NOORD-BEVELANDS
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD
U houdt nu
het meest gelezen blad
op Noord-Beveland
in handen
GIEPS GOUDEN VIJFJE
I21 I
door Henk van Heeswijk
Zeeland
Magazine?
postbus i -
wissenkerke
DE EEMEIDSfflS, EEK GROOT GEVAAR
wij mogen onze zelfstandigheid en gezond oordeel
nooit prijsgeven
Ma 3721
Donderdag 19 augustus 1976
79e Jaargang
Druk en uitgave: Drukkerij Markusse te Wissenkerke, Tel 3 08, Giro 206882
Ab/Amementsprijs ƒ16,— per jaar Franco per post ƒ25per jaar Advertenties 27 ct. per mm, excL BTW
Voor fouten in advertenties per telefoon opgegeven, kunnen wif geen enkele verantwoordelijkheid dragen
FEUILLETON
„0, dat is al in orde. Ik heb een snoer
parels voor haar gekocht. Dat was altijd
een wensdroom van haar, die dan op haar
trouwdag in vervulling zal gaan."
„Wel, wel, en dat allemaal buiten mij
omHet is maar goed, dat ik nog mijn
zaak heb, anders zou ik me helemaal over
bodig voelen naast zo'n voortvarende vrouw
als jij bent."
„Jij hebt al genoeg aan je hoofd, dus heb
ik dat maar in orde gemaakt. Inplaats van
me er dankbaar voor te zijn, maak je ste
kelige opmerkingen
„O, ik ben al weg! Neem me alsjeblieft
niet kwalijk
Giep zat hoe langer hoe vaker 's avonds
in het privékantoor van de showhal. Want
er waren meer dingen, die hem veront
rustten. De gemeente had een stuk bos
achter de villa en de berghal gekapt en er
een weg geprojecteerd, want aan de andere
kant van de weg zouden woningen gebouwd
worden. Een feit, dat hem helemaal niet
aanstond. Toen het uitbreidingsplan in eer
ste instantie door de raadsleden was be
studeerd en ter inzage lag in het gemeente
huis, was hij erheen gegaan en had het
rustig bekeken en gelezen. En daarna zijn
bezwaren ingediend. Daardoor was de uit
voering van het plan vertraagd, maar veel
had het hem niet gegeven omdat Gedepu
teerde Staten zijn bezwaren ongegrond had
geacht, zodat de gemeente aan de slag kon
gaan. Als tegenzet had Giep een hoge,
stevige afrastering laten bouwen tussen de
weg, die men aanlegde en zijn terrein. Wel
iswaar met een hek er in, maar dat hield
hij op slot, zodat in ieder géval niemand
van die kant af zijn grondgebied zou kun
nen betreden. Ongetwijfeld zou nu de
waarde van zijn grond en opstallen omlaag
gaan, zodra weg en woningen gereed zouden
zijn. Want al zouden er uitsluitend koop
woningen worden gebouwd, het werden er
twee onder één kap, dus veel bijzonders zou
het in zijn ogen niet zijn.
In 1964 waren de huizen, die er ondanks
Gieps pessimisme vrij behoorlijk uitzagen,
klaar. Al vrij spoedig waren de meeste
verkocht en zag Giep, als hij zo aan de
achterkant van de shouwhal rondliep, dat
ze geleidelijk aan bewoond werden.
Ook de veertienjarige Rinske was nieuws
gierig geworden. Zij was na de lagere school
naar de huishoudschool gegaan, 's Middags
liep ze wel eens rond op het grote terrein
tot aan de hoge heining, waarvoor ze dan
stond te kijken naar de nieuwe „buren".
En zo gebeurde het, dat op zo'n middag een
lange jongen naar de andere kant van het
hek kwam en zei: "Dag! Draag jij ah een
beha?"
Rinske keek de jongen, die meer dan een
hoofd langer was dan zij, zo verbaasd aan,
dat ze niet wist wat er op te antwoorden,
ze zag zijn blik naar haar borst verglijden;
instincmatig legde ze er haar handen be
schermend voor.
