LEVEN IN VREDE
wijkverpleging
Predikbeurten
voor a.s. moeders:
verkrijgbaar bij babyhuis
475.000 jaar
de oorlog is nog jong.
Betere ondernemers in grotere winkels
huisvrouw neemt service over.
Goed ademhalen is een kunst
Gevonden voorwerpen
Weekenddienst en
avond- en nachtdienst
4 en 5 juni
J. Heijboer, Zuidstraat 11,
Wissenkerke, tel. 01107 - 4 47.
WEEKENDDIENST
voor Noord-Beveland
van vrijdagavond 7 uur tot
maandagmorgen.
Klein Wassink, Tel. 01199-304
en
Van Arkel, Tel. 01107-318.
Spreekuur 's zaterdags en
zondags van 11.00—11.30 uur.
WATERSTANDEN
geldig voor
J| de noordkust
ïl van
Noord-Beveland
JUNI
hoogwater
3 vrijdag
4.06
16.27
4 zaterdag
4.53
17.13
5 zondag
5.43
18.01
6 maandag
6.31
18.47
7 dinsdag
7.25
19.37
8 woensdag
8.45
20.36
9 donderdag
9.26
21.43
Voor zondag 5 juni 1977.
Ned. Herv. Kerk Colijnsplaat
10 uur ds. Zoethout en 2.30
uur gec. in Herv. Kerk, ds.
Hofland van Vrouwenpolder.
Ned. Herv. Kerk Kamperland
9.30 uur gez. dienst Ger. Kerk,
ds. Ph. M. Becht (m.m.v. Zon
dagsschool) en 2.30 uur gez.
dienst Herv. Kerk, ds. Arens-
man.
Ned. Herv. Kerk Kats
10.30 uur ds. Delfos van
's Heer Arendskerke.
Ned. Herv. Kerk Kortgene
10.30 uur ds. A. M. Attema
uit Kats (openb. belijdenis,
extra coll. kerkvoogdij).
Ned. Herv. Kerk Wissenkerke
10 uur ds. F. W. Dillingh van
Bergen op Zoom en 2.30 uur
ds. J. Blok van Baarland,
's Morgens crèche.
Ned. Herv. Kerk Geersdijk
10 uur ds. J. L. Leestemaker
en 2.30 uur ds. J. L. Leeste
maker, voorber. H. A., gec.
in de Geref. Kerk.
Geref. Kerk Kamperland
9.30 uur gec. in de Ger. Kerk,
ds. Becht en 2.30 uur gec. in
de Herv. Kerk, themadienst
„God en het lijden", ds. J. G.
Arensman.
Geref. Kerk Colijnsplaat
10.30 uur dhr. Hondius uit
Souburg en 2.30 uur ds. P. J.
Hofland uit Vrouwenpolder.
Geref. Kerk Geersdijk
10 uur ds. A. P. Heiner en
2.30 uur ds. Leestemaker.
Geref. Kerk Wissenkerke
Gec. in de Herv. kerk. 10 uur
ds. F. W. Dillingh uit Bergen
op Zoom en 2.30 uur ds. J.
Blok uit Baarland (coll kerk).
Geref. Kerk Vrijgemaakt
Dienst in het Casembroothuis.
9.30 uur ds. R. T. Urban en
16.30 uur ds. W. Pouwelse.
Oud Ger. Kerk Kamperland.
D.v. woensdag 8 juni 1977:
7.30 uur ds. J. Schinkelshoek
van Kampen.
Geref. Gemeente Kamperland
10 en 5 uur leesdienst.
Geref. Gemeente Colijnsplaat
10 en 4 uur leesdienst.
Geref. Gemeente Kortgene
9.00, 3.00 en 6.30 uur lees
dienst.
R.K. Toeristenkerk Kamperland
10 uur bij „De Molenhoek".
Goes R.K. Parochiekerk
Zaterdag 19 uur. Zondag 8.30
en 10 uur (Latijnse hoogmis).
De Hoogte, Populierenstraat.
Zondag 11.30 uur.
Bereikbaar in de weekends
Stichting voor Jeugd en
Gezin in Zeeland,
Adviesburo voor jongeren en
ouders, Londensekaai 39, Mid
delburg, Tel. 01180-2 85 55.
ook in het weekend.
Anton de Haze
Liès de Haze -
Leendertse
hopen op 11 juni a.s.
hun 25-jarig huwe
lijksfeest te vieren.
