Raadsvergadering Kortgene jraKKfQ of drink ik I Donderdag 19 januari j.l. kwam de raad van de gemeente Kortgene in vergadering bijeen, onder voorzitterschap van burge meester J. L. D. van der Linde. Afwezig het lid P. M. van der Weele. Met enige hartelijke woorden van welkom opent de voorzitter deze vergadering, die ook gericht zijn aan de publieke tribune, waar de laatste tijd nogal veel belangstel ling is. Hij zegt verder geen nieuwjaarsrede te willen houden, daar de algemene be schouwingen bij de begrotingsvergadering nog maar pas achter de rug zijn. Wel zegt hij het een belangrijk jaar voor de raad te vinden, mede in verband met de te houden verkiezingen, waardoor deze raad wellicht niet meer in deze samenstelling zal terugkeren. De notulen worden, met enige opmerkin gen van een paar leden, vastgesteld en de ingekomen stukken voor kennisgeving aan genomen. Bij de opgave van de culturele evenementen van de Stichting Cultuursprei ding Zeeland, heeft het lid Filius voor dit seizoen de gemeente Kortgene gemist waarop de voorzitter zegt, dat wanneer Kortgene weer over voldoende accommodatie zal beschikken, de gemeente daarin opge nomen zal worden. In het scholenprogram ma staan de scholen wél opgenomen Bij de mededelingen zegt de voorzitter december j.l. het laatste blok van de 28 gerenoveerde woningwetwoningen zijn opgeleverd. Daarmede is geheel volgens de planning - dit project afgesloten behoudens de administratieve afwikkeling! De bevolking van de gehele gemeente is met 49 personen toegenomen. Daarvan neemt Kortgene er 52 voor zijn rekening en Kats 8, terwijl Colijnsplaat 11 inwoners minder heeft. Volgens de voorzitter kan de verordening tweede woningen daar ook te Colijnsplaat verandering in brengen. totaalbesomming van de vismijn was in 1977 3.592.980.30, tegen ƒ2.734.076,- ïn 1976. Hierna komt in behandeling de huur van een noodlokaal voor de openbare la gere school te Colijnsplaat en het verstrek ken van credietep voor de bijkomende kos ten van plaatsen en inrichten. Boot zegt hierop, dat zijn partij met dit voorstel van b. en w. akkoord kan gaan. Doorslaggevend is, dat tegenover de uit gaven een jaarlijkse uitkering van 25.270,- staat. Blankenstijn vraagt of dit bedrag een extra uitkering is, wat door de voorzitter bevestigend wordt beantwoord. Toch kan hij met het voorstel van b. en w. niet meegaan, daar hij koop veel voordeliger vindt. Verder vraagt hij of in die huurprijs ook het onderhoud is begrepen en of er een prognose is gemaakt van het aantal leerlingen, dat verwacht kan blijven worden. Filius sluit zich voor een groot deel bij de woorden van Blankenstijn aan, daar ook hij van mening is, dat koop de voordeligste weg is. Bovendien staat er in de christelijke school ook nog altijd een lokaal leeg, wat de gemeente geld kost. De voorzitter zegt dat in het huurkontrakt een recht van koop opgenomen kan worden. Bovendien kan de gemeente hier geen sle pende zaak van maken, daar de kerk toe stemming heeft gegeven voor de huur van de grond voor hoogstens 5 jaar. Bij koop kan zo'n termijn gemakkelijk overschreden worden en bij huur kan men bijvoorbeeld reeds morgen aan nieuwbouw beginnen. Ook zag de voorzitter moeilijkheden bij afbraak en/of verplaatsen. Een exacte prog nose over het te verwachten leerlingen aantal valt niet te geven, mede gelet op het feit ddt Colijnsplaat stimuleringsgebied is geworden. Blankenstijn blijft bij zijn advies tot aan koop en ook Filius blijft zijn standpunt handhaven. Bij koop, zo zegt hij verder, kan er op voorstel van leraren gemakkelijk in zo'n lokaal veranderd en aangepast worden, wat bij huur totaal onmogelijk is, zonder toestemming van de verhuurder Wat betreft het afbreken en opruimen van zo'n noodgebouw voorzag Filius geen moeilijk heden. Men kan zulks om niet laten doen. Voor zo'n lokaal van amper vijf jaar oud zijn altijd liefhebbers voor te vinden. De Smit brengt een correctie aan op de woorden