„O," zei hij, zonder haar antwoord af te
wachten, „je hebt er één aan, he? Mag ik
'm eens zien, ja?"
Geschrokken en nu ook bang deinsde ze
een paar stappen achteruit. En nog altijd
kdn ze geen woord over haar lippen krijgen.
Maar de jongen was blijkbaar niet in 't
minst geïmponeerd. Hij vervolgde: „Ik spaar
beha's, begrijp jé? Als jij er een draagt, die
ik nog niet heb, kunnen we dan ruilen?
Ik hèb heel wat dubbele, hoor. Hele mooie.
En schoon. Ja?"
Bent u reeds geabonneerd op
een twee-maandelijks tijd
schrift met actualiteiten,
cultuür, evenementen, his
torie en recreatie.
Het geheel in 4 - kleuren
omslag en alle artikelen
voorzien van nog nimmer
gepubliceerde foto's.
Slechts 16,per jaar.
Vraag een gratis proef
nummer aan
Eindelijk onttrok het meisje zich aan
haar apathie. Ze uitte een gilletje en rende
in één stuk terug naar huis. Waar ze in
hevige opwinding haar vreemde avontuur
aan moeder en Tonnie vertelde. Beide vrou
wen keken haar ongelovig aan en toen
Rinske hun blikken zag, wees ze naar de
nieuwe weg en huizen. „Daar! Echt waar!
Zo'n lang jong. Moet je wat? Hij wilde m'n
beha zien
Tonnie, met een behoorlijk gevoel voor
humor, proestte het uit. „Wat is dat dan
voor een idioot? Die heeft je behoorlijk
voor de gek gehouden, zus, want wie spaart
er nu beha's? Postzegels spaar je, enne
muntenen suikerzakjes, maar beha's..."
Opnieuw schoot ze in een lach.
Hielkje daarentegen vond het helemaal
geen grap. „Is dat een van de nieuwe be
woners aan de achterkant? Dan moet het
toch niet erger worden. Weet je, in welk
huis hij woont? Ja? Kun je het aanwijzen?
Ga dan maar eens mee
De volgende dag had Hielkje Geugies een
onderhoud met mevrouw Zalinger, wonende
aan de nieuwe Terhorstlaan nummer acht.
En tijdens dit onderhoud verontschuldigde
de nieuwe inwoonster zich voor het gedrag
'van haar zoon. „Jan is acht en twintig; hij
heeft op twaalfjarige leeftijd een ongeluk
gehad, waardoor zijn hersenen zijn be
schadigd. Zijn verstand is zo ongeveer op
die leeftijd, stil blijven staan. Hij is ove
rigens volstrekt ongevaarlijk, mevrouw.
Want hij raakt niemand aan, echt niet.
Dat is nog nooit gebeurd. We houden hem
zoveel mogelijk op ons erf, maar jaje
kunt zo'n grote knul niet vastbinden, he?
Het enige wat hem intrigeert, zijn beha's.
Wij hebben al verschillende pogingen aan
gewend hem er van af te brengen, maar
dan wordt hij vreselijk kwaad en is dan
dagen daarna van de kaart. Dokters zijn
er aan te pas gekomen, maar men advi
seerde ons: laat hem dat genoegen. Af. en
toe koop ik enkele goedkope beha's en dan
is hij al lang blij. In onze vorige woon
plaats deed hij het ook. Alle buren wisten
ervan en gaven hem wel eens oude beha's,
ik weet wel, dat het gek klinkt en het is
inderdaad iets uitzonderlijks. We zijn met
hem naar een psychiater geweest en deze
man zag er hoegenaamd geen bezwaren in.
Dus waarom zullen we hem dit éne ple
ziertje dan niet gunnen?"
Hielkje Geugies vond het nog altijd
eigenaardig, maar ze had nu tevens ver
nomen, dat de familie Zalinger bij de kerk
hoorde en herinnerde zich vaag hun namen
in de kerkbode gelezen te hebben. Ze vroeg
nu: „Wat doet uw man voor werk,
mevrouw?"
