200 jaar U.S.A. (1)
Raadsvergadering Kortgene
Koninklijke onderscheiding voor de heer L. Wattel
Zaterdag 28 februari j.l. werd het feit
herdacht, dat de heer L. Wattel en de heer
J. Begthel, respectievelijk 40 en 25 jaar
in dienst zijn op het agrarisch bedrijf Vlie-
tenburg van de familie Van den Berg.
In besloten kring werd in het dorpshuis
hun door de familie Van den Berg een feest
avond aangeboden, waarbij tal van familie
leden en vroegere medewerkers aanwezig
waren.
Tijdens deze avond werd het woord ge
voerd door allereerst de heer v. d. Berg,
die allen hartelijk welkom heette en in het
kort de samenwerking met beide jubila
rissen njemoreerde. Verder werd het woord
gevoerd door de voorzitter van de Z.L.M.,
afdeling Wissenkerke, de heer St. de Regt.
Ook hij sprak over de goede verstandhou
ding tussen leider en personeel en hoopte,
dat deze nog jaren zal blijven bestaan. Hij
reikte aan beide jubilarissen een getuig
schrift uit.
Vervolgens werd het woord gevoerd door
burgemeester Wisse.
Familie Van den Berg. Dames en heren.
Toen ik vanmorgen bij een bevriende
relatie was. kreeg ik van één van de kin
deren een stukje proza onder ogen van een
bekend schrijver: Kees Nooteboom.
F.n in dat stukje, wat hij dan geschreven
heeft, kortgeleden kennelijk, komt hij dan
zo ongeveer tot de conclusie, dat wij in een
„waanzinnige" wereld leven. En hij bedoelt
daar dan kennelijk mee, dat wij de waarden
van vroeger zijn kwijtgeraakt. Wat tien
jaar geleden als een groot kwaad werd
beschouwd, dames en heren, wordt tegen
woordig als iets vanzelfsprekends ervaren.
Ik moest daar toen vanmorgen even aan
denken, met het vooruitzicht dat ik van
avond op zou moeten treden met plezier
overigens om Leunis Wattel en Ko Begthel
te feliciteren, omdat zij 40 en 25 jaar op
hetzelfde bedrijf zijn werkzaam geweest.
Verandering is nodig, aanpassing zo u
wilt, zijn ook naar mijn mening nodig. De
maatschappij moet evolueren, aanpassen.
Maar de vraag die toch in deze materie
wel bij mij opkomt, is toch wel deze (ik
kom uit een behoudend milieu). Is dat oude,
vertrouwde, niet waard om aandacht aan
te schenken. Zitten daar geen zaken in, die
misschien wel eens beter zouden kunnen
zijn. dan dat zo snel veranderen. Bijvoor
beeld van werkgever.
Ik kom dan terecht op de relatie Leunis
en Ko enerzijds en de familie v. d. Berg
anderzijds. Ik dacht, dat dit een goede
zaak was. Veertig en vijfentwintig jaar in
dienst.
Dames en heren, dit is in de tegenwoor
dige tijd geen slavernij, maar een vorm van
wederzijds begrip. Van den Berg had kun
nen ontslaan, Ko en Leunis hadden een
andere werkkring kunnen zoeken. Dit is
niet gebeurd.
Ik feliciteer u. Van beide zijden. Ik wens
u gezamenlijk nog veel goede jaren toe. Ik
wens u een prettig feest toe.
Eén ding nog: 40 jaar is een tijd, die de
overheid wel bijzonder opvalt. Daarom
voor de heer L. Wattel een koninklijke on
derscheiding. Nadat burgemeester Wisse
hem de ere-medaille verbonden aan de Orde
van Oranje Nassau had opgespeld, was er
gelegenheid de beide jubilarissen te felici
teren, waarbij hen nog diverse geschenken
werden aangeboden.
Hierna werden nog enkele herinneringen
in dichtvorm voorgedragen door mevrouw
Van den Berg.