Wij houden receptie
van 6-8 uur in het
Jhr. Mr. de Casem
broothuis te Kam
perland.
Mede namens kinderen
en kleinkinderen wil ik
u hartelijk dankzeggen
voor het betoonde mede
leven bij het heengaan
van mijn lieve vrouw
Suzanna Elisabeth
Salomé.
Namens de familie:
L. D. van Damme.
Kortgene, mei 1977.
Wilhelminastraat 52.
Rectificatie.
Voor de belangstelling,
het fruit, de bloemen en
de vele kaarten die ik
tijdens mijn verblijf in
het ziekenhuis en bij mijn
thuiskomst mocht ontvan
gen zeg ik u allen har
telijk dank.
T. C. Beye - Hage.
Bij ons vertrek uit Kort
gene groeten wij alle
vrienden en bekenden.
Verder zeggen wij alle
abonnementen en dona
ties op.
Fam. A. Breur.
Valkenlaan 12, Kortgene.
Met hartelijke dank voor
uw betoonde belangstel
ling en medeleven tijdens
mijn verblijf in het zie
kenhuis en bij mijn thuis
komst.
M. v. d. Berge.
Kats, juni 1977.
Geef voor Vaderdag:
„Colijnsplaat in oude ansichten", deel 2
of
„Kamperland in oude ansichten", deel 2.
Prijs: ƒ26,90.
Uitgever: DE ZEEUWSE BOEKHANDEL,
Postbus 30, Zierikzee, Telefoon 01110-27 54.
POSITIEBEHA'S VOEDINGSBEHA'S
(ook steriele inleggers hiervoor).
GYMNASTIEKMAILLOTS
POS. PANTY'S POS. PANTY NYLONS
POS. SLIPJES POS. ONDERJURKEN
TEVENS POSITIE BADPAKKEN
Langeviele 3 Middelburg
We weten zo langzamerhand wel wat
oorlog is, vooral de ouderen onder ons
kunnen er over meepraten en tegenwoordig
is het geworden tot een technisch geper
fectioneerde vorm van massavernietiging,
waarvan geen zinnig mens ter wereld hoopt,
dat deze ooit in zijn totale vorm over
ons zal uitbarsten.
Velen wanhopen echter en menen, dat dit
verschrikkelijkste, vroeg of laat het lot
der mensheid zal worden en toch is dat
niet nodig, want de mens heeft bewezen,
dat hij inderdaad in staat is om in vrede
te leven. Niet minder dan 475.000 jaar
lang van de 500.000 jaar dat de mens
ongeveer op aarde rondloopt heeft hij
met zijn soortgenoten in vrede geleefd.
Het is pas van de laatste 25.000 jaar,
dat men van oorlog kan spreken.
Natuurlijk was er voor die tijd wel eens
sprake van twist tussen twee mensen,
maar onder oorlog dient men te verstaan
de georganiseerde strijd van grote groepen.
Aanvankelijk zo'n 500.000 jaar geleden
was de wereld maar uiterst dun bevolkt.
De eerste mensen waren eenvoudige jagers
en hun enige zorg bestond uit de strijd
om voedsel, zoals we dat ook zien bij
de dieren in de natuur. Het buikje moest
worden gevuld en men diende zichzelf en
zijn gezinsleden te bgveiligen tegen de
omringende dierenwereld. Voor mensen be
hoefde men niet bang te zijn, want die
zag men zelden. Gevaren kwamen slechts
van de dieren en die waren er in over
vloed, dus was het ook geen probleem
om voldoende voedsel te verschalken.
Aanvankelijk breidde de soort mens zich
niet zo sterk uit. Het harde leven liet dat
niet toe. De kindersterfte was zeer groot
en wie ouder werd behaalde toch maar
een zeer bescheiden gemiddelde levensduur.
De aanwas was dus gering en zo leefde
de mens betrekkelijk rustig voort, eeuw
in eeuw uit.
Toen de ijstijd kwam moest de mens
in het noorden terugtrekken voor de op
dringende ijsmassa's, maar de dieren trok
ken met hem. Zijn grond en leefgebied
werd kleiner doordat een belangrijk deel
van de wereld onder het ijs bedolven ge
raakte, hij ontmoette meer mensen, maar
dat was nog geen reden voor moeilijkheden,
want ook de dieren waren op een kleiner
gebied samengedrongen en er was dus
voedsel in overvloed. De mens uit die
periode woonde in kleine groepjes, meestal
gezinnen of families in grotten, men leefde
van de jacht.