van Filius, door op te merken dat dat lokaal van de chr. school nog wel degelijk gebruikt wordt. De voorzitter vraagt machtiging om op de financieel meest gunstige wijze dit lokaal aan te schaffen en op voorstel van weth. Van der Weele wordt besloten dat dan met een „papieren vergadering" (bij hoge uitzondering) te besluiten, waarmee iedereen instemt. Ook het volgende agendapunt: subsidie streek VVV Noord-Beveland brengt de ton gen van alle fracties in beweging. B. en w. hadden bij dit agendapunt de volgende uitgebreide toelichting gevoegd: Het bestuur van het streek VW Noord- Beveland heeft ons medio 1977 benaderd met de vraag het gemeentelijke subsidie van jaarlijks ƒ2.000,— te verhogen met 8.700,zijnde de helft van het voor 1978 geraamde tekort. Uit de daarbij overgelegde begroting blijkt dat de gemeenten vooral de kosten van de full-time informatrice zouden gaan dragen. In een nota (d.d. 4-6-'77) tracht het WV-bestuur een en ander te motiveren. In aanwezigheid van een vertegenwoor diging van het Prov. VVV hebben de colleges van b. en w. van Kortgene en Wissenkerke het subsidieverzoek nader besproken met het VW-bestuur. Na vervolgens de zaak nogmaals in een bespreking van genoemde colleges te hebben behandeld, werd door ons op 27-9-'77 aan het VVV-bestuur in een uitvoerig beargumenteerd schrijven* be richt, dat wij geen vrijheid konden vinden u een voorstel te doen voor een subsidie verlening ter grootte van het gevraagde bedrag. Daarbij werd tevens gesteld dat bij alter natieve voorstellen van het VW-bestuur ten aanzien van de door het VVV te ver richten werkzaamheden (b.v. met part-time krachten vanuit meerdere steunpunten) ons college bereid was de raad een aanmerke lijke verhoging ten opzichte van het be staande subsidie voor te stellen. In reacties hierop door zowel het bestuur van het streek WV Noord-Beveland als van de zijde van het Prov. VW werden deze alternatieven afgewezen en slechts gepleit voor de eerder vermelde opzet, te weten één kantoor met een permanente bezetting. Als de financiën daarvoor niet beschikbaar zouden komen, dan zou het kantoor worden gesloten en de vereniging zou gaan „slapen". Intussen was in de loop van 1977 een full-time informatrice op het VW-kantoor met haar werk gestart. Wij vinden in deze opstelling geen aan leiding ons eerdere standpunt te herzien en stelden u in de ontwerp-begroting 1978 dan ook voor wederom 2.000,— aan het VW te subsididëren. In de begeleidingsbrief bij deze begroting besteedden wij aandacht aan de problematiek, hetgeen u aanleiding gaf tot bespreking van het subsidie-verzoek tijdens de begrotingsbehandeling. Daarbij zegden wij u toe het geheel opnieuw te zullen bestuderen. Intussen bereikte ons het bericht dat de raad van Wissenkerke, op voorstel van het college van b. en w., in zijn vergadering van 28-11 -'77 besloot het subsidie voor het VW Noord-Beveland voor 1978 vast te stellen op 10.800,— (is: het gevraagde bedrag), onder de voorwaarde dat ook Kortgene eenzelfde bedrag zal toekennen; indien dat niet gebeurt is er een nieuwe situatie ontstaan die nader beraad vereist, aldus de mening van de gemeente Wis senkerke. (N.B. Alle hiervoor genoemde stukken liggen op de gebruikelijke wijze ter inzage). Tot zover de stand van zaken. In aan sluiting daarop merken wij thans het vol gende op: 1. Het bestaan van een VVV achten wij voor Noord-Beveland een nuttige zaak. De aard van de recreatie, te weten vooral ver- bliifsrecreatie vraagt ons inziens echter een niet zeer intensieve begeleiding, in tegen stelling tot het dag-toerisme. Promotion van Noord-Beveland is nauwelijks nodig, gelet op de enorme aantrekkingskracht van met name Veerse Meer, Oosterschelde en Noordzee. De grotere vakantiecentra (b.v. campings, jachthaven) doen bovendien zelf veel aan werving etc. Als inforipatie-bron voor toekomstige be zoekers en voor de op het eiland verblij vende gasten is het VVV een waardevolle instelling. Deze informatieve functie en de nauw daaraan verbonden „bemiddelingsfunctie" (niet letterlijk, maar als intermedium tus sen gast en akkommodatie-bezitter) zijn vooral van belang voor die gast en die akkommodatie-bezitter en de recreatieve be drijven. Hoe groot is daarbij het algemeen belang en hoeveel mag dat kosten? 