Men bleef na het officiële gedeelte nog
geruime tijd gezellig bijeen.
Columbus ontdekt Amerika in 1492. Twee eeuwen later vestigen zich pas
de blanken op de Amerikaanse Oostkust. Engelse invloed in de V.S. nog dui
delijk merkbaar.
Voor de rede van Boston verschijnen
enkele schepen. Zij zijn afkomstig van En
geland. Boston is al de 3e Amerikaanse
haven, die door de schepen wordt aange
daan. De koopvaarders zijn al in Philadel
phia geweest en in New-York. Maar in de
beide havens kwam het niet tot lossen van
hun lading: balen thee.
De Amerikanen lusten deze Engelse „Tea"
niet. De schepen mogen daarom óók de
haven van Boston niet binnen varen. Dit
alles is zeer tegen de zin van de gouverneur,
die op zijn beurt weer weigert de schepen
naar Engeland terug te sturen. Maar de
tijd, dat de kolonisten zich neerleggen bij
beslissingen uit het moederland is voorbij.
Onder leiding van een zeer actieve revolu
tionair Samuel Adams weten enkele als
Indianen verklede opstandelingen op de
schepen te komen. Zij werpen de voorraad
thee in zee.
Zo begon de Vrijheidsoorlog van de Ame
rikaanse opstandelingen tegen de koloniale
mogendheid, Engeland, met een „Tea-party".
Mannen van het eerste uur.
Engeland reageerde zeer fel op het in
cident van Boston en trad streng op tegen
de koloniën in Noord-Amerika. In Londen
vaardigde het Engelse Parlement, onder in
vloed van Koning George III, een aantal
harde maatregelen uit, die onder de naam
„Intolerable Acts" in de geschiedenis be
kend zullen blijven.
De haven van Boston zou voor straf
gesloten worden totdat de in het water
gegooide thee was vergoed. De gouverneur
van de staat Massachusetts, de Britse ge
neraal Gage, die voor de zekerheid alvast
4 regimenten „Red Coats" liet aanrukken,
moest voortaan de leden van de vertegen
woordigde lichamen zelf benoemen. De gou
verneurs van alle staten kregen de bevoegd
heid troepen binnen hun gebied te legeren.
De Amerikaanse kolonisten kwamen te
Philadelphia bijeen om de Britse maatre
gelen te bespreken. Tegenmaatregelen wer
den uitgevaardigd. De „Intolerable Acts"
werden scherp veroordeeld, als onbeleefd,
onjuist, wreed en ongrondwettelijk. Er werd
intrekking van deze wetten geëist. Verder
werd besloten Britse waren te boycotten
en de handel met Brits-West Indië stop te
zetten, als Engeland niet tot een vergelijk
wenste te komen. Het Engelse antwoord
was: nog meer troepenzendingen. De Britse
generaal Gage deed in 1775 een poging
om Amerikaanse wapen- en ammunitie-
opslagplaatsen te liquideren.
Bij Lexington kwam het tot een gevecht.
De Amerikaanse vrijheidsoorlog was begon
nen. De Amerikanen stelden George Was
hington als opperbevelhebber aan.
Wie was deze man? George Washington
was de zoon van een planter uit Virginia,
geboren in 1732 en in de „French and Indian
War" had hij zich ontpopt als een goed
militair. Doch een beroepsmilitair was hij
allerminst. Zijn leger was echter zo klein
soms niet meer dan 2000 man en maximaal
16.000 man dat hij de zaak kon overzien.
En hij had bekwaamheden, die in een
crisistijd van doorslaggevende aard zijn;
persoonlijke moed, integriteit, vasthoudend
heid. Hij wist daardoor zijn mannen ver
trouwen in te boezemen. Hij incasseerde
nederlagen met de gedachte: ,;Zolang mijn
leger nog bestaat, is de zaak van de opstand
niet verloren".
