Langzaam verandert ons klimaat
KRUISWERK
Morgen, vrijdag 25 maart i
om 18.00 uur
Receptie van 18.00 - 20.00 uur
IN DE LAATSTE DUIZEND JAAR WISSELDEN WARME EN KOUDE
PERIODEN AF
Iedereen heeft wel gehoord, dat ons kli
maat vrij regelmatig verandert in Europa.
In de loop der tijden waren er perioden
van extreme koude, die we ijstijden noemen
en perioden daartussen, waarin we tropische
temperaturen hebben gekend. Deze uitersten
liggen echter vele tienduizenden jaren uit
een en momenteel bevinden we ons weer
in een tijdperk tussen twee ijstijden. Het
zal echter nog heel lang duren, alvorens
we daar weer aan toe zijn.
Interessant is echter, dat uit uitgebreide
onderzoekingen is gebleken, dat ook in deze
tussenperiode er sprake is van forse schom
melingen in het klimaat. Ja, zelfs in een
periode als d,e afgelopen duizend jaar bleken
er grote schommelingen voorgekomen te zijn
Uit de onderzoekingen is gebleken, dat
de periode van het jaar duizend tot en
met de veertiende eeuw (de middeleeuwen),
bijzonder mild is geweest. Populair gezegd
had men toen aangenaam en lekker weer.
In wetenschappelijke kringen neemt men
aan, dat de betrekkelijk warme periode
het de Noormannen mogelijk heeft gemaakt
om Groenland te bereiken en zich daar tij
delijk te nestelen. Indirect zou dit ook
hebben meegewerkt aan de eerste ontdek
king van Amerika, door de van Groenland
uitzwermende Noormannen.
Het hoogtepunt van deze gunstige kli
maatsontwikkeling valt in de 13e eeuw en
het begin van de 14e eeuw. Uit de onder
zochte stukken blijkt, dat men toen in
Oostpruisen en Silezië wijnbouw bedreef,
het was er dus lekker zonnig en warm.
Zwitserland werd in die hete zomers zelfs
geplaagd door sprinkhanenplagen.
In het begin van de 15e eeuw begon het
klimaat te veranderen. In het midden van
de 16e eeuw volgt een periode met zeer
strenge winters. In wetenschappelijke krin
gen is men van mening, dat deze bijzonder
strenge winters bijgedragen hebben aan de
afschuwelijke hongersnood die in die tijden
in Duitsland heerste en die mede geleid
heeft tot de in de geschiedenis zo bekende
„boerenopstand".
Vanaf 1500 zien we een nare periode met
koele zomers, veel neerslag en zeer strenge
winters, een ernstige verslechtering van het
klimaat dus, hetgeen ook blijkt uit de
sterke uitbreiding van de gletschers in het
Alpengebied, Alaska en Scandinavië en de
uitbreiding van het pakijs in het noordpool
gebied.
-Rond 1740 brak de „grote winter" aan,
zoals hij in de kronieken genoemd wordt.
De gemiddelde temperaturen daalden sterk,
het ijs breidde zich sterk uit en deze kli
maatsverslechtering heeft aangehouden tot
in het midden van de 19e eeuw. Ruwweg
spreekt men dan ook van 1600 tot 1850
van de „kleine ijstijd". Tussen 1880 en
1900 zette daarna een zekere warmere pe
riode door. In kranten uit die tijd kan men
lezen, dat deskundigen toen verwachtten,
dat wanneer het zo doorging, men rond
het jaar 2000 in West-Europa kokosnoten
kan plukken. Wij weten inmiddels dat het
zover niet is gekomen.
Inderdaad is er sprake van temperatuur
stijging over de gehele wereld. De eskimo's
aan de westkust van Groenland vangen
kabeljauw, terwijl deze vis daar enige tien
tallen jaren geleden nog onbekend was. De
gemiddelde jaartemperatuur op Spitsbergen
is met 3 graden gestegen sinds 1900.
Toch blijft het klimaat veranderen, want
sinds 1940 is er weer sprake van een zekere
afkoeling.
Met deze typische wisselingen in het
klimaat gedurende de laatste duizend jaar
is duidelijk aangetoond, dat het klimaat
ook tijdens de periode tussen de echte
ijstijden, binnen bepaalde grenzen zekere
schommelingen ondergaat. Velen zullen het
echter met ons betreuren, dat we nu niet
bepaald in een periode van mooi weer leven,
doch dat in weerwil van wat hogere tem
peraturen het weer in West-Europa een
wat labiele indruk maakt.
Provinciale Stichting
Het Zeeuwse Kruis
Beatrixlaan 24
Postbus 79. Goes
Telefoon (01100) 15 892
Wie is uw wijkverpleegster?
Er is eens iemand geweest, die heel ver
trouwelijk tegen haar wijkverpleegster zei:
„Zuster, weet u waarvan u een hoop plezier
zou kunnen hebben? U zou eens een tijdje
in een ziekenhuis moeten werken. Dan kunt
u de mensen thuis nog beter helpen
De wijkverpleegster tegen wie dat gezegd
werd, heeft alleen maar even gelachen. Maar
in zichzelf dacht ze terug aan de 3V2 jaar
ziekenhuisopleiding, die ze moest volgen
om haar verpleegsterdiploma A te behalen.
Aan de jaren dat ze in het ziekenhuis
werkte. En aan de twee jaar dat ze daarna
nog naar een Sociale Academie moest, om
haar aantekening „wijkverpleegkundige" te
verwerven. En aan de bijscholingen waar
de kruisvereniging haar elk jaar naartoe
stuurt, opdat zij bijblijft in haar vak.
