NOORD-BEVELANDS NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD Drie miljard jaar geleden II houdt nu het meest gelezen blad op Noord-Beveland In handen GIEPS GOUDEN VIJ door Henk van Zeeland Magazine? postbus i - w1ssenkerke Heeswijk fossielen van het eerste planteleven op aarde No. 3725 Donderdag" 16 september 1976 80e jaargang Druk en uitgave: Drukkerij Markusse te Wis.senkerke, Tel 3 08, Giro 206882 Ab/Amementsprijs ƒ16,— per jaar Franco per post 25,per jaar Advertenties 27 ct. per nun, excL BTW Voor fouten in advertenties per telefoon opgegeven, kunnen wij geen enkele verantwoordelijkheid dragen FEUiU,ETON „Zo je wilt." Maar in stilte dacht hij, terwijl hij voor de spiegel zijn das stond te strikken: Is dat de vrouw, die op de gecombineerde jaarvergadering van mannen- en vrouwenvereniging een inleiding hield over de gemeenschap der heiligen in de praktijk? Enkele dagen later was het onderwerp- Scheiveen opeens op de achtergrond gescho ven, omdat er een nieuwe zorg in het gezin zich manifesteerde. Tonnie kwam op een avond de woning binnen met de student van de Terhorstlaan. Giep en Hielkje waren beiden thuis en keken verrast op. De bijna achttienjarige Tonnie zei op kalme toon: „Dit is Nico van Zalinger, van onze achter buren. We gaan ons met de Pinksteren verloven." Giep nam zijn leesbril af en keek de lange jongen, die er lachend bij stond, van top tot teen aan. De bezoeker wuifde even met zijn hand. „Ja", bevestigde hij, „Tonnie en ik kunnen reuze met elkaar overweg, dus Hielkje hapte naar adem, haar man aan kijkend. Deze had zichzelf vrijwel meteen weer in bedwang. Hij wees naar de stoelen en zei: „Ga zitten. Wel, daar hoor ik echt van op. Nooit geweten, dat jullie elkaar zo goed kenden. En hoe lang is dat?" „O, sinds enkele maanden, he Niek?" Ze keek de jongen aan, en deze zei: „Ja, we ontmoetten elkaar voor de eerste keer in het dorp." Hielkje was over de eerste verontwaardi ging heen. Zonder de jongen aan te kijken, vroeg ze aan haar dochter: „Hoe zei je ook weer, dat die ehmeneer heette?" „Nico. U weet toch wel, ma, van hier achter. We hebben toen nog zo gelachen omdat Nieks broer Rinske's beha wilde hebben, weet u nog? Jan van Zalinger. Hij verzamelt nog steeds beha's." Hielkje herinnerde zich nu het onder houd, dat ze met de achterbuurvrouw had gehad over deze eigenaardige affaire. Na dien had ze eigenlijk nooit meer iets over die Jan van Zalinger gehoord. En hier stond Tonnie opeens midden in de kamer en vertelde doodleuk, dat ze zich met Pink steren wilde gaan verloven met Jans broer. „O juist," antwoordde de vrouw, nog altijd op afgemeten toon. „En hoe denken meneer en mevrouw Van Zalinger er over?" „Die vinden het geweldig," verklaarde Nico, „want ze mogen Tonnie allemaal." Hielkje knikte een paar keren. „Zo. Vin den die het geweldig. Het komt ons anders wel een beetje rauw op 't dak, he? Vroeger gingen we naar de ouders en vroegen toe stemming om ons te verloven Tonnie lachte breeduit. „VroegerZe haalde minachtend de schouders op. „Een verloving is toch onze zaak? Die van Nico en mij? We gaan er een leuk feest van maken, he Niek?" „Denderend!" bevestigde de jongen. „Ik versier wel dat bandje van Peet Sanders. Moet je eens opletten, dat wordt een moordfuif!" „En als we dan de kantine mogen heb ben," vervolgde Tonnie, „op Tweede Pink sterdagdat kan zeker wel, he paps? Want op zulke dagen komen er toch nooit klanten, hebben we ruimte te over om te dansen. Mieters, jong!" Tonnie maakte een halve rondedans in het vertrek. De zestienjarige Rinske was binnenge komen en keek van de een naar de ander. Bent u reeds geabonneerd op een twee-maandelijks tijd schrift met actualiteiten, cultuur, evenementen, his torie en recreatie. Het geheel in 4 - kleuren omslag en alle artikelen voorzien van nog nimmer gepubliceerde foto's. Slechts 16,per jaar. Vraag een gratis proef nummer aan 25 „Wat is dat voor een fuif?" vroeg ze. „Op onze verloving, zus," lichtte Tonnie in. „Tweede Pinksterdag. In onze