„Mijn man is de nieuwe stationschef hier
in het dorp, mevrouw." Er klonk enige trots
in haar stem. „We hadden eén spoorwoning
kunnen krijgen, die vlak naast het station
staak weet u wel? Maar die is zo ouder
wets; we hadden geld opgespaard, zodat we
besloten dit huis te kopen. Onze andere
kinderen vinden het allemaal prachtig hier
en voor Jan is het ook beter."
Binnen een paar weken wist Hielkje, dat
er nog een één en twintigjarige zoon was,
die in Delft studeerde voor ingenieur en
doorgaans uitsluitend de weekeinden in
Schalenveld doorbracht. Verder liepen er
nog twee meisjes rond tussen zestien en
achttien jaar, dacht Hielkje.
Thuis hadden de meisjes van Tonnie het
verhaal van de beha's gehoord en deze wa
ren op hun beurt nieuwsgierig geworden.
Tonnie, die het nog altijd eèn geweldige
mop vond, had een oude beha van zichzelf
door het gaas aan de jongen overhandigd.
„Mag jij hebben, voor je verzameling,"
had het meisje er spottgnd aan toe ge
voegd.
De betrokkene was enthousiast. „Dat is
reuze leuk van je, zeg!" Hij bekeek het
kledingstukje. „Ik geloof, dat ik 'm nog niet
heb. Dank je wel! Moet jemoet je
er een ander voor hebben? Ik heb genoeg
dubbele, hoor!"
Tonnie kon zich met moeite inhouden.
„Nee, laat maar; je krijgt 'm cadeau. Veel
plezier ermee!"
„Nou, dat is geweldig van je, hoor! Dank
je wel!"
Ze zag hem met de nieuw verworven buit
naar huis rennen. En toen vond ze het er
gens wel zielig: zo'n grote jongen en nog
zo kinderlijk. Ineens had ze geen zin meer
om er om te lachen.
Op een zaterdagmiddag, toen ze in het
dorp boodschappen haalde, liep ze op straat
bijna tegen een jongen aan. „Hallo!" riep
die. „Hé, we zijn geloof ik buren, niet
waar?"
Tonnie keek de in haar ogen knappe
jongen onderzoekend aan, maar schudde
toch 't hoofd. „Wij hebben geen buren;
je zult wel in de war zijn."
„Je bent toch een van de dochters van
meneer Geugies? Van de meubelen?"
„Dat klopt."
„Wij wonen achter jullie. In een van de
nieuwe huizen."
„O." Tonnie bleef gereserveerd. Vhn de
vier meisjes was zij degene, die zich het
meest voelde mijn vader is de eigenaar
van de grote showhal voor meubelen aan de
Oude Bosweg, met die grote lichtreclame,
weet je wel? en daarom was ze hele
maal niet toeschietelijk tegen de nieuwe
ingezetene aan de Terhorstlaan.
De jongen stak zijn hand uit. „Me even
voorstellen? Nico van Zalinger. Mijn vader
is hier de nieuwe stationchef." Hij keek
haar aan, de hand nog altijd uitgestoken.
Tonnie wist, dat het onbeschoft zou zijn,
als ze weigerde die hand te drukken, dus
ze legde de hare er in voelde zijn stevige
handdruk. „Aangenaam," prevelde ze. „Rij
jij ook treintje?"
Hij schoot in een welluidende lach. „Ik
ben in Delft. Studeer voor ingenieur, snap
je?"
Tonnie snapte het inderdaad. Hij steeg
een paar graden in haar nog altijd niet
hoog gespannen achting. Een toekomstige
ingenieur was tenminste iets. Maar ze liet
verder niets van haar gevoelens blijken.
„Nou, leuk kennis met je gemaakt te heb
ben. Toi toi toi in Delft. So long." Gelijk
draaide ze zich om en liep verder, de
candidaad-ingenieur verbaasd en enigszins
overrompeld achterlatend.
Thuis zei Tonnie tijdens de avondmaal
tijd: „Niet de hele familie Van Zalinger
is mesjokke. Er is tenminste een zoon, die
in Delft Voor ingenieur studeert."
(Wordt vervolgd.)
