Het leven
der bijen
Stuurgroep
Dijkversterkingen
Oosterschelde
Meer jongens dan meisjes?
Spel der vakken en schijven
Zandkreekdam Wemeldinge 12 km.
In de loop van die jaar zal de verzwaring
van de Steldijk tussen Kattendijke en We
meldinge grotendeels aan de binnenzijde
worden aangepakt. Het projekt zal zo
worden uitgevoerd, dat het zicht vanaf de
weg op de dijk zowel naar de zee-, als naar
de landzijde zoveel mogelijk zal blijven
bestaan.
Voor het gedeelte nabij Wemeldinge ter
plaatse van de „Stelhoeve" en de camping
..Klein Stelle" zijn drie alternatieven onder
zocht, n.l. binnendijkse resp. buitendijkse
verzwaring van de zeedijk en verzwaring
van de inlaagdijk. De stuurgroep heeft, na
afweging van het voor en tegen van elk
van deze alternatieven, zich uitgesproken
voor een buitendijkse verzwaring van de
zeedijk voor boerderij en camping.
Ter plaatse van de inlaag ten westen van
het Goese Sas, waar de oever zeer kwetsbaar
is, zal een dijkgedeelte ter lengte van onge
veer 700 meter moeten worden verzwaard.
De stuurgroep was van oordeel, dat bij
het kiezen van de technische oplossing zo
veel mogelijk met de naar voren gekomen
bezwaren van de natuurbescherming reke
ning dient te worden gehouden, hetgeen o.a.
zal betekenen, dat geen zout water in de
„zoete" inlaag zal worden gebracht. Dit
brengt met zich mee, dat de nodige hoe
veelheden zand niet via een persleiding in
het werk zullen worden gebracht, maar met
vrachtwagens zullen worden aangevoerd, een
oplossing, die wel duurder is (z.g. uitvoering
in den droge).
Aan de oostelijke zijde van het Goese
Sas is de dijk tot aan de stenen dam vol
doende hoog. Bij die dam zal enige verho
ging noodzakelijk zijn. De camping ter plaat
se zal in stand kunnen blijven.
Colijnsplaat.
Uitvoerig besteedde de stuurgroep aan
dacht aan de te kiezen oplossing voor de
kom Cofijnsplaat, dit in het kader van de
noodzakelijke verhoging van de ongeveer
5 km lange zeewering op Noord-Beveland
tussen de vissershaven van Colijnsplaat en
de oude veerhaven van Kats.
Tijdens een onlangs onder auspiciën van
het waterschap door het gemeentebestuur
van Kortgene georganiseerde informatie- en
hoorzitting voor de bevolking van Colijns
plaat en ook tijdens een vergadering van de
gemeenteraad van Kortgene was duidelijk
geworden, dat niets wordt gevoeld voor het
aanbrengen van een muur of damwand
tussen de bebouwing van Colijnsplaat en
het havenfront.
Voor het tweede alternatief een dijk
buitenom, waardoor het voormalige land-
bouwhaventje verdwijnt zijn enkele va
rianten getekend. Evenals de raad van Kort
gene gaf de stuurgroep de voorkeur aan
een variant, waarbij de verbinding met de
vissershaven het best tot haar recht komt.
Gezien de aard van de ingreep en de
belangen van personen en instanties, die
hier in het spel zijn, zal het waarschijnlijk
noodzakelijk zijn de Wet van 14 juli 1904,
houdende bepalingen omtrent het onderne
men van droogmakerijen en indijkingen, toe
te passen.
Bij de Zeelandbrug bevindt zich nog een
knelpunt, maar dat kan worden weggeno
men door over enkele honderden meters de
verzwaring buitenwaarts tot stand te bren
Wie bijen houdt, ervaart wel het een
en ander van het leven van zijn gevleugelde
vrienden.
De bijen, zoals wij die in korven houden,
leven in een zwerm. Een grote groep waar
van de een niet zonder de ander kan leven.
Zo'n zwerm kan wel uit 20.000 tot 30.000
bijen bestaan.
