NOORD-BEVELANDS
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD
EEN ILLUSIE ARMER
u
heimeei
inmdt nu
st nalezen btad
oo Noord-Bevelonü
in
banden
Hoe met het openbaar vervoer?
Zeeland
Magazine?
No. 3800
Donderdag 23 februari 1978
81e jaargang
DRUK EN UITGAVE: DRUKKERIJ MARKUSSE TE WISSENKERKE - TELEFOON 3 08 GIRO 206882
Abonnementsprijs ƒ18,00 per jaar Franko per post ƒ30,00 per jaar Advertenties 30 ct per mm, excl. BTW
Voor fouten in advertenties per telefoon opgegeven, kunnen wij geen enkele verantwoordelijkheid dragen
FEUILLETON
Door het negatieve telefoongesprek met
Dolf is ze helemaal uit haar humeur. En
omdat ze zich duidelijk geïrriteerd voelt,
gaat ze vroeg naar bed. Tenminste naar
haar kamer. Ze slaakt een zucht van ver
lichting, als ze de deur achter zich heeft
gesloten en neerzinkt op een stoel. Ze
steekt een sigaret op en denkt na. Want
er is nog altijd een aanzoek. Op de een
of andere manier huiver ik. Niet vanwege
het te verwachten lichamelijk kontakt, als
we eenmaal getrouwd zijn. Ik denk, dat ik
daar wel zo ongeveer overheen ben. Peet
lijkt me bovendien helemaal geen bruut,
integendeel. Maar toch is er iets, wat me
weerhoudt om hem als mijn echtgenoot-
in-spé te aanvaarden. Hij kan nu, wel be
weren, dat er voor alle problemen een
compromis gevonden zal kunnen worden,
maar hoe valt bijvoorbeeld het compromis
ten opzichte van onze godsdienstige ver
schillen dan uit? Zal dat voor mij een
aanvaardbare basis zijn? De familie zal na
tuurlijk op een katholiek huwelijk staan
en daaruit vloeit voort ook een katholieke
opvoeding voor de te verwachten kinderen.
Maar ik ben te oer-protestant om dat zon
der meer te kunnen aanvaarden.
Dit wordt in mijn ogen het onoverko
melijke breekpunt, want Peet zal toch ook
terdege rekening moeten houden met de
gevoelens van zijn familie, vooral zijn nog in
leven zijnde vader. Nee, ik kom er niet uit
en daarom zie ik geen heil in een levens
verbintenis met Peet. Hoe aanlokkelijk die
overigens ook is. Hij is niet onsympathiek.
Al kan ik niet exact, met zoveel woorden
beweren dat ik van hem houd, zoals ik
bijvoorbeeld wel van Sander heb gehouden,
de liefde met een grote L komt er in dit
geval helemaal niet aan te pas. Tenminste
niet van mijn kant. Als we trouwen, wordt
het een verbintenis die gegrond is op
wederzijds respect en genegenheid. Is die
basis hecht genoeg? Ze kan er echt geen
antwoord op geven.
De volgende ochtend rijdt ze weer met
Els naar Overschie. Er zijn gordijnen en
vitrages en die moeten op maat geknipt
worden en opgehangen. Els heeft de naai
machine bij zich. Vandaag komen ook de
meubels, die Els heeft uitgezocht. Dus ze
zullen ook deze dag voldoende werk hebben,
al is het schrobben, dweilen en hout af
nemen voorbij. Het huis is schoon, dus kan
er begonnen worden met de installatie en
dat is evenzeer sjouwen. Als ze die avond
terugrijden naar de Mathenesserlaan, is alles
nog lang niet klaar en morgen is het vrijdag
en komen de kinderen al vroeg thuis in
verband met de krokusvakantie, zoals dat
tegenwoordig heet. Ze hoeven pas volgende
week donderdag weer naar school. Els ziet
moeilijkheden, want ze kan ze niet alleen
laten in de Mathenesserlaan. Oom Frans
,is de halve morgen en soms ook nog een
deel van de middag weg en de meisjes
beneden in de winkel kunnen niet elk ogen
blik naar boven hollen om te controleren
of het drietal de zaak niet afbreekt. Dan
belt Jossa naar Dolf en deze zegt er geen
bezwaar tegen te hebben de kinderen tot
en met woensdag te herbergen. „Wel nee,
neem ze maar gerust mee, hoor! Voor wat
mij betreft zijn ze hier welkom. Een nieuwe
omgeving is voor hen misschien voldoende
ze een poos in het gareel te houden en
anders is er achter 't huis de tuin, waar
toch niets te vernielen is".
