LEVEN IN VREDE wijkverpleging Predikbeurten voor a.s. moeders: verkrijgbaar bij babyhuis 475.000 jaar de oorlog is nog jong. Betere ondernemers in grotere winkels huisvrouw neemt service over. Goed ademhalen is een kunst Gevonden voorwerpen Weekenddienst en avond- en nachtdienst 4 en 5 juni J. Heijboer, Zuidstraat 11, Wissenkerke, tel. 01107 - 4 47. WEEKENDDIENST voor Noord-Beveland van vrijdagavond 7 uur tot maandagmorgen. Klein Wassink, Tel. 01199-304 en Van Arkel, Tel. 01107-318. Spreekuur 's zaterdags en zondags van 11.00—11.30 uur. WATERSTANDEN geldig voor J| de noordkust ïl van Noord-Beveland JUNI hoogwater 3 vrijdag 4.06 16.27 4 zaterdag 4.53 17.13 5 zondag 5.43 18.01 6 maandag 6.31 18.47 7 dinsdag 7.25 19.37 8 woensdag 8.45 20.36 9 donderdag 9.26 21.43 Voor zondag 5 juni 1977. Ned. Herv. Kerk Colijnsplaat 10 uur ds. Zoethout en 2.30 uur gec. in Herv. Kerk, ds. Hofland van Vrouwenpolder. Ned. Herv. Kerk Kamperland 9.30 uur gez. dienst Ger. Kerk, ds. Ph. M. Becht (m.m.v. Zon dagsschool) en 2.30 uur gez. dienst Herv. Kerk, ds. Arens- man. Ned. Herv. Kerk Kats 10.30 uur ds. Delfos van 's Heer Arendskerke. Ned. Herv. Kerk Kortgene 10.30 uur ds. A. M. Attema uit Kats (openb. belijdenis, extra coll. kerkvoogdij). Ned. Herv. Kerk Wissenkerke 10 uur ds. F. W. Dillingh van Bergen op Zoom en 2.30 uur ds. J. Blok van Baarland, 's Morgens crèche. Ned. Herv. Kerk Geersdijk 10 uur ds. J. L. Leestemaker en 2.30 uur ds. J. L. Leeste maker, voorber. H. A., gec. in de Geref. Kerk. Geref. Kerk Kamperland 9.30 uur gec. in de Ger. Kerk, ds. Becht en 2.30 uur gec. in de Herv. Kerk, themadienst „God en het lijden", ds. J. G. Arensman. Geref. Kerk Colijnsplaat 10.30 uur dhr. Hondius uit Souburg en 2.30 uur ds. P. J. Hofland uit Vrouwenpolder. Geref. Kerk Geersdijk 10 uur ds. A. P. Heiner en 2.30 uur ds. Leestemaker. Geref. Kerk Wissenkerke Gec. in de Herv. kerk. 10 uur ds. F. W. Dillingh uit Bergen op Zoom en 2.30 uur ds. J. Blok uit Baarland (coll kerk). Geref. Kerk Vrijgemaakt Dienst in het Casembroothuis. 9.30 uur ds. R. T. Urban en 16.30 uur ds. W. Pouwelse. Oud Ger. Kerk Kamperland. D.v. woensdag 8 juni 1977: 7.30 uur ds. J. Schinkelshoek van Kampen. Geref. Gemeente Kamperland 10 en 5 uur leesdienst. Geref. Gemeente Colijnsplaat 10 en 4 uur leesdienst. Geref. Gemeente Kortgene 9.00, 3.00 en 6.30 uur lees dienst. R.K. Toeristenkerk Kamperland 10 uur bij „De Molenhoek". Goes R.K. Parochiekerk Zaterdag 19 uur. Zondag 8.30 en 10 uur (Latijnse hoogmis). De Hoogte, Populierenstraat. Zondag 11.30 uur. Bereikbaar in de weekends Stichting voor Jeugd en Gezin in Zeeland, Adviesburo voor jongeren en ouders, Londensekaai 39, Mid delburg, Tel. 01180-2 85 55. ook in het weekend. Anton de Haze Liès de Haze - Leendertse hopen op 11 juni a.s. hun 25-jarig huwe lijksfeest te vieren. Wij houden receptie van 6-8 uur in het Jhr. Mr. de Casem broothuis te Kam perland. Mede namens kinderen en kleinkinderen wil ik u hartelijk dankzeggen voor het betoonde mede leven bij het heengaan van mijn lieve vrouw Suzanna Elisabeth Salomé. Namens de familie: L. D. van Damme. Kortgene, mei 1977. Wilhelminastraat 52. Rectificatie. Voor de belangstelling, het fruit, de bloemen en de vele kaarten die ik tijdens mijn verblijf in het ziekenhuis en bij mijn thuiskomst mocht ontvan gen zeg ik u allen har telijk dank. T. C. Beye - Hage. Bij ons vertrek uit Kort gene groeten wij alle vrienden en bekenden. Verder zeggen wij alle abonnementen en dona ties op. Fam. A. Breur. Valkenlaan 12, Kortgene. Met hartelijke dank voor uw betoonde belangstel ling en medeleven