Er lopen maar weinig mensen in ons land
rond, die zó goed zijn opgeleid en nog
elk jaar worden bijgeschoold als de wijk
verpleegster.
Ze heeft dan ook een heel belangrijke
taak: zieke mensen thuis te verplegen en
te verzorgen. Maar ook: gezonden voor
lichting geven om gezond te blijven, a.s.
moeders en jonge moeders voorlichten en
begeleiden, gehandicapten leren leven met
hun handicap en hen te begeleiden; adviezen
te geven over aanpassingen in huis voor
gehandicapten; mensen de weg te wijzen
naar andere hulpinstanties; nazorg te geven
aan ontslagen ziekenhuispatiënten; patiën
ten en hun gezinsleden voor te bereiden
op een ziekenhuisopname; gehandicapten
te helpen bij het leren gebruiken van pro
thesen; tijdelijk gehandicapten leren lopen
met krukken of zich voort te bewegen
met een rolstoel; leiding te geven op
consultatiebureaus voor zuigelingen en kleu
ters en daar verbindingsfiguur te zijn tussen
arts en moeder; injecties te ge
Bent u er nog? Want we zijn met onze
opsomming nog niet op de helft.
Vertrouwenspersoon.
Voor duizenden is de wijkverpleegster een
vertrouwenspersoon, met wie men alles be
spreekt, waaraan men alles vraagt, waarvoor
men niet meteen naar de dokter wil gaan.
Omgekeerd licht zij toe wat dokters hun
Een wijkverpleegster bij de verzorging van een thuisliggende zieke met een beenwond.
(Foto: Nationale Kruisvereniging).
OPENING
VAN CHINEES INDISCH SPECIALITEITENRESTAURANT - BISTRO
CHINA
KAAISTRAAT 15-17 - KORTGENE - TEL. 01108 - 7 59
SARINA H0GEND00RN.
Een wijkverpleegster leert een jong suiker-patiëntje hoe hij zichzelf moet injecteren mei:
insuline. Zijn moeder kijkt toe, want die moet het ook kunnen.
(Foto: Nationale Kruisvereniging).
patiënten voorschrijven. Zij geeft voorlich
ting over medicijngebruik en over mogelijke
bijverschijnselen, ze licht de behandeling
van de dokter toe. En het gebeurt niet zel
den, dat zij patiënten adviseert met hun
hele medicijnwinkeltje eens naar de huisarts
te stappen om te vragen, wat er weg kan.
Want specialist A schrijft dit voor, spe
cialist B dat en soms slikken patiënten van
alles door elkaar, zonder dat de verschil
lende artsen dat weten. Maar een wijkver
pleegster komt in huis en ziet met één blik
op het nachtkastje, dat er medicijnen staan
met tegenstrijdige werking.
Daarom is een goede samenwerking tussen
huisarts en wijkverpleegster ook zo belang
rijk. En samenwerking tussen ziekenhuis
en wijkverpleegster. En samenwerking tus
sen maatschappelijk werkster en wijkver
pleegster. De wijkverpleegster is zo al niet
van alle, dan toch van vele markten thuis.
Door haar ervaring, maar vooral door haar
jaren durende opleiding.
Zij heeft geleerd op de klacht van een
patiënt „ik kan dat dieetspul niet door
m'n stort krijgen" niet te antwoorden „ach
meneer Jansen, dat went wel". Zij beluistert
bij meneer Jansen in feite de klacht „mijn
vrouw kan niet koken" of „mijn vrouw
snapt van dat hele dieet niks." En zij zal
daarom de vrouw van meneer Jansen ad
viseren naar het spreekuur van de diëtiste
te gaan. Dat kunstje om te horen wat niet
gezegd wordt, heeft zij geleerd in de lessen
„gesprekstechniek" tijdens haar opleiding.
Daar leerde zij ook samen te werken met
anderen en nog een massa andere zaken.
Wijkziekenverzorgster.
Ook de wijkziekenverzorgster is niet zo
maar een „hulpje" dat een thuiswonende
bejaarde even een wasbeurt komt geven.
Eerst heeft zij een twee jaar durende
opleiding in ziekenhuis of verpleeghuis ge
had. Daarna moest zij nog eens een appli
catiecursus van tien weken volgen om in
de wijk te mogen werken.
De wijkziekenverzorgster is daarom be
paald niet -„het hulpje" van de wijkver
pleegster, al werkt zij wel onder haar
leiding. Zij heeft een eigen deskundigheid
en ook een eigen verantwoordelijkheid.
Op de gebieden waarop zij door de kruis
vereniging wordt ingezet is zij zonder meer
deskundig. De kruisvereniging hecht grote
waarde aan deskundigheid, omdat zij grote
waarde hecht aan u.
Alle functionarissen van de kruisvereni
ging, die regelmatig met het publiek in
kontakt komen, worden regelmatig bijge
schoold om hun deskundigheid op peil te
houden. Daaronder vallen: wijkverpleegsters,
districtsverpleegsters, ziekenverzorgsters,
artsen, diëtisten, leidsters-docente van
kraamcentra, kraamverzorgsters.
Aarzel daarom niet uw wijkverpleegster
of wijkziekenverzorgster om advies te vragen
wanneer u met een probleem zit. Ze weten
niet alles, maar wel veel.
En als zij zelf geen antwoord voor u
weten, weten ze in elk geval wie dat ant
woord wel kan geven. En zorgen ervoor
dat u het krijgt