Onze moderne tijd laat niet na zeer diep
op ons in te werken, zowel in gunstige
als in ongunstige zin. Tegen deze ongunstige
invloeden zijn wij verplicht ons met hand
eft tand te verzetten, want zijn wij er
eenmaal door aangetast, dan zullen zij via
de opvoeding ook op ons nageslacht in
werken. En het is buitengewoon moeilijk
aan de greep van deze ongunstige invloe
den te ontkomen. Zij ontnemen ons onze
zelfstandigheid en ons gezond oordeel,
kortom ons „ik".
De beroemde dokter Albert Schweitzer
heeft jaren geleden eens zo buitengewoon
duidelijk gezegd: „De mens van vandaag is
blootgesteld aan invloeden, die er op uit
zijn, hem alle vertrouwen in zijn eigen oor
deel en konklusies te ontnemen. Hij wordt
voortdurend aangespoord zich over te geven
aan een geestelijke afhankelijkheid, die
aanwezig is in alles wat hij hoort en leest;'
die geest is aanwezig in de mensen, die
hij dagelijks ontmoet, in de partijen en,
verenigingen die hem beschouwen als hun
bezit; deze geest doordrenkt al onze le
vensomstandigheden."
Geen rust.
Van alle kanten en op de meest veel
soortige wijzen wordt het hem ingehamerd,
dat hij de waarheden en overtuigingen, die
hij nodig heeft om te leven, moet betrekken
bij de groepen die recht op hem hebben.
De geest van deze tijd laat hem nooit
tot zichzelf komen. Telkens en telkens weer
worden hem overtuigingen opgedrongen op
dezelfde wijze als de lichtreklames dat doen,
die vlammen in de straten van elke grote
stad. Elke maatschappij, die over voldoende
kapitaal beschiks, oefent druk op hem uit
bij elke stap die hij doet, om hem er toe
te brengen haar schoensmeer of haar soep
blokjes te, kopen.
De geest van deze tijd doet de mens
skeptisch staan tegenover zijn eigen ge
dachten, met het doel hem ontvankelijk te
maken voor de waarheid, die hem door een
autoriteit wordt geleverd.
Geen „ik" meer.
Nog erger: de velerlei materiële moeilijk
heden, die hem ten deel vallen werken zo
op hem in, dat hij er tenslotte toe komt
te geloven, dat hij niet bevoegd is eigen
gedachten te hebben.
Tot zover Albert Schweitzer. Ieder die
deze regels leest zal beamen, dat de geleerde
hier de spijker op de kop heeft geslagen,
want wij zien inderdaad niet anders om ons
heen. We zien het in de reklame, die ons
tracht te bewegen dit of dat te gebrliiken,
doch wij zien het ook in onze gehele maat
schappelijke samenleving, waar voor ons
wordt gedacht engedaan. Elke vorm
van verantwoordelijkheid wordt van ons af
gewenteld.
Alles wordt in onze moderne tijd voor ons
gekauwd en wij hebben slechts te slikken,
gemakkelijker kan het niet. En daar schuilt
juist het grote gevaar, want de mens is
van nature gemakzuchtig. Waarom zouden
we ons zorgen op onze hals halen, als we
onbezorgd kunnen leven?
Eenheidsmensen.
Er schuilt iets buitengewoon aantrekke
lijks in. Maar beseffen we wel, dat we
ook iets van onze persoonlijkheid prijs ge
ven? Stukje bij beetje totdat we tenslotte
iets meer zijn dan een karakterloze. Dat is
het gevaar dat schuilt in onze moderne
samenleving, de ontwikkeling van de tech
niek, het medisch kunnen en de politiek.
Op zich zijn het allemaal prachtige din
gen, maar een oud Nederlands spreekwoord
zegt: sterke benen, die de weelde kunnen
dragen. En de benen van de meeste mensen
zijn niet sterk genoeg om bij al deze ge
makken zichzelf te blijven. De individuele
mens, die slechts oordeelt met gezond ver
stand en niet napraat wat anderen hem
zeiden. De mens die een persoonlijkheid is,
zijn eigen konklusies trekt, logisch redeneert
en daarnaar handelt.