tijdens mijn verblijf in het zie kenhuis en bij mijn thuis komst. M. v. d. Berge. Kats, juni 1977. Geef voor Vaderdag: „Colijnsplaat in oude ansichten", deel 2 of „Kamperland in oude ansichten", deel 2. Prijs: ƒ26,90. Uitgever: DE ZEEUWSE BOEKHANDEL, Postbus 30, Zierikzee, Telefoon 01110-27 54. POSITIEBEHA'S VOEDINGSBEHA'S (ook steriele inleggers hiervoor). GYMNASTIEKMAILLOTS POS. PANTY'S POS. PANTY NYLONS POS. SLIPJES POS. ONDERJURKEN TEVENS POSITIE BADPAKKEN Langeviele 3 Middelburg We weten zo langzamerhand wel wat oorlog is, vooral de ouderen onder ons kunnen er over meepraten en tegenwoordig is het geworden tot een technisch geper fectioneerde vorm van massavernietiging, waarvan geen zinnig mens ter wereld hoopt, dat deze ooit in zijn totale vorm over ons zal uitbarsten. Velen wanhopen echter en menen, dat dit verschrikkelijkste, vroeg of laat het lot der mensheid zal worden en toch is dat niet nodig, want de mens heeft bewezen, dat hij inderdaad in staat is om in vrede te leven. Niet minder dan 475.000 jaar lang van de 500.000 jaar dat de mens ongeveer op aarde rondloopt heeft hij met zijn soortgenoten in vrede geleefd. Het is pas van de laatste 25.000 jaar, dat men van oorlog kan spreken. Natuurlijk was er voor die tijd wel eens sprake van twist tussen twee mensen, maar onder oorlog dient men te verstaan de georganiseerde strijd van grote groepen. Aanvankelijk zo'n 500.000 jaar geleden was de wereld maar uiterst dun bevolkt. De eerste mensen waren eenvoudige jagers en hun enige zorg bestond uit de strijd om voedsel, zoals we dat ook zien bij de dieren in de natuur. Het buikje moest worden gevuld en men diende zichzelf en zijn gezinsleden te bgveiligen tegen de omringende dierenwereld. Voor mensen be hoefde men niet bang te zijn, want die zag men zelden. Gevaren kwamen slechts van de dieren en die waren er in over vloed, dus was het ook geen probleem om voldoende voedsel te verschalken. Aanvankelijk breidde de soort mens zich niet zo sterk uit. Het harde leven liet dat niet toe. De kindersterfte was zeer groot en wie ouder werd behaalde toch maar een zeer bescheiden gemiddelde levensduur. De aanwas was dus gering en zo leefde de mens betrekkelijk rustig voort, eeuw in eeuw uit. Toen de ijstijd kwam moest de mens in het noorden terugtrekken voor de op dringende ijsmassa's, maar de dieren trok ken met hem. Zijn grond en leefgebied werd kleiner doordat een belangrijk deel van de wereld onder het ijs bedolven ge raakte, hij ontmoette meer mensen, maar dat was nog geen reden voor moeilijkheden, want ook de dieren waren op een kleiner gebied samengedrongen en er was dus voedsel in overvloed. De mens uit die periode woonde in kleine groepjes, meestal gezinnen of families in grotten, men leefde van de jacht. In de periode tussen de oude en de nieuwe steentijd werd de toestand voor de mens moeilijker. Er bleven steeds minder dieren over en verschillende soorten stierven zelfs uit. De jager ging voor zijn voedsel voorziening zijn heil elders zoeken en velen trokken naar de kust, waar zij door vis vangst probeerden in hun voedselbehoefte te voorzien. Die trek naar de kust en het overgaan op de zeevisvangst luidt eigenlijk een to tale ommekeer in. Er waren in de loop der duizenden jaren steeds meer mensen op aarde gekomen, dè dierenwereld was door de jacht en andere omstandigheden belangrijk geslonken en men moest dus naar andere mogelijkheden gaan omzien. Die vond men in de vorm van veeteelt en landbouw. Men ging zich op een bepaalde plaats vestigen en ging de grond bebouwen. Het was afgelopen met het zomaar