2. De noodzaak van een kantoor, dat gedurende het gehele jaar ongeveer elke dag bezet is, ontgaat ons. Is er werkelijk zinvol werk voor een full-time kracht in bijvoorbeeld de maanden oktober, novem ber, december, januari, februari en maart, en is bezetting van het kantoor op zaterdag en alleen de andere ochtenden of middagen in de zomermaanden niet voldoende? Wij zijn ons ervan bewust ons met deze vragen op het beleidsterrein van een autonome organisatie te begeven. Deze organisatie vraagt echter veel overheidsgeld, zodat wij deze kwestie zeer zorgvuldig hebben te beoordelen. Alles overwegende komen wij tot de con clusie, dat het WV voldoende zou kunnen functioneren met een part-time kracht. Er vanuit gaande dat zo'n kracht plm. ƒ15.400 zal vergen 1), is het nodig als gemeenten 13.000 in totaal bij te dragen of 6.500 per gemeente. Wij stellen u dientengevolge voor het geraamde subsidie voor het streek WV Noord-Beveland van 2.000 te verhogen tot 6.500. Met een dergelijke, op zich zeer forse verhoging zal het VW-werk op Noord- Beveland naar onze overtuiging in voldoen de mate gesteund worden. 1) Gebaseerd op de overweging dat een part-time kracht meer kost dan een „halve full-time" kracht en bovendien zeer waar schijnlijk gezocht/gevonden zal worden on der de gehuwde vrouwen. Zoals bekend is er bij vele gehuwde vrouwen behoefte aan werk, maar dan bij voorkeur part-time. Ook is denkbaar dat in Colijnsplaat, Kamperland, Kortgene en Wissenkerke in totaal 4 steun punten worden gevonden (b.v. in bestaande kantoren/bedrijven), waarvoor aan bepaalde medewerk(st)ers een zekere vergoeding wordt gegeven. Boot zegt hierop: Het CDA wil graag een forse handreiking aan het bestuur van de streek VW Noord-Beveland. Het WV is nooit goed van de grond gekomen en wij willen hiervoor graag de mogelijkheid geven. Een goed draaiende VVV achten wij van groot belang, zowel voor de toerist als de eigen bewoners. Wij gaan akkoord met uw voorstel en hopen dat het VW door reorganisatie en zelfwerkzaamheid goed zal functioneren. Mevr. Van Oeveren onderschrijft de woor den van de WV en vindt dat Noord-Beveland zeker geen VVV kan missen. De WV doet nuttig werk en wijst mede in verband daarmee op het vorig jaar verschenen boekje met fietsroutes. Jammer vindt zij het, dat door het college niet het volledig gevraagde bedrag is overgenomen. De VVV is belangrijk voor het gehele eiland. Blankenstijn vindt de instelling van de leden van de VW verkeerd. Men moet bij tegenslag niet gaan „slapen", maar juist er tegenaan gaan. Men moet niet leunen op de overheid. Hij gaat met het voorstel van b. en w. akkoord. De Looff vindt ook de handelwijze van de vereniging verkeerd. Zij hebben eerst de informatrice aangesteld en zijn daarna pas bij de overheid aan gaan kloppen. Trou wens, hoe moet dat dan met de andere subsidies? Dit zal zeker een precedent gaan scheppen. Hij is voorstander van het gelijk matig optrekken van de subsidie, zoals dat ook bij andere verenigingen gebeurt. Belangrijk voor de dorpen zelf is het op die dorpen aanwezig zijn van een kontakt- persoon. De voorzitter zegt dat deze subsidie zorg vuldig in het college onderzocht en be sproken is. Zou men het gehele gevraagde bedrag geven, dan komt men aan een sub sidie van ongeveer ƒ2,— per inwoner, wat bij lange na niet door welke vereniging dan ook in de gemeente gekregen wordt. Over het feit dat men het beleid van het bestuur niet goedkeurt kan hij dit zeggen, dat men als overheid niet op de stoel van het bestuur mag gaan zitten. Toch vindt hij dat de gemeente de WV een royale kans geeft en hoopt hij van harte