Wanneer de onguristige geest vaardig
wordt over de mensheid, groeien we allen
tot eenheidsmensen, clichétypen die vege
teren, doch niet werkelijk leven met een
eigen persoonlijkheid, eigen verantwoording,
eigen willen en kunnen. Het zou de onder
gang van de west.erse beschaving betekenen,
die bezig is zich uit te hollen. Ieder wel
denkend mens houde de ongunstige invloe
den van onze moderne samenleving verre
van zich; hij houde het hoofd koel en de
voeten warm!
(Nadruk verboden.)
Kruiswoordpuzzel no. 491
Horizontaal: 1. deel v. h. hoofd - 4. familie
lid - 7. deel v. d. vinger - 10. verblijven
13. deel v. Sumatra - 14. kledingstuk -.16.
reptiel - 18. meisjesnaam - 20. Europeaan
22. loot - 23. pl. in een theater - 25. voor
zetsel - 26. meisjesnaam - 27. vogel - 28.
hetzelfde - 29. in orde - 30. vriend (Fr.)
32. onvruchtbaar - 34. soort onderwijs (afk.)
36. bult - 37. zonnescherm - 38. en omge
keerd (afk.) - 39. voorzetsel - 41. Ned. Tel.
Stichting (afk.) - 42. maanstand (afk.) - 43.
muziekterm (afk.) - 45. slot - 47. per dozijn
(afk.) - 48. watering - 49. reptiel - 50.
onderricht - 52. lidwoord - 53. zwaardvis
54. Eng. telwoord - 55. kleur - 59. geleerde
62. herinnering - 65. pl. i. h. Gooi - 66.
vroegere Spaanse koningin - 67. godsdienst.
Verticaal: 1. familie - 2. groet - 3. schil
4. jongensnaam - 5. niet gemakkelijk - 6.
als eerder (afk.) - 7. ontkenning - 8. meis
jesnaam - 9. vorm - 11. het Romeinse rijk
(afk.) - 12. heen en terug (afk.) - 13. dag
tekening - 15. kledingstuk - 17. ontwarren
18. verbinding - 19. indien - 21. uitwateren
23. zinnebeeld - 24. met geweld vallen
29. in orde - 30. kloostervoogd - 31. beetje
32. in dat geval - 33. soort - 35. boom
40. geluid tijdens de slaap maken - 44.
vrucht - 45. ik - 46. deel v. e. huis - 47.
dof geluid - 48. roofdier - 51. naam uit
een sprookje - 56. Franse ondergrondse
strijdkrachten - 57. vruchtennat - 58. voeg
woord - 59. eenh. v. kracht (afk.) - 60.
danskoor - 61. gewicht - 63. lidwoord
64. voorzetsel.
Oplossing kruiswoordpuzzel no. 490
Horizontaal; 1. robot - 6. lakse - 11. kei
12. lok - 14. bijl - 16. leek - 18. viool
19. kade - 21. teren - 23. sip - 24. degen
25. ijk 26. reus - 27. eter - 28. st - 30.
eer - 33. stift - 36. riant - 39. nato - 40.
on - 41. ja - 42. veer - 43. menie' - 46.
sfeer - .49. Eem - 52. ra - 54. amen - 55.
aria - 57. mo - 58.. edele - 60. kas - 62.
kabel - 64. pari - 65. dessa - 66. rond
67. ido - 69. Lea - 70. ton - 71. knaap
72. sonde.
f
Verticaal: 2. oker - 3. beker - 4. oi - 5.
gooi - 7. Ab - 8. kijker - 9. slag - 10.
altijd - 12. Lisse - 13. koper -15. rente
17. eek - 20. des - 22. neef - 24 Deli - 29.
otter - 31. en - 32. sneer - 33. Sam - 34.
ion - 35. toe - 36. ras - 37. ave - 38. ter
44. ieme - 45. re - 47. flik - 48. crepe
49. enkel - 50. massa - 51. soldij - 53. Ada
54. Alida - 56. Aaron - 57. men - 59. Erin
61. asem - 63. bond - 68. oa - 70. To.