zoeken van eetbare knollen en vruchten, de mens nam zijn lot in eigen hand en ging die gewassen die noodzakelijk waren voor de voedselvoorziening zelf kweken. Omdat de jacht ook steeds moeilijker werd, ging hij ineigen beheer dieren fokken en werd veetelér. Vanaf die tijd begonnen de moeilijkheden. Het ging de gevestigde veetelers en land bouwers bijzonder goed. Zij hadden de goede gronden maar voor het uitkiezen en door hun gronden en de groeiende vee stapels werden zij de „bezitters". De hen nog omringende jagers die moeite hadden door middel van een zwervend bestaan in hun voedselbehoefte te voorzien, waren eigenlijk de „niet-bezitters" en afgunstig op de boeren. De strijd in georganiseerde vorm ontbrandde in die tijd. De zwervende jagersgroepen vielen boerderijen aan om zich op die manier van voedsel te voorzien. Dit bracht vele boeren er toe in groepen bijeen te gaan wonen. Er ontstonden lang zamerhand woonkernen, met daar omheen landerijen, het eerste begin van dorpen en steden en het was ook in die tijd dat men voor het eerst overging tot bescher mende maatregelen, zoals palissaden, wal len en tenslotte muren om leven en bezit tegen de vijand van buiten te beschermen. Langzamerhand gingen ook de jagers over tot het boerenbedrijf, maar toen ont stonden er weer twisten óm goede bouw en weidegronden. Uit die tijd dateren ook graven, waarin men skeletten vond, die duidelijk aantoon den dat deze mens door strijdgewoel om het leven was gekomen. Graven met tal van lijken, die dezelfde verschijnselen ver tonen, duiden er op, dat men hier te doen heeft met slachtoffers van een georgani seerde strijd. Hieruit zien we, dat bezit en belangen de voornaamste rol spelen bij het ontstaan van twist. Ging het vroeger om weide- of land bouwgronden, later ging het om handels belangen en nog veel later, zoals in onze tijd om ideologische faktoren, maar het zijn en blijven altijd belangen die de mens tot oorlog drijven. Flet feit, dat de mens kans heeft gezien om niet minder dan 475.000 jaar in vrede te leven, toont aan, dat er een mogelijk heid is, mits er voldoende leefmogelijkheid is voor iedereen en wanneer een ieder tevreden is. Van deze ideaaltoestand zijn we momenteel nog ver verwijderd, maar dat neemt niet weg, dat wanneer de mens eenmaal verstandig wordt en er voor zorgt zijn aarde voor een ieder goed leefbaar te maken, ook de oorlog uitgebannen zal zijn. Flet is een bijzonder fascinerende mogelijkheid. De snelle veranderingen in de maatschappij, die wij dynamiek noemen, heeft ertoe geleid dat wij sinds het einde van de laatste oorlog enorme verande ringen in de distributie hebben gezien, die het gehele winkelbestand bij voort during op zijn grondvesten hebben doen schudden. De overwinning van het autoverkeer is slechts één aspect van die structuurwijziging, die eigenlijk in het algemeen bepaald wordt door een ongekende welvaartsgroei. Een sterke inkomensgroei was de vrucht van onze economische inspanning en die groei bracht het winkelbedrijf in de stroomversnelling van gedragen verkoopsyste men naar massadistributie. Maar daar bleef het niet bij want ook in de voorkeursschalen van de consumenten traden enorme veranderingen op. Eerst waren de voedingsmiddelen favoriet. Nog in 1960 werd ruim 37% van de totale bestedingen aan voedings- en genotmiddelen uitgegeven. Nu is dat percentage tot ongeveer 20% gedaald, maar dat wil niet zeggen dat het absolute bedrag aan uitgaven voor eten en drinken is gedaald. Daarnaast zijn andere favoriete bestedingen gekomen voor duurzame consumptiemiddelen en voor recreatieve