Bij nadere beschouwing kunnen we deze
zwerm verdelen in drie groepen. De eerste
bestaat uit één koningin, de tweede uit
darren en de derde uit werkbijen. De
koningin is een bijzonder exemplaar van
,het vrouwelijke geslacht, dat voor de in
standhouding van de soort zorgt door het
in hoog tempo leggen van eitjes. De darren
zijn de manlijke dieren, die slechts van nut
zijn in de paartijd, doch overigens alleen
als nietsnutten en opeters worden gezien.
De werkbijen zijn dieren van het vrouwelijk
geslacht, doch in normale omstandigheden
niet in staat eieren te leggen. Zij zijn de
ijverigste. Zij doen al het werk in de bijen
maatschappij.
In een zwerm met een jonge koningin
zullen de werkbijen raten met cellen gaan
bouwen en zorgen, voor een grote voedsel-
vooraad. Dit voedsel verzamelen zij bij de
bloemen die zij bezoeken. Nectar wordt
verwerkt tot honing en tevens nemen zij
stuifmeel mee. Al deze hoeveelheden voed
sel worden in speciale cellen opgeslagen.
De bruidsvlucht.
Is er voldoende voedsel en is de omstan
digheid gunstig, namelijk een mooie zomerse
dag, dan verschijnt de jonge koningin op
het vliegplankje voor haar bruidsvlucht. De
darren zwermen reeds in de buurt rond.
De koningin verheft zich in de lucht en
stijgt hoger en hoger, achtervolgt door de
darren, waarvan er echter steeds meer af
vallen. Tenslotte wordt zij het met een
dar eens en keert terug naar het vlieg
plankje.
Nu begint een drukke tijd voor haar. In
de reeds klaargemaakte cellen legt zij eitjes
en wel in het goede seizoen in een zeer
hoog tempo. Zij steekt eerst haar kop in
de cel om te zien of die leeg is, keert zich
om en legt er een eitje in. Het tempo is
ongeveer 2 per minuut tot een maximum
van enige honderden per dag. Komt er een
gebrek aan cellen, dan schroomt de koningin
niet om twee eieren in één cel te leggen,
maar het escorte werkbijen dat haar volgt,
verwijdert dadelijk één van de eieren.
Razernijpolder); Zuid-Beveland 12 km (7 km
Zandkreekdam Kattendijke en 5 km
Kattendijke Wemeldinge); Augusta- en
Stadspolder in West-Brabant bij Bergen op
Zoom 2 km.
Daarnaast is op Tholen in uitvoering
genomen het 5,8 km lange dijkvak Muije-
polder, Oudelandpolder en Noordpolder bij
Sint-Maartensdijk, terwijl op Schouwen-
Duiveland de dijkverzwaring bij Borren-
damme in de fase van afwerking is.
Calamiteitenregeling.
In overleg met de afdeling waterbouw
kundige werken West van de Deltadienst
te Burghsluis heeft het Bureau Dijkverster
kingen Oosterschelde een calamiteitenrege
ling voor het Oosterscheldegebied opgesteld.
Bij de werkhavens Schelphoek, Roggen-
plaat, Neeltje Jans, Noordland en Sophia
beschikt genoemde afdeling over een aantal
materialen depots, waaruit honderdduizen
den tonnen stortsteen, staalslakken, fosfor-
slakken, alsmede een voorraad mijnsteen
kunnen worden betrokken als .dat nodig
mocht zijn.
Bovendien heeft de Combinatie Dijksbouw
Oosterschelde de beschikking over een
enorm potentieel aan materieel. Omtrent
de inzet daarvan bij calamiteiten zijn af
spraken gemaakt. Speciaal op het gebied
van de natte waterbouw, met name voor
zink- en stortwerken, kunnen indien nodig
verschillende systemen worden toegepast
en kan ervaren personeel worden ingescha
keld. De werkhavens zijn te allen tijde be
reikbaar voor groot overslagmaterieel.
De betrokken waterschappen rond de
Oosterschelde zijn als eerstverantwoorde
lijke instanties voor de hoofdwaterkeringen
belast met het in werking stellen van de
hulporganisatie, als een calamiteit dreigt of
optreedt. Het waterschap neemt in zo'n
geval contact op met het Bureau Dijkver
sterkingen Oosterschelde, welk bureau de
contacten legt met de hoofdafdeling en de
afdeling West waterbouwkundige werken
van de Deltadienst, die de aannemers in
schakelen. Per waterschap is een lijst met
namen, adressen en telefoonnummers opge
steld teneinde snel de nodige contacten tot
stand te kunnen brengen.