kantine. Met Peet Sanders £n zijn band". Het meisje zette grote ogen op. „Mach tig, zeg! Neem ik mijn vriend mee." „Tuurlijk. Doen we. Zeglaten we es naar boven gaankunnen we alvast wat platen uitzoeken, want er tussendoor moeten we zelf voor wat muziek zorgen, he?" Tonnie keek van Niek naar Rinske en van haar weer naar de jongen. De ouders schenen geheel vergeten te zijn. Even later stoof het drietal naar boven en keerde de rust althans beneden in het grote vertrek terug. Man en vrouw keken elkaar aan. Hielkje zei: „Daar komt natuurlijk niets van in. Wie is die Nico? Wat doet hij? Hoe oud is-ie eigenlijk?" „Ik weet enkel, dat hij in Delft studeert voor ingenieur," verklaarde Giep. „Ik neem aan, dat hij een jaar of twintig is. In ieder geval zag hij er behoorlijk uit." „Nou, breng jij Tonnie morgen maar aan het verstand, dat het niet doorgaat. Daar voor is ze nog te jong." De man begon te lachen. „Hoe oud was jij, Hielkje, toen wij ons verloofden?" Maar daarop kreeg hij geen antwoord. Natuurlijk ging het feest door. Al was er heel wat aan vooraf gegaan, want aan vankelijk was Hielkje niet te vermurwen. Pas toen Tonnie dreigde, dat ze dan wel ergens een zaaltje zouden huren dat betaalt Nico wel, hoor! Dat spaart hij dan wel op! gaf de vrouw, op advies van haar man, in arren moede toe. Er had nog een gesprek plaats tussen wederzijdse ouders en daar kwam het echtpaar Geugies te weten, dat Nico derde jaars was, dus nog drie jaar voor de boeg had. „Van een huwelijk komt in ieder geval voorlopig niets," verklaarde Hielkje op besliste toon. „Eerst moet hij een behoorlijke functie hebben. Maar als ze zich willen verloven... alia, dat plezier willen we hun wel gunnen." Op dit verlovingsfeest, dat uiteraard toch in de kantine van het meubelbedrijf werd gehouden, hadden Giep en Hielkje ruim schoots gelegenheid te constateren, dat hun dochters zo langzamerhand volwassen wer den. De bijna een en twintigjarige Fokje, die het komende jaar als onderwijzeres zou afstuderen, was op het feest met een se- kretarie-ambtenaar uit Amersfoort. Toen er gelegenheid voor was, verklaarde de oudste dochter: „Evert heeft al g.a. één en hij studeert op het ogenblik verder. Te zijner tijd wil hij proberen ergens burgemeester te worden, begrijpt u?" Ja, het ouderpaar begreep het zeer goed. Hun oudste dochter kennende, begrepen zij, dat deze te zijner tijd wel een goed huwe lijk zou doen. Wellicht als toekomstige burgemeestersvrouw. De zestienjarige Rinske had eveneens een vriend meegebracht: een bijdehandte zeven tienjarige Lyceïst, Rob Voorbergen, zoon van de plaatselijke apotheker, wilde het- Enige jaren geleden werden in de rotsen, in de buurt van Barberton in Transvaal, fossielen gevonden van zeer kleine orga nismen, waarvan de geleerden meenden dab dit zeer primitieve plantjes zouden zijn geweest. Nadere bestudering van deze vondsten hebben aangetoond, dat men hier inderdaad te doen heeft met overblijfselen van zeer kleine en zeef primitieve plantjes, die niet minder dan omstreeks 3000 miljoen jaar geleden ter plaatse moeten hebben geleefd. Dat is voor de wetenschap een zeer schokkende ontdekking, want dat zou be tekenen, dat men hier te doen heeft met de oudste levende wezens tot nu toe be kend. Het gaat hier dus om de oudste tekenen van leven op aarde en het bewijst dat levende organismen bestaan hebben in een zo vroege tijd, hetgeen geologen, fysici zelfde beroep als zijn vader. Zowel Giep als Hielkje kregen een goede indruk van hem. En dan was daar de verlegen Jeltje, bijna achttien jaar. Die met een kleur van op winding op formele wijze haar vriend voor stelde: Piet Vaanstra, onderwijzer in een naburig dorp. Zelf een Fries. En toen de jongeman vertelde, dat hij uit Franeker afkomstig was, had hij bij voorbaat al Hielkje's hart gestolen en onderhield het1 tweetal zich enige tijd in onvervalst Frysk. Een paar dagen later merkte Giep 's avonds, toen ze naar bed gingen op: „Heb je wel opgemerkt, dat enkel onze Tonnie een jongen heeft van