dat de vere niging niet zal gaan slapen. Mevr. Van Oeveren ziet de taak van de VW toch breder en zij had gehoopt dat na Wjssenkerke, die de eerste stap heeft genomen, Kortgene zich daarbij aan zou sluiten. De Smit zegt: 't Is wel veel, maar 't is ook voor een goed doel. Filius zegt, dat wanneer het gevraagde bedrag gegeven zou worden, de gemeente meer zou bijdragen dan de leden van de WV. Bovendien is er ook geen behoefte op Kortgene de recreatie uit te breiden. Hii zou de VVV dan ook toe willen voegen: Ga dan maar slapen. Hij vindt wel dat de raadsleden het volste recht hebben te zeg- een of er iets goedkoper of beter kan. Ook met het voorgestelde bedrag van het college paat hij niet meer. Hij vindt 2000 genoeg. De voorzitter handhaaft het voorstel van het college en wethouder Welleman zegt nog dat de gemeente hier een goede hand reiking doet. Bovendien heeft ook Van Agt gezegd, dat men niet teveel tegen de over heid aan moet leunen. Filius verlangt hoofdelijke stemming waarna het voorstel van b. en w. met de stemmen van De Looff, Filius en Geelhoed tegen, wordt aangenomen. In behandeling komt hierna de herziening van de huur van de kantine van de vismijn, waarop Boot zegt deze aanvaardbaar te vinden. En dan graag jaarlijks herzien op index. Met de consumptieprijzen kan de beheerder wellicht rekening houden. Ook mevr. Van Oeveren vindt de verhoging rede lijk en Blankenstijn zegt dat het gesprek met de man voor hem de doorslag geeft, waarop Filius zegt, dat er toch wel een brief naar aanleiding van deze verhoging van de Horeca Nederland is binnengekomen, dus dat deze aanvaarding niet zo maar zonder slag of stoot is geschied.' De voorzitter zegt dat er sinds 1961 geen verhoging heeft plaats gevonden en dat een verhoging nooit leuk is. Men kan dit ook niet tot in het oneindige doorvoeren, hoewel een bedrag van 1500,— in 1961 méér was dan ƒ2000,nu. Filius vraagt toch nog om een nader overleg met betrokken persoon en De Smit zegt een verhoging een normale zaak te vinden. Iedere ondernemer heeft met kos tenverhogingen te maken. De voorzitter zegt toe nogmaals nader overleg te plegen, alhoewel er dit jaar ook een opknapbeurt plaats vindt. Op verzoek van de Dorpsgemeenschap Colijnsplaat is er onderzocht of de post kantoren van Colijnsplaat en Kats gebruikt kunnen worden en ingericht tot hulp-se cretarieën. Van de PTT is er bericht ont vangen dat tegen vergoeding van een vast bedrag per jaar en een zeker bedrag per handeling, daartegen geen bezwaar bestaat. Schattenderwijs zal dat de gemeente ƒ3000 per jaar gaan kosten. Geelhoed spreekt hierover zijn blijdschap uit, gevolgd door alle andere fracties. De vergoedingen voor de leden van de stembureau's worden trendmatig verhoogd en een verordening op besmettelijke zieken- rechten wordt hierna vastgesteld. Hierna wordt een krediet van 125.000 verleend voor de uitbreiding van de par keergelegenheid in de omgeving van de camping. Vooraleer echter dit werd ver leend zegt De Looff, dat anderhalf jaar geleden dit ook al in de raad is geweest en toen niet is doorgegaan. Dat is winst geweest voor de gemeente. De aanleg is nu goedkoper geworden en er komen 22 plaatsen méér bij. Hij vindt dit een goede verbetering en een juist voorstel. Ook Boot vindt dit een goede zaak. Er is al veel te lang mee gewacht. Hij vraagt verder hoe men aan de 20% kosten voor de camping komt. Ook mevr. Van Oeveren vindt het een goede aanzet en de 80-20% een redelijke verdeling, hetgeen ook Blan kenstijn vindt. Wethouder Welleman zegt dat met de aanleg spoed betracht zal worden om alles vóór het seizoen klaar te hebben. Hij hoopt dat er goed gegokt wordt en dat de goed keuring van GS spoedig zal afkomen. De parkeerplaatsen en wegverbreding, zo zegt de voorzitter, zijn er niet alleen voor de camping, maar ook de woonboten maken er een gebruik van. Het bevordert tevens de toegankelijkheid van het Veerse Meer. Ten aanzien van het nu volgende