De nieuwe regeling heeft voor het eerst
tot grote tevredenheid van alle partijen ge
werkt, toen zich enige tijd geleden bij
Scherpenisse op Tholen een oeverval voor
deed.
Het is de bedoeling aan. de regeling nog
enige uitbreiding te geven in die zin, dat
op Tholen (bij de werkhaven aan de Krab-
benkreekdam) en in Zuid-Beveland (op een
plaats langs het kanaal door Zuid-Beveland)
nog enkele kleinere depots, te vullen met
enkele duizenden tonnen aan materiaal, zul
len worden aangelegd, zodat de eerste 'klap'
van een mogelijke calamiteit ook van de
landzijde kan worden opgevangen.
In de gewone cellen worden eitjes gelegd
waar werkbijen uitkomen, in grotere cellen
eitjes waar darren uitkomen en in een
aantal speciale cellen worden koninginne-
eieren gelegd. Hoe is het mogelijk' het
geslacht zo te bepalen, zal men zich af
vragen?
Koninginnemelk.
De bijenkoningin is namelijk in staat
bevruchte en onbevruchte eieren te leggen.
Uit de bevruchte eieren komen vrouwelijke,
uit de onbevruchte manlijke bijen. Maar
hoe ontstaat dan een koningin?
Een normaal bevrucht eitje komt in de
koninginnecel. Door het speciale voedsel
dat de verzorgende werkbijen de larve ge
ven, ontstaat een koningin. Dit voedsel is
de zogenaamde bijenmelk, een stof, die de
dieren zelf produceren. Hiermede wordt
de koninginnelarve steeds gevoed, terwijl
dit bij de larve van een gewone werkbij
niet het geval is. Deze wordt na enige
tijd verder gevoed met honing en stuifmeel.
De werkbijen leven geheel volgens een
vastgesteld schema, waarin ze verschillende
werkzaamheden verrichten. Het mooie is,
dat zij dit van nature kunnen. Niets be
hoeven ze te leren, ze zijn dadelijk meesters
in haar vak.
Het werkrooster.
De eerste drie dagen van haar leven als
bij doet het diertje niets anders dan cellen
schoonmaken. Van de derde tot en met de
vijfde dag verzorgt de werkbij de oudere
larven met honing en stuifmeel. Van de
zesde tot en met de dertiende dag krijgt
ze de verzorging van de jongere larven,
die gevoed moeten worden met de zoge
naamde bijenmelk, want inmiddels zijn bij
de verzorgster de voedselsapklieren in wer
king getreden. Van de dertiende tot en
met de zeventiende dag wordt ze bouwster.
De wasklieren gaan werken en nu kan
zij deelnemen aan de bouw van de kunstige
raten.
De vier volgende dagen tot en met de
een en twintigste levensdag doet zij dienst
als waakbij. Men zou dit kunnen verge
lijken met een soort militaire dienstplicht.
Zij waakt met anderen van haar „lichting"
tegen vreemde bijen, insecten en andere
indringers. Deze worden door de waaksters
meedogenloos verjaagd of gedood.
Na deze periode tot aan het einde van
haar leven is de werkbij voedselhaalster.
Zij trekt er iedere morgen op uit en zwerft
langs de bloemen om op die manier mede
te werken aan het in stand houden van de
voedselvoorraad.
Weg met de mannen.
Vooral aan het einde van het seizoen
ontplooien de dieren een zeer grote acti
viteit om te trachten een grote winter
voorraad aan te leggen.
Het eierenleggen van de koningin neemt
tegen die tijd af, terwijl men plotseling een
„zuinigheidsbevlieging" krijgt en in een
hevig gevecht de niet meer van nut zijnde
dieren uit korf of kast verwijdert of doodt,
ïn de cellen zitten dan inmiddels weer
darrenlarven, zodat de zwerm voor later is
Nu de lange winteravonden weer komen,
zoekt men het weer in de huiselijke gezel
ligheid. Wanneer het buiten slecht weer is
en in de kamer de kachel een behaaglijke
warmte verspreidt, wil men zich graag aan
genaam bezighouden.