Bent u reeds geabonneerd op
een twee - maandelijks tijd-
schift met actualiteiten, cul
tuur, evenementen, historie
en recreatie.
Het geheel in 4 - kleuren
omslag en alle artikelen
voorzien van nog nimmer
gepubliceerde foto's.
Slechts 18,per jaar.
Vraag een gratis
proefnummer aan:
POSTBUS 1 -
WISSENKERKE
door Leida Graafland
Dus rijdt tante Jossa in de loop van de
avond met haar nichtje en beide neefjes
naar Boxtel. De kinderen zijn opgetogen
en vinden het helemaal niet erg, dat ze
enkele dagen weggaan van hun moeder.
Het vooruitzicht bij tante Jossa en „oom
Dolf" te mogen logeren doet hen al het
andere vergeten. Tot grote teleurstelling
van Els, die op z'n minst tranen had ver
wacht. „Snap je die kinderen nu? Ze zijn
me al half vergeten nog voor ze weg
zijn
Dolf Prinsse ontpopt zich als een vader
voor het woelige drietal. Jossa ziet een
beetje verwonderd toe, als hij ze uit mantel
en jasjes helpt en meetroont naar de keu
ken, waar ze elk een grote beker chocolade
krijgen met een reuzekoek erbij. Als ze in
het verloop van de avond, als hij de kin
deren naar bed heeft gebracht, terwijl Jossa
in de deuropening staat toe te kijken, haar
verwondering er over uitspreekt, weerlegt
de man: „Je vergeet één ding, namelijk
dat ik Julia vanaf haar geboorte opgevoed
heb. Natuurlijk verwaarloosde haar moeder
de haar toebedeelde taak niet, maar 's
avonds geloofde ze het wel. Vrijwel steeds
bracht ik mijn kleine meid naar boven.
Het is echt niet te verwonderen dat ze nu,
op bijna negentienjarige leeftijd nog zo
aan me hangt."
Zondagsmorgens gaat Jossa met het drie
tal naar de kerk in het naburige dorp. Els
was in dit opzicht altijd onverzettelijk,
al lachte Anton er vaak om. Dus handhaaft
Jossa de traditie en rijdt met de kinderen
door het voor het carnaval versierde stadje
naar de Hervormde kerk in het naburige
dorpje. Ze is zelf in geen maanden meer
in de kerk geweest. Eigenlijk nooit meer
na die debacle met Sander. In Arten is
enkel een kleine katholieke kerk en toen
ze daar bij het gezin Verduurdonk in pen
sion was, wist ze op geen stukken na,
waar zich de dichtstbijzijnde protestantse
kerk bevond.
De preek is boeiend. De kinderen hebben
pepermuntjes en zijn tamelijk zoet. De
dienst duurt niet lang. Binnen het uur
staan ze weer buiten in het magere voor
jaarszonnetje. Thuis drinken ze koffie, ter
wijl de kinderen limonade krijgen en snoep.
Daarna mogen ze met oom Dolf mee gaan
om te kijken naar de carnavalsoptocht,
want zoiets hebben ze nog nooit gezien.
Van schilderen komt in deze dagen na
tuurlijk niets. De kinderen lopen naar be
lieven in en uit, kijken in de winkel en
rennen dan weer naar buiten. Dolf is on
vermoeibaar in het uitdenken van spelletjes
en verwent ze tot en met. Het is snoep
voor en snoep na en dan weer koek met
limonade of melk of chocolademelk en dan
weer een appel of een banaan. Jossa waar
schuwt: „Els is woedend, als ze bemerkt,
dat je ze zo gek gemaakt hebt. Het is
voor haar toch al een toer om dit wilde
drietal een beetje in goede banen te houden.