In de periode tussen de oude en de
nieuwe steentijd werd de toestand voor
de mens moeilijker. Er bleven steeds minder
dieren over en verschillende soorten stierven
zelfs uit. De jager ging voor zijn voedsel
voorziening zijn heil elders zoeken en velen
trokken naar de kust, waar zij door vis
vangst probeerden in hun voedselbehoefte
te voorzien.
Die trek naar de kust en het overgaan
op de zeevisvangst luidt eigenlijk een to
tale ommekeer in. Er waren in de loop
der duizenden jaren steeds meer mensen
op aarde gekomen, dè dierenwereld was
door de jacht en andere omstandigheden
belangrijk geslonken en men moest dus
naar andere mogelijkheden gaan omzien.
Die vond men in de vorm van veeteelt en
landbouw. Men ging zich op een bepaalde
plaats vestigen en ging de grond bebouwen.
Het was afgelopen met het zomaar zoeken
van eetbare knollen en vruchten, de mens
nam zijn lot in eigen hand en ging die
gewassen die noodzakelijk waren voor de
voedselvoorziening zelf kweken. Omdat de
jacht ook steeds moeilijker werd, ging hij
ineigen beheer dieren fokken en werd
veetelér.
Vanaf die tijd begonnen de moeilijkheden.
Het ging de gevestigde veetelers en land
bouwers bijzonder goed. Zij hadden de
goede gronden maar voor het uitkiezen en
door hun gronden en de groeiende vee
stapels werden zij de „bezitters". De hen
nog omringende jagers die moeite hadden
door middel van een zwervend bestaan in
hun voedselbehoefte te voorzien, waren
eigenlijk de „niet-bezitters" en afgunstig
op de boeren. De strijd in georganiseerde
vorm ontbrandde in die tijd. De zwervende
jagersgroepen vielen boerderijen aan om
zich op die manier van voedsel te voorzien.
Dit bracht vele boeren er toe in groepen
bijeen te gaan wonen. Er ontstonden lang
zamerhand woonkernen, met daar omheen
landerijen, het eerste begin van dorpen
en steden en het was ook in die tijd dat
men voor het eerst overging tot bescher
mende maatregelen, zoals palissaden, wal
len en tenslotte muren om leven en bezit
tegen de vijand van buiten te beschermen.
Langzamerhand gingen ook de jagers
over tot het boerenbedrijf, maar toen ont
stonden er weer twisten óm goede bouw
en weidegronden.
Uit die tijd dateren ook graven, waarin
men skeletten vond, die duidelijk aantoon
den dat deze mens door strijdgewoel om
het leven was gekomen. Graven met tal
van lijken, die dezelfde verschijnselen ver
tonen, duiden er op, dat men hier te doen
heeft met slachtoffers van een georgani
seerde strijd. Hieruit zien we, dat bezit
en belangen de voornaamste rol spelen
bij het ontstaan van twist.
Ging het vroeger om weide- of land
bouwgronden, later ging het om handels
belangen en nog veel later, zoals in onze
tijd om ideologische faktoren, maar het
zijn en blijven altijd belangen die de mens
tot oorlog drijven.
Flet feit, dat de mens kans heeft gezien
om niet minder dan 475.000 jaar in vrede
te leven, toont aan, dat er een mogelijk
heid is, mits er voldoende leefmogelijkheid
is voor iedereen en wanneer een ieder
tevreden is. Van deze ideaaltoestand zijn
we momenteel nog ver verwijderd, maar
dat neemt niet weg, dat wanneer de mens
eenmaal verstandig wordt en er voor zorgt
zijn aarde voor een ieder goed leefbaar
te maken, ook de oorlog uitgebannen zal
zijn. Flet is een bijzonder fascinerende
mogelijkheid.
De snelle veranderingen in de maatschappij, die wij dynamiek noemen, heeft
ertoe geleid dat wij sinds het einde van de laatste oorlog enorme verande
ringen in de distributie hebben gezien, die het gehele winkelbestand bij voort
during op zijn grondvesten hebben doen schudden. De overwinning van het
autoverkeer is slechts één aspect van die structuurwijziging, die eigenlijk in
het algemeen bepaald wordt door een ongekende welvaartsgroei. Een sterke
inkomensgroei was de vrucht van onze economische inspanning en die groei
bracht het winkelbedrijf in de stroomversnelling van gedragen verkoopsyste
men naar massadistributie. Maar daar bleef het niet bij want ook in de
voorkeursschalen van de consumenten traden enorme veranderingen op.