onze kerk? Fokje's galant is vrijzinnig, als ik het goed heb begrepen. En de Voorbergens zijn katholiek, dat weet je. Terwijl Piet Vaanstra meester is op een openbare school." Hielkje knikte. „Ik herinner me zijn vader. Die was hoofd van de openbare school. Tja, dat houd je toch niet tegen, Giep, in deze tijd van oecumene." „Dat kan wel zo zijn, vrouw, maar ik denk niet, dat dit de opzet was van de voorstanders der oecumene." Zomer 1967 geraakte Hielkje overspan nen. Het was de reaktie na alle weder waardigheden: de verloving van Tonnie en de wetenschap, dat de drie andere kinderen zich niet voldoende met banden aan de kerk gebonden voelden om zich te bepalen tot jongens van eigen kerk. Hielkje had er met Rinske over gesproken: „Die Rob is katholiek, kind. Heb je je dat wel eens gerealiseerd?" „Natuurlijk, we hebben er samen al over gesproken en als we met elkaar trouwen, blijven we ieder bij onze eigen kerk. Dat hoeft in deze tijd toch geen problemen meer te geven?" Wat moet je daar nu op antwoorden? Het oude gezegde: Twee geloven op één kussen, daar slaapt de duivel tussen? De moderne jeugd haalt er minachtend de schouders voor op. Ze zei het een keer tegen haar man: „We worden oud, Giep; ik kan het tenminste niet meer bijbenen." Op advies van de huisarts besloot ze een poosje weg te gaan. Er helemaal uit. Giep adviseerde haar vooral badgoed mee te nemen. „Je zult best gelegenheid hebben om te zwemmen." Giep bracht haar zelf met de auto naar Utrecht, waar ze de T.E.E. naar München kon nemen. Daar moest ze dan nog een keer overstappen voor de laatste etappe. Ze kusten elkaar beheerst, want Hielkje had een hekel aan emotionele vertoningen en public. In huis zou Tonnie gedurende afwezigheid van haar moeder de scepter zwaaien. Met behulp van een werkster. Terwijl Jeltje 's avonds doorgaans meehielp en een enkele keer Rinske eveneens. Tot zijn genoegen zag Giep, dat Tonnie uitste'kend voor haar taak berekend was. Alzo een zorg minder, dacht hij, bevrijdend zuchtend. Floewel Hielkje vaak weg was en soms ook wel eens een nacht, als ze ver weg een spreekbeurt had, miste Giep zijn vrouw, want nu was hij iedere avond alleen. Tonnie wipte doorgaans 's avonds een paar uurtjes aan bij de Van Zalingers, want sinds ze officieel met Nico was verloofd, had Giep een paar sleutels van het toegangshek in de afrastering erbij laten maken, zodat zowel Tonnie als Nico er één hadden. Zo doende de lange omweg via de Oude Bosweg te kunnen vermijden. Jeltje en Rinske had den eveneens hun vrienden, zoda? die door gaans ook een paar uur weg waren. (Wordt vervolgd). en biologen niet voor mogelijk hebben gehouden. Bovengenoemde ontdekking heeft dan ook de wetenschappelijke wereld ver baasd doen staan. Ruim veertig jaar geleden waren de oudst bekende vormen van leven „slechts" 600 miljoen jaar oud. Een en ander toont dui delijk aan, dat men er nog steeds rekening mee moet houden, dat de mogelijkheid be staat dat er nog veel vroeger leven op aarde was, iets dat wij nu nog niet zouden weten. Voorlopig weten we in elk geval, dat we nu mogen rekenen met reeds primitief leven zo'n 3000 miljoen jaar geleden. De overblijfselen van de organismen in de buurt van Barbeton stammen uit wat bekend staat als het vijgeboomtijdperk. De ouderdom van het rotsgesteente is met moderne methoden bepaald volgens die van radio-aktief verval van zekere elementen. De ouderdom werd vastgesteld op 3000 miljoen jaren en het lijkt haast onmogelijk dat enig leven in een zó barre wereld en zó lang geleden heeft kunnen bestaan. Geleerden over de gehele wereld zijn naar Zuid-Afrika gekomen en hebben overblijf selen bestudeerd. Hun bevindingen zijn ge publiceerd en allen zijn het er over eens, dat deze primitieve planten zo'n 3000 mil joen jaar geleden inderdaad daar moeten hebben geleefd. De plantenfossielen zijn bijzonder klein. Niet minder dan 20.000 van deze kleine plantjes kan men achter elkaar plaatsen en dan heeft men pas één centimeter lengte. Deze plantjes hebben de