doeleinden. Ander maatschappelijk patroon. De laatste hebben nu procentueel de kop genomen en zullen die voorlopig niet meer afstaan. Vermoedelijk wordt die sterke beweging in de consumptie veroorzaakt door het stijgende ontwikkelingspeil bij grote groepen van de bevolking. Ook die moeten wij niet geïsoleerd zien van andere factoren. Zien wij eens naar het toenemen van het verkeer ais vorm van communicatie naast vele andere manieren waarop mensen nu in aanraking komen met een andere omgeving, met andere produkten, met nieuwe gedachten. De kleurenfilm, de televisie, de grammo foonplaat, het zijn voor ieder van ons alle daagse verschijnselen geworden zoals ook de krant, die praktisch niemand meer hele maal links laat liggen. Denken luidt tot veranderingen. Vrouwen menen gelukkiger te worden met minder kinderen en door meer afwisseling in het werk te zoeken. Zij gaan als gevolg daarvan na het huwelijk buitenshuis werken. De gevolgen zijn echter toch schokkend voor het gehele maatschap pelijk patroon. Er worden minder artikelen gevraagd voor kinderen, zoals babygoed en kinderwagens. De drang om buitenshuis te gaan eten neemt toe maar winkels verkopen er minder voedsel door. De kledingverkoop stijgt dan. Er is meer geld beschikbaar voor reizen. De grotere beweeglijkheid van de mensen bindt hen minder aan huis, zodat ontbindende krachten het gezin verzwakken. Daardoor lopen de gezinsuitgaven langs andere wegen dan vroeger. Er ontstaan meer afzonderlijke groepen van consumenten, waar ook de gewijzigde woonverhoudingen aan meewerken. Oude mensen blijven alleen wonen. De rijpe jeugd zoekt sneller een eigen kamer; de huwe lijksband is verzwakt en leidt ertoe dat meer mensen alleen gaan wonen. De me dische wetenschap heeft winst geboekt en verlengt het gemiddeld aantal levensjaren, zodat de vergrijzing zichtbaar wordt. Het aantal bejaarden reikt al naar 15% van de bevolking, een groep consumenten waar rekening mee moet worden gehouden. Hogere eisen. Aan de geschetste structuurwijziging van de maatschappij is nog geen einde gekomen. Ook de techniek draagt daar een dikke steen toe bij. De steeds in perfectie toe nemende koeltechniek schrijdt voort. De verpakkingstechnologie mist zijn uitwerking evenmin en de produktie wordt steeds meer op doelmatigheid gericht. Informatie en communicatie gepaard aan een hoger ontwikkelingsniveau maakt de mensen prijsbewust hetgeen niet wil zeggen dat men altijd het goedkoopste wil, maar de consument van nu stelt de hoogste eisen aan het produkt en drukt de uitgaven door produkt- en prijsvergelijking. Men heeft er de tijd voor gekregen, want de gemiddelde arbeidsduur daalt nog steeds. Tegen dit turbulente beeld van veran deringen moet het winkelapparaat zien het vertrouwen van de consument te behouden. Het heeft dit gedaan door in de loop der jaren de distributie zoveel mogelijk te verlagen. Dat is zover doorgevoerd dat nu een van onze grootste winkelconcerns nog geen cent per gulden omzet verdient en toch overeind blijft dank zij de geweldige massa omzetten. Uit dit voortschrijdende beeld van economische dynamiek kan men enkele lijnen zien die tot in een veraf ge legen toekomst kunnen worden doorge trokken. De eerste lijn is die van de overwinning van de massa-distributie. Bij het winkelbe stand zullen hypermarkten, superstores, su permarkten hun positie versterken. Er zul len steeds meer gezinnen nodig zijn om een enkele winkel renderend te doen draaien. Deskundigen schatten dat daar nu 1.500 gezinnen voor nodig zijn. Twintig jaar geleden was dat aantal nog 300. De drang naar meer keus