijn er eens
een keer in geweest, maar ze zetten het
hier allemaal op een drinken en daar houd
ik niet van."
Terug in het kamp en in de tent, steekt
hij de lamp weer aan. „Ik heb een klein
schaakspel bij me; kun je schaken? Ja?
Het is een soort hartstocht van me. Doen
we het? Heb je zin?"
Ja. Jossa heeft er wel idee in. Bedrijvig
zoekt de jongen in een grote tas en komt
dan te voorschijn met het schaakspel, dat
hij plaatst op de koffer. „Gemakkelijk
voor op reis," zegt hij, wijzend op de gaatjes
in de velden. „Vallen de stukken niet zo
gauw om."
Jossa zakt op de slaapzak neer. Het licht
valt vrij goed op het kleine schaakbord.
Ze spelen. Jossa heeft het een poosje niet
gedaan en verliest prompt de eerste partij.
Maar bij de revanche staat ze geruime tijd
op winst, al verliest ze die tenslotte nog
door een fout. Driek zegt: „Je speelt echt
goed, maar je moet je zetten wat beter
beoordelen, voor je ze doet. Machtig, dat
je zo aardig kunt schaken." Hij ruimt
alles op en vraagt onderwijl: „Wil je nog
wat drinken? Ik heb een fles limonade bij
me. Als je morgen liever wat anders wilt,
bijvoorbeeld sherry, kunnen we het gaan
kopen."
De limonade komt te voorschijn. Er zijn
plastic bekertjes. Jossa vraagt: „Drink jij
niet? Ik bedoel alcoholhoudende dranken?"
„Af en toe. Het soheelt me zo weinig,
zie je? Als het warm is, drink ik wel
eens een flesje bier, maar voor het overige
ben ik tevreden met limonade of cola.
Vind je dat kinderachtig?"
„Welnee, waarom zou ik? Integendeel."
De jongen komt tenslotte overeind. „Ik
ga nog even buiten kijken of alles in orde
is. Doe het maar kalm aan, ik blijf wel
een kwartiertje weg." En verdwijnt zonder
meer naar buiten, het tentzeil zorgvuldig
achter hem toesluitend. Jossa is erdoor
getroffen, want op delicate wijze geeft hij
haar te kennen, dat ze zich rustig voor
de nacht kan klaarmaken. Keurige knul,
denkt ze tevreden. Mijn vertrouwen in hem
is niet misplaatst.
(Wordt vervolgd)
150 JAAR GELEDEN WAS NEDER
LAND EEN ONTWIKKELINGSLAND
Momenteel leven we in ons land met
niet minder dan bijna 14 miljoen mensen,
sterk geindustrialiseerd, met een goed ont
wikkelde bevolking en levend in een be
paalde vorm van welvaart.
Toch is het niet zo lang geleden, na
melijk ongeveer 150 jaar, dat ons land
in een omstandigheid verkeerde, die ver
gelijkbaar is met die van een huidig ont
wikkelingsland. De ontwikkelde industrie
en onze welvaart dateren in wezen van nog
kort geleden.
Rond 1820 telde ons land slechts 2 mil
joen inwoners, waarvan niet minder dan
de helft een bestaan vond in de landbouw.
Het aantal behoeftigen in ons land be
droeg ongeveer 10% van de totale be
volking. Dat wil dus zeggen, dat van elke
10 Nederlanders, oud en jong, groot en
klein er minstens één in behoeftige om
standigheden verkeerde en moest leven van
de bedeling. Een kwart daarvan, in totaal
dus zo'n 50.000 personen waren bedelaars,
die men voornamelijk in de steden vond.
Over de steden gesproken, daar was de
armoede het grootst. In Leiden leefde in
die tijd niet minder dan de helft van de
bevolking van de bedeling. In Amsterdam
was dit een derde deel van de bevolking
en zo varieerde het in de meeste grotere
plaatsen.
Het is duidelijk, dat we van de huidige
ontwikkelingslanden onmogelijk kunnen
verwachten, dat ze in enkele jaren zich
weten op te werken tot ontwikkelde en
welvarende landen. Daar is tijd voor nodig
en we zien dit in onze eigen geschiedenis.
MOOIE DAHLIA'S KWEKEN
Wanneer we veel bloemen en weinig blad
aan onze Dahlia's wensen, dan moeten we
vanaf het begin met overleg te werk gaan.
We laten slechts twee scheuten doorgroeien
en dat moeten uiteraard de sterkste scheu
ten zijn. De anderen worden weggesneden.
Bij hoog bloeiende soorten, grijpen we
weer in, wanneer de scheuten een hoogte
van ongeveer dertig centimeter hebben be
reikt. Dan worden de scheuten, die zich
in de bladoksels gaan vormen, ook weg
gesneden.
Het voordeel van deze behandeling is,
dat de Dahlia's niet al te vol in het blad
komen te zitten en dat de bloemen niet
tussen de bladeren schuil gaan, maar er
bovenuit steken en dus duidelijk zichtbaar
zijn.
De Dahlia's moeten ook enige steun
hebben, althans als het hoogbloeiers zijn.
Met enkele tonkinstokken kunnen we vol
doende steun geven, zodat de wind ze niet
kan knakken.