Ook al bestaan er tegenwoordig moderne
ontspanningsmedia, zoals radio, televisie,
e.d. toch geven velen er nog altijd de
voorkeur aan, om plezier te beleven aan
een of ander gezelschapsspel. De cijfers van
verkoop van dergelijke gezelschapsspelen to
nen duidelijk aan, dat deze vorm van ont
spanning nog steeds „in" is.
Eén van de spelen die zich sinds onheuge
lijke tijden bijzonder in de populariteit mag
verheugen is wel het damspel. Het is een
spel, dat de meesten van ons reeds als
kind leerden spelen en waarin we een vorm
van gezellige ontspanning vonden, zonder
het ooit tot een meesterschap te brengen.
Dat is trouwens ook niet nodig wanneer
men het zuiver voor zijn plezier speelt.
Velen weten echter niet, dat het dam
spel waarschijnlijk het oudste spel der
mensheid is. Het staat in elk geval vast,
dat het reeds in voorhistorische tijden werd
gespeeld en het kan dus op zeer lange
geschiedenis bogen.
Men neemt aan, dat het spel zijn oor
sprong heeft gevonden in het oude China
en dat het vanuit het Hemelse Rijk zich
over de gehele wereld heeft verbreid. Die
verbreiding danken we aan het kontakt
dat de volkeren reeds in de oudheid met
elkaar hadden in de vorm van kooplieden
en voorts door soldaten die via militaire
acties onder andere volkeren kwamen.
Bij opgravingen in Egypte vond men onder
andere damborden, die dateerden uit de
tijd van farao Menes, dat is uit een tijd
die ongeveer 3500 jaar voor onze jaartelling
ligt.
Uit de gevonden damborden blijkt, dat
het spel aanvankelijk heel eenvoudig is
Bij vrijwel alle volkeren op aarde worden
er steeds meer jongens dan meisjes gebo
ren. In doorsnee komt dat neer op onge
veer 106 jongens tegen elke 100 meisjes.
Deze cijfers blijken overigens per volk nog
te verschillen, want bij de gekleurde Ame
rikanen zijn het gemiddeld 102 jongens
tegen 100 meisjes, terwijl deze cijfers in
Griekenland bijvoorbeeld 113 tegen 100 zijn.
Deskundigen hebben vastgesteld, dat de
verhouding voor de geboorte, dus bij onge
boren kinderen nog anders ligt. Volgens
schattingen 'zou het hier gaan om 145 tot
170 embryo's van het mannelijk geslacht
tegen 100 van het vrouwelijk geslacht.
Voorts blijkt, dat juist de mannelijke em
bryo's het grootste percentage uitmaken
bij miskramen. Statistieken wijzen uit, dat
van elke vijf miskramen het gaat om 1
kind van het vrouwelijk geslacht tegen 4
van het mannelijk geslacht. Het mannelijk
geslacht blijkt dus veel kwetsbaarder te zijn.
Dat zien we trouwens ook later, dat de
man kwetsbaarder is dan de vrouw, wan
neer de kinderen zijn geboren. Van de kin
deren tot twintig jaar die sterven, behoort
weer het grootste deel tot het mannelijk
geslacht. Tussen twintig en dertig jaar
verschuift de sterftekans ongunstig naar
de vrouwelijke zijde, hetgeen naar men aan
neemt samenhangt met de grotere risico's
die de vrouw loopt bij de voortplanting.
Daarna wordt de kans op mannelijke sterfte
weer groter. Men heeft als het ware dus
te maken met twee tegen elkaar inlopende
curven en een en ander wijst uit, dat de
man kwetsbaarder is dan de vrouw, ook
al noemt men de mannen dan het sterke
geslacht. Het zwakke geslacht blijkt in
wezen sterker te zijn.
Algemeen wordt aangenomen (de cijfers
bewijzen dit ook), dat na grote oorlogen
in de landen die daaraan hebben deelge-
gedekt.
Staat de koude eenmaal voor de deur,
dan sluiten de dieren het vlieggat tot een
nauwe spleet en hangen aan elkaar als
een grote kogel rond de koningin in de
korf. Op die manier elkaar verwarmend,
trachten ze de winter door te komen. In
deze periode wordt zeer weinig gegeten,
maar men mag toch niet spreken van een
echte winterslaap.