In de eerste jaren van hun bestaan
hebben de Verenigde Staten kunnen rekenen
op een aantal bekwame leiders. John Adams,
Thomas Jefferson, James Madison, Alexan
der Hamilton, James Wilson en Benjamin
Franklin, denkers, filosofen, maar ook rea
listen en goede bestuurders. Voor het eerst
in de geschiedenis werd door een aantal
vrije mannen ideeën en onderlinge verschil
len op waarlijk democratische wijze be
sproken. De mannen van het eerste uur,
de „Founding Fathers".
Amerika, het nieuwe werelddeel.
1492. Columbus ontdekt Amerika. En bij
„Amerika" denken we meteen aan de „Ve
renigde Staten". Maar Columbus landde heel
wat zuidelijker op het nieuwe werelddeel.
Hij zette voet aan wal op het eiland San
Salvador, gelegen in het Caribische zee
gebied, met een dunne landstrook, omringd
door eilanden, dat de twee continenten:
Noord-Amerika en Zuid-Amerika verbindt.
De ontwikkeling van wat we nu de „United
States" noemen, begon ruim een eeuw later,
en wel in het begin van de 17e eeuw.
In die tijd stichtten de Engelsen in Noord-
Amerika een kolonie, die zij de naam
Virginia gaven, gelegen aan een rivier, die
zij de „James rivier" noemden. Zij bouwden
een fort, dat zij de naam Jamestown gaven.
Niet alleen de Engelsen, maar ook Neder
landers trokken naar Noord-Amerika.
Zij stichtten, veel noordelijker dan de
Engelse bezittingen, Nieuw Amsterdam.
Maar Nederland was te klein om zo'n groot
land als Amerika te bevolken naast de kolo
niën die ons land al had in het Verre
Oosten.
In 1664 moest Pieter Stuyvesant de hele
Hollandse kolonie overgeven aan de Engel
sen, die de nederzetting de naam New-York
gaven. Dat wil zeker niet zeggen, dat alle
Nederlanders meteen uit Amerika verdwe
nen, maar met de Duitsers en Zweden
vormden zij toch een minderheid. Het ble
ven voornamelijk Engelsen, die zich in het
nieuwe werelddeel vestigden.
De „Pilgrimfathers", die om godsdienstige
redenen uit Engeland waren gevlucht, en
in Nederland een heenkomen hadden ge
vonden, trokken met Mayflower over de
oceaan en landden in 1629 op de kust van
Massachusetts.
Er kwamen, na deze „eerstelingen" steeds
meer Engelsen in het Oostelijke deel van
Amerika te wonen. Nieuwe Engelse koloniën
ontstonden: Maryland, Pennsylvania, Con
necticut, Rhode Island. In 1775 woonden
2.500.000 immigranten in deze gebieden.
In de diverse koloniën ontwikkelden zich
in de loop van de 17e eeuw een 3-tal typen
van samenleving.
In het Noorden woonden de strenge
Puriteinen met een sterke democratische
inslag en leven volgens strenge Calvinis
tische principes. Het midden was veel meer
cosmopolitisch en verdraagzamer, ook wel
democratisch, maar niet zo streng als in
het Noorden. Was Boston typisch het cen
trum van mensen, die streng gelovig, we
gens vervolgingen elders, naar de nieuwe
wereld waren getrokken, New-York werd
een mengelmoesje van Hollanders, Vlamin
gen, Scandinaviërs, Duitsers, Italianen en
Polen, een „smeltkroes der volken".
In het Zuiden, beneden de zg. Mason-
Dixonlijn, ontwikkelden zich de plantages,
waar vanaf 1619 af, negers uit Afrika het
werk deden en de blanken een eigen aris
tocratie opbouwden en een leven van cultuur
en verfijning leidden. Een luxueus leven waar
de prachtige plantershuizen overal in de
Zuidelijke Staten nu nog een overblijfsel
van zijn.