voor een bepaald segment consumenten bevordert de drang naar speciaalzaken. Maar om die in leven te houden^moet er wel een groter aantal consumenten van dezelfde soort in de buurt zijn. Het is een wisselwerking. De distributie. Grote mensenmassa's maken de distributie goedkoper, bevorderen de specialisatie en dus de service voor de consument, die zich op zijn beurt weer naar bevolkingsmassa's verplaatst. Maar binnen de distributie vol trekt zich een trek naar aan- en verkopen van groter omvang. Men wint er tijd mee door minder winkelbezoek en men koopt goedkoper. De grotere uithuizigheid en de stijgende kosten hebben het bezorgen maar ook de klantenbinding goeddeels vernietigd. Het verlenen van diensten wordt door de verbruikers als aangenaam ervaren, maar zodra de consument: ontdekt dat hij daar flink voor moet betalen is hij bereid de eis van service te laten vallen. Het gehele patroon van dienstverlening is via de kos tenstijging bezig van de detaillist over te gaan in handen van de consumenten. Dat begon bij het verwisselen van bezorgen door halen. Dat schreed voort door het vervangen van aanbiedingen in de winkel door massa-display. Dat bereikte zijn vol gende stadium in het doen van aankopen in het groot en de voorraadvorming. De kredietverlening door het winkelbedrijf is vervangen door het consumentenkrediet van de banken. De verbruiker gaat min of meer zelf als winkelier optreden. Zijn vrije-tijds- bestedingen en drang om het zelf te doen helpen hem. De dupe van deze ontwikkeling zijn de bejaarden, de alleenstaanden en de hulp behoevenden. Voor hen verdwijnen de buurt- winkels, voor hen worden dorpen en ge huchten moeilijk leefbaar door het ont breken van ambachtshulp en winkelservice. Het platteland toont ons deze ontwikkeling nu reeds. De voltooiing ervan wordt ver traagd door betere sociale voorzieningen voor de kleine zakenman, die in de maak zijn. Ook zullen oudere zakenmensen lan ger kleine zaken kunnen exploiteren omdat hen na hun 58ste jaar een minimum-in komen wordt gegarandeerd. Fiscale facili teiten zullen de weerbaarheid van de kleine detailhandelseenheden doen toenemen. Wij gaan echter naar een wereld met minder winkels die groter zullen zijn en meer onderneming kunnen worden genoemd. De renovatie van het midden- en klein bedrijf is in volle gang en zal niet zijn te stuiten. De sociale gevolgen daarvan zullen door nieuwe vormen van maatschappelijke dienstverlening moeten worden opgevangen. (Nadruk verboden). Drs. A. van Mierlo. Het grootste deel van het longvolume wordt meestal niet gebruikt. Wie forse lichamelijke arbeid moet ver richten, haalt diep adem en gebruikt zijn longen voor het doel waarvoor hij ze heeft gekregen. De tijd is voorbij, dat vrijwel iedereen stevige lichamelijke arbeid moest verrichten. Vroeger kwam vrijwel iedereen wat dat betreft aan zijn portie, de man op zijn werk en de vrouw in haar huis houden, maar tegenwoordig ligt dit wel anders. Inspannende lichamelijke arbeid, waarbij het nodig is om flink diep adem te halen, is nog voor slechts weinigen een dagelijkse zaak. Het grootste deel van de werkers komt lichamelijk niet zodanig in aktie, dat dit diepe ademhalen een noodzaak is. Het grootste deel van ons haalt slechts dunnetjes en oppervlakkig adem, want diep ademhalen is niet nodig. Onze longen kun nen ongeveer drie liter lucht bevatten en met dit oppervlakkige ademhalen wordt er per ademhaling meestal niet meer dan een half litertje lucht ingenomen. Het komt er op neer dat heel veel mensen vijfzesde deel van hun longvolume meestal niet gebruiken. Dat zegt