HENGELWEDSTRIJD
Op zaterdag 25 maart 1978 hield de
Noord-Bevelandse hengelsportvereniging in
de Oosterschelde in de omgeving van
Colijnsplaat haar 2e competitiewedstrijd
van dit jaar. Er kwamen 58 deelnemers
opdagen om zich in te schrijven voor deze
wedstrijd. Ondanks de harde wind werden
er bij deze wedstrijd toch gunstige resul
taten geboekt, want er werden 223 boven
maatse en 102 ondermaatse vissen gevangen.
Zij leverden in totaal 28.660 wedstrijdpun-
ten op. De gevangen bovenmaatse vissen
waren ruim 26 kg.
Bij deze wedstrijd was er nog 1 pech
vogeltje bij. Het was n.l. één van de jongste
deelnemertjes aan deze wedstrijd, die na
afloop niets gevangen had. De 1ste prijs
winnaar had 12 bovenmaatse en 1 onder
maatse vis gevangen.
aanmerking:
1.
I. Lamse, Colijnsplaat
2000
pnt.
2.
J. Huige, Colijnsplaat
1565
pnt.
3.
J. J. Lamse, Colijnsplaat
1415
pnt.
4.
F. Sonncnschein, Heidelberg
1320
pnt.
5.
B. Stage, Middelburg
1165
pnt.
6.
P. v. d. Vreugde, Kamperland
1095
pnt.
7.
A. G. de Waard, Colijnsplaat
1090
pnt.
8.
L. de Waal, Colijnsplaat
1080
pnt.
9.
P. v. d. Velde, Colijnsplaat
1040
pnt.
10.
P. M. Kastelein, Geersdijk
995
pnt.
11.
H. de Pan, Kamperland
970
pnt.
12.
Ph. Leendertse, Kamperland
965
pnt.
Na afloop werden de prijzen uitgereikt
jn café „Juliana" te Colijnsplaat door de
voorzitter Biondina uit Kamperland. Hij
vond de vangsten van deze middag zeer
goed en vroeg om er rekening mee te
houden dat bij de volgende wedstrijd op
8 april 1978 de zomertijd reeds was in
gegaan. Inschrijven in café „Juliana" van
14.00 tot 14.30 uur. Er wordt dan gevist
van 15.00 tot 17.30 uur (zomertijd).
Kruiswoordpuzzel no569
Horizontaal: 1. prachtig - 6. kleur - 11.
vis - 12. godin - 14. zijrivier van de Donau
16. beroep - 18. in de rrleeste gevallen
20. vruchtennat - 21. bijb. naam - 22.
voetbalvereniging - 23. plaats in Spanje
28. vochtig - 29. vogelprodukt - 30. kinder-
groet - 31. gast - 32. wandversiering - 34.
luizeëi - 36. lidwoord - 37. naar de mode
38. voegwoord - 39. gevierde actrice - 41.
etcetera (afk.) - 42. heilwens - 45. spil
47. familielid - 49. geheel de uwe (Franse
afk.) - 51. schadelijk - 54. lidwoord - 56.
aanzien - 57. nieuwe wereldtaal - 58. rep
tiel - 61. wonder - 64. ieder - 65. groente
67. gedicht - 68. vóedsel - 69. gedeeltelijk.
Verticaal: 2. verslag - 3. lokspijs - 4. zang
stem - 5. heilige (afk.) - 7. meisjesnaam
8. gewicht - 9. eensgezindheid (Fr.) - 10.
schouderholte - 12. zangstuk - 13. meisjes
naam - 15. keurtroep - 17. jongensnaam
19. op de wijze van - 23. oude bewoner
van ons land - 24. het romeinse rijk (Lat.
afk.) - 25. aantekening - 26. de dato (afk.)
27. vastgezette stof of korst - 31. gelofte
32. plaats in Gelderland - 33. tel (afk.)
35. gesloten - 40. onkreukbaar - 43. voer
tuig - 44. houtenbeenverlenging - 46. N.V.
(Fr.) - 47. zangnoot - 48. glazen deksel
50. vlaktemaat - 52. soort ontspanning
53. schaapkameel - 55. plaats in Gelderland
59. soort onderwijs (oude afk.) - 60. kran
tenjongen - 62. strafwerktuig - 63. groet
66. Chinese maat.
Oplossing kruiswoordpuzzel no. 568
Verticaal: 1. zot - 3. cantate - 4. ha - 5.
opstand - 6. pap - 7. dolk - 8. mud - 10.
Horizontaal: 2. Schot - 7. drom - 9. aap
10. Taag - 12. tuin - 13. soep - 14. als
16. tot - 17. KLM - 18. kei - 19. ma
20. Ad - 22. sla - 24. met - 25. nap - 28.
kanarie - 31. dreumes - 34. kt - 35. es
36. eerloos - 41. pendule - 45. rap - 46.
olm - 47. Don - 48. sa - 49. rp - 50. kil
52. bod - 54. nut - 56. Eos - 57. mooi
58. idem - 60. fout - 61. Epe - 63. eens
64. flirt.
tel - 11. gala - 15. sein - 17. klam - 19.
mei - 21. dar - 23. akker - 24. mr - 26. pe
27. Essen - 29. Ate - 30. aal - 32. und
33. eel - 37. rood - 38. or - 39. OAS
40. spaniel - 41. portier - 42. elp - 43. nm
44. unie - 47. doof - 51. Loes - 53. bot
55. nee - 57. mul - 59. mes - 62. pi.