Ook het onderwijs ontwikkelde zich in
de koloniën. In 1636 werd in Harvard de
eerste universiteit gesticht. In 1693 een
tweede in Virginia, in Princetown, genoemd
naar King William en zijn vrouw Mary
(onze Prins Willem III).1647 werd in de
staat Massachusetts al de leerplicht inge
voerd (in Nederland zou het nog 2Vz eeuw
duren voor het zover was).
Democratie was het kenmerk van de ko
loniën. In Virginia was al in 1619 een ad
viserend lichaam gevormd en ook in de
andere koloniën werden bepaalde vormen
van zelfbestuur gecreëerd. De Amerikaanse
koloniën kwamen steeds meer op zichzelf
te staan en meer en meer gingen de kolo
nisten zich Amerikanen voelen, ver van
hun geboorteland verwijderd. „Hier worden
mensen van alle natiën samengesmolten
tot een nieuw mensenras", zo schreef een
auteur in die tijd.
Europese tegenstellingen bestonden niet
meer, er was geen adel, er waren geen
rangen en standen.
Stiefmoeder Engeland.
Het Amerikaanse bewustzijn en idealisme
en gevoel van eigenwaarde ontwikkelden
zich sterk. Hierbij werden de kolonisten
echter in toenemende mate door het moeder
land, Engeland, tegengewerkt. Britse wetten
golden nog steeds in de Engelse overzeese
gebieden. En juist deze wetten moesten er
voor zorgen, dat de „kolonie" het „moeder
land" niet zou overtreffen, niet op handels
gebied, noch industrieel. Steeds meer be
perkende bepalingen brachten de Amerika
nen in een slechtere concurrentie-positie,
terwijl de Britse handel en industrie werden
beschermd.
Ook waren de koloniën nog steeds be
lastingplichtig aan Engeland. Zo belastte de
„Townshendwet" in 1767 een groot aantal
verbruiksgoedren in de Atlantische gebie
den. Een goed georganiseerde douanedienst
moest zorgen voor de naleving van de wet.
De kolonisten waarvan de kustbewo
ners maar niet konden begrijpen dat van
zelf gevangen vis accijns moest worden
betaald reageerden tenslotte met een
boycot van Britse goederen. Dit leidde wel
tot intrekking van een deel van de gehate
wetten, maar Engeland stond er financieel
niet te best voor. Vooral de Britse Oost-
Indische Compagnie had het moeilijk. De
Britse regering probeerde de positie van
deze, op Azië gerichte, compagnie te ver
beteren door de monopolie voor de import
van thee in Amerika te versterken. Dit deed
de maat overlopen.
De „Tea Party" was een afsluiting van
een tijdperk van Engelse „bemoedering".
Onafhankelijk.
Het verloop van de strijd werd geken
merkt door militaire onkunde van beide
kanten. Er werd met afwisselend succes ge
vochten. Generaal Gage beschikte over
10.000 man aan troepen en ter beveiliging
van Boston trachtte hij de rond de stad
gelegen heuvels te bezetten. De kolonisten
waren hem echter net even te vlug af en
bezetten o.a. de Bunker-Hill. Hoewel Gage
aanvankelijk de heuvel wist te veroveren
zij het dan ten kostte van veel verliezen
moesten de Engelsen zich tenslotte toch
inschepen en in 1776 marcheerden de Ame
rikanen Boston binnen.
In 1776 rukte een Engels leger onder
bevel van generaal Howe naar de hoofdstad
van Amerika Philadelphia op en veroverde
de stad. Maar bij Saratoga moesten in ok
tober datzelfde jaar 5800 Engelsen zich aan
de kolonisten overgeven.
Inmiddels ontving Amerika hulp van bui
ten. Frankrijk koos de zijde van de op
standelingen en later verklaarde Spanje
aan Engeland de oorlog. En in 1780 voegde
ook ons land zich bij de bondgenoten van
Amerika. In 1778 wonnen de Engelsen de
slag bij Monmouth, maar in 1780 behaalden
de Amerikanen bij King's Mountain in Zuid-
Carolina de overwinning en in 1781 viel de
beslissende slag bij Yorktown. Het gelukte
Washington om, met steun van de Franse
vloot, de Engelsen volledig in te sluiten.