Straks is er geen land meer mee te be
zeilen." Dolf lacht enkel en dolt opnieuw
met de kinderen. Jossa denkt op zulke mo
menten: man, wat zul jij één ideale vader
zijn, als je nog eens trouwt en je vrouw
krijgt kinderen. Hij is gewoon gek op ze.
Dinsdagsmiddags staat ineens Els in de
winkel. Jossa, die naar voren komt, omdat
in deze dagen Dolf enkel aan de kinderen
denkt, is verrast. Ze kussen elkaar plicht
matig. Els zegt: „Ik ben het spuugzat. Het
gas moet nog aangesloten worden, maar
dat kan in deze dagen niet, want het is
carnaval. Wat heb ik met dat carnaval
te maken? Wat een waanzin om dan niet
te werken in een stad als Rotterdam. Elek
triciteit idem dito. Water is het enige, wat
ik heb. Ik moet gewoon wachten tot het
eind van de week, voor ik weer verder
kan. En niemand maakt zich tegenwoordig
meer druk en of je een ameublement en
andere spullen voor in totaal drieduizend
koopt, zal hun een zorg zijn. Men komt,
wanneer men er zin in heeft. Als ik alles
vooruit geweten had, was ik er niet aan
begonnen. Je ergert je gewoon blauw, van
de vroege morgen tot de late avond. Ik
dacht: barsten jullie dan allemaal maar,
ik ga naar m'n kroost. Hoe maken ze het?"
„Best. Wat dacht je? Dat ze lagen te
dreinen: ik wil naar m'n moeder? Dolf is
de hele dag met ze bezig en laat met
zich sollen. We hebben voor geen cent last
met hen."
Het weerzien tussen moeder en kinderen
is toch wel bevredigend voor Els. Ze heffen
een soort indianengejuich aan en vallen
haar om de hals, alsof ze drie maanden
weg zijn inplaats van drie dagen.
's Avonds is het een gekkenhuis in het
stadje. De laatste avond van het carnaval,
vastenavond is aangebroken. Els wil er wel
eens wat van zien; Dolf zal haar begeleiden,
want hij kent Boxtel. Zodat Jossa op haar
gemak thuis kan blijven, want de kinderen
kun je vanzelfsprekend niet alleen laten.
Als het elf uur is, gaat ze naar haar
kamer naar bed, want het tweetal kan nog
wel een uur wegblijven.
De volgende morgen heeft Els hoofdpijn
en Dolf is humeurig. Beiden teveel gedron
ken, constateert Jossa, maar het kan haar
nauwelijks iets schelen. Die zijn dus be
hoorlijk aan het feestvieren geslagen gister
avond. Nu ja, zoveel heeft Els ook niet en
Dolf zal het ook wel leuk gevonden hebben.
's Middags is Els wat opgeknapt. Jossa
vraagt of zij in de winkel de honneurs wil
waarnemen, want ze moet boodschappen
doen. „Maandag en dinsdag waren de win
kels dicht in verband met het carnaval,
dus ik moet nu inslaan. We moeten groente
hebben vanavond en vlees. Hoe laat wil je
weg?"
„O, ik kan morgenochtend wel gaan, hoor.
Dan komen de kinderen 's middags maar
op school. Zo precies moet je niet kijken,
vind ik. Maar ik zal m'n best doen of
ik in de winkel alles kan vinden."
Jossa lacht. „Druk zul je het niet hebben,
want bij de meesten zal het geld wel op
zijn na carnaval. Anders roep je Dolf, die
zal wel ergens in huis of buiten met de
kinderen aan het stoeien zijn. Die is zijn
werk helemaal vergeten."
Jossa gaat dan op haar gemak het stadje
in en ziet niet de grote auto aankomen,
die voor de deur van de hobbywinkel stopt.
Peet Voorhoud betreedt de winkel en kijkt
verwonderd naar het voor hem onbekende
gezicht. „Nieuwe winkeljuffrouw?" vraagt
hij. Els stelt zich voor als een zuster van
Jossa en dan knikt de man begrijpend.
Er ontstaat een babbeltje tussen beiden. De
man zegt: „Ik had eigenlijk Jossa even
willen spreken, maar het is niet erg, want
haar zuster blijkt minstens even charmant
te zijn." En dan bloost Els. Het gejoel van
de kinderen dringt door tot in de winkel
en daartussen horen ze de stem van een
man. Els verontschuldigt: „Mijn drie wilde
brassen logeren hier enkele dagen. Meneer
Prinsse is gek met ze en trekt de hele dag
met het drietal op."