wel iets. Op die manier blijven er in de longen bepaalde gassen hangen die we meevoeren als een soort vaste balast. Deze gassen nemen longvolume in beslag en op de plaatsen waar zij zich bevinden vindt de zuurstofuitwisseling plaats. Het is belangrijk dat de mens van deze ongezonde manier van ademhalen afkomt. Dat is mogelijk, wanneer men de moeite wil nemen om een goede ademhaling te oefenen. De rustige, oppervlakkige ademhaling gaat met een frekwentie van ongeveer 14 tot 18 ademhalingen per minuut. Dat is veel te veel. Men moet komen tot rustig en diep in en uit ademen, waarbij het gehele longvolume wordt gebruikt en waar bij steeds weer de long geheel gevuld en geleegd, wordt, waardoor er ook geen gas sen achterblijven. Op die manier ademha lend komt men tot een ademhaling van slechts 6 tot 8 maal per minuut. Sommige deskundigen zijn van mening dat het roken een surrogaat is voor adem halen. Veel verslaafde rokers zijn mensen, die slecht ademhalen, terwijl lieden met een mooie diepe ademhaling dikwijls geen rokers zijn. Ook ziet men dat mensen die hebben geleerd goed en diep te ademen, het roken afleren of althans aanzienlijk minder gaan roken. Een goede diepe ademhaling maakt de mens gezonder en dat is logisch. Er is sprake van een aanzienlijk betere uit wisseling van gassen en zuurstof. Meer zuur stof betekent meer energie, meer verbran ding voor het lichaam, voedsel voor alle cellen, kortom een betere circulatie. Men zich energieker voelt, minder snel is ver moeid, men slaapt beter, kortom de licha melijke prestaties worden beter. Dikwijls ziet men kwalen verdwijnen en in het bij zonder heeft goed ademhalen een gunstige invloed op de ademhalingsorganen. Om goed diep adem te halen, brengt men de schouderbladen naar elkaar toe en zuigt rustig de lucht in, terwijl men die schouder bladen langzaam en geleidelijk weer naar achteren brengt. Vervolgens Iaat men de lucht weer heel langzaam en vooral rustig ontsnappen. Een goede oefening is vier tellen inademen en twaalf tellen uitademen en dit regelmatig herhalen in een bepaalde cadans. Bij lichamelijke inspanning zoals traplopen of hardlopen, kan men in- en uitademen op de cadans van het lopen. Zoveel passen in- en zoveel passen uit ademen. Daarbij doet men er voor het ritme goed aan in- en uitademen even lang te nemen. Rustig een trap beklimmend komt men dan bijvoorbeeld aan een ritme van twee treden in- en twee treden uitademen. Bij rustig hardlopen vier passen in- en vier passen uitademen. Vooral natuurlijk goed diep uitademen. Er zijn veel mensen, die ademhalings oefeningen doen, voor het naar bed gaan. Ze staan dan op het balkon van de slaap kamer of voor het open raam, laten de stilte op zich inwerken en doen in de frisse avondlucht hun oefeningen. Het is gezond en bevordert de slaap. ïu- wil» Op het groepsbureau der Rijkspolitie te Kortgene, Bernhardstraat 20, zijn inlich tingen te verkrijgen omtrent de volgende gevonden voorwerpen: 1 paar zwarte handschoenen; 1 plastic bruine handtas met inhoud; 1 medaille BTV Jeugddag Molenzicht en metalen kruisje; 1 bankbiljet van 25,1 brom fietshelm; 1 zwarte handschoen; 1 oranje sjaal; 1 geel etui met sleutels; 1 porte monnee met inhoud; 1 dameshorloge; 1 honderiem met penningno. 717562; 1 aan drijfas met koppeling; 1 jongensgymschoen; 150 kg kunstmest; 1 bankbiljet van ƒ25,—; 1 bruin etui met sleutels; 1 gele plastic regenbroek; 1 zwarte damesfiets; 1 dames polshorloge; 1 speelgoedpistool; 1 gym schoen; 1 zak kalksalpeter.

Krantenbank Zeeland

Noord-Bevelands Nieuws- en advertentieblad | 1977 | | pagina 2