sleutel gevormd tot het ontstaan van leven op onze aarde. Zij hebben meer dan 3000 miljoen jaar ge leden gestaan in ongeveer 9 meter diep water en wel op een plek, die vlak genoeg was om het nodige zonlicht door te laten, maar toch ook beschut genoeg lag tegen de dodelijke ultra-violette stralen, zodat de Kruiswoordpuzzel no. 49S Horizontaal: 1. vochtig - 4. vervoermiddel 7. wandbekleding - 13. vogel - 14. laten zien - 16. raken - 17. bindmiddel - 19. uitgave - 21. nieuw (lat.) - 22. N.V. (Fr.) 23. loot in een stam bevestigen - 25. we reldoorlog (afk.) - 26. gemeenschappelijk stuk grond - 28. plaats in Brabant - 30. slede - 32. verbrandingsrest - 33. overwin ning - 36. titel (afk.) - 37. levenskracht 39. geweldig - 40. clown - 42. het Romeinse rijk (lat. afk.) - 43. titel (afk.) - 45. drink gerei - 46. oude munt - 48. rijtuig - 50. briefaanhef (afk.) - 51. in delen uit elkaar nemen - 52. lidwoord - 54. getij - 55. vismand - 57. herkauwer - 60. heilige (afk.) 62. hijswerktuig - 64. Fr. voegwoord - 65. aanw. voornaamwoord - 67. schaakterm 69. mestvocht - 71. staat in de V.S. - 73. naaigerei - 74. groet - 75. plaats in Italië 76. zijrivier van de Donau - 77. worm. Horizontaal: 1. kater - 6. manie - 10. rap 11. dialoog - 14. eem - 16. unie - 17. em 18. rd - 19. alle - 20. smakken - 23. no 25. al - 26. roe - 27. uk - 29. te - 30. edam 32. pi - 33. si - 34. ader - 36. adem 38. lat - 40. snor - 41. nl - 42. lak - 43. via <- 44. mm - 45. iran - 47. opa - 49. prei 51. asen - 52. de - 53. fa - 54. idem - 56. ok - 57. dd - 59. ser - 61. Ie - 62. tu 64. intige - 68. trom - 70. ee - 71. kr 72. soda - 74. ako - 75. germaan - 78. dat 79. oksel - 80. merel. plantjes niet konden worden gedood. Hier en waarschijnlijk ook op andere plaatsen in de wereld zijn deze plantjes toen blijven leven en hebben zich voort geplant. Zij hebben door de miljoenen jaren heen zuurstof ontwikkeld en het heeft nog 200 miljoen jaar geduurd, alvorens deze primitieve plantjes op aarde in staat waren zoveel zuurstof te produceren, dat er een dunne beschermende laag rond de aarde ontstond, waardoor de dodelijke ultra-violette stralen worden tegen gehou den. Vanaf die tijd ontstond de mogelijkheid tot verdere uitbouw van het leven op aarde in al zijn wonderlijke facetten, zoals wij die nu kennen. In de latere jaren werd de zuurstoflaag nog aanzienlijk versterkt. Eerst kwamen er steeds meer soorten en variaties in planten, om veel later gevolgd te worden door de eerste dieren. De geleerden menen nu, dat zij de eerste vorm van leven hebben ontdekt. Verticaal: 1. zoenen - 2. slingerplant - 3. waterplantje - 4. rijtuigbestuurder - 5. geb. in Zuid-Amerika - 6. onbevlekt - 8. plaats in Gelderland - 9. uitroep - 10. rivier in Italië - 11. ontkenning - 12. uitheems zoogdier - 15. deel van de bijbel (afk.) 18. of eerder (afk.) - 20. pers. vnw. - 24. Eng. ontkenning - 25. haarknot - 27. ge wichtseenheid - 29. inhoudsmaat - 30. godin 31. sleepnet - 33. deel van Amerika (afk.) 34. soort golf - 35. plaats in Duitsland 36. vorm van dienen - 38. boomvrucht 40. voor - 41. ontvangkamer - 44. deel van Indonesië - 47. stremsel - 49. meisjesnaam 53. soort hond - 55. plaats in Utrecht - 56. deel van een Franse ontkenning - 58. Ned. vliegveld - 59. Germ, godheid - 60. schrede 61. anno Christi (afk.) - 62. buigzaam 63. bergplaats - 66. meisjesnaam - 67. zangnoot - 68. gewicht (afk.) - 70. lief kozing - 72. uitroep. Verticaal: 1. kan - 2. apis - 3. Ed - 4. riem - 5. el - 6. mode - 7. ag - 8. iele 9. eel - 10. ruine - 12. amaril - 13. orkest 15. meter - 20. sl - 21. ko - 22. nu - 24. odalisk - 25. Ameland - 28. kanarie - 29. termiet - 31. ad - 35. do - 37. man - 39. alp - 40. sip - 46. re - 47. oester - 48. afrika - 50. ed - 51. aorta - 55. mulat 58. dl - 60. er - 61. Ie - 63. Mook - 65. Neel - 66. gram - 67. zode - 69. rko 73. dal - 75. ge - 76. ms - 77. no. Oplossing kruiswoordpuzzel no. 494

Krantenbank Zeeland

Noord-Bevelands Nieuws- en advertentieblad | 1976 | | pagina 1