(Wordt vervolgd).
ONZE OVERVOLLE WEGEN
DE MENSELIJKE GEWOONTEN ZIJN ZO MOEILIJK TE VERANDEREN
Nederland tobt evenals veel andere lan
den met een verkeersprobleem. In ons klei
ne landje, waar wij beschikken over een
uitgebreid wegennet en waar we allemaal
dicht op elkaar wonen, is de intensiteit
van het verkeer zeer sterk. In de grote
steden van ons land kunnen de straten in
de binnenstad dikwijls het verkeer niet meer
verwerken, terwijl ook ons wegennet, vooral
in de Randstad Holland, dikwijls onvol
doende capaciteit blijkt te hebben.
Daar staat echter tegenover, dat een
groot deel van het openbaar vervoer in ons
land, zoals de Spoorwegen en de diverse
busondernemingen kampen met ernstige te
korten en in staat zouden zijn een aan
zienlijk groter aantal passagiers te ver
voeren.
Het lijkt alsof de oplossing voor de hand
ligt en onze overheid is daarom ook een
voorstander van meer inschakeling van
het openbaar vervoer, terwijl waar mogelijk
het particulier vervoer geremd zou moeten
worden. We zien dat er met dit doel voor
ogen veel reclame wordt gemaakt voor het
openbaar vervoer, terwijl reeds jaren de
automobilist steeds sterker onder financiële
druk komt te staan.
Deze politiek heeft echter gevaarlijke
kanten, want in de praktijk van onze sa
menleving blijkt niet alles volgens een
voudige denkregels te verlopen. Er blijken
faktoren een rol te spelen, waarvan men
het bestaan nauwelijks kent of die men
niet heeft ingecalculeerd en dan blijken
de uitkomsten dikwijls heel anders te zijn
dan men had verwacht.
Het verkeer is de bloedsomloop van ons
maatschappelijk bestel en we moeten er
heel voorzichtig mee omspringen.
Gebleken is reeds, dat het zwaarder be
lasten van de automobilist weinig effekt
sorteert. Veel automobilisten dragen mor
rend hun lot en zijn niet van plan zich
van de weg te laten drijven. Anderen be
zuinigen op het onderhoud van hun auto,
of rijden langer met de wagen dan normaal
het geval zou zijn geweest, met als gevolg
een kwalitatieve achteruitgang van het Ne
derlandse wagenpark.
Het populairder maken van het openbaar
vervoer haalt weinig uit, aangezien de
kosten van gebruik van het openbaar ver
voer niet concurrerend genoeg zijn. Moet
men van een buitenwijk naar het centrum
van de grote stad, dan staat men voor de
kosten van het openbaar vervoer van ruim
een gulden enkele reis, het dragen van
pakjes, materiaal, boodschappen, e.d., wach
ten op dit openbaar vervoer, op aanslui
tingen bij overstappen en men moet naar
de betreffende halte lopen. Is het weer
niet erg aanlokkelijk, hetgeen in ons landje
nogal eens voorkomt, dan is het lopen
naar de halten en het wachten geen pretje.
Begrijpelijk dat velen dan de eigen auto
prefereren, ook al zou die iets meer kosten.
Gaat men echter met drie of vier personen
per auto, dan is dikwijls de eigen auto
voordeliger Jan het openbaar vervoer.
Iets soortgelijks zien we ook bij het
openbaar vervoer in de regio. Voor het
openbaar vervoer is het bijzonder moeilijk
concurreren tegen de voordelen van het
eigen vervoer.
In Rome heeft men enige jaren geleden
een proef genomen met geheel gratis open
baar vervoer in de stad. Tot stomme ver
bazing van de initiatiefnemers bleek dit
geen succes. Het openbaar vervoer nam
wel toe, doch het aantal auto's in de
straten werd niet minder. De toename van
het gebruik van het openbaar vervoer bleek
voort te vloeien uit mensen die anders
het stukje gingen lopen, doch die nu de
bus namen, omdat het toch niets kostte.