Eerst waren de voedingsmiddelen favoriet. Nog in 1960 werd ruim 37%
van de totale bestedingen aan voedings- en genotmiddelen uitgegeven. Nu
is dat percentage tot ongeveer 20% gedaald, maar dat wil niet zeggen dat
het absolute bedrag aan uitgaven voor eten en drinken is gedaald. Daarnaast
zijn andere favoriete bestedingen gekomen voor duurzame consumptiemiddelen
en voor recreatieve doeleinden.
Ander maatschappelijk patroon.
De laatste hebben nu procentueel de kop
genomen en zullen die voorlopig niet meer
afstaan. Vermoedelijk wordt die sterke
beweging in de consumptie veroorzaakt
door het stijgende ontwikkelingspeil bij
grote groepen van de bevolking. Ook die
moeten wij niet geïsoleerd zien van andere
factoren. Zien wij eens naar het toenemen
van het verkeer ais vorm van communicatie
naast vele andere manieren waarop mensen
nu in aanraking komen met een andere
omgeving, met andere produkten, met
nieuwe gedachten.
De kleurenfilm, de televisie, de grammo
foonplaat, het zijn voor ieder van ons alle
daagse verschijnselen geworden zoals ook
de krant, die praktisch niemand meer hele
maal links laat liggen. Denken luidt tot
veranderingen. Vrouwen menen gelukkiger
te worden met minder kinderen en door
meer afwisseling in het werk te zoeken.
Zij gaan als gevolg daarvan na het huwelijk
buitenshuis werken. De gevolgen zijn echter
toch schokkend voor het gehele maatschap
pelijk patroon. Er worden minder artikelen
gevraagd voor kinderen, zoals babygoed en
kinderwagens. De drang om buitenshuis te
gaan eten neemt toe maar winkels verkopen
er minder voedsel door. De kledingverkoop
stijgt dan. Er is meer geld beschikbaar voor
reizen. De grotere beweeglijkheid van de
mensen bindt hen minder aan huis, zodat
ontbindende krachten het gezin verzwakken.
Daardoor lopen de gezinsuitgaven langs
andere wegen dan vroeger.
Er ontstaan meer afzonderlijke groepen
van consumenten, waar ook de gewijzigde
woonverhoudingen aan meewerken. Oude
mensen blijven alleen wonen. De rijpe jeugd
zoekt sneller een eigen kamer; de huwe
lijksband is verzwakt en leidt ertoe dat
meer mensen alleen gaan wonen. De me
dische wetenschap heeft winst geboekt en
verlengt het gemiddeld aantal levensjaren,
zodat de vergrijzing zichtbaar wordt. Het
aantal bejaarden reikt al naar 15% van
de bevolking, een groep consumenten waar
rekening mee moet worden gehouden.
Hogere eisen.
Aan de geschetste structuurwijziging van
de maatschappij is nog geen einde gekomen.
Ook de techniek draagt daar een dikke
steen toe bij. De steeds in perfectie toe
nemende koeltechniek schrijdt voort. De
verpakkingstechnologie mist zijn uitwerking
evenmin en de produktie wordt steeds meer
op doelmatigheid gericht.
Informatie en communicatie gepaard aan
een hoger ontwikkelingsniveau maakt de
mensen prijsbewust hetgeen niet wil zeggen
dat men altijd het goedkoopste wil, maar
de consument van nu stelt de hoogste eisen
aan het produkt en drukt de uitgaven door
produkt- en prijsvergelijking. Men heeft er
de tijd voor gekregen, want de gemiddelde
arbeidsduur daalt nog steeds.
Tegen dit turbulente beeld van veran
deringen moet het winkelapparaat zien het
vertrouwen van de consument te behouden.
Het heeft dit gedaan door in de loop
der jaren de distributie zoveel mogelijk te
verlagen. Dat is zover doorgevoerd dat nu
een van onze grootste winkelconcerns nog
geen cent per gulden omzet verdient en
toch overeind blijft dank zij de geweldige
massa omzetten. Uit dit voortschrijdende
beeld van economische dynamiek kan men
enkele lijnen zien die tot in een veraf ge
legen toekomst kunnen worden doorge
trokken.