In het volgend voorjaar neemt de cyclus
opnieuw een aanvang. Wie zelf bijen houdt,
staat stom verbaasd over het wonder der
natuur, dat zich in deze perfect georgani
seerde maatschappij voltrekt.
(Nadruk verboden).
ontstaan en dat het bord bestond uit slechts
twintig vakken.
Ook in diverse andere farao-graven, zoals
dat van de beroemde Toet-Anch-Amon, dat
in 1923 werd blootgelegd, vond men derge
lijke damborden. Toch weten we uit af
beeldingen, dat het edele damspel niet al
leen door de farao's en edelen werd ge
speeld, want we zien hier en daar ook,
dat zelfs slaven het damspel beoefenden.
Vermoedelijk zijn de bekende Foenisische
kooplieden, koene zeevaarders der oudheid
geweest, die op hun reizen langs de kusten
van de Middellandse Zee het damspel verder
hebben verspreid, want we vinden het ook
op de eilanden in de Middellandse Zee en
in het oude Griekenland.
Later heeft het damspel zich met de
soldaten van het Romeinse leger over vrij
wel geheel Europa verbreid.
In de Middeleeuwen was het een Noord
afrikaan, die voor het eerst een dambord
bracht met 64 velden. Dat was een belang
rijke vooruitgang, aangezien dit spel veel
meer mogelijkheden bood.
Vooral in Frankrijk werd het een bij
zonder populair spel en het is daar ook
dat een te Parijs wonende Pool tenslotte
het dambord op 100 velden bracht, dus de
vorm waarin we het nu kennen. Via de
legers van Napoleon kwamen de meeste
Europese landen met deze vorm in kontakt.
Slechts Engeland, de V.S. en Australië hiel
den zich nog bij de 64 vakken. Dit kwam
uiteraard de ontwikkeling van het spel niet
ten goede. Op het ogenblik is het spel
over de gehele wereld verbreid en het heeft
via internationale wedstrijden een aantal
grootmeesters opgeleverd, waaronder de Ne
derlander; Ton Sybrands.
Ongetwijfeld zullen ook deze winter weer
velen zich met dit spel amuseren op de
zelfde wijze, zoals zovele generaties dat
reeds hebben gedaan.
nomen, het percentage mannelijke geboorten
sterk stijgt. Men krijgt de indruk, dat de
natuur als het ware de weegschaal weer
in evenwicht wil brengen. Wetenschappelijke
onderzoekers heeft dit verschijnsel geïnte
resseerd en zij hebben uitgebreide onder
zoekingen gedaan op dit gebied.
Er zijn onderzoekers die menen dat er
zich in dergelijke noodtijden chemische
veranderingen in het vrouwelijk lichaam
voltrekken, die meer dan onder normale
omstandigheden de mogelijkheid bieden van
mannelijke geboorten. Sommigen menen
zelfs, dat deze chemische veranderingen een
logisch gevolg zouden zijn van de in nood
tijden sterk veranderde voedselsituatie.
Anderen zoeken het weer in een andere
theorie en wel, dat er over het algemeen
gedurende een oorlog of andere nood
toestand, weinig gelegenheid is tot het
sluiten van een huwelijk, althans minder
dan in normale tijden. Na zo'n periode
ontstaat cr dan een huwelijksgolf van grote
aantallen jongemannen, die het huwelijk
reeds langer dan in het voornemen lag
hebben moeten uitstellen. De wens tot het
krijgen van kinderen is dan sterk intensief
en wanneer deze vrouwen in verwachting
raken, nemen zij zich meer in acht en
zijn aanmerkelijk voorzichtiger dan onder
normale omstandigheden het geval zou zijn.
Op die manier ontstaan minder miskramen
en aangezien het grootste deel hiervan
mannelijke embryo's betreft, zou het aantal
mannelijke geboorten sterk stijgen.
Natuurlijk blijven het allemaal slechts
theorieën. Het hoe en waarom van deze
merkwaardige gang van zaken heeft men
nog niet wetenschappelijk exact kunnen
vaststellen. Vast staat wel, dat er zonder
meer oorzaken moeten zijn voor dit ver
schijnsel.