Engeland begon te beseffen dat Amerika
niet meer voor het Britse imperium te
veroveren was. In september 1783 werd de
vrede van Parijs getekend.
13 Staten, die op 4 juli 1776 de onaf
hankelijkheidsverklaring ondertekenden, wa
ren nu werkelijk vrij. 13 „Stars and Stripes"
sierden de Amerikaanse vlag. Eén ster en
één streep voor elke staat: New Hampshire,
Massachusetts, New York, Rhode Island,
Pensylvania, Maryland, Delaware, Virginia,
North Carolina, South Carolina en Georgia.
(Nadruk verboden).
De gemeenteraad van Kortgene kwam
dinsdag 2 maart bijeen, nu om wensen
naar voren te brengen met betrekking tot
de voor de gemeente nieuw te benoemen
burgemeester. Burgemeester P. J. Evers gaat
namelijk 1 juli a.s. met pensioen.
Waarnemend burgemeester, wethouder A.
Markusse, heette de commissaris van de
koningin, dr. C. Boerden, welkom die de
verlangens van de raad kwam beluisteren.
Hij is degene die straks een voordracht
moet doen aan de Kroon.
Ingevolge de wens van de meerderheid
van de raadsleden, was de raadsvergadering
openbaar, aldus de heer Markusse. Het is
de bedoeling dat elke raadsfraktie zijn
mening naar voren brengt over de toekom
stige burgemeester, maar er mag niet over
personen gepraat worden.
De lieer P. J. Bom meende, dat je het
beste aan de commissaris kon vragen: Wilt
u er a.u.b. voor zorgen, dat we iemand
zullen krijgen die vergelijkbaar is met het
legendarische schaap met vijf poten? Maar
hij meende, dat er toch wel wat meer van
gezegd moest worden.
Het is buitengewoon moeilijk, zei de
heer Bom, want een burgemeester is geen
specialist. Je kiest geen leraar Engels voor
een middelbare school, maar een manusje
van alles. In de eerste plaats moet het
iemand zijn, die geen enkele moeite heeft
met wie ook in zijn gemeente omgang te
hebben. Dat ieder zich zonder enige schroom
tot de burgemeester kan wenden. Een so
ciaal bewogen mens moet het zijn. Maar
ook een mens met visie. Hij moet in staat
zijn initiatieven te nemen en bepaalde za
ken die daaruit voortvloeien gestalte te
geven. Hij moet openstaan voor gezamen
lijke arbeid. Zijn medewerkers stimuleren.
Niet alleen intern gemakkelijk bereikbaar
zijn, maar vrienden en relaties buiten de
gemeente tot stand brengen en onderhou
den. Met name met de hogere bestuurs
organen (Middelburg en Den Haag).
Een andere wens van de P.v.d.A.-fraktie
was, dat de burgemeester een direkteur of
manager van een middelgroot bedrijf zou
kunnen zijn, als je de funkties kon verge
lijken. Op de betaalrol van de gemeente
staan 80 personen. Het bedrijf Kortgene
behoort tot de middelgrote bedrijven, aldus
de heer Bom. Van groot belang is, dat hij
zakelijk inzicht heeft en commercieel ge
voel. Vooral in een gemeente als Kortgene,
waar nogal wat op het gebied van de
recreatieve ontwikkeling tot stand is ge
bracht (en het eind is er nog niet).
Dit is nauwelijks de helft van het aantal
wensen, dat je aan zo iemand kunt stellen,
aldus de heer Bom. We willen op de tweede
plaats graag, dat het iemand van de P.v.d.A.
is. Geen partijloze burgemeester. Want dan
kun je je afvragen of hij politiek onvol
wassen is of dat er geen enkel politiek dak
voor hem is. Voor de P.v.d.A. pleitte de
heer Bom, omdat dit sinds het einde van
de tweede wereldoorlog altijd zo geweest
is en omdat de P.v.d.A. op meer dan 40%>
van de stemmen kan bogen.