De eerste lijn is die van de overwinning
van de massa-distributie. Bij het winkelbe
stand zullen hypermarkten, superstores, su
permarkten hun positie versterken. Er zul
len steeds meer gezinnen nodig zijn om
een enkele winkel renderend te doen
draaien. Deskundigen schatten dat daar nu
1.500 gezinnen voor nodig zijn. Twintig
jaar geleden was dat aantal nog 300. De
drang naar meer keus voor een bepaald
segment consumenten bevordert de drang
naar speciaalzaken. Maar om die in leven
te houden^moet er wel een groter aantal
consumenten van dezelfde soort in de buurt
zijn. Het is een wisselwerking.
De distributie.
Grote mensenmassa's maken de distributie
goedkoper, bevorderen de specialisatie en
dus de service voor de consument, die zich
op zijn beurt weer naar bevolkingsmassa's
verplaatst. Maar binnen de distributie vol
trekt zich een trek naar aan- en verkopen
van groter omvang. Men wint er tijd mee
door minder winkelbezoek en men koopt
goedkoper. De grotere uithuizigheid en de
stijgende kosten hebben het bezorgen maar
ook de klantenbinding goeddeels vernietigd.
Het verlenen van diensten wordt door de
verbruikers als aangenaam ervaren, maar
zodra de consument: ontdekt dat hij daar
flink voor moet betalen is hij bereid de eis
van service te laten vallen. Het gehele
patroon van dienstverlening is via de kos
tenstijging bezig van de detaillist over te
gaan in handen van de consumenten. Dat
begon bij het verwisselen van bezorgen
door halen. Dat schreed voort door het
vervangen van aanbiedingen in de winkel
door massa-display. Dat bereikte zijn vol
gende stadium in het doen van aankopen
in het groot en de voorraadvorming. De
kredietverlening door het winkelbedrijf is
vervangen door het consumentenkrediet van
de banken. De verbruiker gaat min of meer
zelf als winkelier optreden. Zijn vrije-tijds-
bestedingen en drang om het zelf te doen
helpen hem.
De dupe van deze ontwikkeling zijn de
bejaarden, de alleenstaanden en de hulp
behoevenden. Voor hen verdwijnen de buurt-
winkels, voor hen worden dorpen en ge
huchten moeilijk leefbaar door het ont
breken van ambachtshulp en winkelservice.
Het platteland toont ons deze ontwikkeling
nu reeds. De voltooiing ervan wordt ver
traagd door betere sociale voorzieningen
voor de kleine zakenman, die in de maak
zijn. Ook zullen oudere zakenmensen lan
ger kleine zaken kunnen exploiteren omdat
hen na hun 58ste jaar een minimum-in
komen wordt gegarandeerd. Fiscale facili
teiten zullen de weerbaarheid van de kleine
detailhandelseenheden doen toenemen. Wij
gaan echter naar een wereld met minder
winkels die groter zullen zijn en meer
onderneming kunnen worden genoemd.
De renovatie van het midden- en klein
bedrijf is in volle gang en zal niet zijn te
stuiten. De sociale gevolgen daarvan zullen
door nieuwe vormen van maatschappelijke
dienstverlening moeten worden opgevangen.
(Nadruk verboden).
Drs. A. van Mierlo.
Het grootste deel van het longvolume wordt meestal niet gebruikt.
Wie forse lichamelijke arbeid moet ver
richten, haalt diep adem en gebruikt zijn
longen voor het doel waarvoor hij ze heeft
gekregen. De tijd is voorbij, dat vrijwel
iedereen stevige lichamelijke arbeid moest
verrichten. Vroeger kwam vrijwel iedereen
wat dat betreft aan zijn portie, de man
op zijn werk en de vrouw in haar huis
houden, maar tegenwoordig ligt dit wel
anders.
Inspannende lichamelijke arbeid, waarbij
het nodig is om flink diep adem te halen,
is nog voor slechts weinigen een dagelijkse
zaak. Het grootste deel van de werkers
komt lichamelijk niet zodanig in aktie, dat
dit diepe ademhalen een noodzaak is.
Het grootste deel van ons haalt slechts
dunnetjes en oppervlakkig adem, want diep
ademhalen is niet nodig. Onze longen kun
nen ongeveer drie liter lucht bevatten en
met dit oppervlakkige ademhalen wordt er
per ademhaling meestal niet meer dan een
half litertje lucht ingenomen. Het komt er
op neer dat heel veel mensen vijfzesde deel
van hun longvolume meestal niet gebruiken.