In de dezer dagen gehouden vergadering
van de Stuurgroep Dijkversterkingen Oos
terschelde is bij de bespreking van de ver
schillende projekten voor partiële dijkver
zwaring opnieuw gebleken, dat de proble
men, die zich hierbij aandienen, bepaald
niet mogen worden onderschat. Zij zijn niet
slechts van uitvoeringstechnische aard, maar
liggen ook in de sfeer van de administra
tieve voorbereiding. Daarbij moet n.l. niet
alleen rekening worden gehouden met de
zakelijke belangen van bij de dijkverzwaring
betrokken personen en instellingen, maar
ook met de opvattingen en verlangens van
de natuur- en landschapsbescherming.
De behandeling daarvan vraagt vaak veel
tijd, omdat tal van besprekingen op diverse
niveaus moeten worden gevoerd en moet
worden gezocht naar mogelijke alternatieve
oplossingen, die dan weer moeten worden
doorgesproken.
Ook de technische uitvoering van de
werken als zodanig eist een zeer zorgvuldige
voorbereiding. Daarbij is het nogal eens
noodzakelijk speciale onderzoekingen in te
stellen.
De rechtszekerheid van belanghebbenen
kan voorts met zich meebrengen, dat de
langdurige procedure, die wordt voor
geschreven in de Wet op de droogmakerijen
en indijkingen van 1904, in werking wordt
gezet.
Nu bij deze partiële dijkversterkingen al
tal van vertragingsfaktoren optreden, mag
niemand de illusie koesteren aldus de
stuurgroep dat een verhoging van de
dijken rond de Oosterschelde tot Delta
hoogte omstreeks 1980 haar beslag zou
kunnen hebben gekregen.
Afgezien van dit alles moest de stuur
groep vaststellen, dat haar werkzaamheden
ernstig worden belemmerd door de onzeker
heid, die nog steeds aanwezig is ten aanzien
van de wijze van definitieve afsluiting van
de Oosterschelde. Deze onzekerheid brengt
met zich mee, dat met het oog op
mogelijke consequenties het soms bijzon
der moeilijk is verantwoorde beslissingen
gen. Enkele boerderijen, die problemen zou
den kunnen opleveren, kunnen worden ge
spaard door over een kleine lengte over het
schor te gaan.
Schouwen-Duiveland.
De dit jaar op Schouwen-Duiveland uit
te voeren partiële dijkverhoging betreft de
dijkvakken langs Zijpe, Mastgat en Keeten
vanaf de Stoofpolder bij Bruinisse tot aan
het gemaal van Duiveland bij Ouwerkerk,
een lengte van bijna 11 km. Op een afstand
van enkele honderden meters na zal er
sprake zijn van een binnenwaartse verzwa
ring. Onderdeel van het werk is de verho
ging van het veerplein van Zijpe.
Tholen.
Voor wat betreft Tholen staat op het
programma het vrij bochtige dijktracee van
af stad Tholen tot aan de hoek Razernij
polder, een lengte van ongeveer 3,5 km. De
verhoging zal tussen de één en de ander
halve meter liggen. Besprekingen zijn aan
de gang over de wijze, waarop met be
houd van de beplanting van de wallen van
stad Tholen de zeewering hier (met een
lengte van 400 tot 500 meter) op de ge
wenste hoogte kan worden gebracht door
„uitbouw" van de voorliggende dijk.
Ten aanzien van Stavenisse werd mee
gedeeld, dat een ingenieursbureau opdracht
heeft gekregen diverse mogelijkheden voor
de haven te onderzoeken.
Samenvatting.
Samenvattend kan worden gezegd, dat
het voor 1976 opgestelde programma voor
partiële dijkversterking een lengte van 35,5
km aangeeft. De verdeling is als volgt:
Noord-Beveland 6 km (5 km tussen Colijns
plaat en Kats en 1 km ten oosten van Kats);
Schouwen-Duiveland 12 km (11 km van
Bruinisse tot Ouwerkerk en 1 km bij Schelp-
hoek); Tholen 3,5 km (van stad Tholen tot
PERFECT GEORGANISEERDE MAATSCHAPPIJ
WAAROM BIJ GEBOORTEN
DE MAN IS KWETSBAARDER DAN DE VROUW
SPELLETJES, ZO OUD ALS DE MENSHEID
OOK DE EGYPTENAREN SPEELDEN HET