punt op de agenda: beheer zwembad, was daarbij onderstaande toelichting verschenen: Reeds een aantal jaren bestaan klachten en ontevredenheid over de toestand van het zwembad te Kortgene. Meermalen is gedacht over de mogelijkheden om te komen tot verbetering van die toestand, doch tot he den moest het bij gedachten blijven. Het seizoen staat weer voor de deur en opnieuw moet worden bekeken wat gedaan moet worden. Het is bekend, dat de vloer van het bad een slechte kwaliteit heeft en elk jaar reparaties vraagt. Tijdens het zwemseizoen vallen gaten in de vloer, waar door modder omhoog wordt geperst, het geen verontreiniging van het water tenge volge heeft. Verder ontstaat verontreiniging door algen. De wateroppervlakte van het bad, onge veer 3500 m2, is eigenlijk te groot, de vormgeving wordt niet zo ideaal gevonden en de veiligheidsvoorzieningen zijn niet op timaal. Tenslotte dient de toilet- en kleed gelegenheid verbeterd te worden. Wij hebben de Technische Dienstver zocht ons van advies te dienen met betrek king tot dit bad. De Dienst heeft een rap port uitgebracht waarin de diverse moge lijkheden zijn opgesomd en toegelicht. Zou als uitgangspunt worden genomen dat een eenvoudige zwemgelegenheid moet worden gecreëerd aldaar, een bad van normale af metingen, dan berekent de Dienst de daar aan verbonden kosten op ƒ685.000,— incl. BTW. Voor dat bedrag ontstaat dan een bad van 1040 m2 met een diepte van 0.30— 1.20 m. Het overblijvende deel van het huidige bad kan dienst blijven' doen als speelvijver, Het water in het bad zou Veerse Meerwater zijn. Het hier omschreven zwembad is welis waar een verbetering te noemen, doch geen optimale. Een dergelijk bad, met water uit het Veerse Meer gevuld, met alle bezwaren van dien, voor een prijs van ƒ685.000,— lijkt ons niet verdedigbaar. Indien gedacht moet worden over een betere oplossing, dan móet dat zijn de bouw van een nieuw zwembassin, met alle daar aan te stellen eisen. Daarbij behoort een filterinstallatie voor waterzuivering en chlo rering en een badmeesterspost, alsmede overige nodige ruimten. De daaraan ver bonden kosten komen neer op 1.275.000,- en bij verwarming van het water op 1.320.000,-. Het wat magere resultaat van de te dure eerste oplossing geeft ons aanleiding daar niet verder op door te gaan. Zou eventueel gedacht worden in de rich ting van een nieuw bassin dan zijn wij met de Dienst van mening, dat dat wel een goede oplossing biedt, doch dat de situering dan niet zo aanspreekt. Als een dergelijk groot bedrag beschikbaar zou komen voor een openluchtbad, dan moet een situering nabij een kern veel gunstiger worden ge acht. Een dergelijke vraag moet afzonderlijk en in relatie tot andere wensen worden bestudeerd. Het laat zich echter aanzien, dat een dergelijke grote investering zonder subsidie niet haalbaar is. Blijft over de vraag, wat dan te doen met het bestaande zwembad, dat eigenlijk nog nauwelijks de naam zwembad mag hebben. Een mogelijkheid is de gehele kuip in te richten als speelvijver, door een zandaan- vulling aan te brengen, zodat de diepte maximaal 0.50 m wordt. Voorzieningen voor waterverversing is nodig. De totale kosten worden begroot op 58.000,—, incl. BTW en directiekosten. Een andere moge lijkheid is de vloer en de onderwatertaluds- te voorzien van een laag grindasfaltbeton. Deze oplossing kost naar raming ƒ87.000, Alles overziende hebben wij de laatste oplossing als de beste gekozen. Inmiddels is nader overwogen hoe het gebruik van het bad is, zeker nadat er een speelvijver van zal zijn gemaakt. Wij zijn tot de conclusie gekomen dat het bad hoofdzakelijk wordt gebruikt door gasten op de camping en, voor wat betreft de speelvijver, door kinderen, die op de cam ping verblijven. Deze overwegingen hebben er toe geleid u voor te stellen het zwembad niet langer te laten exploiteren door de gemeente, doch deze exploitatie onder te brengen bij de camping. Wij achten dit een reële