Dat zegt wel iets. Op die manier blijven
er in de longen bepaalde gassen hangen
die we meevoeren als een soort vaste balast.
Deze gassen nemen longvolume in beslag
en op de plaatsen waar zij zich bevinden
vindt de zuurstofuitwisseling plaats. Het is
belangrijk dat de mens van deze ongezonde
manier van ademhalen afkomt. Dat is
mogelijk, wanneer men de moeite wil nemen
om een goede ademhaling te oefenen.
De rustige, oppervlakkige ademhaling
gaat met een frekwentie van ongeveer 14
tot 18 ademhalingen per minuut. Dat is
veel te veel. Men moet komen tot rustig
en diep in en uit ademen, waarbij het
gehele longvolume wordt gebruikt en waar
bij steeds weer de long geheel gevuld en
geleegd, wordt, waardoor er ook geen gas
sen achterblijven. Op die manier ademha
lend komt men tot een ademhaling van
slechts 6 tot 8 maal per minuut.
Sommige deskundigen zijn van mening dat
het roken een surrogaat is voor adem
halen. Veel verslaafde rokers zijn mensen,
die slecht ademhalen, terwijl lieden met
een mooie diepe ademhaling dikwijls geen
rokers zijn. Ook ziet men dat mensen die
hebben geleerd goed en diep te ademen,
het roken afleren of althans aanzienlijk
minder gaan roken.
Een goede diepe ademhaling maakt de
mens gezonder en dat is logisch. Er is
sprake van een aanzienlijk betere uit
wisseling van gassen en zuurstof. Meer zuur
stof betekent meer energie, meer verbran
ding voor het lichaam, voedsel voor alle
cellen, kortom een betere circulatie. Men
zich energieker voelt, minder snel is ver
moeid, men slaapt beter, kortom de licha
melijke prestaties worden beter. Dikwijls
ziet men kwalen verdwijnen en in het bij
zonder heeft goed ademhalen een gunstige
invloed op de ademhalingsorganen.
Om goed diep adem te halen, brengt men
de schouderbladen naar elkaar toe en zuigt
rustig de lucht in, terwijl men die schouder
bladen langzaam en geleidelijk weer naar
achteren brengt. Vervolgens Iaat men de
lucht weer heel langzaam en vooral rustig
ontsnappen. Een goede oefening is vier
tellen inademen en twaalf tellen uitademen
en dit regelmatig herhalen in een bepaalde
cadans. Bij lichamelijke inspanning zoals
traplopen of hardlopen, kan men in- en
uitademen op de cadans van het lopen.
Zoveel passen in- en zoveel passen uit
ademen. Daarbij doet men er voor het ritme
goed aan in- en uitademen even lang te
nemen. Rustig een trap beklimmend komt
men dan bijvoorbeeld aan een ritme van
twee treden in- en twee treden uitademen.
Bij rustig hardlopen vier passen in- en vier
passen uitademen. Vooral natuurlijk goed
diep uitademen.
Er zijn veel mensen, die ademhalings
oefeningen doen, voor het naar bed gaan.
Ze staan dan op het balkon van de slaap
kamer of voor het open raam, laten de
stilte op zich inwerken en doen in de frisse
avondlucht hun oefeningen. Het is gezond
en bevordert de slaap.
ïu- wil»
Op het groepsbureau der Rijkspolitie te
Kortgene, Bernhardstraat 20, zijn inlich
tingen te verkrijgen omtrent de volgende
gevonden voorwerpen:
1 paar zwarte handschoenen; 1 plastic
bruine handtas met inhoud; 1 medaille
BTV Jeugddag Molenzicht en metalen
kruisje; 1 bankbiljet van 25,1 brom
fietshelm; 1 zwarte handschoen; 1 oranje
sjaal; 1 geel etui met sleutels; 1 porte
monnee met inhoud; 1 dameshorloge; 1
honderiem met penningno. 717562; 1 aan
drijfas met koppeling; 1 jongensgymschoen;
150 kg kunstmest; 1 bankbiljet van ƒ25,—;
1 bruin etui met sleutels; 1 gele plastic
regenbroek; 1 zwarte damesfiets; 1 dames
polshorloge; 1 speelgoedpistool; 1 gym
schoen; 1 zak kalksalpeter.