Ten derde hoopte hij dat het burge-
meesterloze tijdperk zo kort mogelijk zal
duren.
De heer L. M. van der Weele drong ook
aan op een snelle beslissing. Hij stelde
voorop, dat de nieuwe burgemeester op
bestuurlijk terrein bewezen capaciteiten
moet hebben en dat hij een capabel, integer
bestuurder moet zijn. Een persoon die de
partijen bindt, er als het ware boven staat.
Als leeftijdsgrens noemde de heer Van
der Weele veertig jaar. Verder stelde zijn
fractie (C.H.U.) prijs op een kerkelijk mee
levend lid. Die man moet een rechtse figuur
zijn. Na een lange periode van socialistisch
burgemeesterschap, is het niet meer dan
billijk, dat er nu eens een rechtse partij
aan de beurt is, zo stelde hij.
Mevrouw I. van Oeveren - de Rijke (V.V.D.)
zei, dat wanneer je aan vernieuwing toe
bent, men altijd wil proberen iets beters
te krijgen. Als het over een machine gaat,
neem je gewoon de nieuwste uitgave, maar
bij een burgemeester ligt dat wat moeilijker,
vond zij. De persoon zou zoveel kwaliteiten
moeten hebben, dat hij op het, al door Bom
genoemde, schaap met vijf poten zou moe
ten lijken. Wij zouden een nieuwe burge
meester willen zien als iemand die bestuurs-
capaciteiten heeft, die de gemeente met
de drie kernen goed kan besturen.
Die een band heeft met gemeentelijke
zaken, leiding kan geven, met mensen om
kan gaan, waar de bevolking bij aan kan
kloppen. Iemand die van het platteland
houdt en begrip heeft voor wonen en wer
ken op Noord-Beveland. Het zou iemand
moeten zijn, die dichter bij de veertig, dan
bij de vijftig is. Jong, energiek, maar toch
wat praktijkervaring.
We zouden er de voorkeur aan geven,
dat de burgemeester lid is van de VVD.
Als dit niet haalbaar is, dan is voor ons
een figuur uit de rechtse groeperingen aan
vaardbaar.
Mevrouw Van Oeveren vroeg ook de ter
mijn tussen vertrek van de ene en de komst
van de andere burgemeester zo kort moge
lijk te houden.
J. Breure (S.G.P.):
Mijnheer de voorzitter, mijnheer de com
missaris.
Gezien de goede woorden van de vorige
sprekers, nog een enkel woord.
Als we hier als raad bijeen zijn om een
profiel te geven van een nieuwe burge
meester, dan zou ik dit willen doen onder
het motto: „Het roer moet om".
Als S.G.P.-er zou dit' betekenen, dat ik
graag zou zien, dat er een S.G.P.-er zou
worden benoemd, zo er al iemand uit die
partij zou hebben gesolliciteerd. Maar omdat
dit in de huidige constellatie van onze
gemeente ondenkbaar is, zou ik mij wat
het z.g.n. profiel betreft, geheel met de
woorden van de heer L. M. van der Weele
kunnen verenigen en ook de opmerking, in
laatste instantie ook onderschreven door
mevrouw Van Oeveren, dat deze hoogste
bestuurder van onze gemeente van rechtse
signatuur moet of: kan zijn.
Mijnheer de Commissaris, ik hoop dat u
wijsheid mag ontvangen om de goede per
soon voor te dragen. Wel wil ik u graag
op wtee dingen opmerkzaam maken, n.l.
Ie. Dat dit geen zaak is van de provincie,
maar wel van de gehele gemeente Kortgene;
en 2e. Dat de grote meerderheid van de
raad een eensluidend standpunt inneemt.
Mijnheer de voorzitter nogmaals „Het
roer moet om". Ik dank u.
De heer M. de Smit (A.R.):
Mijnheer de voorzitter, mijnheer de com
missaris, mevrouw, mijne heren.