aan passing aan de gegroeide praktijk. Gezien het feit, dat het zwembad niet als zwembad is te betitelen en overdracht alleen kan plaatsvinden onder voorwaarde, dat het maken van de speelvijver ten laste van de camping komt, ware de overdracht om niet plaats te doen vinden. Dat houdt in, dat de gemeente de kapitaallasten van de vroe gere investering voor haar rekening blijft nemen. Dit is overigens aanvaardbaar als we bedenken, dat alle overige exploitatie kosten voortaan voor rekening van de cam ping komen en de gemeente dus van die last wordt ontheven. Bovendien blijft er een zwemgelegenheid bestaan in het Veerse Meer, hetgeen op zich belangrijk is. Thans drukt het zwembad voor plm. 15.000,— op de gewone dienst; na overdracht, wordt dat 7.388,14 (zie de volgnrs. 17300 en 46000 van de be groting). De uit de overdracht voor de camping voortvloeiende kosten gebaseerd op de werkelijke cijfers van afgelopen jaren en de begroting voor 1978 zijn als volgt te ramen: kosten onderhoud terrein en gebouwen, wateronderzoek en energie 5.500,— Niet meer van de gemeente te ontvangen bijdrage in de personeelskosten wegens werk door het campingpersoneel ten behoeve van het bad 5.500,— Rente en afschrijving van de investering voor het maken van de speelvijver ad 87.000,— 8l/z% is 5.800,—, aflossing in 15 jaar is per jaar ƒ7.395,—; samen ƒ13.195,— totaal ƒ24.195,—. Af: te innen toegangsgelden wegens kaart verkoop, die anders voor de gemeente plaats vond ƒ2.500,—; niet meer aan de gemeente te betalen bijdrage wegens gebruik bad door gasten ƒ12,000,— samen ƒ14.500,—. Blijft behoudens latere herziening van entreegelden ten laste van de camping 9.695,— of afgerond ƒ10.000,—. De last past in de begroting voor 1978 van de camping. Samenvattend stellen wij u voor het be heer van de zwemgelegenheid te Kortgene volledig onder te brengen bij 'de camping, zulks om niet en onder voorwaarde dat: a. het bestaande bad wordt omgevormd tot een speelvijver, zoals hiervoor omschre ven, en u het daarvoor benodigde krediet van 87.000,— beschikbaar stelt; b. de kapitaallasten van deze investering volledig ten laste van de camping komen; c. de speelvijver openbaar blijft, evenals het buitenbad; b. de tarieven voor toegang tot deze voorziening door uw raad worden vast gesteld. Dit onderwerp is zowel in de financiële commissie als in de werkgroep camping aan de orde geweest; resulterend in posi tieve adviezen. Filius zegt naar aanleiding hiervan, dat er weinig over te zeggen valt, of dat er een boek vol over te schrijven is. Hij con stateert enige verschillen in de begeleidings brief en de begroting, waarop de voorzitter zegt, dat een begroting geschat wordt en dat de bedragen in de begeleidingsbrief de werkelijkheid zo nauwkeurig mogelijk weergeven. Boot gaat met het voorstel van b. en w. akkoord en vraagt of het college de vinger aan de pols wil houden voor het verkrijgen van subsidie. In zo'n recreatieve gemeente als Kortgene behoort toch een zwembad te zijn. Ook mevr. Van Oeveren vindt het een redelijk voorstel, zeker ook voor de eigen inwoners. Blankenstijn vindt het zwembad een af gang. Waarom niet helemaal overgedaan aan de camping? U zegt wel, dat het hoofd zakelijk gebruikt wordt voor de recreatie, maar hij wil toch dat het openbaar blijft. Waarom schenken aan de camping? zo vraagt de voorzitter. Je zult het maar krij gen. Want de lasten worden zoveel hoger. Deze overdracht brengt voor de gemeente een voordeeltje van plm. 10.000,Wan neer dit hoger werd opgeschroefd, zou het een onbillijkheid tegenover de camping betekenen. De toegankelijkheid blijft open baar, daar bestaat geen misverstand over. Tot slot vraagt mevr. Van Oeveren nog om een goed onderhoud van het buitenbad en een goede afbakening. In het volgend nummer zullen wij de rest van de agenda behandelen. TV|M|r jog lictBedrijfsotapJiMeea.

Krantenbank Zeeland

Noord-Bevelands Nieuws- en advertentieblad | 1978 | | pagina 2