Uit deze proef blijkt, dat het openbaar
vervoer, zelfs als het gratis is, moeilijk
kan concurreren tegen het eigen vervoer.
De gewoonten van de mensen zijn blijkbaar
bijzonder moeilijk te veranderen en te be
ïnvloeden.
Een en ander geeft wel te denken en de
vraag blijft of het eigen vervoer wel is
in te perken zonder dat men tot dwang
maatregelen behoeft over te gaan.
Horizontaal: 1. zonnescherm - 7. vogel - 13.
gebouw in Amsterdam - 14. vogel - 16.
tijdperk - 17. bloem - 19. jongensnaam - 20.
broodje - 22. lengtemaat (afk.) - 23. gebrek
25. selenium (afk.) - 26. bijnaam van Eisen
hower - 28. bijbelse naam - 29. haarbosje
31. cilinder - 33. ontkenning (Eng.) - 34.
dwingeland - 35. soort aardewerk - 37.
Verenigd Europa (afk.) - 38. eens - 40.
cijferen - 42. ontkenning - 44. voorzetsel
45. op goed geluk af - 48. plaats in Zwit
serland - 50. bolgewas - 51. voorzetsel
52. vermindering van het gewicht - 54. tot
en met (afk.) - 55. bevel - 57. kleur - 59.
vaartuig - 60. bijwoord - 61. nummer (afk.)
63. kiezel - 65. rivier in Italië - 66. beweeg
reden - 69. gelofte - 70. bediende - 72.
soort onderwijs (afk.) - 73. zangstuk - 76.
onbep. vnw. - 77. deel van de mouw - 78.
soort ziekte.
Verticaal: 1. lekkernij - 2. lokspijs - 3.
cadans - 4. treiter - 5. of dergelijke (afk.)
6. reptiel - 7. kleinood - 8. zangnoot - 9.
voormalig Ned. eiland - 10. onbep. vnw.
11. aanzien - 12. klepperen - 15. vreemde
munt - 18. titel (afk.) - 21. spil - 23.
voordat - 24. schaakstuk - 27. makker - 28.
bloem - 30. etenbereider - 32. militair - 34.
raast - 36. reinigingsmiddel - 39. eiken
schors - 41. nieuw (in samenstellingen)
43. maat houdend - 45. tijdvak - 46. alg.
ouderdomswet (afk.) - 47. plaats in Noord-
Holland - 48. woonschip - 49. werelddeel
53. knaagdier - 56. jongensnaam - 58. rivier
in Engeland - 60. werktuig - 62. het Ro
meinse rijk (Lat. afk.) - 64. beetje - 65.
familielid - 67. op de wijze van - 68.
uitroep - 70. deel van het oor - 71. bijb.
naam - 74. als eerder (afk.) - 75, zoals
de akten getuigen (Lat. afk.).
Horizontaal: 1. kluis - 6. dalen - 10. die
11. takelen - 14. ton - 16. open - 17. ao
18. el - 19. Anna - 20. biscuit - 23. re
25. pi - 26. tag - 27. av - 29. si - 30. Nero
32. se - 33. er - 34. lepe - 36. rare - 38.
Ran - 40. koor - 41. eb - 42. tik - 43. ren
44. ei - 45. ibis - 47. bok - 49. idee
51. iele - 52. do - 53. al - 54. etui - 56.
dd - 57. ri - 59. ral - 61. dr - 62. we
64. pardoes - 68. olijf - 70. de - 71. nr
72. slee - 74. lijn - 75. belager - 78. eer
79. mager - 80. nijdig.
OOI 863
Verticaal: 1. kip - 2. leek - 3. it - 4. saai
5. Ee - 6. Deli - 7. An - 8. Etna - 9. non
10. Doorn - 12. koster - 13. leugen - 15.
natie - 20. h.i. - 21. ca - 22. ta - 24. eerbied
25. portier - 28. vlonder - 29. spreeuw
31. ra - 35. eo - 37. eis - 39. ATO - 40. kei
46. bl - 47. borrel - 48. kalong - 50. et
51. idool - 55. ieder - 58. ip - 60. ad
61. ds - 63. bijna - 65. ader - 66. eren
67. klei - 69. lijm - 73. EEG - 75. be
76. ag - 77. rij.