Om te komen tot een profielschets van
de nieuw te benoemen burgemeester zou
ik u willen voorstellen het volgende inhoud
te willen geven.
Een persoon, die burgemeester wil zijn
voor ieder der ingezetenen, ongeacht z'n
politieke instelling of maatschappelijke po
sitie. Een persoon, die de moed heeft op
de plaats van de ander te gaan staan en
die ander ook wil blijven zien als een uit
gangspunt voor alle handelingen, die zich
steeds opnieuw aandienen.
Een persoon, die er echt zin in heeft zich
in te zetten voor de instandhouding en
zo mogelijk een verdere uitbouw van de
leefbaarheid der kernen waaruit de ge
meente bestaat.
Een persoon, die bereid is de dingen die
aan de orde komen in nauw overleg met
medebestuurders en betrokkenen ten uitvoer
te brengen.
Autoritair stellen wij minimaal op prijs,
wat trouwens naar mijn mening door nie
mand, ook buiten deze kring, wordt toe
gejuicht.
Dat wil niet zeggen, dat wij een sterke
persoonlijkheid niet op prijs stellen. Wel
echter een persoonlijkheid, die gevormd
wordt door een karakter, dat met waarde
ring kan worden gehonoreerd.
Persoonlijk zie ik graag in iemand die
leiding moet geven een stuk progressie
aanwezig.
Mijnheer de voorzitter, als wij even de
aandacht op Noord-Beveland vestigen als
produktiegebied, dan moet men wel con
cluderen, dat Noord-Beveland behoort tot
een stuk grondgebied, waarop men leeft
en werkt, heel dicht bij de laatste ontwik
kelingen. Reeds vanaf 1600 constateren wij
een regelmatige struktuur, kavel naast kavel
aan een rechte polderweg, die van dijk tot
dijk het land doorsnijdt. Enkele jaren ge
leden is over deze gebieden nog een ruil
verkaveling ten uitvoer gebracht om bij
te blijven, aangepast te blijven aan de laatste
ontwikkelingen.
Wij zijn niet achter gebleven ten opzichte
van de waterzuivering in ons gebied. Wij
zijn het vandaag aan de dag volledig eens
dat we dat gebied willen bewaren door af
sluiting van de Oosterschelde. Wij hebben
ook in ons achterhoofd dat we dat gebied
aan anderen willen toespelen en met name
gaat het dan om de ontwikkeling rond de
Oosterschelde. En daarom kunnen we niet
zonder een stuk vooruitstrevendheid, inge
bouwd in de toekomstige eerste burger.
Ik wil u ook wijzen op de ontwikkelingen
die in de kerk aanwezig zijn. Reeds een
aantal jaren geleden kwam een combinatie
van drie Gereformeerde kerken tot stand.
Plaatselijk zijn goede contactén tussen Ned.
Herv. en Geref. kerken. Het zijn allemaal
gegevens, die de mentaliteit van de bevol
king weergeven.
Tenslotte, mijnheer de voorzitter, doch
niet het minst belangrijke, van welke poli
tieke groepering zal de persoon waarover
wij proberen te spreken, deel uit maken?
Laat ik u dan bij deze doorgeven, dat
we eens een tijd hadden, waarop we samen
met vijf fracties een algemene beschouwing
presenteerden aan het college van b. en w.
Helaas was dit gebeuren een „uniek ge
beuren", zo werd het aan de linkerzijde
genoemd, spoedig verbroken. De scheiding
werd door links aangekondigd. Rechts was
van gedachte, dat dit konsekwenties zou
kunnen hebben. De rechterzijde, vier frac
ties vertegenwoordigend, zit bijzonder stevig
in het zadel en de zandruiter die sommigen
menen te ontwaren, zal slechts een fata
morgana blijken te zijn.
Als wij dan de verkiezingsbarometer
hanteren, zien we het volgende beeld:
P.v.d.A. goed voor 40%, C.H.U. en A.R.P.
33%. Direct daar op volgend, en weer
echt iets voor Noord-Beveland komt de
S.G.P., die altijd bij elke verkiezing sinds
jaren op een gecombineerde lijst met de
A.R.P. uitkomt, goed voor 7%.
Mijnheer de voorzitter, dan staan we
gelijk met de P.v.d.A., ware het niet dat de
V.V.D., goed voor 20%, ons wil steunen.
Wanneer wij u verzoeken al het mogelijke
te doen, te helpen bevorderen, dat Kort
gene een burgemeester wordt toegewezen,
waarvan gebleken is, dat betrokkene zich
beijvert en voorstaat lid te worden van het
in de nabije toekomst te vormen C.D.A.
Dit laatste houdt tevens in dat een per
soon van middelbare leeftijd wenselijk
wordt geacht. Wij willen niet aan minder
heden voorbijgaan mijnheer de voorzitter,
maar nog minder kunnen wij voorbijgaan
aan wat iedereen redelijk en normaal vindt.
De heer Bocrtien reageerde op al deze
wensen met: Het zou prettig zijn als het
profiel er eensluidend uit zou zien. We
zullen het niet makkelijk eens worden over
de politieke groepering. Wel over de snel
heid. We hebben nog vier maanden. Het
is mijn bedoeling dit soort zaken niet te
lang te laten liggen.
Mij is opgevallen dat men zegt: het roer
moet om. En: 'n stukje progressie, lid CDA,
steun van VVD. Ik heb de sollicitaties naar
de funktie nog niet echt kunnen bestu
deren. De gemeenteraad kan immers in
eerste instantie reageren. Liever rond de
veertig dan rond de vijftig, is de wens.
Toen ik de schets hoorde van de heer
Bom, dacht ik: bijna de profielschets van
de burgemeester van Amsterdam, alleen
had hij niet moeten zeggen dat het om een
middelgroot bedrijf ging.
Kerkelijk meelevend? Ja, dat vinden alle
raadsleden. U hebt het over een man, of
mag het ook een vrouw zijn? Ja, dat vindt
de hele raad van wel.
Ik tel zwaar aan een eerlijk advies, zei
de heer Boertien, maar het is wel erg moei
lijk. 3300 inwoners is een plaats waar
men begint burgemeester te zijn. Wilt u
ambtelijke ervaring in de sfeer van de ge
meenten? Of liever in het bedrijfsleven?
Bij de gemeente, vinden de meeste raads
leden; op de heer Breure na hoeft
het niet per sé echt burgemeesterservaring
te zijn.
De heer Boertien zei, dat de algemene
karakterschets aardig overeen komt tussen
de verschillende partijen, maar dat de poli
tieke partij een groot verschil geeft te zien.
Daar ga ik echter niet met u over discus
siëren, zei hij. Dat moet' ik met mezelf
uitvechten. Ik heb de plicht de Kroon te
adviseren en een voordracht te doen. Het
is mij echter wel duidelijk welk type mens
u bedoelt.
Bom: U zei, dat mijn ideën ook voor
een burgemeester als van Amsterdam zou
den kunnen gelden. Ik vindt dat relatief ge
zien, de kwaliteit van een burgemeester
in een kleine gemeente beter moet zijn,
dan die van een grote stad. Dat zou in
de praktijk een heel goed ding zijn.
De heer Boertien zei, dat hij uitgaat van
een redelijke verdeling over de partijen van
de funkties in een provincie en dat hij
rekening houdt met de politieke verhouding
in de Provinciale Staten. De minister zal
echter naar de landelijke verhoudingen kij
ken, meende hij.
De commissaris liet zich verder niet uit
over zijn ideëen, maar maakte wel nauw
keurig aantekening van alle opmerkingen.
Hij werd daarin bijgestaan door zijn ka
binetschef.
De heer Markusse sloot na een klein
uur de vergadering en zei tegen de heer
Boertien: Wij zullen tevreden zijn, als u
in staat zult zijn aan de meeste verlangens
te voldoen.